• No results found

Snoeperds en gays : Een studie naar mannelijkheid, heteronormativiteit, klasse en niet-normatieve seksualiteiten in Suriname

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Snoeperds en gays : Een studie naar mannelijkheid, heteronormativiteit, klasse en niet-normatieve seksualiteiten in Suriname"

Copied!
66
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

!

!

!

Snoeperds en gays

!

Een studie naar mannelijkheid, heteronormativiteit, klasse en niet-normatieve

sek-sualiteiten in Suriname

!

!

!

Masterscriptie

Culturele Antropologie en ontwikkelingssociologie

Universiteit van Amsterdam

!

Door:

Sobenna Tafleur

Studentnummer:6055044

Sobenna-tafleur@live.nl

Datum: 6 januari 2014

Wordcount: 28.000

!

Scriptiebegeleidster: Rachel Spronk

Tweede lezer: Matthijs van de Port

Derde lezer: Sjaak van der Geest

!

(2)

Verklaring inzake plagiaat:

!

Hierbij verklaar ik dat het werk in deze scriptie een oorspronkelijk werk van de auteur is,

daarmee uitsluitend door mij vervaardigd. De informatie, citaten, illustraties en ideeën die

zijn ontleend aan andere bronnen, zijn expliciet vermeldt in de tekst, noten en bibliografie.

!

Amsterdam, 6 januari 2014

!

(3)

!

!

!

Inhoudsopgave

!

!

Dankwoord

7

Inleiding

8

Concepten

10

Structuur scriptie

12

Methoden en technieken

12

Reciprociteit

13

Positie als onderzoeker

14

Hoofdstuk 1. Snoeperds en gays

15

Gays

15

Snoeperds

17

Spanningen

17

Genderrollen en seks

18

Portretten van de onderzoeksgroep

21

Hoofdstuk 2. Sociale context

28

Kleur en klasse

28

Verwachtingen van mannelijkheid

30

Ideeën binnen de samenleving over snoeperds en gays

31

Geweld en discriminatie

33

Homorechtenbeweging & politiek

33

Religie

34

Hoofdstuk 3. Klasse en kleur

36

Floratypes

36

Status

38

Relaties

40

Hoofdstuk 4. Ruimtes

42

Huis

42

Gaynight

43

Karaokebars

44

Internet

45

(4)

Hoofdstuk 5. Winti

47

Publieke rituelen

47

Privé rituelen

51

Seksualiteit en gender

53

Christendom

55

Candomblé

55

Conclusie

58

Summary

62

Bibliografie

64

(5)
(6)
(7)

!

Dankwoord

!

Voor u ligt een scriptie die het resultaat is van een onderzoek naar hoe snoeperds en gays zich verhouden tot heteronormatieve verwachtingen van mannelijkheid in Paramaribo. Met deze scrip-tie zal ik de master Culturele Antropologie afsluiten.

Vooreerst dank ik alle snoeperds en gays die zich openstelden voor mijn onderzoek, mij hun verhaal wilden vertellen en een kijkje in hun leven gunde. Ten tweede dank aan mijn lieve toe-gewijde moeder, vader en zusje Sanura. Bij deze: bedankt voor de discussies die wij voerden over het onderwerp, de hulp bij de uitwerking van deze master scriptie en jullie geduld gedurende mijn onderzoek. Allerbelangrijkst is de eindeloze liefde die mijn ouders en zusje mij gaven. Mede hier-door is het mij gelukt deze master scriptie af te ronden.

Mijn beste vriendinnen verdienen een eervolle vermelding; Nicole, Shamira en Jolien en One’sy, dank voor het nalezen. Jelle, bedankt voor je luisterend oor. Mijn familieleden, voorname-lijk mijn tante en in het bijzonder mijn nichtje, dank!. De mensen van de organisaties, SMU en Women’s way, hartelijk dank. Tenslotte mijn begeleidster Rachel Spronk, dank voor haar steun, geduld, motiverende woorden en inzet. Haar goede raad, kritische kijk op mijn scriptie en aanwij-zingen hielden mij op het juiste spoor.

!

Sobenna Tafleur Januari 2014

(8)

!

Inleiding

!

‘Ik herken een snoeperd aan de agressieve blik die zij mij geven. Vaak grommen ze zonder geluid te maken, of kijken ze zeer vies naar me. Dit komt omdat ik ze een spiegel voorhoud; Ze zien zich-zelf daarin. Vooral omdat ik mij echt niet schaam en heel open ben over mijn seksualiteit. Het is confronterend voor ze’ aldus Orville, een man die zichzelf gay noemt. Een snoeperd genaamd Gio, zei over gays het volgende: ‘Gays zijn hinderlijk mang, ze zijn net vrouwen. Gedraag je als een man!’.

Uit deze beschrijving kan worden opgemaakt dat er twee groepen mannen zijn, namelijk: de snoeperds en de gays. Zij gaan beide anders om met de gevoelens die zij hebben voor andere mannen. De gay is van mening dat snoeperds zich schamen voor hun seksualiteit en daarom niet in het openbaar hun seksuele gevoelens willen en kunnen tonen. De snoeperd is meer gefixeerd op het juiste gedrag dat een man hoort te vertonen. Volgens hem is het gedrag van de gays ab-normaal en niet respectabel.

Gays zijn mannen die uitsluitend relaties hebben met mannen. Met de komst van de

homo-rechtenbeweging, lijkt deze vorm van niet-normatieve seksualiteit in Suriname meer te worden ge-propageerd. Bijvoorbeeld tijdens de Out-week, waarbij de Gaypride parade het hoogtepunt is. Te-vens zijn er ook snoeperds. Snoeperds noemen zichzelf zo omdat zij zowel relaties hebben met mannen als met vrouwen. Zij ‘snoepen’ dus van zowel mannen als vrouwen. Snoeperds hebben primair een relatie met een vrouw, waarmee zij soms getrouwd zijn, mee samenwonen en ook kin-deren hebben.

Ik acht het van belang snoeperds en gays te onderzoeken vanwege gebrek aan studies die op micro niveau ingaan op de gevoelens en ervaringen van Creools- Surinaamse niet-normatieve seksualiteiten en hoe zij omgaan met dominante vertogen over gender en seksualiteit. De studies die wel onderzoek doen naar het leven van gays in Suriname en het Caribisch gebied, komen uit de medische hoek en dienen vooral om HIV/aids te bestrijden. Daarnaast acht ik de maatschappe-lijke relevantie van dit onderzoek van belang. In Suriname zijn snoeperds en gays niet geheel ge-accepteerd. Met dit onderzoek hoop ik een bijdrage te leveren tot begrip en acceptatie van niet-normatieve seksualiteiten.

Dat snoeperds en gays niet geheel getolereerd worden is o.a. te wijten aan de pij waarin zij zich bevinden. De snoeperds en gays leven namelijk in een Surinaamse maatschap-pij met een heteronormatief systeem. Onder heteronormativiteit wordt het volgende verstaan:

!

Sexual practices and arrangements are held to be operational around a gender binary that firmly attaches the biological to the social, and where heterosexuality is seen as the only form of legitimate sexuality (Kempadoo 2009: 9).

!

Het heteronormatieve systeem stelt dat vrouwen en mannen biologisch tot elkaar veroordeeld zijn vanwege de reproductie. Mannelijkheid en vrouwelijkheid ontlenen hierdoor hun definitie aan

(9)

hete-roseksualiteit. Seksualiteit en gender zijn verweven met elkaar. Mannelijkheid en vrouwelijkheid worden verondersteld biologisch vast te liggen.

Mannelijkheid is een belangrijke pijler van heteronormativiteit. Er zijn bepaalde verwachtin-gen, waaraan een Creoolse man aan moet houden, wil hij worden beschouwd als een echte man. Met andere woorden, er is een genderrol waaraan een man moet voldoen. Dit houdt in: hij moet een relatie hebben met een vrouw en seks hebben met een vrouw, kinderen krijgen met een vrouw. Ook moet hij stoer zijn en niet te emotioneel zijn.

Als een man voldoet aan de verwachtingen van mannelijkheid, wordt hij gerespecteerd. Respectabiliteit komt tot stand als men zich gedraagt volgens de sociale normen binnen een sa-menleving (Joshi 2012: 418)

. Met

respectabel gedrag wordt status gecreëerd. In Suriname is res-pectabiliteit gekoppeld aan de klasse waartoe men behoort. Alle mannen uit mijn onderzoek ko-men uit de middenklasse. Suriname is gestructureerd naar klasse en kleur. Volgens de onder-zoeksgroep heeft de onderklasse een donkere huidskleur en de middenklasse een lichtere huids-kleur. De klasse waar de mannen uit komen, bepaalt wat de norm is en wat wordt gezien als res-pectabel gedrag en wat niet. Voor snoeperds en gays is het moeilijk om te voldoen aan deze ver-wachtingen omdat zij niet-normatieve gevoelens hebben jegens mannen.

Snoeperds voldoen wel aan de verwachtingen omdat zij ondanks hun gevoelens, keuzes

maken die binnen de norm vallen. Tevens voldoen zij aan de verwachtingen, voor het oog van de maatschappij, in de privé sfeer is dit echter niet zo, want daar is er ruimte om gevoelens te tonen-voor mannen. Voor gays is het moeilijk om te voldoen aan deze verwachtingen omdat zij zich aan-getrokken voelen tot het ‘verkeerde’ geslacht. Gays hebben daardoor een marginale positie in de maatschappij; wat zij willen valt buiten de norm.

De gevoelens die gays en snoeperds hebben voor mannen binnen een maatschappij waar-in respectabiliteit van belang is, heeft zijn uitwerkwaar-ing op de relaties die zij aangaan, de seks, de ruimtes die zij gebruiken en de religie die zij praktiseren. Hierbinnen zoeken zij naar manieren om toch respectabiliteit te creëren. Tegelijkertijd zijn er contradicties en worstelingen waarmee zij kampen. Ze vinden manieren om buiten de norm te treden zonder daarbij veroordeeld te worden. In deze scriptie geef ik weer hoe de onderzoeksgroep zich verhoudt tot het dominante heteronor-matieve systeem en verwachtingen van mannelijkheid. De volgende centrale vraag is geformu-leerd:

‘Hoe verhouden Creoolse snoeperds en gays zich tot heteronormatieve verwachtingen van man-nelijkheid in Paramaribo?’.

De deelvragen zijn als volgt:

- -‘Hoe beïnvloeden dominante vertogen over mannelijkheid de manier waarop de onder-zoeksgroep seksuele verlangenstoont en de keuzes maakt?’

- -‘Welke rollen spelen klasse en kleur in de manier waarop de onderzoeksgroep hun seksu-aliteit toont en mannelijkheid percipieert?’

- - En ‘Welke rollen spelen religie en ruimtes in de manier waarop de onderzoeksgroep zijn seksualiteit toont en mannelijkheid percipieert?’

(10)

Concepten

!

Bij het gebruik van verschillende concepten zullen studies van o.a. Wekker naar mati-werk centraal staan 1. Hiermee kunnen we ook snoeperds en – in mindere mate – ‘gays’ begrijpen. Zij is een van

de weinige onderzoekers naar seksuele subjectiviteit in Suriname. Haar onderzoek naar subjectivi-teit is ook bij mannelijke gays van belang door de manier waarop zij kijkt naar de beweging van gender en seks binnen een heteronormatief systeem. Ze is van mening dat gender en seks altijd in beweging zijn en binnen sociale context moeten worden begrepen (Wekker 1994, 2006). Manne-lijkheid staat vast in een heteronormatief systeem. Ik denk echter - en anderen met mij – (Wekker 1994, 2006; Connell 2005 [1995]; Sinnot 2004; Butler 1990, Lewis 2007) dat mannelijkheid wordt geproduceerd en onderhandeld in een sociale en culturele context. Daardoor is mannelijkheid constant in beweging en kan er geen sprake zijn van één soort mannelijkheid. West en Zimmer-man voegen hieraan toe: ‘… A person’s gender is not simply an aspect of what one is, but, more fundamentally, it is something that one does, and does recurrently, in interaction with others’ (West & Zimmerman 1987: 140). Gender kan dus worden opgevat als een performance die dagelijks en in constante interactie wordt opgevoerd (Butler 1990).

Dit betekent dus dat seks en gender niet verweven zijn met elkaar, zoals dat in het hetero-normatieve systeem sterk wordt benadrukt, maar dat het twee verschillende entiteiten zijn. Ik volg Wekker (1994, 2006) die zegt dat gender en seks twee praxes zijn die in het kader van seks apart bestudeerd moeten worden. Hoe een mati 2 zich op seksueel gebied gedraagt komt niet overeen

met het gedrag dat van haar als vrouw wordt verwacht. Deze verwachtingen houden passieve en zogenoemde ‘vanille’ seks in. Daarentegen ervaren mati’s seks juist als actief, plezierig en zijn zij op dit gebied autonoom. Wekker stelt daarom dat seks en gender niet gelijk staan aan elkaar. Zo stelt zij dat een vrouw seks kan hebben zonder daarbij het gedrag te vertonen dat ‘bij haar gender hoort’. Uit mijn onderzoek blijkt ook sprake te zijn van gender en seks als twee verschillende praxes.

De theorie van Rachel Spronk is ook nuttig voor het onderzoek omdat het op micro niveau helpt te begrijpen hoe seks gemotiveerd en beïnvloed wordt. Zij stelt dat seks is in te delen in drie dimensies, namelijk: persoonlijk, intersubjectief en sociaal (Spronk 2012). Met persoonlijk wordt bedoeld, de gevoelens die subjectief worden ervaren. Seks is uitwisseling van intimiteit, dus inter-subjectief. Als laatst is seks desgelijks doorweven van sociale invloeden, oftewel seks wordt soci-aal gedefinieerd (Spronk 2012: 3).

Uit mijn onderzoek bleek dat er een belangrijke relatie is tussen gender, seks en respecta-biliteit. Wilson (1969) behandelt in een artikel twee waardesystemen, namelijk respectabiliteit en reputatie. De definitie van respectabiliteit van Wilson gaat volgens mij niet op omdat Wilson het huwelijk ziet als een ultieme meting van respectabiliteit. In Suriname is deze definitie minder van

! Een Afro-Surinaamse fenomeen waar vrouwen uit de onderklasse zowel relaties met mannen als 1

vrouwen hebben. De vrouwen hebben geen vaststaande seksuele identiteit; seks is iets wat je doet, niet wat je bent (Wekker 1994).

! ‘1.vriend(in) 2. ook in de seksuele betekenis’ (Wekker 1994: 181). 2

(11)

toepassing omdat huwelijken daar weinig voorkomen. Ook Terborg beaamt dit: ‘De respectabili-teitscultuur en daaraan gekoppeld de prohuwelijkse attitude die Wilson (1973) aan vrouwen toe-schrijft, is niet in overeenstemming met de Creoolse praktijk’ (Terborg 2002: 213). Ik kies daarom voor het concept van Joshi (2012), omdat deze definitie beter weergeeft hoe respectabiliteit wordt gecreëerd in sociale relaties. Joshi zegt over respectabiliteit het volgende: ‘Respectability is achie-ved by the repetitive performance of social norms based on the behaviors society deems respec-table’ (Joshi 2012: 419) en ‘Respectability is thus a system of hierarchy and domination grounded on distinctions between the respectable and the degenerate’ (Joshi 2012: 419).

Ook het concept klasse is niet statisch. Terborg (2002) stelt dat er een diversiteit in hande-len en denken bestaat bij ieder persoon. Dé Creoolse man uit dé onderklasse bestaat bijvoorbeeld niet. Wel is er sprake van een relatie tussen respectabiliteit en klasse. Uit studies blijkt dat respec-tabiliteit wordt bepaald door klasse van de persoon (Wekker 1994, 2006; Jackson 1995).

Uit studies blijkt dat er een belangrijke connectie bestaat tussen ruimtes en de manier waarop seksuele gevoelens getoond worden en onderhandeld en hoe ruimtes geseksualiseerd zijn (Browne, Lim et.al 2007: 2). Dus de ruimte waarin iemand zich begeeft heeft invloed op de manier waarop seksuele gevoelens getoond. Binnen deze ruimtes is er een mogelijkheid voor verzet te-gen dominante verwachtingspatronen. Yoshi stelt het volgende:‘The disjuncts between doing and being oneself, and between doing one’s public and private selves, may sometimes allow resistan-ce to social norms of respectability (Joshi 2012:419)’.

Uit vooronderzoek bleek dat de Creoolse religie Winti 3, een rol speelt in de manier waarop

mannen omgaan met hun seksuele voorkeur en de keuzes die zij daarbij maken. Religie kan zowel een positieve als negatieve werking hebben op de keuzes die de mannen maken. Gloria Wekker legt een verband tussen de Winti-religie en de beleving van de Creoolse zelf, subjectiviteit en het gendersysteem in haar studie naar matiwerk in Suriname. Volgens haar is er sprake van meervou-dige subjectiviteiten waarin er afhankelijk van de context verschillende vormen van de zelf naar voren kunnen komen. Ze beschrijft het zelf als niet statisch, maar als flexibel, waardoor zich een groter gedragsrepertoire opent in een omgeving die als vijandig wordt ervaren en weinig mogelijk-heden biedt voor vervulling (Wekker 1994: 105). Ook het gendersysteem is in Winti niet statisch; mannen en vrouwen kunnen een genderrol kiezen die het beste bij hen past (ibid.: 105).

Als laatst kies ik ervoor om op snoeperds geen Westers label op te plakken zoals homo-seksueel of heterohomo-seksueel. Omdat zij zich niet als homohomo-seksueel identificeren zal ik hen ook niet

! ‘Winti is een complex geloof in goden, geesten en magisch-religieuze praktijken bij de Creool in 3

Suriname. In het dagelijks spraakgebruik betekent Winti wind, waarmee men aangeeft dat goden en geesten, net als de wind, niet zichtbaar zijn, maar ook dat zij zich in een fractie van een secon-den over een enorme afstand kunnen verplaatsen’ (Wooding 1972: 155). De Winti religie heeft wortels in West-Afrika en is meegenomen met mensen tijdens de slavernij. Winti is georganiseerd in hiërarchische structuren. Die structuur bestaat uit hoge en lage goden en is onderverdeeld in vier godenrijken, namelijk lucht, aarde, bos en water. Binnen deze rijken wonen de goden en lagere natuurlijke wezens. Deze goden zijn gecreëerd door een Opperwezen genaamd Anana (Wooding 1972: 156). Deze goden en geesten kunnen bezit nemen van de mens, waarbij zij het bewustzijn geheel of gedeeltelijk kunnen uitschakelen (ibid.:146).!

(12)

zo bestempelen. Eén man noemde zichzelf biseksueel om aan te geven dat zijn seksualiteit daar in Westerse termen het meest mee overeenkomt. Toch zag hij zichzelf het meest als een

snoe-perd. Daarnaast ben ik van mening dat Westerse identificaties, niet helemaal worden

overgeno-men door snoeperds en gays. De interpretatie daarvan is anders en moet in een specifieke sociale en culturele context begrepen worden (Sinnot 2004, Blackwood 2010; Wekker 1994). Het con-cept identiteit staat vaak gelijk aan onveranderlijkheid. In de context van Suriname en mijn onder-zoek zou ik de snoeperds daarmee te kort doen, omdat de processen die zij ondergaan verander-lijk en context afhankeverander-lijk zijn. In plaats van de term identiteit, maak ik gebruik van de term subjec-tiviteit. Deze term geeft namelijk beter aan hoe snoeperds zichzelf ontwikkelen door de tijd heen en binnen een sociale context (Sinnot 2004, Blackwood 2010; Wekker 1994). ‘Gays’ neigen meer naar een identiteit.

Ik prefereer om de mannen bij de lokale termen te noemen. Zelfidentificatie is van belang omdat daar veel betekenis in verscholen gaat. Hierin volg ik Sinnot, die dat ook deed bij de studie naar seksuele subjectiviteit onder Thaise vrouwen. De term homoseksueel kan niet toegepast worden op gays omdat zij zichzelf simpelweg niet zo noemen. De mannen die zichzelf gay noem gebruikten de term niet om zichzelf mee te identificeren, maar voornamelijk om mannen uit een oudere generatie en homoseksuelen uit Nederland mee aan te duiden. Hiermee impliceren zij een distinctie met mannen uit verschillende landen en speelt (leef)tijd een rol in de term. Met enige voorzichtigheid kan gezegd worden dat de term gay moderner is dan de term homoseksueel

Structuur scriptie

!

Hoofdstuk één bespreekt de snoeperds en gays, hun zelfdefinitie, verhalen, worstelingen en sek-suele praktijk. Hoofdstuk twee schetst ik de sociale context waarin de mannen leven. In hoofdstuk drie wordt weergegeven hoe de klasse en kleurstructuur leeft bij de mannen en de keuzes die zij maken op het gebied van relaties, seks en het tonen van hun seksuele gevoelens. Hoofdstuk vier bespreekt de ruimtes waar de mannen gebruik van maken. Het laatste hoofdstuk bespreekt de rol van Winti in het leven van de mannen.

Methoden en technieken

!

Gedurende drie maanden heb ik onderzoek gedaan in Paramaribo, de hoofdstad van Suriname. Suriname is een land in Zuid-Amerika dat meer Caribisch dan Zuid-Amerikaans aandoet (Wekker 1994). Geïnspireerd door het onderzoek van Wekker heb ik voor Paramaribo gekozen. Hier bleek dat de zichtbaarheid van niet-normatieve seksualiteit aan het groeien is door de aanwezigheid van homorechtenorganisaties en hun activiteiten zoals de Gay pride parade.

Voor het onderzoek heb ik de volgende methoden en technieken gebruikt: informele inter-views, (participerende) observatie en documentanalyse. Ik heb informele gesprekken gevoerd en sociale media gebruikt zoals Whatsapp en Facebook. Veelal door middel van informele gesprek-ken trachtte ik een beter beeld te krijgen van het leven van de mannen. In deze gesprekgesprek-ken zijn thema’s als liefde, homoseksualiteit, familie, studie, werk religie en vrijetijdsbesteding aan de orde gekomen. Mede vanwege het gespreksonderwerp heb ik ervoor gekozen de gesprekken een

(13)

vrij-blijvend karakter te geven. Door deze informaliteit heb ik niets verhullende gesprekken kunnen voeren over het seksleven van de mannen. De interviews vonden plaats op locaties die de man-nen aangenaam vonden. Bijvoorbeeld in een café in het centrum, waar veel Nederlanders en wel-gestelde Surinamers komen. Met sommigen heb ik op hun werkplaats afgesproken, maar nooit bij hun thuis of in de privé sfeer. Onder het genot van een drankje en een hapje ontstond dan een dia-loog over de meest uiteenlopende onderwerpen; van (verbroken) relaties tot de voorbereiding van geslachtsgemeenschap, tot verfijnde technieken om de billen te scheren en het schoonspoelen van anus met een speciale slang.

Naast de interviews heb ik (participerende) observaties gedaan. Ik heb geobserveerd tij-dens georganiseerde gaynights in een club. De eerste keer met een huisgenoot, de keren daarna met minimaal één van mijn informanten. In de club werden contacten gelegd, gedanst, geflirt, drugs genomen en ruzies gemaakt om en over partners. Tevens heb ik winti pre’s (uitleg) bezocht in een district (buiten de stad), om de culturele rituelen en het gedrag van de mannen daar te ob-serveren. Ook het bezoeken van karaokebars was een populaire activiteit. De karaokebar was bij uitstek een plek waarvan ik van te voren niet had verwacht daar veelvuldig te observeren én parti-ciperen.

Als laatst heb ik een documentanalyse uitgevoerd. Deze bestond uit het lezen en bijhouden van artikelen. Daarnaast onderhield ik contact op Facebook en Whatsapp om informatie uit te wis-selen, afspraken te maken en te lezen hoe zij contact onderhielden met elkaar. Deze gesprekken zijn ook gebruikt als onderzoeksmateriaal. Whatsapp bleek een goede mogelijkheid tot gemakke-lijker, minder persoonlijk, snel en regelmatig contact.

De namen, leeftijden en beroepen van de onderzoeksgroep zijn gefingeerd uit privacy overwegingen

Reciprociteit

!

Ik wilde mijn gesprekspartners bedanken voor alle kostbare informatie en tijd die ze voor mij vrij maakten. Daarom nodigde ik het merendeel van de mannen uit voor een gesprek op een terrasje of bar in de stad, waar ik ze in ruil voor hun medewerking en informatie trakteerde op een drankje en soms een hapje. Sommige mannen echter, zoals Marchiano, Gio en Roy wilden zelf voor de rekening betalen. Ik interpreteerde dit als een traditionele verstandhouding in een man-vrouw rela-tie, waarbij de man kostwinner is en dus betaalt. Als ik een poging deed om toch te betalen, wilden zij daar niets van weten. Zo zei Gio: ‘No spang (maak je niet druk), ik heb het onder controle’. Bij deze mannen had ik ook het idee dat het vertellen van hun verhalen ze veel voldoening gaf. Hoofdzakelijk de snoeperds Roy en Gio - die niet vaak over hun gevoelens spraken - lieten weten het heel fijn te vinden om hun verhaal met mij te delen. Ook Orville gaf mij veel informatie. In ruil daarvoor (dit zei hij niet expliciet) bracht ik etenswaren voor hem naar een familielid, die buiten de stad woont, wanneer ik daar heen ging.

(14)

!

Positie als onderzoeker

!

Mijn positie als vrouw heeft er waarschijnlijk voor gezorgd dat de mannen open konden zijn over hun seksleven en verlangen. Zo zei een man namelijk, het fijn te vinden daarover met mij te praten omdat hij niet veel hetero vrienden heeft: ‘Die zitten niet te wachten op verhalen over je vriendjes of over een wilde nacht’. Als vrouw leek de drempel minder hoog voor hen om over persoonlijke onderwerpen in gesprek te gaan. Ook denk ik dat mijn leeftijd een rol heeft gespeeld, de mannen en ik zaten in dezelfde leeftijdsgroep. Ik denk dat het hierdoor toegankelijker was om met elkaar te praten, omdat wij o.a. in dezelfde levensfases zitten. Dat ik Nederlandse ben, lijkt ook positief te hebben gewerkt, omdat de mannen ervan uit gingen dat Nederlanders meer dan Surinamers een open houding hebben tegenover homoseksualiteit. Tijdens ieder gesprek nam ik een zo neutrale mogelijke houding aan. Hierdoor kon ik in de rol van onderzoeker een open gespreksklimaat creëren.

(15)

Hoofdstuk 1. Snoeperds en gays

!

Het hoofdstuk snoeperds en gays bestaat uit drie onderdelen. In het eerste deel beschrijf ik de onderzoeksgroep en de subgroep, de broko pols. Tevens wordt geschetst hoe snoeperds en gays zich tot elkaar verhouden. In het tweede deel beschrijf ik seks en daarbij behorende genderrollen, tussen en binnenin de groepen. In het laatste gedeelte beschrijf ik levensverhalen van de

snoe-perds en de gays, de worstelingen waarmee zij te kampen hebben en de relatie die ik als

onder-zoeker met de mannen had. Ik zal aan de hand van literatuur niet -westerse percepties op homo-seksualiteit en de doelgroep analyseren.

Gays

!

De gays zijn mannen die exclusief een relatie en/of seksuele contacten met mannen hebben. Zij voelen zich alleen aangetrokken tot mannen. Gays zijn zoals dat in het westen wordt genoemd ‘uit de kast’. Binnen de gays is er ook een subgroep die seksuele gevoelens gedeeltelijk verborgen houdt voor anderen, te denken aan, familie en onbekenden. Zij zijn open over hun gevoelens naar andere gays of vrienden toe. Dit omdat zij denken dat het niet geaccepteerd zou worden of omdat zij zich schaamden. Paramaribo heeft een kleine gemeenschap, waarin veel dingen publiekelijk geheim zijn. Zo werden sommige mannen die hun gevoelens verborgen hielden voor de familie, regelmatig ondervraagd omdat een tante of oom had gehoord dat hij was gezien met een gay op straat. Of gingen er roddels dat hij ook gay was. Door te ontkennen werd de verdenking afgedaan, maar hierdoor werden de mannen wel steeds voorzichtiger.

Binnen de groep gays is er nog een subgroep. Deze subgroep gedraagt zich volgens de onderzoeksgroep vrouwelijk. Deze worden - ook in dagelijks taalgebruik – broko pols genoemd (letterlijk vertaald: gebroken pols, een slappe pols). Met deze term distantiëren broko pols zich van

gays, op basis van gedrag en fysieke kenmerken. Zo werd mij verteld dat broko pols mannen

ei-genlijk net vrouwen zijn, maar dan in een mannenlichaam. Zij praten met een hoge stem (veel ho-ger dan een mannenstem), giechelen en lachen veel, en zijn bovenal ook luidruchtig. Op mij kwam het echter over dat de broko pols bewust zijn van hun vrouwelijke gedragingen, en hier ook mee spelen. Zo zei een geplaagde broko pols tegen een man: ‘Laat me, ik ben ongesteld vandaag.

De broko pols dragen strakke kleding, vaak afkomstig van de vrouwenafdeling van een winkel. Uiterlijke verzorging is voor hen belangrijk. Van sommige broko pols wordt gezegd dat zij hun wenkbrauwen epileren, oogschaduw dragen, evenals nepwimpers en nepnagels en regelma-tig een schoonheidssalon bezoeken. Sommige mannen hebben een baan in de schoonheidsindu-strie. Zo leerde ik een man kennen die schoonheidsspecialist is. Zijn klanten zijn voornamelijk vrouwen en andere broko pols. Broko pols lopen heupwiegend, waarbij ze hun billen sierlijk heen en weer en op en neer laten gaan. De mannen noemden dit ‘draaien met de billen’. Een broko pols man is, samengevat, volgens verschillende mannen te herkennen aan hun vrouwelijke gedrag en fysieke kenmerken. Zij zijn voor de maatschappij het meest herkenbaar als gay. Hun gedrag staat in groot contrast met wat er in Paramaribo van een man wordt verwacht .

(16)

Deze contrasten in verwachtingen en ideeën over ‘het juiste gedrag’ creëren dan ook irrita-ties vanuit de ‘masculiene’ mannen. Deze subgroep geeft aan dat zij het gedrag van een broko

pols niet goedkeuren en zich er liever van distantiëren. Zij vinden dit ook niet aantrekkelijk en

voe-len zich meer aangetrokken tot mannen die zich ‘normaler’ gedragen. Normaal gedrag houdt vol-gens hen in dat een man stoer is en als een zogenaamde echte man behoort te lopen, de leiding neemt in een relatie, weinig emotie laat zien en zeker niet ‘met de billen draait’. Ook moet een man een stoer uiterlijk hebben, het liefst lang en fysiek gespierd zijn, een zware stem hebben en loszit-tende kleding dragen. De meeste gays uit het onderzoek vielen dan ook op mannen die hetero-seksueel lijken dan wel zijn. Zij beschouwden hen als ‘echte’ mannen.

Uit verschillende onderzoeken naar indicatoren van aantrekkelijkheid bij homoseksuele mannen blijkt ook dat homoseksuele mannen vaak naar fysieke kenmerken die sociaal gezien worden als mannelijk (Bailey, Kim et al.: 1997). Dit blijkt voor Suriname eveneens het geval. Dat zij zich distantiëren van het vrouwelijke, doen zij omdat zij zich schamen en niet als feminien willen worden gezien. Dit lijkt voort te komen uit de heteronormatieve verwachting van mannelijk gedrag.

Uit een studie van Miller blijkt dat om te passen binnen de verwachtingen van heteroseksu-ele mannelijke idealen, stereotype genderrollen worden aangenomen door homoseksuheteroseksu-elen (Miller 1998). Lanzieri en Hildebrandt voegen daar aan toe: ‘The fear of being associated with femininity and of being demasculinized may lead some homosexual males to pursue relationships with men who exemplify the masculine body ideal’ (Lanzieri &Hildebrandt 2011: 279).

Wat ik heb gevonden in Suriname is dat er aan een traditioneel patroon lijkt te worden vastgehouden wanneer het op relaties aankomt. Een relatie bestaat normaliter uit een man en een vrouw. Al mijn informanten wilden getypeerd worden als een mannelijke man, ook de broko pols. Als de man vrouwelijk is in gedrag en fysiek, dan willen zij een partner die zich mannelijker ge-draagt en omgekeerd. Soms komt het wel voor dat twee vrouwelijke of twee mannelijke mannen een relatie met elkaar hebben, maar volgens Raoul slechts in uitzonderlijke gevallen. Het liefst wil-den mijn informanten, ook de snoeperds een man die heteroseksueel lijkt en/of heteroseksueel is. Orville zei hierover: ‘Geloof mij maar, iedere gay wil een heteroseksuele man; ze zijn stoer en ‘ech-te’ mannen’ en: ‘Wanneer je een hetero (uitziende) man hebt, voel je je als een zogenaamde prin-ses’.

Vrouwelijkheid wordt wel geaccepteerd maar dan in de privé sfeer en wanneer het niet té overdreven is. Dit omdat vrouwelijkheid niet voldoet aan heteronormatieve verwachtingen van mannelijkheid. In de privé-sfeer is vrouwelijke gedrag geaccepteerd, omdat het daar wel past in een traditioneel heteronormatief verwachtingspatroon waarin een man en vrouw elkaar aanvullen-Zo zei Marchiano: ‘Ik wil niet een vrouwelijke man, maar ik vind het wel leuk als hij af en toe vrou-welijke trekjes heeft. Zoals met zijn billen schudden wanneer we thuis zijn’. Hieruit blijkt dat deze vrouwelijke trekken alleen vertoond mogen worden in privé sfeer.

(17)

!

Snoeperds

!

Volgens mijn onderzoeksgroep is een snoeperd een man die zich aangetrokken voelt tot mannen en soms ook vrouwen, maar primair een relatie heeft met een vrouw. Deze vrouw kan zijn vriendin of echtgenote zijn, samenwonend of apart, en soms ook de moeder van zijn kinderen. Een

snoe-perd komt niet publiekelijk uit voor zijn gevoelens naar mannen toe. Dit heeft verschillende

rede-nen. Soms is het angst om niet geaccepteerd te worden door familie, vrienden en onbekenden. Bij andere mannen is het zo dat religie hun ervan weerhoudt om een relatie aan te gaan met een man en aan familie, vrienden en onbekenden kenbaar maken dat hij zich (ook) aangetrokken voelt tot mannen. Ik heb mannen gesproken die zouden willen dat zij een keus hadden om ook openlijk een relatie aan te gaan met een man. Maar de meningen van familieleden, vrienden en het verlies van status omdat zij het zouden afkeuren, weerhoudt ze om die stap te nemen.

Snoeperds zijn masculien en hebben voor de buitenwereld geen stereotype ‘homotrekjes’.

Fysiek gezien ogen zij als stoere, gespierde mannen met een lage stem, een verzorgd uiterlijk, en niet te strak zittende kleding. Het zijn mannen die niet direct herkend kan worden iemand die zich aangetrokken voelt tot mannen, helemaal omdat hij een vrouw en kinderen heeft. In sommige ge-vallen is het hebben van een vrouw en kinderen, bedoeld om ervoor te zorgen dat er geen arg-waan wordt gewekt in de omgeving. In andere gevallen voelen zij zich aangetrokken tot beide sek-se en is het vanwege de sociale context gemakkelijker om te kiezen voor een vrouw.

Hierdoor is homoseksualiteit als een analytisch concept is niet van toepassing op deze mannen. De snoeperds in Suriname identificeren zich hier namelijk niet mee. Hun seksualiteit zien zij niet als bepalend voor hun identiteit. Dit is anders dan de groep mannen die zich wel identifice-ren als gays. De manier waarop snoeperds hun seksualiteit percipiëidentifice-ren laat ik aan henzelf over. Deze is namelijk complex en afhankelijk van de sociaal-culturele en economische context. Ik denk dat de seksualiteit van de mannen meer in hun waarde wordt gelaten door er geen Westerse, on-veranderlijke labels aan te verbinden zoals homoseksueel of biseksueel (Blackwood 2010; Wekker 1994).

De term identiteit is vaak gekoppeld aan onveranderlijkheid. In de context van Suriname en mijn onderzoek zou ik snoeperds met de term homoseksueel te kort doen, omdat de processen die gays en snoepers ondergaan veranderlijk en context afhankelijk zijn. Zo kan een snoeperd het ene moment houden van een vrouw, en het volgende zich tot een man aangetrokken voelen. Daarom gebruik ik, in navolging van Gloria Wekker en Evelyn Blackwood, in plaats van de term identiteit, de term subjectiviteit. Hiermee kan ik beter aangeven hoe snoeperds zichzelf ontwikkelen en on-derhandelen door tijd heen en de sociale context (Blackwood 2010; Wekker 1994).

Spanningen

!

Snoeperds hebben vaak een (seksuele) relatie aan met een gay en omgekeerd. Gays gaan ook

een relatie aan met elkaar, maar dan met iemand die vrouwelijker dan wel mannelijker is dan zij zelf. Tussen de gays en snoeperds is er soms sprake van spanningen. Eerder is dit beschreven

(18)

met volgens hen vrouwelijk gedrag waar snoeperds en sommige gays zich van afzetten. Op het gebied van intieme relaties bleken er evenzeer spanningen te zijn. Zo vertelden een aantal man-nen uit de onderzoeksgroep over emoties als woede, verdriet en gevoelens van onbegrip, jaloezie en vernedering. Raoul vertelde dat hij het moeilijk vond dat zijn snoeperd niet volledig voor hem kiest en de relatie met zijn vriendin beëindigd. Zijn snoeperd kan dit niet doen, omdat zijn familie het niet goed zou keuren als hij met een man een relatie zou hebben. Toen ik een paar weken na het gesprek in de club kwam, kwam ik Raoul tegen. Hij zei dat hij verdrietig te zijn, want hij had ruzie met zijn snoeperd die ook in de club aanwezig was. De ruzie ging erom dat Raoul het moei-lijk vond om zijn snoeperd te delen met diens vriendin. Raoul zei dat zijn snoeperd moest begrijpen dat hij zo reageerde omdat hij van hem hield. Hij probeerde het goed te maken door met hem te praten, maar zijn snoeperd negeerde hem. Uiteindelijk heeft hij hem een dag later toch gesproken en uitgelegd wat hij voelde en waarom hij zo reageerde. Daarna was het weer goed tussen hen. Volgens veel gays is het ook moeilijk dat zij bijna nergens naartoe kunnen met hun snoeperd tenzij zij zich voordoen alsof ze vrienden zijn. Timothy vertelde dat veel snoepers zich voordoen als een vriend. Maar zij kunnen en willen niet in de relationele en romantische manier in de publieke sfeer naar buiten treden met elkaar. Zeker als het bekend is dat de man met wie de snoeperd een relatie heeft gay is, wordt de publieke sfeer vermeden. Maar zoals bij Raoul kan het zijn dat de snoeperd wel naar een publieke ruimte wil gaan, die exclusief voor niet-normatieve seksualiteiten zijn, omdat dit veiliger lijkt.

Niet alleen zijn er spanningen binnen een relatie tussen een gay en een snoeperd, sommi-ge mannen zien hun voordeel met het hebben van een relatie met een snoeperd. Zo vertelde Ti-mothy, dat hij geniet van de vrijheid die hij heeft omdat hij met een snoeperd aan het daten is. Hij vond het fijn dat hij kon gaan en staan waar hij wilde, zonder rekening te hoeven houden met zijn

snoeperd. Ondanks dat hij die vrijheid had, wilde hij die niet misbruiken, want hij wilde alleen zijn snoeperd hebben. Op deze manier kreeg hij geen ‘hoofdpijn’ van de relatie. Dit houdt in dat hij

geen zorgen had om de relatie.

Een andere gay vertelde mij dat hij er profijt van had relaties te hebben met snoeperds om-dat het veiliger is voor hem. Hij zei: ‘Die mannen zijn voor mij veel veiliger, want ik ben de enige, naast hun vriendin’. Hij vond het fijn dat je de snoeperd niet hoeft te delen met andere mannen. Dat hij hem moest delen met een vrouw was, niet erg, want dat hoort erbij en vormde voor hem geen bedreiging. Daarnaast was de kans op seksueel overdraagbare aandoeningen minder groot. Ondanks dat snoeperds relaties aangaan met gays is er soms ook sprake van spanningen tussen die twee om de openheid van de gay. De spanningen tussen snoepers en gays wordt vol-gens mijn onderzoeksgroep gecreëerd door onbegrip, woede, verdriet, jaloezie en herkenning.

!

Genderrollen en seks

!

Tijdens seksuele interacties tussen mannen, kunnen er twee posities ingenomen worden. Namelijk de top en bottom posities. De bottom positie houdt in dat de man wordt gepenetreerd. De top posi-tie houdt in dat de man een andere man penetreert. De bottom posiposi-tie wordt in vele studies

(19)

toege-schreven aan mannen die gedrag vertonen dat als vrouwelijk kan worden getypeerd, zoals de

bro-ko pols mannen. De top positie wordt toegeschreven aan mannen die qua gedrag voldoen aan

verwachtingen van mannelijkheid zoals snoeperds (Fry 1986; Hildebrandt & Lanzierie 2011; Mas-sad 2002; Miller 1998). De top positie staat volgens studies gelijk aan dominantie, agressie, stoer-heid, mannelijkheid en heteroseksualiteit. De bottom positie staat gelijk aan vrouwelijkstoer-heid, onder-geschiktheid, passiviteit en homoseksualiteit.

Gio, een snoeperd was van mening dat de bottom positie, hem gelijkstelde aan een vrouw. Zo stelde hij: ‘Natuurlijk ga ik mij niet laten nemen, ik ben toch niet gay. Ik heb hét (anale seks) al eerder gedaan bij vrouwen, dus waarom niet bij een man? Als je je laat nemen ben je een vrouw, ik ben geen vrouw’. De connectie tussen vrouw en gay wordt vaak gemaakt, omdat gay zijn wordt geassocieerd met gebrek aan mannelijkheid (Connell 2005 [1995]). Seks is hierdoor volgens stu-dies een gebied waarbij mannelijkheid gedefinieerd wordt door de positie die aangenomen wordt tijdens seks.

Uit mijn onderzoek in Suriname komt naar voren dat behalve Gio alle mannen flexibel zijn in de posities die zij tijdens seks innemen. Zij zijn versatile. Er is geen sprake van maar twee posi-ties en seks wordt niet gekoppeld aan gender, zoals in andere studies wordt beweerd. Snoeperds en gays die qua gedrag en uiterlijk voldoen aan de verwachtingen van mannelijkheid, kiezen er tijdens de seks voor om de bottom positie in te nemen. De positie is afhankelijk van de context. Alle mannen vertelden mij over de extase om gepenetreerd te worden en dat gevoel is voor hun onbeschrijfelijk lekker en explosief. De mannen die dit vertelden waren zowel ‘mannelijke’ mannen als ‘vrouwelijke’ mannen en zowel snoeperds als gays. Hieruit blijkt dat alle mannen de bottom po-sitie innemen, onafhankelijk van hun fysieke gedrag dat wordt getypeerd als mannelijk.

Om seks tussen snoeperds en gays beter te begrijpen is het van belang een theorie te ge-bruiken die de interactie, context en flexibiliteit weergeeft die plaats vind tijdens seksueel contact bij snoeperds en gays . Hiervoor gebruik ik de theorie van Rachel Spronk. Zij stelt dat seks inge-deeld kan worden in drie dimensies, namelijk de persoonlijke, intersubjectieve en de sociale di-mensie van seksualiteit (Spronk 2012). Met persoonlijk wordt bedoeld: gevoelens die subjectief worden ervaren. Seks is een uitwisseling van intimiteit, en daardoor is seks intersubjectief. Als laatst is seks doorweven van sociale en culturele invloeden, met andere woorden seks wordt soci-aal gedefinieerd (Spronk 2012:3). Tevens gebruik ik de theorie van Gloria Wekker, die stelt dat gender en seks, dat twee verschillende praxis zijn, die los staan van elkaar.

Seks als een persoonlijke dimensie komt naar voren in het verhaal van Roy. Roy is een man die voldoet aan de verwachtingen van mannelijkheid. Hij is stoer, lang, zware stem, heeft een goede baan, een vriendin, een buitenvrouw en een kind. Hij vertelde dat wanneer hij seks heeft met zijn vrouwen, hij zich als een zogenaamde echte man gedraagt. Hij is volgens hem ruw en hard. Wanneer hij seks heeft met mannen wilde hij niet de ruwe man zijn, hij wilde gedomineerd worden. Gedomineerd worden kon niet bij zijn vrouwen, omdat het niet geoorloofd is om je als een ‘suffe’ man te gedragen. Hieruit blijkt ook dat gender een performance is dat dagelijks wordt opge-voerd in interactie met anderen (Butler 1990). Uit het volgende verhaal komt de sociale dimensie van seks naar voren.

(20)

!

Raoul: Vrouwelijk niet, vrouwelijk niet (hij herhaald dit twee keer). Je weet dat je in een gay relatie, tops en bottoms hebt, maar vrouwelijk moet hij niet zijn. Nee, hier in Suriname heb-ben de gays de mentaliteit van, ik heb-ben bottom en mijn vriend moet top zijn. Maar bijvoor-beeld in Nederland heb je twee bottoms die met elkaar leven, dat zijn vrouwen die met el-kaar leven, maar hier denken mensen anders. Hier is het traditioneel, er is een man en vrouw, snap je?. Dus als je echt een beetje gebroken pols op me af komt ga ik je gewoon zien als vrouw, dan ben je gewoon een vriendin. Mensen zeggen: ‘Ik kan m’n bil niet

schudden en dan schud mijn man zijn bil ook. Ik bedoel jij hebt een vrouwelijke positie, dan moet je een man hebben die een mannelijke positie inneemt.

!

Uit het bovenstaande is op te maken dat de sociale dimensie seks definieert. Er wordt toegewezen op sociale en culturele verwachtingen van respectabel gedrag, zoals een traditioneel patroon dat bestaat uit een man en vrouw. Seks is eveneens intersubjectief en persoonlijk, dit blijkt uit het vol-gende deel van het gesprek tussen Raoul en mij:

!

In het begin was ik bottom, maar je hebt toch toestanden waar je soms zegt van nee, ik wil toch versatile worden. Je neemt en je geeft, het is both ways. Het hangt van de situatie af, kijk soms heb je een stoere jongen en dan denk je van, mijn god hij is man, hij is man. (Hij slaat z’n ogen ten hemel en kijkt verrukt, slaat met zijn hand op de tafel). Op het moment dat het moet gebeuren, gaat ie zeggen van neuk me of weet ik veel, dan laat ik er geen gras over groeien, snap je want ik moet je mond ook dicht kunnen maken (slaat met hand op tafel). Dus het zijn echt situaties waarvan je zegt van ‘oké het moet zo gebeuren. Het hangt van de persoon af. De meeste stoere jongens zijn allemaal vrouw, in bed. En wat ik heb gemerkt in gesprekken met bepaalde mensen is: de meeste biseksuele jongens zijn altijd de vrouw. Ik weet het niet, ze neuken met een meid, maar bij een man willen zij ge-woon iets voelen. Maar de meeste biseksuelen jongens zijn meisjes, ze lijken zo ongesteld. Ze zijn zo gespierd en dan zijn ze vrouw.

!

Uit het bovenstaande gesprek met Raoul blijkt dat er in interactie met elkaar, word er besloten wel-ke positie wordt ingenomen (intersubjectieve dimensie). De positie die word ingenomen is afhan-kelijk van hun gevoelens (persoonlijke dimensie). Op zo’n moment wordt er intimiteit uitgewisseld, ondanks dat de sociale dimensie, in conflict is met het persoonlijke en intersubjectieve. De man-nen nemen namelijk genderrollen aan, die in de publieke sfeer niet respectabel zouden zijn. In de privé sfeer zoals bij seks, is dat wel mogelijk. Binnen seks is het mogelijk voor snoeperds en gays om te spelen met genderrollen, zonder daarbij af te doen aan respectabel gedrag of verwachtingen van mannelijkheid. Gloria Wekker (1994) zegt over gender en seks dat het twee praxes zijn die los moeten worden bestudeerd van elkaar in het kader van seks. Hoe een mati zich op seksueel ge-bied gedraagt komt niet overeen met het gedrag dat van haar als vrouw wordt verwacht. Dit houdt in: passief en volgens haar zogenaamde vanille seks. In tegenstelling ervaren mati’s seks juist

(21)

ple-zierig en niet-passief en zijn zij op dit gebied autonoom. Dit komt overeen met het gedrag van mannen uit mijn onderzoek. Seks biedt namelijk ruimte voor alternatieve genderrollen, intimiteit, persoonlijke gevoelens en biedt bewust of onbewust verzet tegen heteronormatieve verwachtingen van mannelijkheid.

Portretten van de onderzoeksgroep

!

Met behulp van de volgende portretten introduceer ik de Snoeperds en gays die ik heb gesproken tijdens mijn veldwerk.

!

Roy

!

Roy is vierendertig jaar en werkt als manager in een bedrijf gespecialiseerd in technologie. Roy was een lichtbruine man, gespierd en groot. Hij noemde zichzelf een snoeperd en ook wel een bi-seksueel. Momenteel heeft hij een vriendin en een kind. Hij had naast deze relatie een buiten-vrouw en af en toe seks met mannen. Deze affaires had hij vanwege de spanning die zij met zich mee brengen. Roy heeft een bewogen leven gehad, waarin hij al snel voor zichzelf moest zorgen en vroeg uit huis ging.Hij kwam uit de onderklasse, maar heeft zich door zijn werk naar de mid-denklasse gewerkt.

Zijn verlangen naar seks met jongens/mannen en de aantrekkingskracht was er al heel vroeg. Zijn eerste sekservaring was met een vriendje. Hij heeft geprobeerd zijn gevoelens te ‘on-derdrukken’ door veel vriendinnen te hebben. Hij kreeg daardoor de naam een player ‘te zijn’ en was daardoor erg bekend in Paramaribo.

Ondanks zijn liefde voor vrouwen bleef er een verlangen naar mannen. Dit deed hij door contact te leggen met andere mannen via gays. Toen ik Roy vroeg of hij geen relatie met een man zou willen, vertelde hij dat hij dat wel zou willen als hij bijvoorbeeld in Nederland zou wonen, waar het meer getolereerd wordt. In Suriname zou hij zich te veel schamen en zijn naam als player ver-liezen. Hij zei dat zijn seksualiteit hem niet minder man maakt, want het is alleen maar seks. Hij houdt zijn verlangen naar mannen verder geheim. Zijn familie weet volgens hem van niets. Het contact met Roy was goed. Door zijn baan had hij weinig tijd om af te spreken, maar wij belden regelmatig om bij te praten. Het ging over de meest uiteenlopende onderwerpen, zoals dat zijn fa-milie een ritueel had gedaan omdat een fafa-milielid te maken had met een boosaardige geest of ge-woon hoe de dag was geweest. De gesprekken met Roy waren op seksueel gebied open, zo had hij het over de extase van anale seks met een man, het schoonspoelen van de anus met een dou-cheslang voor seks, en hoe goed seks met een vrouw kon zijn als de vagina van de vrouw strak was.

!

Seraldo

!

Seraldo is een man van dertig jaar oud. Hij was een hoog opgeleide man. Hij kwam uit een mid-denklasse familie. Seraldo was lang en had een lichtbruine huidskleur.en kleine ogen. Uiterlijk was

(22)

belangrijk voor hem, hij ging regelmatig naar de kapper en als mijn haar volgens hem niet goed zat, werd ik daar op gewezen. Hij was een van de mannen die zichtbaar aan het worstelen was met zijn seksuele voorkeur. Hij noemde zichzelf afwisselend een snoeperd of gay. Hij wist op jonge leeftijd al dat hij op jongens viel, maar hij onderdrukte zijn gevoelens. Seks met een man leek voor hem een worsteling te zijn. Hij vertelde namelijk het volgende:

!

Drie jaar geleden ben ik ontmaagd, door mijn eerste vriend, ik heb in totaal met zes man-nen seks gehad. Ik heb niet snel seks met manman-nen. Ik hou van flirten (tongen, strelen, zoentjes en likken) seks komt op de laatste plaats. Het is soms ook niet lekker, wanneer ik bijvoorbeeld niet lekker in mijn vel zit. Wanneer ik heb gezoend en seks met een man heb gehad dan vraag ik mij af waarom ik mij niet heb verzet. dan ben ik boos op degene en mezelf. Dan wil ik wil niet meer gay zijn. Als ik wel lekker in mijn vel zit, kan ik van seks ge-nieten hoor

!

Zijn religieuze achtergrond leek invloed te hebben op zijn gevoel en niet toe te willen geven aan zijn gevoelens voor mannen. Hij vertelde dat de kerk en de Here Jezus zijn gevoelens jegens mannen niet goedkeurt en daarom kon hij zich niet geven. De negativiteit die hij voelde vanuit de kerk over zijn gevoelens voor mannen, beïnvloedde de manier waarop hij zijn seksualiteit, seks en relaties met mannen leek te ervaren. De familie wist het niet en mocht er absoluut niet achter ko-men. Hij heeft een relatie gehad met een Creoolse man die in Nederland woonde. En heeft ook meerdere relaties gehad met vrouwen, en daar was hij trots op. Hij had ook een zoon. Zijn zoon was zijn trots en was erg blij met hem en wilde graag meer kinderen. Wat interessant was, was zijn angst dat zijn zoon ook op mannen zou vallen. Hierover zij hij het volgende:

!

Ik wil niet dat mijn zoon zo word. Het komt door de opvoeding en ik zal er alles aan doen om het te voorkomen. Ik zal hem op karate en zwemmen zetten want, dan gebeurt het niet. Als je hem op ballet zet, poppen geeft en hem met meisjes laat spelen, dan wordt hij zo.

!

Volgens hem kan gay zijn worden voorkomen door stereotyperende jongensspeelgoed aan te bie-den en activiteiten te doen. Ik vroeg hem met wie hij het liefst een toekomst zou willen, met een man of vrouw. Hij antwoordde dat hij met een vrouw wilde zijn. Zijn kinderwens was de reden daarvoor.

!

Gio

!

Gio, was een beginnende snoeperd van dertig jaar, hij werkte in de textielhandel. Gio heeft relaties met vrouwen gehad, maar is momenteel single. Gio was een donker bruine man, groot gebouwd, pretogen en was altijd in om iets gezelligs te doen. Bij Gio wist ik in eerste instantie niet zeker of hij mannen aantrekkelijk vond, tot het volgende gebeurde.

(23)

Op een vrijdagavond was ik in het gezelschap van mijn vriendin en Gio. Die avond zaten wij met zijn drieën aan een tafeltje, bij te komen van een wandeling die we net hadden gemaakt. De sfeer was ontspannen en fijn. We waren bijna de enige in de omgeving, behalve een stelletje dat een paar tafels verderop zat. We spraken over koetjes en kalfjes, toen het gesprek een andere wending kreeg. De vriendin en Gio hadden het over een reis die zij gingen maken buiten de stad. De reis zou een paar dagen duren. Gezellig, dacht ik.

Toen begon Gio te vertellen dat er een paar mannen mee zouden gaan die op mannen val-len en dat hij ‘het’ wel wilde proberen. Ik was best wel verbaasd, en vroeg hem wat hij bedoelde met ‘het’. Hij bedoelde daarmee dat hij seks wilde met de mannen. Op dat moment liep mijn vrien-din weg omdat zij werd geroepen door een bekende, pas veel later kwam zij terug. Toen zij vertrok ging hij door met vertellen over de reis, maar nu sprak hij harder en leek hij enthousiaster. Hij ver-telde dat hij een manier had bedacht om geen argwaan te wekken bij zijn familie en vrienden. Hij zou mee gaan als reisleider. Hij zei het met zo een gemak en simpelheid, dat ik verbaasd was en hem één tel met open mond aan keek. Ik had het niet verwacht en het was geen gesprek of per-soon die ik ontmoette in het kader van mijn onderzoek. Ik besloot dat ik het gesprek net zo rustig, kalm en vanzelfsprekend wilde houden als hij deed, zodat hij door zou gaan met zijn verhaal.

Daarom besloot ik hem tips te geven die ik van de mannen uit mijn onderzoek had ge-hoord. Ik vertelde hem dat hij ervoor moet zorgen dat zijn anus schoongespoeld is voordat hij aan seks begint. Dit was iets wat sommige mannen in het begin niet wisten en het had ze veel

schaamte bespaard als ze dit vanaf het begin wisten. Toen ik hem de tip gaf zei Gio, heel ver-baasd, beledigd en licht geïrriteerd: ‘Natuurlijk ga ik mij niet laten nemen, ik ben toch niet gay. Ik heb het (anale seks) al eerder gedaan bij vrouwen, dus waarom niet bij een man? Als je je laat nemen ben je een vrouw, ik ben geen vrouw’, zei hij hoofdschuddend. Daarna ging hij verder met vertellen dat hij al had uitgezocht wie hij zou ‘nemen’. Ook vertelde hij dat hij deze reis wilde ma-ken, omdat hij los wilde gaan voordat hij zou gaan settelen met een vrouw, want als hij eenmaal een relatie met een vrouw had, kon hij deze dingen niet meer doen. Daarnaast wilde hij dolgraag kinderen. Peinzend en in gedachten verzonken voegde hij daaraan toe: ‘Kon ik maar een kindje krijgen met een gay’.

!

Marchiano

!

Een van de eerste mannen die ik heb gesproken is Marchiano, een man van vierentwintig jaar, hij is werkzaam in de transport. Marchiano was donkerbruin, gespierd en had een stoer en zelfverze-kerde uitstraling. Hij noemde zichzelf gay. Marchiano is opgegroeid met zijn moeder, een zus en twee broertjes en komen uit de middenklasse.

Hij heeft in zijn jeugd moeite gehad met het feit dat hij op mannen valt. Om zijn gevoelens te onderdrukken ging hij relaties aan met vrouwen en deed hij homofobe uitlatingen. Hij was wel tevreden met wie hij was op het moment van het gesprek. Ook omdat zijn familie en voornamelijk zijn moeder hem accepteert. Wel maakt hij een interessante opmerking. Hij zei dat hij niet naar

(24)

gedra-gen zich te vrouwelijk volgedra-gens hem. Hij zei: ‘Je bent al zo en dan wil je ook nog eens opvallen. Ik hou daar niet van, doe gewoon normaal, gedraag je als een man’. Toen ik hem vroeg wat ‘gedra-gen als een man’ inhoud, kon hij daar geen antwoord op geven. Veel mensen zouden niet ver-wachten dat hij op mannen valt en daar is hij trots op. Hij vond het belangrijk zichzelf te distantië-ren van vrouwelijk gedrag en was tegen affectie tonen in het openbaar, omdat hij vond dat gays zo al opvallen en dat zij vooral niet meer moeten opvallen.

Marchiano was iemand die vooruitstrevend was. Hij wilde het hoogste bereiken op zijn werk en een goede toekomst creëren. Hij wilde zijn eigen huis bouwen op korte termijn en genoeg geld verdienen om ruim van te leven. Hij vond de mannen in Suriname niet ruimdenkend. Volgens hem denken ze niet outside of the box. Hij wilde graag een relatie met iemand die lief, ruimden-kend, slim en niet te vrouwelijk is.

!

Ivan

!

Ivan is een Afro-Surinaamse man van negentwintig jaar. In zijn vrije tijd werkte hij als verkoper in een kledingwinkel. Hij noemde zichzelf gay. Ivan was een lichtbruine, lange man, met grote ogen.

Met Ivan heb ik veel contact gehad via Whatsapp. In een paar gesprekken heeft hij mij ver-teld over zijn vorige relatie met een Creools-Nederlandse man. Deze relatie is uitgegaan omdat hij werd bedrogen door die man. Hij heeft zich heel kwetsbaar opgesteld tijdens de gesprekken en er kwam veel emotie bij kijken omdat het voor hem nog heel gevoelig lag. De verbreking van de rela-tie had een negarela-tieve uitwerking op hem, hij raakte depressief en was zijn vertrouwen kwijt in mannen.

Door de maanden heen vertelde hij mij dat het steeds beter met hem ging. Hij leerde met zijn verdriet om te gaan en ik merkte dat hij meer contact maakte met anderen als wij uitgingen. Ivan had pas een paar jaar geleden verteld aan zijn familie dat hij gay was en dit was goed ont-vangen door zijn familie. Daar was hij erg blij mee. Hij had een goede band met zijn familie en woonde nog thuis. Regelmatig ging hij op vakantie naar het buitenland, om familie en vrienden op te zoeken.

!

Raoul

!

Na ongeveer een maand in het veld te zijn geweest ontmoette ik de vijfentwintig jarige gymleraar Raoul. Hij noemde zichzelf gay. Raoul is een korte en tengere man. Hij heeft een lichtbruine huidskleur en zwart haar. Hij droeg vaak strakke kleding zoals skinny jeans en een V-hals. Hij wist van jongs af aan al dat hij op jongens viel, zo zei hij: ‘Nooit heb ik gedacht van: vandaag lust ik een vrouw, ik waardeer ze wel want zij kunnen dingen die ik niet kan’. Hij woonde met zijn moeder, nichtjes en tante. Toen hij aan haar vertelde dat hij op mannen viel, wilde zij het niet accepteren. Hierdoor heeft hij haar een aantal maanden genegeerd, na een tijdje heeft zij het wel geaccep-teerd. Zijn vader heeft er niet veel over gezegd, maar Raoul vertelde dat hij het mooi vond dat hij hem nog als zijn zoon beschouwde.

(25)

Raoul vertelde dat hij zich niet stoort aan gay zijn. Toen ik hem vroeg of hij kinderen zou willen vertelde hij dat hij wel een kind zou willen, maar dat hij absoluut geen jongen wilde, omdat hij was bang dat hij hem gay zou maken. Een jongen zou volgens hem moeilijkheden krijgen als hij ouder wordt en gay is. Een meisje zou volgens Raoul minder moeilijkheden krijgen omdat zij on-danks zij met een vrouw ‘ligt’ ook een man kan hebben en dat mannen dat minder goed kunnen. Raoul had een langdurige relatie met een Creoolse-Nederlander. Op deze man is hij erg verliefd geweest. Ze onderhielden hun relatie door, elkaar te bezoeken en via de telefoon en social

media. Hij vertelde dat hij veel te verduren heeft gehad omdat de ‘scene’ zo klein is waardoor er

continue sprake was van sociale controle. Zo werd zijn vriend bijvoorbeeld gebeld wanneer hij op straat liep met een vriend, dan werd tegen zijn vriend verteld dat hij vreemdging. Hierdoor ontstond er veel ruzie in de relatie. De relatie werd plotseling verbroken. Raoul vertelde dat hij woede voel-de. Op het moment van het gesprek vertelde hij dat hij sinds een paar maanden een relatie had met een snoeperd. Raoul had een bewogen (seksueel) leven, zo vertelde hij dat hij vroeger bij-voorbeeld aan groepsseks deed, maar momenteel wilde hij wat meer rust in zijn leven.

Het contact met Raoul was fijn. Opvallend tijdens het gesprek was dat Raoul mij niet aan keek. Hij zat zodanig op zijn stoel dat ik alleen maar de zijkant van zijn lichaam zag. Ik denk dat het door de spanning kwam en dat hij zich nog niet volledig op zijn gemak voelde want halverwege het gesprek vertelde hij hoe kwaad en boos hij was op zijn ex-vriend. Ik kinkte toen en zei dat ik hem begreep en vanaf toen draaide hij zich om en keek hij mij de rest van de tijd aan tijdens het gesprek. Begrip leek voor hem een manier om zichzelf open te stellen en mij te vertrouwen.

!

Timothy

!

Timothy noemde zichzelf gay en is vijfendertig jaar. Timothy was een knappe man om te zien, lichtbruine huid, zwart haar en hij was groot gebouwd. Timothy wist al vroeg dat hij jongens/man-nen leuk vond, maar hij onderdrukte zijn gevoelens, omdat het volgens hem niet geaccepteerd zou worden door zijn familie. Ook vond hij het zelf moeilijk om deze gevoelens te hebben. Hij heeft daardoor relaties en seks gehad met vrouwen. Volgens Timothy was hij een echte player, een

la-diesman, hij had (seksuele) relaties met veel vrouwen. Op een gegeven moment heeft hij ervoor

gekozen om exclusief met mannen relaties te hebben. Zijn moeder had er eerst problemen mee want zij wilde heel graag kleinkinderen. Hij heeft haar moeten teleurstellen zei hij, maar nu heeft ze het geaccepteerd.

Timothy zat op het moment van het gesprek niet in een relatie, maar hij had zoals hij het noemde een ‘soort’ relatie met een snoeperd. Zijn snoeperd ‘schuilt’ volgens Timothy omdat zijn ouders zijn seksualiteit niet zouden accepteren, daarom heeft hij een vriendin. Ze zijn al jaren sa-men, maar hij kan haar niet laten, omdat het niet geaccepteerd zou worden als hij met een man zou zijn. Hij kent zijn vriendin ook en de vriendin kent Timothy als een vriend van haar vriend. Zij weet niet dat zij ook op seksueel gebied samen zijn. Volgens hem laten veel snoeperds de vrou-wen kennis maken met de mannen met wie zij een (seksuele) relatie hebben als een vriend, soms

(26)

zijn ze bevriend met de vrouwen en helpen zij in het huishouden, knappen klusjes op etc. Op deze wijze, is de relatie niet opvallend, maar vriendschappelijk.

Contact tussen Timothy en mij was regelmatig en hij vertelde dat hij blij was dat het ge-sprek flexibel en goed verliep. We zouden contact houden omdat hij mij in contact kon brengen met mannen die interessant waren voor het onderzoek. Helaas is dit niet door gegaan. We hebben na het gesprek nog contact gehad, maar daarna reageerde hij niet meer op mijn telefoontjes.

!

Orville

!

Orville is een zeventwintig jarige ober. Hij was een lichtbruine man en had een slank postuur. Hij was een opvallend persoon, die graag in de belangstelling stond. Hij noemde zichzelf gay. Orville heb ik leren kennen op een Winti Prey, maar ik had hem daarvoor al gezien.

Hij vertelde over gay series waar ik nooit van gehoord had en hoeveel mannen zich kunnen relateren aan de onderwerpen die worden behandeld in de serie. Zoals ‘uit de kast’ komen en ver-stoting. Hij praat met veel jongeren die daar mee te maken hebben en biedt ze een luisterend oor aan. Terwijl hij dit vertelde werd hij emotioneel, zijn ogen waterig en brak zijn stem. Ik vroeg hem of hij zich kan relateren aan de series, maar hij zei van niet. Iets in mij zij dat hij dat wel kon. Toen ik hem vroeg wie er voor hem klaar stond en wie er naar hem luistert haalde hij zijn schouders op en zei: ’niemand, ikzelf’. Hij zei dat hij overleeft door uit te gaan van het ergste in het leven, zodat ij niet teleurgesteld raakt.

Ik vroeg hem of hij wel eens op vrouwen is gevallen en of hij wel eens iets met een vrouw heeft gedaan. Dit was zo en hij heeft het als traumatisch ervaren zei hij. Hij vertelde dat hij was verkracht door een meisje toen hij jonger was. Hij vertelde dat een meisje hem steeds dwong om seks te hebben met hem, hij wilde dit niet. Hij vond dit heel erg.

Het contact tussen Orville en mij was goed en we gingen regelmatig stappen of wat drinken en eten en we onderhielden contact via sociale media.

!

Milton

!

Milton is een man van drieëntwintig jaar. Hij was een lichtbruine man met zwart haar en pretogen. Hij komt uit een middenklasse familie. Hij heeft drie zussen., Hij is iemand die geïnteresseerd is in de Creoolse cultuur en dan met name Winti, dans en toneel. Hij was niet openlijk gay. Cultuur be-heerst zijn hele leven. Hij is opgegroeid met de Winti en ziet het als een verrijking in zijn leven, het bied hem veiligheid en zekerheid. Milton zei hierover het volgende: ‘Ik probeer zoveel mogelijk be-zig te zijn met culturu’. Dit probeerde hij te doen door erover te lezen, regelmatig naar een Winti

Prey te gaan en lessen te nemen bij ouderen. Zijn wens was om ooit een bonuman te worden. Het

opvallendste aan Milton was dat zijn ogen schitterde wanneer hij het over Winti had, hij bracht zijn liefde voor Winti en de Creoolse cultuur hierdoor mooi over. Hij had van jongs af aan al door dat hij mannen leuk vond, dit wist hij doordat hij eerder verliefd werd op zijn vriendjes dan op vriendinne-tjes op de basisschool. Hij had daar problemen mee op de middelbare school en heeft toen

(27)

rela-ties gehad met meisjes, maar na verloop van tijd kon hij zijn gevoelens niet meer onderdrukken. Toen hij aan zijn familie vertelde dat hij gay was werd het goed ontvangen. Hij heeft hun support en daar is hij zeer blij mee.

!

Johnny

!

De negenendertig jarige Johnny noemde zichzelf gay. Ik heb hem helaas maar een keer ontmoet, ondanks onze vele pogingen om elkaar te ontmoeten. We hebben interviews gehouden via sociale media, dat werkte beter. Johnny was een man die in het toerisme werkte. Hij was een goedlachse man, donkerbruin en kort.

Johnny’s interesse in mannen is met de jaren gekomen en na experimenteren met beide geslachten gegroeid. Hij vertelde hierover het volgende: ‘Rond mijn achttiende heb ik een avontuur gehad en vanaf mijn twintigste ben ik gaan experimenteren. Ik werd aangesproken door een boy die mij dacht te hebben gezien in een club. Het avontuur op mijn achttiende heb ik gelaten voor wat het was, bewust of onbewust... Ik heb daarvoor en daarna alleen vrouwen gehad. Ik was een tijdje biseksueel, op mijn twintigste had ik weer een avontuur. Ik ben echt gaan ontdekken en expe-rimenteren en ik ga niet meer terug. Rond mijn drieëntwintigste wist ik zeker dat ik met mannen wilde zijn. Ik heb mijn ouders toen verteld dat ik gay ben. Mijn moeder vond het oké, mijn pa zijn aanpassingsvermogen was wat langer’. Johnny is een aantal jaar geleden geëmigreerd vanuit Ne-derland naar Suriname. Samen met zijn NeNe-derlandse man, met wie hij in NeNe-derland getrouwd is.

Ik vroeg hem of het in Suriname moeilijker was als gay koppel dan in Nederland. Hij vertel-de dat het niet moeilijker is omdat zij zich omgeven door mensen die er tolerant tegenover staan. Zij werden niet direct geaccepteerd binnen de scene, wel als koppel maar niet individueel. Zijn man werd niet geaccepteerd als bakra (Nederlander) en hij ook niet direct omdat hij volgens som-mige mannen als‚ blaka mang (zwarte man) opo yu kleur, zijn kleur probeerde te verbeteren door met een blanke man te gaan. Dat wordt gezegd als donker persoon met een blank persoon een relatie heeft of kinderen krijgt omdat je dan licht gekleurde kinderen krijg, wat volgens hen beter is. Dit stamt nog af uit de slavernij. Maar nadat zij zagen dat zij nog steeds samen zijn hebben zij na verloop van tijd geaccepteerd dat zij er mogen zijn. Zij kregen complimenten en respect voor het feit dat zij een getrouwd zijn. Veel mensen in hun omgeving vonden dit moedig en mooi.

(28)

!

!

Hoofdstuk 2. Sociale context

!

In dit hoofdstuk zet ik de sociale context uiteen waarin de mannen leven. De onderwerpen die be-schreven worden in dit hoofdstuk zijn: kleur en klasse, verwachtingen van mannelijkheid, ideeën in de maatschappij over snoeperds en gays, geweld en discriminatie, homorechtenbeweging en poli-tiek ter afsluiting.

Kleur en klasse

!

De koloniale aanwezigheid en de afschaffing van de slavernij in Suriname hebben ervoor gezorgd dat er hedendaags een grote diversiteit aan culturen en kleuren zijn binnen de Surinaamse maat-schappij. De grootste bevolkingsgroepen aanwezig in Suriname zijn de Inheemsen, Marrons, Cre-olen (Afro-Surinamers), Javanen en Hindoestanen. De eerste bewoners van Suriname waren de Inheemsen. Zij wonen voornamelijk in de binnenlanden van Suriname. In de binnenlanden wonen ook de afstammelingen van weggelopen slaven, de Marrons (Verschuuren 1987). Naast deze be-volkingsgroepen heb je nog andere bevolkingen die een klein percentage van de bevolking inne-men zoals de Chinezen, Libanezen, Joden, Boeroes (Nederlandse boeren o.a. uit Groningen die zich in de 19e eeuw in Suriname hebben gevestigd) Brazilianen, Haïtianen en Guyanezen (Ver-schuuren 1987).

In dit onderzoek richt ik mij op de Creolen/Afro-Surinamers. Zij zijn afstammelingen van de tot slaaf gemaakte Afrikanen, maar Creolen hebben niet alleen Afrikaanse voorouders, ze zijn vermengd met Inheemse, Chinese, Javaanse, Hindoestaanse, Nederlandse, Portugese, Joodse etc. Waarvan de laatste kolonialen waren. De Creolen zijn over het algemeen donkerbruine men-sen. Maar binnen deze groep variëren de huidskleuren van lichtbruin naar donkerbruin. Over het algemeen worden donker bruine mensen gediscrimineerd door de maatschappij. Licht bruine mensen worden meer geaccepteerd. Deze tweedeling binnen de groep lijkt voort te komen uit het slavernij verleden, waarbij mensen met een lichte huid werden gepercipieerd als beter, omdat zij waarschijnlijk een blanke (voor)vader hadden. Mensen met een lichte huidskleur kregen betere posities tijdens de slavernij, zo werkten zij als huisslaven in het huis van de slavenmeester. Dit werk was minder inspannend en minder zwaar dan het werk dat op het veld werd uitgevoerd. In Suriname is etniciteit gekoppeld aan kleur en kleur is gekoppeld aan klasse.

Er bestaan veel stereotypen over en weer tussen de verschillende groepen. Zo is er het stereotype beeld van de Creoolse man die een dief, lui, leugenaar zou zijn en onderontwikkeld, daarnaast heeft hij buitenvrouwen en veel kinderen bij deze vrouwen. Op seksueel gebied is er ook een stereotiep beeld van de Creoolse man, namelijk dat zij beschikken over een hoog libido gehalte, bij veel verschillende vrouwen kinderen maken, niet monogaam zijn en dat zij een groot geslachtsdeel bezitten, etc. Binnen de groep van Creolen leven er ook vooroordelen en worden Creolen met een lichte huidskleur gezien als mooier en beter dan mensen met een donkere

(29)

huids-kleur. Bonkoro 4 of kopro  5zijn namen voor mensen met een lichte huidskleur, mensen die zo ge

-noemd worden zien dat als een compliment. Velen willen niet te blaka (zwart) zijn, want dat is in hun ogen niet mooi.

Etniciteit en huidskleur is gerelateerd aan klasse. Binnen de Surinaamse maatschappij is klasse te onderscheiden in vier delen, namelijk de onderklasse, de volksklasse, de middenklasse en de elite. Deze indeling is gevormd door de onderzoekers Schalkwijk en de Bruijne (1997) met behulp van de volgende indicatoren: inkomen, beroep, opleiding en bezit van bepaalde consump-tiegoederen. Verder hebben zij in hun onderzoek van elke klasse beschreven wat de patronen zijn met betrekking tot hun opleiding, beroep, woonsituatie en etnische afkomst is (Terborg 2002:30). Het resultaat is in het volgende tabel te zien.

Tabel: 6 Verdeling populatie Paramaribo naar welstandsgroepen naar algemene populatie en speci

-fiek naar Creolen

!

!

In het kader van mijn onderzoek ga ik alleen in op de middenklasse en kort op de elite. De mid-denklasse is de tweede grote groep met 26%. Deze sociale groep bestaat uit personen in leiding-gevende posities bij de overheid, veel onderwijzers en verpleegsters en zelfstandige ondernemers in de particuliere sector zoals winkeliers en aannemers. De meeste mensen wonen in midden-standswijken en zijn eigenaar van hun woning. Het grootste deel van deze groep heeft voortgezet onderwijs gevolgd (42%), of een middelbare opleiding (25%) een aanzienlijk kleinere groep heeft hoger onderwijs genoten (10%)(Terborg 2002: 30-32).

De mannen uit mijn onderzoek kwamen uit de middenklasse. Volgens de indicatoren van Schalkwijk en de Bruijne, hebben sommige van deze mannen ook indicatoren van de elite. Bij-voorbeeld het hebben genoten van een hogere opleiding (sommige hebben een diploma hoger beroeps onderwijs) en alle mannen gaan regelmatig naar het buitenland, vooral naar Nederland en de Antillen. De onderzoeksgroep kwam uit een deel van Paramaribo waar de middenklasse wo-nen.

Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat familiestructuren en de genderverhoudingen binnen familiestructuren klasse gebonden zijn. Het gedrag van mensen uit de midden en- hogere

Algemeen Creolen Elite 6.5% 5.0% Middenklasse 27.7% 26.0% Volksklasse 49.9% 58.0% Onderklasse 15.9% 11.0% Totaal 100.0% 100.0%

! ‘Boomkool; lichtkleurige Creool(se)’ (Wekker 1994: 181) 4

! koperkleurig 5

! Bron: Schalkwijk en deBruijne 1997 6

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Mok onderscheidt in theoretische zin vier vormen van arbeid, die in de praktijk overigens veel minder scherp zijn te onderscheiden: formeel betaalde arbeid (bijvoorbeeld arbeid

Omdat in de to- matenteelt mineervlieg, wittevlieg en bladluis voor problemen kunnen zorgen, kunt u het beste gebruik ma- ken van gele

De biertjes hebben een negatieve impact op de gezondheid van de patiënt, maar brengen ook extra zorgkosten voor de maatschappij met zich mee (Dwarswaard en Van de Bovenkamp

Een nieuw lied van een meisje, welke drie jaren als jager onder de Fransche legers heeft gediend, en in de slag voor Austerlitz is gewond geworden... Een nieuw lied' van een

The understanding and practical expression of the concept of monotheism by African traditional religion, Islam and Christianity differs considerably. Our discussion

Met deze verkenning hopen we lessen te trekken voor (nieuwe) politieke partijen, maar ook over de algemene aantrekkingskracht van de lokale politiek: Veel inwoners

Op grond van deze gedachte kunnen we nu de volgende verwachting formuleren over de wijze waarop het onderscheid [± autonomie] relevant is op tekstniveau: in volitio-