• No results found

Goed onderwijs is geen wedstrijd

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Goed onderwijs is geen wedstrijd"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

6 7

VakTaal –NR 1 2017

Het radioprogramma De Taalstaat (NPO1) begon ermee: in een aantal afleveringen worden kandi-daten voorgesteld, vaak met een reportage, en stelt een aantal deskundige vakdidactici vragen. Aan het einde van de reeks wordt een van de kandidaten gekroond als de beste leraar van het jaar. Met de serie wil het radioprogramma leraren Ne-derlands in het zonnetje zetten. Dat is een doel dat zeer te prijzen is, en het is fijn dat bijvoorbeeld het Genootschap Onze Taal en minister Jet Bussema-ker van Onderwijs dat doel ook hebben ingezien en hebben willen meedoen aan een actie die het moe-dertaalonderwijs in het zonnetje heeft willen zetten. Sinds dit jaar doet ook de Vlaamse omroep VRT mee aan de verkiezingen. De leraren die zijn verkozen zijn stuk voor stuk docenten met hart voor de zaak.

HET SCHILD

Toch knaagt er iets. Waarom moet zo’n initiatief worden gebracht als een wedstrijd? Waarom moeten de verschillende leraren niet alleen worden voorge-steld aan het publiek, maar moet er worden gedaan alsof men hen vervolgens ook kan rangschikken, alsof een van hen vervolgens door deskundigen kan worden aangewezen als ‘de beste’?

Natuurlijk, het gebeurt met de nodige mitsen en ma-ren. De jury maakt steeds duidelijk dat het eigenlijk onmogelijk is om de keuze te maken, en dat het daar uiteindelijk ook niet om gaat. Dit staat niet in de weg dat diezelfde jury toch steeds een keuze maakt en één specifieke leraar op het schild hijst die dan korte-re of langekorte-re tijd als het gezicht van de Nederlandse en Vlaamse leraren gaat gelden.

DE TOP

Leraren zijn onvergelijkbaar. Vlaamse en Neder-landse docenten opereren bijvoorbeeld in heel ver-schillende schoolsystemen, met heel verver-schillende leerdoelen en binnen heel verschillende kaders. Maar ook binnen één land zijn er natuurlijk grote verschillen tussen de leraar van een havo 4-klas in een rumoerige wijk in de Randstad en de docent die de onderbouw van een gymnasium in Drenthe weet te inspireren. Of tussen de leraar die geweldige Ka-hoots met zijn leerlingen speelt en de leraar die het moet doen met een whiteboard of zelfs krijtbord.

En zelfs als je leraren wél onderling met elkaar zou kunnen vergelijken, als je op de een of andere ma-nier allemaal leraren in dezelfde omstandigheden zou kunnen plaatsen en dan beoordelen – willen we dan wel zo’n rangschikking? Volgens ons is een van de problemen van het onderwijs nu juist de perma-nente druk tot excellentie, de afrekencultuur die ervoor zorgt dat iedereen tot de top moet behoren. Daar moeten we nu juist proberen vanaf te komen. Iemand die tot Leraar van het Jaar uitgeroepen is, kan zich juist voor dergelijke doelen minder snel inzetten.

GEEN WEDSTRIJD

De redactie van De Taalstaat heeft ongetwijfeld voor deze formule gekozen omdat de competitie voor spanning in de uitzending zorgt, en de uitein-delijke verkiezing voor ‘nieuws’. Het is alleen zo jammer dat er tegelijkertijd zoveel zaken mee ver-loren gaan, zoals journalistieke nuance. Reële pro-blemen waarmee leraren kampen in de klas komen in deze formule minder snel aan de orde: een leraar kijkt wel uit deze aan de orde te stellen als hij in de race is om ‘de beste’ te worden.

Je zou een rijker, gevarieerder, en daarmee uit-eindelijk interessanter beeld van het leraarschap op de radio kunnen krijgen als je de wedstrijd zou loslaten. Er zou aandacht gegenereerd moeten kun-nen worden voor de verschillende aspecten van het leraarschap. Aandacht voor het hele spectrum waar een leraar dagelijks mee te maken krijgt: de samen-stelling van zijn/haar klas, de leermiddelen die hij/ zij ter beschikking heeft, het gebrek aan een eigen werkplek, het werken met een eigen of een opgelegd leermodel, het volgen van een bepaalde nascholing, een behoefte aan lekker veel leerlingen in de klas of juist niet.

Dat de betrokken leraren meedoen aan de wedstrijd – niemand kan het hen kwalijk nemen. Het is fijn dat ze in het zonnetje worden gezet, en ze doen er iets mee voor het vak en voor hun eigen school. Om de competitie hebben zij ook niet gevraagd. Maar de betrokken deskundigen (dit jaar zijn dat de docente Trudy Coenen, en de vakdidactici Peter-Arno Cop-pen en Frans Daems), die zouden eigenlijk niet aan deze wedstrijd mee moeten doen, vinden wij. Goed onderwijs geven is geen wedstrijd, en hoewel het on-getwijfeld niet moeilijk is ieder jaar te bepalen wie de beste logistieke webshop runt, kun en mag je eigen-lijk niet zeggen wie de beste leraar is.

Iris van Erve en Marc van Oostendorp maken deel uit van de redactie van VakTaal.

door: Iris van Erve en Marc van Oostendorp

Goed onderwijs

is geen wedstrijd

Sinds 2014 bestaan er in Nederland niet alleen een

Kampeerauto van het Jaar, een Fietsroute van

het Jaar en een Logistieke Webshop van het

Jaar, maar ook een Leraar Nederlands

van het Jaar. In de volgende twee

artikelen verschillen Iris van Erve

en Marc van Oostendorp van

mening met Peter-Arno

Coppen over de zin van zo

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De vraagstelling van het onderzoek luidt: In hoeverre wordt in jaarverslagen van instellingen in het funderend onderwijs verantwoord dat wettelijke vereisten worden nageleefd voor

Vosje moet gaan slapen Sophie Furlaud, Natascha

Breng de kwesties waar nu liever niet met elkaar over wordt gesproken – ‘de zones van stilzwijgen in het onderwijs’ – en die gaan over goed onderwijs, juist in debat: dé

In deze notitie wordt verkend wat de sectorraden en profielorganisaties samen kunnen doen om regionale samenwerking te bevorderen, ieder vanuit hun eigen rol5. Hierbij

Allereerst kunnen de scholen voor voortgezet onderwijs in Zeeuws-Vlaanderen zelf belangrijke stappen zetten op weg naar een breed, rijk en thuisnabij aanbod door intensief samen

Goed onderwijs vraagt om goed bestuur. De in 2010 op principes gebaseerde Code Goed Bestuur in het primair onderwijs geeft schoolbesturen een leidraad bij het realiseren van

Mensen die in hun directe omgeving iemand verloren hebben aan corona en mensen die hun baan hebben verloren zijn positiever over het idee van een nationale herdenking en aandacht

Na het startsignaal start de eerste van elke groep en probeert, zonder in het water te vervallen (de grond aan te raken), zo snel mogelijk met de overeengekomen techniek over