• No results found

Nieuws in de hoogste versnelling. " : " De betrouwbaarheid van nieuwsberichten op microblogs.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Nieuws in de hoogste versnelling. " : " De betrouwbaarheid van nieuwsberichten op microblogs."

Copied!
29
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Nieuws in de hoogste versnelling

Femke van Dongen

1:54 PM April 3th 2009 from web

(2)
(3)

Nieuws in de hoogste versnelling

(4)
(5)

INHOUD

05 INLEIDING

07 LEKKER BLOGGEN

07 DE GEBOORTE VAN DE WEBLOG

07 WEBLOG IN 2009

08 HET FENOMEEN MICROBLOG

09 CONCLUSIE

10 VAN PAMFLET TOT DIGITAAL DAGBOEK

10 ONTSTAAN VAN EEN GENRE

10 TWEE KAMPEN

11 DE BUURTJOURNALIST

12 DE WERELD VOLGENS TWITTER

12 - RAMPNIEUWS

13 - NIEUWSREDACTIES GAAN TWITTEREN

13 - JOURNALISTIEKE GEREEDSCHAPSKIST

14 CONCLUSIE

15 NIEUW NIEUWS EN JOURNALISTIEKE BLUNDERS

15 NIEUWS

15 NIEUWSHYPES

17 CONCLUSIE

18 ETHISCHE BLIK OP DE ONLINE JOURNALIST

18 ONLINE NIEUWS

18 REGELS EN GEDRAGCODES

19 GEKLEURD NIEUWS

20 CONCLUSIE

22 CONCLUSIE

23 BRONVERMELDING

23 BOEKEN

23 ARTIKELEN

23 ONLINE ARTIKELEN

24 OVERIGE BRONNEN

(6)
(7)

‘De actualiteit is een poppentheater, maar we kijken nauwelijks wie aan de touwtjes trekken. Verslaggevers rennen als razenden in de rondte, maar hebben weinig tijd om stil te staan en afstand te nemen van het stampende raderwerk. Waardoor we kleinigheden voor ‘grote gebeurtenissen’ gaan aanzien en de echte ‘toestand van de wereld’ uit het oog verliezen.’ 1

(8)

5 Nip, Jonathan (2009). Geraadpleegd op 3 maart 2009.

http://twitter.com/nipp

6 Idem. 2 De blogosfeer is het enorme netwerk van weblogs, die onderling met elkaar

verbonden zijn.

3 Bright is een innovatieve lifestyle onderneming. 4 Tweets zijn de berichten die Twitter-gebruikers publiceren.

De gevestigde media spraken elkaar tegen met allerlei onbevestigde feiten. De verwarring die er heerste was vooral te danken aan het fenomeen Twitter, waarmee het publiek over de mogelijkheid beschikt microblogs in zeer korte tijd te publiceren. Tijdens het moment suprême bleken er twitterers aanwezig te zijn. Zo ook gebruiker Nipp, hij publiceerde enkele minuten na de crash: ‘Airplane crash @ Schiphol Airport

Amsterdam!!’ 5 Een ogenblik later schreef hij: ‘Looking at crashed airplane near Schiphol.’ ‘Don’t know about survivors.’6

Na het posten van deze berichten werd deze twitterer benaderd door binnen- en buitenlandse media om te vertellen wat hij precies had gezien. Door het posten van deze korte berichtjes was Twitter het eerste medium dat melding maakte van het vliegtuigongeluk. Op deze manier was burgerjournalistiek via het Twitter-netwerk de traditionele media duidelijk een stap voor.

In deze scriptie wordt naar de betrouwbaarheid van nieuwsberichten op microblogs gekeken. Door het grote bereik heeft Twitter een signaleringsfunctie. Maar nieuws brengen met enorme snelheden, uitgestrekt over een groot bereik kan ook enige nadelen met zich meebrengen. Door de steeds snellere media en de neiging om nieuws als eerste naar buiten te brengen bestaat het gevaar dat het waarheidsgehalte van deze nieuwsberichten in gevaar komt. Een microblog als Twitter biedt gebruikers de mogelijkheid om altijd en overal informatie te publiceren. Zijn juist deze microblogs verantwoordelijk voor de onzorgvuldige berichtgeving in de media? Maken zij de problemen nog groter dan het hele mediacircus zichzelf al aan doet? Mijn interesse in de kracht van nieuwe media en hoe die ons iedere keer weer doen verbazen heeft me overtuigd het nieuwe fenomeen microblog uitgebreid te bestuderen. De wereld verandert continu. Binnen de theorievorming van virtuele gemeenschappen is nog maar weinig onderzoek gedaan naar microblogs. Het medium is nog volop in ontwikkeling maar wint daarentegen het laatste jaar veel aan populariteit. Een mondiale blogosfeer. 2 Het wordt werkelijkheid. Ik

ben erbij en samen zijn we er getuige van. Bijna iedere seconde dient een nieuw exemplaar zich aan.

Nederland telt inmiddels een miljoen weblogs en wereldwijd spreekt men al over meer dan tweehonderd miljoen online dagboeken.

Wie had hier ooit van durven dromen? Tien jaar geleden werd de allereerste weblog geboren. Dit allereerste exemplaar bestond uit niets anders dan wat droge tekst opgefleurd met foto’s en een paar

hyperlinks naar andere pagina’s. Er was een nieuw medium geboren maar met een enigszins verouderde interpretatie. Het had nog het meeste weg van een pagina in een tijdschrift of krant, maar dan enkel gehuld in een digitaal jasje.

In deze tien jaar heeft de ontwikkeling van het

internet niet stilgestaan. Het heeft zich ontwikkeld tot een dynamisch medium waar tegenwoordig niemand nog de grenzen van durft aan te geven.

Weblogs zijn er in allerlei soorten en maten. De techniek achter de weblogs heeft de laatste jaren een bloeiperiode van enorm formaat doorgemaakt. Tegenwoordig is het mogelijk om een weblog over je eigen voetbalteam bij te houden, je persoonlijke dagboek met de hele wereld te delen of je

gebeeldhouwde kunstwerken via de digitale snelweg te verkopen. Heel serieus of minder ambitieus, een weblog voor je beste vrienden of juist voor een groot publiek. Alles is mogelijk. Met de komst van internet beschikt iedereen over de mogelijkheid om zijn persoonlijke ambities te realiseren. Een ding is zeker: de wereld heeft er miljoenen journalisten bij gekregen.

25 februari 2009 brak er plotseling hevige paniek uit. Een vliegtuig van Turkisch Airlines was neergestort in een akker net voor de landingsbaan van Schiphol Airport. Opmerkelijk nieuws, wat direct uitmondde in een stroom van berichten waarin verschillende cijfers van gewonden en doden werden vermeld. Tussen de 100 en 250 passagiers zouden er aan boord van het gecrashte vliegtuig zijn, vermeldde Bright3 op zijn website gebaseerd op tweets4 en nieuwsberichten. Ook was er onduidelijkheid over het aantal stukken waarin het vliegtuig zou zijn gebroken bij de fatale landing. In twee of in drie stukken? Of was het toestel helemaal intact gebleven omdat de piloot in een laatste wanhopige poging nog een stevige buikschuiver kon maken?

INLEIDING

05

(9)

De volgende vraag staat binnen deze scriptie centraal: In hoeverre kan het gebruik van microblogs de betrouwbaarheid van nieuwsberichten beïnvloeden? Deze algemene vraag zal vanuit verschillende perspectieven bekeken worden om meer inzicht te krijgen in de probleemstelling. Allereerst wordt de ontstaansgeschiedenis en de ontwikkeling van de weblog bestudeerd en de wijze waarop vervolgens microblogs gevormd zijn. Daarnaast wordt de invloed van internet op de ontwikkeling van burgerjournalistiek beschreven. De invloed van burgerjournalistiek neemt steeds maar toe doordat gepubliceerde informatie op microblogdiensten een aanvulling kan zijn op de reguliere berichtgeving.

Vervolgens bestudeer ik wat nieuws feitelijk is en de manier waarop de betrouwbaarheid van

nieuwsberichten in tijden van nieuwshypes in het gedrang komt. Ten slotte worden er ethische kwesties besproken in hoeverre de burgerjournalist dezelfde regels moet naleven als de traditionele journalist en in welke mate verschillende interpretaties van nieuws kan leiden tot ‘gekleurd’ nieuws. Met gekleurd nieuws wordt bedoeld dat de informatie door de zender niet objectief gebracht wordt, maar wel volledig op feiten berust is. Aan de hand van deze verschillende

invalshoeken zal er uiteindelijk een conclusie gevormd worden waaruit zal blijken of nieuwsberichten beïnvloed worden door het gebruik van microblogs als Twitter.

Om tot beantwoording van de centrale

probleemstelling te komen is dit onderzoek vooral gebaseerd op literatuuronderzoek. Hierin is

hoofdzakelijk gebruik gemaakt van recente bronnen waarin de huidige ontwikkelingen van microblogs zijn beschreven. Specifieke mediaboeken hebben het mogelijk gemaakt een algemeen beeld van het

onderwerp te kunnen vormen. Artikelen op internet en journalistieke weblogs zijn gebruikt om de actuele ontwikkelingen en visies over microblogs uiteen te zetten.

(10)

7 Blood, R. (2000). Weblogs: a history and perspective.

Geraadpleegd op 20 februari 2009.

http://www.rebeccablood.net/essays/weblog_history.html

8 Idem. 9 Idem.

this original style.’ 8 Later werd de weblog persoonlijker in de vorm van commentaar en essays: ‘But the influx of blogs has changed the definition of weblog from ‘a list of links with commentary and personal asides’ to ‘a website that is updated frequently, with new

material posted at the top of the page.’ 9 Het

oorspronkelijke format van weblogs waarbij berichten gesorteerd staan op datum, wordt steeds minder als het enige herkenningspunt gezien.

Weblog in 2009

Nu het fenomeen weblog ruim tien jaar bestaat, zijn er reeds velen aan het bloggen geslagen. Veel

verschillende soorten weblogs vormen samen een enorm netwerk; de blogosfeer. Mede door een nieuwe ontwikkeling in de internettechnologie: RSS (Really Simply Syndication), is de gehele blogosfeer nog meer aan elkaar geschakeld dan daarvoor al het geval was. RSS maakt lijsten van blogartikelen, en biedt deze in een standaardformaat aan. Dit schept enorme mogelijkheden. Internetgebruikers kunnen hun eigen berichten samenstellen door een paar RSS-feeds te selecteren en binnen enkele klikken in verbinding met meerdere weblogs te staan. Bezoekers hoeven niet meer naar de desbetreffende site te surfen om een bepaald artikel te lezen, maar kunnen alles vanuit één programma in dezelfde opmaak lezen.

Fotoblogs, shockblogs en mobblogs, het zijn slechts een aantal voorbeelden van manieren waarop het medium weblog ingezet kan worden. Fotoblogs als Flickr maken het mogelijk om snel en overzichtelijk je foto’s te delen met de rest van de wereld. Een voorbeeld van een shockblog is geenstijl.nl, zij staan bekend om hun directe manier van communiceren. Met hun manier van communiceren stoten ze nogal eens iemand voor het hoofd. Mobblogs zijn weblogs waar met behulp van een mobiele telefoon berichten achtergelaten kunnen worden. Op deze manier is er door mobiele telefonie een ingang ontstaan om altijd en overal in verbinding met weblogs te kunnen zijn.

Internet heeft zich de afgelopen jaren ontwikkeld tot een dynamisch medium waar tegenwoordig niemand nog de grenzen van durft aan te geven. Webpagina’s zijn niet langer statisch. Dynamiek is het sleutelwoord van deze eeuw. Zo kun je altijd en overal in verbinding staan met je vrienden op Hyves, foto’s van je favoriete hobby delen op Flickr en je nieuwste filmpje publiceren op YouTube. Met een simpele druk op de knop is het allemaal zo geregeld.

07

Ooit waren post, telefoon en fax de belangrijkste hulpmiddelen om te kunnen communiceren met de buitenwereld. Waar deze media nog steeds bestaan, claimt de digitale snelweg echter steeds meer ter-rein. Een weekje op vakantie, een wandeling door het park of tijdens een trans-Atlantische vlucht; we kunnen ons een leven zonder het medium internet niet meer voorstellen.

Geboorte van de weblog

In 1994, werd de allereerste weblog geboren. Dit allereerste exemplaar bestond uit niets anders dan droge tekst opgefleurd met foto’s en een paar hyperlinks naar andere pagina’s. Er was een nieuw medium geboren maar met een enigszins verouderde interpretatie. Het had nog het meeste weg van een pagina in een tijdschrift of krant, maar dan enkel gehuld in een digitaal jasje. Van een nieuw verschijnsel was feitelijk geen sprake, want vanaf het prille begin van het internettijdperk zijn mensen al bezig met het verzamelen van leuke en interessante links naar informatie op het wereld wijde web. Van een weblog was echter nog geen sprake, er werd eerder gesproken van ‘linkdumpen’; het publiceren van een link, voorzien van commentaar door degene die het bericht

gepubliceerd had. Dit ‘linkdumpen’ was in die tijd een vernieuwend concept. Bezoekers werden zoveel mogelijk weg gestuurd naar andere websites, dan daadwerkelijk bij de desbetreffende site te blijven. Wat is nu eigenlijk een weblog? Een dagboek, een openbare ruimte, een natuurlijke bron van

nieuwsberichten of een verzameling van links? Simpel. Een weblog is datgene wat jij zou willen dat het zou moeten zijn. Er zijn geen regels. Een weblog is een persoonlijke internetpagina, waar regelmatig nieuwe berichten op gepost worden, in chronologische volgorde. Over het algemeen is er een bepaald format waaraan een weblog te herkennen is. Rebecca Blood, auteur van The Weblog Handbook omschrijft het weblog format als: ‘a webpage with new entries placed at the top, updated frequently [...] sometimes several times a day.’ 7 Dit online dagboek, snel geaccepteerd door de groeiende massa webloggers, werd al snel verkort tot ‘blog’, afgeleid van ‘we blog’, wat ‘wij bloggen’ betekent.

Waar tien jaar geleden weblogs vooral link-gestuurd waren, zien we tegenwoordig een duidelijke

verandering plaatsvinden. Blood: ‘The original weblogs were link-driven sites. Each was a mixture in unique proportions of links, commentary, and personal thoughts and essays. […] Many current weblogs follow

(11)

12 Brouwers, B. (2008). Minister dicht kloof met de burger via Twitter.

Geraadpleegd op 5 maart 2009.

http://www.denieuwereporter.nl/2008/11/minister-dicht-kloof-met-de-burger- via-twitter/

13 Idem.

14 Singlessite.nl (2009). Trend: Twitter als nieuwste generatie datingsite.

Geraadpleegd op 9 maart 2009.

http://www.singlessite.nl/trend-twitter-als-nieuwste-generatie-datingsite/1888

10 Feeder Media (2008). Microbloggen, wat is het?

Geraadpleegd op 24 februari 2009.

http://www.feedermedia.nl/microblogging.aspx

11 Nu.nl (2008). Haal meer uit Twitter.

Geraadpleegd op 20 februari 2009.

http://www.nu.nl/lifehacking/1494944/haal-meer-uit-twitter.html

Twitter rules and so does @MaximeVerhagen – yeah.’ 13 Een ander voorbeeld van een Twitter initiatief waarbij het grote publiek meer wordt aangesproken is de start van een roman door schrijver Ronald Giphart en NOS-redactielid Tim Overdiek. Wanneer telkens een andere gebruiker op Twitter een zin publiceert, ontstaat er uiteindelijk een verhaal. Iedereen kan na uitnodiging een bijdrage leveren aan het verhaal.

Een ander voorbeeld. Fiets zoek? Je kunt ook net als Lance Armstrong een poging wagen je gestolen fiets terug te vinden met behulp van Twitter, door slechts een berichtje met foto van het bewuste rijwiel achter te laten. En wat te denken van Twitter als datingsite? De enorme hoeveelheid informatie die mensen over zichzelf prijsgeven zou logischerwijs een ingang kunnen zijn voor het vinden van een leuke date. Niet de snelle manier van journalistiek bedrijven, maar juist het sociale aspect van Twitter wordt hierdoor benadrukt. Singlessite.nl plaatste er een artikel over op hun website: ‘Door mensen op Twitter te volgen kom je dus van alles over ze aan de weet. Naast informatie over woonplaats, uitgaan, reizen, werk, sport, hobby’s, leeftijd en levenssituatie kom je ook aan de weet wat er zoal in ze omgaat. Twitters pennen namelijk geregeld hun hersenspinsels neer in de 140 tekens. Niks blijft onopgemerkt voor de trouwe volgers.’ 14

Door recente gebeurtenissen als de vliegtuigcrash op Schiphol en de noodlanding van een vliegtuig in de Hudson rivier is in zeer korte tijd bewezen dat Twitter als medium een enorme bijdrage kan leveren aan de verspreiding van nieuws. Doordat twitterers terplekke aanwezig waren, waren zij in staat om snel verslag uit te brengen van de situatie ter plekke. Deze tweets waren kort na de gebeurtenis gepubliceerd, zo snel dat zelfs de traditionele media het nakijken hadden. Zo haalde de nieuwszender CNN het nieuws over de vliegtuigcrash van de website Twitter. De Engelstalige nieuwszender schreef op zijn website dat Twitter het eerste medium was wat melding maakte van het neergestorte vliegtuig.

Twitter lijkt steeds serieuzer genomen te worden. Dit blijkt uit het bericht dat Sky News in Engeland per 16 maart 2009 een Twitter-correspondent aan zal stellen. Ruth Barnett gaat beroepsmatig bijhouden welke nieuwsontwikkelingen er gemeld worden via Twitter.

Het fenomeen microblog

De hedendaagse trend in bloggen is de microblog. Dit fenomeen heeft al veel losgemaakt. De kruising van MSN, SMS en bloggen stelt mensen in staat om altijd en overal berichten te publiceren.

Een microblog is een vorm van bloggen waarbij korte tekstberichten, van 140 karakters gepubliceerd kunnen worden. Met deze korte berichtjes kun je anderen op de hoogte houden van waar je op dat moment mee bezig bent. Berichten kunnen via verschillende media gepubliceerd worden, via SMS, MSN, email of via internet. De bekendste microblog is Twitter. Een fanatieke twitterer als Erwin Blom, hoofd afdeling Digitaal van de VPRO, sprak onlangs over het nieuwe medium: ‘De combinatie van blog, chat en SMS met communicatie, tijd en plek maken Twitter voor mij handig, leuk, spannend en opwindend. Natuurlijk is dit pas het begin, maar het is een stellig voorbeeld van snel veranderend mediagebruik.’ 10

Iedereen kan lezen wat je aan het doen bent. Of je een douche neemt, je kinderen naar school brengt of onderweg naar huis in de file bent geraakt. Op het eerste gezicht lijken deze tweets zinloze berichtjes, welke niemand iets interesseert. Maar toch brengt het iets geruststellends met zich mee. Iets menselijks. Het doet ons beseffen dat het leven door gaat, dat de wereld blijft draaien.

Waar eerst vooral de ‘early adopters’ gebruik maakten van Twitter, zien we de laatste tijd in de media steeds meer aanwijzingen ontstaan waaruit blijkt dat de ge-meenschap van twitterers, ‘de twitosphere’ 11 , alsmaar toeneemt.

Maxime Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, heeft Twitter als middel in de strijd geworpen om in contact te komen met de burger. ‘Twitter past wel bij mijn functie’, zegt Verhagen. ‘Een minister van Buitenlandse Zaken reist van hot naar her, moet meteen reageren op onverwachte gebeurtenissen in de wereld, en houdt zich altijd bezig met verschillende dingen tegelijk. Daarbij past een medium waarmee je overal vandaan, snel korte en krachtige boodschappen kunt sturen.’

De tweets van de CDA-politicus zijn divers: het varieert van reisverslagjes, via persoonlijke bespiegelingen tot concrete verzoeken om hulp. ‘Zijn ruim achthonderd ‘volgers’ zijn laaiend enthousiast over de twitterende minister.’ 12 Ritzo ten Cate, ook een twitterer en één van de volgers van Maxime Verhagen: ‘Vroeger, ooit lang gelee, stuurde je een brief naar een minister en kreeg je wellicht ooit een brief terug – al was het maar een auto-reply van de staf. Tegenwoordig twitter je met ministers en heb je per vrijwel direct antwoord.

(12)

15 Koens, O. (2008). Twitter als journalistiek medium.

Geraadpleegd op 20 februari 2009.

http://www.denieuwereporter.nl/2008/06/twitter-als-journalistiek-medium/

Twitter lijkt hierdoor steeds serieuzer genomen te wor-den; het enorme netwerk van twitterers is in staat om informatie in een ongekende snelheid te

verspreiden. Deze nieuwe vorm van microbloggen lijkt steeds belangrijker te worden, zowel beroepsmatig als amusementmatig.

09

Journalist Olaf Koens schrijft regelmatig artikelen op De

Nieuwe Reporter, deze keer had hij de eer om over het

nieuwe medium Twitter te schrijven. ‘Twitter is als een goed café op een drukke vrijdagmiddag. Aan de toog staan een hoop collega’s, wat oude bekenden, vrienden, vage kennissen en wildvreemden. Iedereen praat dwars door elkaar heen, vaak hoor je slechts vlagen van gesprekken. Men heeft het over

persoonlijke ontboezemingen of voetbalwedstrijden, maar ook ‘breaking news’ en zaken die je nooit eerder wist. Een hoop lieden die ‘slap ouwehoeren’, zoals men dat zegt. Het leuke aan Twitter is dat je die gemakkelijk je café uitzet.’ 15

Conclusie

In 1994 werd de allereerste weblog geboren. Een weblog is een persoonlijke internetpagina, waar regelmatig nieuwe berichten gepost worden en die vervolgens op chronologische volgorde weergegeven worden. De allereerste weblog bestond in de jaren negentig uit niets anders dan wat droge tekst opgefleurd met foto’s en een paar hyperlinks naar andere pagina’s. Een nieuw medium maar met een enigszins verouderde interpretatie. Van een weblog was nog geen sprake, er werd eerder gesproken van

‘linkdumpen’; het publiceren van links naar andere pagina’s, voorzien van commentaar door degene die het bericht gepubliceerd had. Bezoekers werden liever zoveel mogelijk weggestuurd naar andere websites, dan daadwerkelijk op de desbetreffende site te blijven. In 2009, bestaat de weblog ruim tien jaar en zijn er al velen aan het bloggen geslagen. Veel verschillende soorten weblogs vormen samen een enorm netwerk; de blogosfeer. Tegenwoordig zijn webpagina’s niet

langer statisch, maar krijgen steeds meer een dynamisch karakter. Foto’s delen op Flickr, in contact staan met je vrienden op Hyves en filmpjes publiceren op YouTube. Met een simpele druk op de knop is het al-lemaal zo gepiept.

De nieuwe trend in bloggen is de verkleinde vorm van de weblog; de microblog. Een microblog is een vorm van bloggen waarbij korte tekstberichten, van maximaal twee honderd karakters gepubliceerd kunnen worden. De kruising van MSN, SMS en bloggen stelt mensen in staat om altijd en overal berichten te publiceren. Door recente gebeurtenissen als de vliegtuigcrash op Schiphol en de noodlanding van een vliegtuig in de Hudson rivier is in zeer korte tijd bewezen dat Twitter als medium een enorme bijdrage kan leveren aan de verspreiding van nieuws.

(13)

20 Idem.

21 In 2006 telt Zuid-Korea 48,3 miljoen inwoners.

22 Gillmor, D. (2004). We the media: Grassroots Journalism by the People for the

People.

23 Rosen, J. (2006). The people formerly known as the audience.

Geraadpleegd op 15 maart 2009. http://journalism.nyu.edu/pubzone/ weblogs/pressthink/2006/06/27/ppl_frmr.html

16 Gillmor, D. (2004). We the media: Grassroots Journalism by the People for the

People.

17 Bowman, S. & Willis, C. (2003). We Media. How audiences are shaping the

future of news and information. Geraadpleegd op 21 februari 2009. http://www.hypergene.net/wemedia/download/we_media.pdf

18 Tangerman, H. (2008). Digitale zeepkisten. Geraadpleegd op 10 maart 2009.

http://www.foodlog.nl/images/uploads/NRC-20081129-05016001.pdf

19 Idem.

Urenlang stencilen bij de copyrette is er niet meer bij. Een eigen weblog beginnen is binnen een paar muisklikken gebeurd. Wereldwijd hebben miljoenen bloggers het internet omgetoverd tot een universele muurkrant.’ 20 Iedere consument heeft een stem gekregen. Een stem die reikt tot aan de kern van de traditionele journalistiek. Steeds vaker wordt het nieuws vergaard en verspreid door de burgerjournalist. Open source journalism, participatory journalism of citizen journalism, welke naamgeving er ook gebruikt wordt, ze geven elk de inmenging van de burger in de journalistiek weer.

‘Every citizen’s a reporter. Journalists aren’t some exotic species, they’re everyone who seeks to take new developments, put them into writing, and share them with others.’ Deze uitspraak is van de Zuid-Koreaan Oh Yeon Ho, oprichter van de online krant OhmyNews.com. In Zuid-Korea kan elke burger een betaalde

nieuwsreporter of journalist zijn, door zich in te

schrijven bij de krant en hiervoor berichten te schrijven. Het nieuws wordt door een staf van redacteuren en reporters in de wereld gebracht, samen met ongeveer dertigduizend geregistreerde Zuid-Koreaanse

burgerjournalisten. Dagelijks lezen ongeveer twee miljoen lezers van bijna vijftig miljoen inwoners 21 het nieuws uit de krant. Dit is een duidelijk voorbeeld, waarbij aangetoond kan worden dat er ook grote groepen bij burgerjournalistiek betrokken kunnen zijn. Twee kampen

De laatste jaren wordt er veel geschreven over de burgerjournalistiek. Maar er lijken twee kampen te zijn ontstaan. Je bent voor of tegen. Op het internet wordt er veel gediscussieerd en geschreven waaruit blijkt dat niet iedereen er volledig achter staat. Je hebt

voorstanders zoals Dan Gillmor, schrijver van het boek

We the media (2004). Hij is van mening dat zijn lezers

meer weten dan hijzelf: ‘My readers know more than I do, sometimes individually on specific topics, but always collectively.’ 22 Op deze manier beschikt hij over de mogelijkheid om betere journalistiek te kunnen bedrijven. Ook Jay Rosen, professor journalistiek aan de universiteit van New York, is een fanatieke aanhanger van de burgerjournalistiek. Hij omschrijft de

burgerjournalist als volgt: ‘the people formerly known as the audience.’ 23 Burgers stonden vroeger slechts bekend als het publiek, daar waar ze nu een actievere rol vervullen.

Maar er zijn ook journalisten die afkeurend zijn over de ontwikkeling van de burgerjournalistiek. Journalist Joel Stein spreekt zijn wens uit dat hij ‘tegen’ de consument wil praten in plaats van ‘met’ hem.

In deze digitale samenleving is een

internetverbinding geen overbodige luxe meer. Eigenlijk is het overal, de hele wereld is online. Thuis, op het werk of onderweg. Met deze toegankelijkheid is het bijhouden van een weblog een stuk

eenvoudiger geworden. Nederland telt ongeveer een miljoen bloggers. Op internet kunnen zij de pet van journalist opzetten. Robin Hogervorst over zijn grote passie: ‘Eigenlijk ben ik er 24 uur per dag mee bezig, behalve als ik slaap.’ Robin is burgerjournalist, alleen heeft hij nog nooit van deze term gehoord.

‘Your voice matters. Now, if you have something worth saying, you can be heard. You can make your own news. We all can. Let’s get started’ 16, Dan

Gillmor schrijft in zijn boek We the media dat de stem van het volk steeds belangrijker wordt. Ontstaan van een genre

Simpel gezegd zijn burgerjournalisten mensen die ‘een actieve rol spelen in het verzamelen, verslaan,

analyseren en verspreiden van nieuws en informatie’. Deze definitie vormden Shayne Bowman en Chris Willis, auteurs van We Media, over de toenemende invloed van gewone burgers op het nieuws van alledag. ‘Deze participatie aan de journalistiek is niet uit financieel belang, maar door de behoefte onafhankelijk,

betrouwbaar en up-to-date informatie te verschaffen. Deze deelname brengt daarnaast ook een democratisch belang met zich mee, het bewijs dat het volk een stem heeft. Verder zien zij de ontwikkeling van de

burgerjournalistiek als een direct resultaat van de vele en wijdverspreide conversaties die op het

laagdrempelige internet plaatsvinden.’ 17

Journalist Hidde Tangerman verklaart in NRC-next met zijn artikel Digitale zeepkisten het volgende over de burgerjournalistiek: ‘In het huidige digitale tijdperk viert de burgerjournalistiek hoogtij.’ 18 Met de opkomst van het medium internet heeft het genre

burgerjournalistiek grote veranderingen ondergaan. Maar de burgerjournalistiek bestaat al veel langer. In de zestiende eeuw kende Nederland een levendige

pamfletcultuur, waarbij burgers in zelfgedrukte boekjes hun mening uiteenzetten over allerlei

ontwikkelingen. Muurkranten en buurtnieuwsbrieven vormden in de jaren zeventig meer recentere

voorbeelden van burgerjournalistiek.

‘De kopieermachine fungeerde toen als the people’s printing press.’ 19 Later ontstond de piraatzender

Veronica, opgezet en onderhouden door amateurs. ‘Het

grote verschil is dat vandaag de dag het bereik en het gemak van burgerjournalistiek enorm zijn toegenomen.

VAN PAMFLET TOT DIGITAAL DAGBOEK

10

(14)

11

26 Dirks, J. (2009). Burgerjournalistiek potentiële zege voor media.

Geraadpleegd op 20 maart 2009. http://misc.omroep.nl/wordpress/?p=1206

27 Idem. 24 Tangerman, H. (2008). Digitale zeepkisten. Geraadpleegd op 10 maart 2009.

http://www.foodlog.nl/images/uploads/NRC-20081129-05016001.pdf

25 Haakman, D. & Vriesema, I. (2006). Gewone mensen kunnen ook

nieuwsjagers zijn. Geraadpleegd op 28 februari 2009.

http://www.nrc.nl/media/article1699423.ece/Gewone_mensen_kunnen_ ook_nieuwsjagers_zijn_

Door de grote hoeveelheid nieuwe input die redacties binnenkrijgen door de burgerjournalistiek, is de

controle van feiten een enorme klus geworden. Maar dit kan natuurlijk nooit als excuus aangedragen worden. Een van de belangrijkste spelregels van de journalistiek is dat journalisten nooit op één bron af moeten gaan, én informatie altijd moeten checken.

De buurtjournalist

Er bestaan al enige tijd initiatieven voor

burgerjournalistiek, waar iedereen zelf met verhalen, foto’s en video’s terecht kan. In Nederland lijken dergelijke initiatieven nog niet van de grond te komen. Er zijn een aantal initiatieven bekend, maar deze zijn na verloop van tijd weer uit de lucht gehaald wegens te weinig belangstelling. Uitzonderingen zijn: unieuws.nl, met nieuws voor en door de regio Utrecht, en

dorpspleinen.nl, een initiatief van de Twentse Courant

Tubantia. De website dorpspleinen.nl telt 140.000

unieke bezoekers per maand, waarbij er nieuws uit alle dorpen wordt besproken. Iedereen uit de regio die locale nieuwsberichten wil publiceren is bij

dorpspleinen.nl op de juiste plaats. Het gaat op deze website alleen om regionaal nieuws. Bovendien worden nieuwtjes op de website ook elke week in de krant gepubliceerd.

Dan Gilmor, auteur van het boek We the media, schrijft dat burgerjournalisten vaak over zaken berichten waar mediabedrijven niet aan toekomen. Hyperlokale journalistiek gaat over vormen van burgerjournalistiek die plaats vinden op locaal niveau. Hyperlokaal nieuws kan een bijdrage leveren aan de betrokkenheid en verbondenheid van bewoners bij hun buurt. Hoogleraar Journalistiek, Irene Costera Meijer, is van mening dat burgerjournalistiek een duidelijke toevoeging is voor de huidige media: ‘Mensen vinden het leuk om hyperlokaal nieuws te vertellen. […] Je krijgt belevenissen te zien op buurt- en wijkniveau. Maar dat is wel het niveau waarop mensen betrokkenheid voelen. Het gaat over wat mensen leuk vinden om te vertellen. Als mensen zelf een verhaaltje uploaden is dat niet omdat ze het gevoel hebben dat ze journalistiek bezig zijn, maar omdat ze het gewoon leuk vinden om iets te laten zien aan iemand anders.’ 26 De kracht van burgerjournalistiek is het nieuws van dichtbij. Daarnaast staat er volgens Meijer een ‘beloning’ tegenover het publiceren van lokaal nieuws. ‘Die beloning kan zijn dat een website massaal bekeken wordt of belangrijk is.[…] Die beloning kan ook zijn dat je, zoals Tubantia doet, een keer per week op een pagina in de papieren krant aandacht besteed aan de leukste of mooiste verhalen op de website,’ 27 aldus de hoogleraar.

Naast dit persoonlijke bezwaar is er ook een punt van kritiek te noemen in de kwaliteit van de verslaggeving door burgerjournalisten. Er bestaan natuurlijk niet voor niets opleidingen voor de journalistiek. Professionele journalisten gaan al vaak genoeg de fout in,

mediablunders zijn immers van alledag. Hoe zal het in de praktijk tot uiting komen wanneer

burgerjournalisten met berichtgeving aan de slag gaan, zonder dat zij van de beroepsethiek op de hoogte zijn. Worden feiten en meningen niet versmolten tot één groot gebrabbel? Journalisten blijven altijd

verantwoordelijk voor zijn of haar publicatie. Met de komst van internet is de mogelijkheid ontstaan om anoniem berichten te publiceren, waardoor er misbruik van de journalistiek regels gemaakt kan worden, zonder dat iemand daarop kan worden aangesproken.

Tangerman: ‘Traditionele journalistieke codes als objectiviteit, neutraliteit, hoor en wederhoor komen in het handboek van de burgerjournalist meestal niet voor. Ongezouten meningen genieten vaak de voorkeur boven emotionele distantie en een objectieve weergave van feiten. Dit is soms een schop tegen het zere been van de professionele journalistiek.’ 24

Ondanks al deze kritieken tegen de

burgerjournalistiek wordt het bestaan ervan naast de professionele journalistiek steeds vaker geaccepteerd. Veel auteurs en journalisten proberen manieren te vinden om te kunnen leren van burgerjournalisten of hier hun voordeel mee te doen. Mark Deuze, hoogleraar journalistiek en nieuwe media van de Universiteit Leiden, is van mening: ‘Mensen hebben altijd al hun eigen media gemaakt, alleen nu zie je dat steeds prominenter worden.’ De snelle ontwikkeling in medialand heeft de ‘oude media’ ertoe aangezet te gaan experimenteren met burgerjournalistiek: van lezerscommentaren op nieuwsartikelen, tot websites die volledig ingericht zijn op nieuws wat rechtstreeks van de burger komt. Zo heeft het Algemeen Dagblad een ‘Lezersplein’, opgezet voor bijdragen van lezers.

NRC Handelsblad heeft de rubriek ik@nrc.nl in het leven

geroepen om lezers persoonlijke voorvallen te laten vertellen. Vele grote kranten maken tegenwoordig gebruik van bijdragen van lezers. Met slechts een internetverbinding en gsm is het een kleine moeite om een mailtje of foto naar een redactie te sturen.

Nieuwssite nu.nl zet al geregeld nieuwsfoto’s van burgers in om nieuwsberichten te illustreren. Media-adviseur Leon de Wolff spreekt van een grote verandering: ‘Lezers zijn voor journalisten niet langer ‘lastige noodzaak’ maar ‘inspiratiebron’.’ 25

(15)

31 Beaumont, C. (2009). Amsterdam plane crash: Twitter, social media, and the

anatomy of a disaster . Geraadpleegd op 10 maart 2009.

http://www.telegraph.co.uk/scienceandtechnology/technology/twitter/ 4806238/Amsterdam-plane-crash-Twitter-social-media-and-the-anatomy-of-a- disaster.html

32 Krums, J. (2009). Geraadpleegd op 4 maart 2009. http://twitter.com/jkrums 33 Beaumont, C. (2009). Amsterdam plane crash: Twitter, social media, and the

anatomy of a disaster. Geraadpleegd op 10 maart 2009.

http://www.telegraph.co.uk/scienceandtechnology/technology/twitter/ 4806238/Amsterdam-plane-crash-Twitter-social-media-and-the-anatomy-of-a- disaster.html

28 Dirks, J. (2009). Burgerjournalistiek potentiële zege voor media.

Geraadpleegd op 20 maart 2009. http://misc.omroep.nl/wordpress/?p=1206

29 Janssen, B. (2009). Wereld op z’n Twitters. Dagblad De Limburger. 30 Vasterman, P. (2008). Media en rampen. Psychologie en Gezondheid.

Tijdens dergelijke rampen is de informatiebehoefte bij het publiek erg groot. Mensen stemmen massaal af op de zenders waar het nieuws over de ramp gebracht wordt en blijven vervolgens urenlang aan de buis gekluisterd om alle ontwikkelingen nauwgezet te kunnen volgen.

Grote media aandacht ontstond na de eerder genoemde vliegtuigcrash op 25 februari 2009 op Schiphol Airport. Opmerkelijk hieraan was dat de Engelse nieuwszender CNN het nieuws van deze crash rechtstreeks van de website Twitter haalde. Nadat twitterer Nipp de gebeurtenis beschreven had op zijn Twitter-pagina verspreidde het nieuws zich als een sneeuwbaleffect uit over de hele wereld.

Claudine Beaumont, journaliste bij The Daily Telegraph, schreef over de gevolgen van de vliegtuigcrash in Amsterdam: ‘And from there, the news snowballed across the Twitterverse, the blogosphere and socials networks.’ 31

Een andere ramp, de vliegtuiglanding op de Hudson rivier in New York op 15 januari 2009, veroorzaakte tevens in een korte tijd veel media-aandacht. Enkele minuten na de start van de luchthaven La Guardia zag de piloot zich gedwongen te landen nadat het toestel geraakt was door een zwerm vogels. De piloot kondigde zijn medepassagiers een noodlanding aan, waarbij hij de inzittenden vroeg zich schrap te zetten voor de klap op het water. Ook bij deze vliegramp waren

internetgebruikers er als de kippen bij om live verslag uit te brengen. Janis Krums was aan boord van een veerboot tussen Manhattan en New Jersey toen het toestel van US Airways in de ijskoude rivier neerdaalde. Het schip waarop Krums zich bevond zette direct koers naar het gecrashte toestel. Krums postte een bericht ondersteund met een foto van de situatie ter plekke. ‘There’s a plane in the Hudson. I’m on the ferry going to pick up the people. Crazy.’ 32

De rol van Twitter en andere sociale netwerksites waar nieuws over belangrijke gebeurtenissen verspreid wordt, is niets nieuws. Beaumont: ‘It happened after last year’s earthquakes in China, during the Mumbai terrorist attacks, and when an aircraft crashed-landed in the Hudson river. Twitter helped many people caught up in the Australian bush fires to find a path through the flames, and even became a fun and frivolous means by which to create a map of snowfall across the UK earlier this month.’ 33

Omroepen of kranten die continu op jacht zijn naar ‘groot nieuws’ en hier een website voor

burgerjournalistiek voor opzetten, zullen volgens Meijer vrijwel altijd bedrogen uitkomen. ‘Maar het levert verhalen op. Verhalen die je anders niet had gehad.’ 28 Een voorbeeld van bijdragen van burgers is het VPRO-programma Tegenlicht. Tegenlicht werkt samen met een groepsweblog waar bloggers bijdragen kunnen leveren aan documentaires.

Placeblogger.com is ook een voorbeeld van burgerjournalistiek, enkel gericht op hyperlokaal nieuws. Op de site worden bloggers ingedeeld op basis van hun locatie. Niet het onderwerp is bepalend, maar de plek waar ze op dat moment zijn, willen zijn, of naar toe gaan.

De wereld volgens Twitter

Nu burgers met een internetverbinding de pet van journalist op kunnen zetten, zijn er tal van initiatieven ontstaan waaruit burgerjournalistiek is voortgevloeid. Met de komst van Twitter kun je alles wat je ziet en meemaakt direct publiceren en delen met vrienden en kennissen. Deze snelle en bondige manier van

berichtgeving zorgt voor een razendsnelle

nieuwsverspreiding. Journalist Bram Janssen over het fenomeen Twitter: ‘Berichtjes onder het mom van lekker bijkeuvelen, roddelen en je dag delen met anderen. Toch schuilen er onder de oppervlakkigheid functionele aspecten. Op de site verschijnen soms sneller nieuwtjes via persbureaus en Twitter ontpopt zich meer en meer als platform voor de allereerste ooggetuigenverslagen van gebeurtenissen in de wereld.’ 29 Misschien mogen we wel aannemen dat Twitter bij ‘breaking news’ dé plek is om van dichtbij het nieuws te beleven. Of lijkt dit alleen maar zo?

Rampnieuws

Rampen zijn groot nieuws en daarom vaak

maandenlang daarna nog het gespreksonderwerp van de dag. Dramatische gebeurtenissen met veel

slachtoffers en enorme materiële schade zijn voor de media ‘ideaal’ nieuws. Peter Vasterman, universitair docent journalistiek, heeft in het tijdschrift

Psychologie en Gezondheid een artikel geschreven over

rampen en media: ‘Vooral rampen in eigen land hebben een extreem hoge nieuwswaarde en veroorzaken een forse adrenalinerush op de redactie. Rampenplannen treden in werking, verslaggevers gaan er onmiddellijk op uit om ter plekke live verslag te doen, programma’s worden onderbroken en voorpagina’s van kranten worden op het laatste moment nog omgegooid.’ 30

(16)

38 Beaumont, C. (2009). Amsterdam plane crash: Twitter, social media, and the

anatomy of a disaster. Geraadpleegd op 10 maart 2009.

http://www.telegraph.co.uk/scienceandtechnology/technology/twitter/ 4806238/Amsterdam-plane-crash-Twitter-social-media-and-the-anatomy-of-a- disaster.html

39 Idem. 40 Idem.

41 Lier, H. van (2009). Alle Sp!ts-verslaggevers moeten twitteren.

Geraadpleegd op 25 februari 2009. http://www.volkskrant.nl/multimedia/ article1143853.ece/Alle_Sp!ts-verslaggevers_moeten_twitteren

42 Pieter, H. & Callenfels, S. (2009). Twitter: veel gekwek en af en toe wereldnieuws.

Geraadpleegd op 12 maart 2009. http://www.volkskrant.nl/multimedia/ article1143643.ece/Twitter_veel_gekwek_en_af_en_toe_wereldnieuws

43 Beaumont, C. (2009). Amsterdam plane crash: Twitter, social media, and the

anatomy of a disaster. Geraadpleegd op 10 maart 2009.

http://www.telegraph.co.uk/scienceandtechnology/technology/twitter/ 4806238/Amsterdam-plane-crash-Twitter-social-media-and-the-anatomy-of-a- disaster.html

34 Lier, H. van (2009). Alle Sp!ts-verslaggevers moeten twitteren.

Geraadpleegd op 25 februari 2009. http://www.volkskrant.nl/multimedia/ article1143853.ece/Alle_Sp!ts-verslaggevers_moeten_twitteren

35 Domis, P. de Senerpont (2009). Hij was nieuw op Twitter.

Geraadpleegd op 4 maart 2009. http://weblogs.nos.nl/binnenlandredactie/ 2009/02/26/%E2%80%98hij-was-nieuw-op-twitter%E2%80%99/

36 Idem. 37 Idem.

Juist in het geval van grote gebeurtenissen is het grote bereik de sleutel achter het succes van Twitter.

Beaumont stelt echter ook dat de traditionele media toch nog een cruciale rol in het nieuwsproces blijven vervullen: ‘It’s no surprise that big stories break on Twitter before they get a mention on mainstream media websites: Twitter users, after all, are everywhere, whereas journalists, reporters and cameramen, of course, cannot be in a million places at once […] but the role of the mainstream media remains crucial, because it adds flesh to the skeleton of a story provide by the blogosphere; it adds value, and the benefit of professional distance and objectivity.’ 40 Journalistieke gereedschapskist

Burgerjournalistiek wordt door de ontwikkeling van microblogs als Twitter steeds meer gewaardeerd in het bestaan naast de traditionele journalistiek.

Burgermedia kunnen als aanvulling op de reguliere berichtgeving fungeren. Bart Brouwers noemt Twitter een onderdeel dat past in de journalistieke

gereedschapskist: ‘Het ene onderwerp leent zich beter voor een verhaal van vijf pagina’s in een tijdschrift, een ander verhaal voor een nieuwsbericht in een gratis krant. En sommige onderwerpen lenen zich voor een bericht van 140 karakters.’ 41 Maar over het algemeen wordt Twitter nog steeds gezien als medium waarop ‘veel gekwek en af en toe wereldnieuws’ 42 gepubliceerd wordt. De conclusie die hieruit opgemaakt kan worden is dat de beperkte inhoud van de publicaties de kracht én de zwakte van Twitter is.

Toch proberen nieuwsredacties Twitter een kans te geven door deel te nemen aan de hype en zodoende onderdeel te worden van het enorme netwerk. Op deze manier is er geen sprake meer van burgerjournalistiek tegenover de traditionele journalistiek. Maar kunnen we spreken van een vernieuwd medialandschap waarin zowel plek is voor burgers als professionele journalisten. Beaumont concludeert in haar artikel dat er een

samensmelting heeft plaatsgevonden tussen burgerjournalistiek en de traditionele journalistiek: ‘It’s a clear demonstration of the way in which Twitter and similar services don’t just help to make and break the news these days, but are a vital part of the media machine.’ 43

Nieuwsredacties gaan twitteren

Nieuwsredacties raken steeds meer in de ban van Twitter. Vrijwel alle nieuwswebsites hebben

tegenwoordig een Twitter-account waarop het laatste nieuws binnenstroomt. Spits-hoofdredacteur Bart Brouwers wil dat alle spits-verslaggevers gaan twitteren. ‘Als een verslaggever van ons bij een persconferentie is, kan deze live verslag doen. Meteen na een interview kan vast een goede quote worden geplaatst, als opwarmertje voor het interview’ 34, legt Brouwers uit.

‘Ook bij onze redactie de Digital Desk, die de site van de

Nederlandse Omroep Stichting (NOS) van nieuws

voorziet, hebben bijna alle redacteuren een

Twitter-account’ 35, verklaart eindredacteur Pauline de Senerpont Domis. Na de vliegtuigcrash heeft de NOS dankbaar gebruik gemaakt van de microblog. ‘Het nieuws bereikt de redactie wel, maar dan? Getuigen, verhalen, details en beeld. Dat wil je dan hebben. Via Twitpic konden we al snel de eerste foto vinden die online was gezet door een omstander. Ook plaatsten we zelf oproepen voor meer informatie en konden we de eerste getuigenverklaringen via Twitter op de site kwijt.’36

Inmiddels is de microblogdienst Twitter niet meer weg te denken. De NOS draait het gebruik van de microblog dan ook om. Domis: ‘Onze verslaggever Jeroen

Wollaars twitterde vandaag vanaf de persconferentie over het vliegtuigongeluk. Hoe meer we zelf met Twitter doen, hoe meer followers en dus reacties we krijgen, zo denken we.’ 37

Een ander voordeel voor een nieuwsredactie bij het hebben van een Twitter-account, is het instellen van kernwoorden, waarop het nieuws geselecteerd kan worden. ‘Traditional media organisations, increasingly alive to the powerful role of Twitter in breaking news, will often have one eye on TwitScoop, alert to the appearance of key phrases such as ‘earthquake’, ‘terrorist’, ‘bomb’ or ‘crash’ that could provide an early indication of an unfolding event’ 38, verklaart journaliste Claudine Beaumont.

Redacties hebben er groot belang bij zo snel mogelijk op de hoogte te zijn van wat er op dat moment in de wereld speelt. De snelle berichtgeving na de recente vliegtuigcrash van februari bewijst dat netwerken op microblogs van enorme betekenis kunnen zijn. Naast de snelheid waarmee microblogs informatie kunnen verspreiden, bestaat ook de mogelijkheid om discussies te starten en hieraan deel te nemen. Beaumont over de succesvolle eigenschappen van Twitter: ‘Part of

Twitter’s attraction is not just it’s immediacy but it’s ability to both create and participate in conversations.’39

(17)

44 Witteman, J. (2009). Twitter-interview met de journalist Prem Panicker.

Geraadpleegd op 15 maart 2009. http://www.denieuwereporter.nl/2009/01/ twitter-interview-met-de-journalist-prem-panicker-mumbai/

45 Frissen, V. (2009). CNN gebruikte website Twitter bij crash.

Geraadpleegd op 3 maart 2009. http://www.nu.nl/internet/1924062/cnn- gebruikte-website-twitter-bij-crash.html

Burgerjournalisten schrijven over onderwerpen waar grote mediabedrijven niet aan toekomen. Lokaal nieuws over belevenissen op buurt- en wijkniveau waar

mensen zich betrokken bij voelen.

Met de microblog Twitter kun je belevenissen

publiceren en delen met vrienden en kennissen. Naast het delen van persoonlijke verhalen beschikt Twitter ook over het functionele aspect om snel informatie te kunnen verspreiden. Op de site verschijnen nieuwtjes soms sneller dan via persbureaus en hierdoor heeft Twitter zich de afgelopen tijd ontpopt als een platform voor de allereerste ooggetuigenverslagen van

belangrijke gebeurtenissen. De snelle berichtgeving na de recente vliegtuigcrash van februari bewijst dat netwerken op microblogs van enorme betekenis kunnen zijn. Burgerjournalistiek wordt steeds vaker als aanvulling op de reguliere berichtgeving geaccepteerd. Naast persoonlijke verhalen verschijnt er soms

wereldnieuws op het medium, de inhoud van de berichten is hierdoor een kracht en een zwakte van Twitter. Toch geven nieuwsredacties Twitter een kans door onderdeel te worden van het netwerk, en zo een nieuwe ingang te hebben om snel met nieuws in aanraking te komen. Door deze acceptatie kunnen we spreken van een vernieuwd medialandschap waar zowel plek is voor de burgerjournalist als de professionele journalist.

Journalist Prem Panicker, redacteur van het weekblad

India Abroad en medeoprichter van het Indiase

nieuwsportaal Rediff.com, was een van de belangrijkste Twitter-gebruikers tijdens de aanslagen in Mumbai november 2008. Panicker gebruikte Twitter om de lezers analyses en ooggetuigenverslagen aan te bieden. Hij is van mening dat het burgermedium Twitter voor de pers profijt kan opleveren: ‘Geen enkel medium kan overal zijn. Maar pers die niet alleen vóór, maar ook mét de consument werkt, dat is het paradijs […] Het geeft ons ogen en oren overal, de snelste technologie om nieuws naar buiten te brengen én de wijsheid van de massa.’ 44 Valerie Frissen, communicatiedeskundige en

hoogleraar ICT en maatschappij, gaat zelfs nog een stapje verder in de acceptatie van burgerjournalistiek door professionele journalisten. Ze is van mening dat journalisten niet beschaamd hoeven te zijn als Twitter de snelste blijkt in het brengen van nieuws. ‘Twitter heeft een signaleringsfunctie, maar er zal een behoefte blijven aan professionele journalisten die de feiten checken en het nieuws duiden.’ Twitter is een goede aanvulling voor journalisten: ‘Je bent gek als je het als journalist niet gebruikt.’ 45

Conclusie

Door de digitalisering is het mogelijk geworden om binnen een paar muisklikken een weblog te beginnen. Burgerjournalisten zijn mensen die een actieve rol spelen in het verzamelen en verspreiden van nieuws en informatie. Hierdoor is de invloed van de burger op het nieuws aanzienlijk toegenomen. Iedere consument heeft een stem gekregen.

De laatste jaren wordt er veel geschreven over de burgerjournalistiek. Er lijken twee kampen te ontstaan, van voor en tegenstanders. Voorstanders zijn van mening dat burgerjournalisten collectief over veel kennis beschikken daardoor de journalistiek tot een hoger niveau kunnen helpen. Tegenstanders zijn afkeurend over de ontwikkeling van de

burgerjournalistiek. Zij willen dat burgers meer de rol van ‘publiek’ vervullen, in plaats van de actievere rol tegenwoordig. Daarnaast waken veel journalisten voor de kwaliteit van de verslaggeving, er bestaan niet voor niets opleidingen voor de journalistiek. Maar ondanks deze kritieken tegen de burgerjournalistiek, wordt het bestaan ervan naast de professionele journalistiek steeds vaker geaccepteerd. De snelle ontwikkelingen op het gebied van nieuwe media heeft de traditionele media er toe aangezet te gaan experimenteren met burgerjournalistiek en zien de burgerjournalist steeds vaker als inspiratiebron.

(18)

49 Ginneken, J. van (1996). De schepping van de wereld in het nieuws. 50 Idem.

51 Idem. 52 Idem.

53 Prins, M. & Jas, J. (2008). Hype hype hoera. BN De Stem 46 Ginneken, J. van (1996). De schepping van de wereld in het nieuws.

47 Ginneken, J. van (2000). Verborgen verleiders – Hoe de media je sturen. 48 Idem.

Het dagelijkse medianieuws besteedt iedere dag aandacht aan tragische doden. Zo is er zelfs een vuistregel die de hoeveelheid doden in het nieuws weergeeft. ‘Tienduizend doden in een ander

werelddeel staat gelijk aan duizend doden in een ander land staat gelijk aan honderd doden in een buitenplaats staat gelijk aan tien doden in de hoofdstad staat gelijk aan één beroemdheid.’ 49 Bitter, maar jammer genoeg is het alledaagse realiteit. Iedere dag krijgen ‘slechts’ tien, honderd of soms duizend ‘tragische doden’ aandacht in het wereldnieuws. Elke dag sterven er wereldwijd gemiddeld 136.907 mensen 50 , 135.000 daarvan halen de krant niet: zij zijn ‘niets nieuws’.

Van Ginneken: ‘Daarbij zitten bijvoorbeeld 35.000 k inderen onder de vijf, die merendeels voortijdig overlijden aan gebrek aan vitamines en hygiëne. Dat is meermalen per week een Hiroshima atoombom op de peuters en kleuters in de Derde Wereld: maar het haalt vrijwel nooit de nieuwspagina’s. ’ 51

Nieuws is er altijd en overal. Journalisten kunnen niet altijd ter plaatse zijn wanneer er plotseling een

nieuwsitem opduikt. Daardoor zijn journalisten continu afhankelijk van bronnen en ooggetuigen.

‘Nieuws is niet wat er gebeurt, maar wat iemand zegt dat er gebeurt of zal gebeuren. Reporters zijn slechts zelden in een positie om gebeurtenissen rechtstreeks als getuige waar te nemen. Ze moeten afgaan op de weergave van anderen.’ 52 Deze wijze woorden van Leon Sigal geven exact de gedachte weer over de manier waarop nieuws de wereld in komt. Doordat journalisten afhankelijk zijn van de weergave van anderen, kunnen zij nooit een objectief oordeel vellen en is er dus altijd sprake van ‘gekleurd’ nieuws.

Nieuwshypes

‘Ik leef, ik leef!’, riep Jules Deelder toen een radioverslaggever hem begin 2002 als zoveelste journalist confronteerde met het bericht dat hij die dag was overleden. Journalistieke blunders en hypes zijn van alle tijden. Doordat tijd in onze samenleving een steeds grotere rol speelt en de concurrentie aanzienlijk is toegenomen, lijken deze hypes elkaar steeds sneller op te volgen. Monique Prins schrijft in haar artikel Hype hype hoera: ‘We gaan van de poema op de Veluwe, de natte zomer en gorilla Bokito naadloos over op de warme winter en de Fitna-film.’ 53

Socioloog Peter Vasterman promoveerde op hypes in de media. In juni 2005 werd de Veluwe opgeschrikt met het nieuws dat er een groot katachtig dier

gesignaleerd was. Het zou om een poema gaan, zo meldden de media massaal.

Nieuws is snel. Steeds sneller. Vaak wordt het onbewust weggewuifd omdat er ‘niets aan de hand zou zijn’. Toch worden we er steeds meer door in beslag genomen. De schuldbekentenis van Joran van der Sloot, het uitkomen van de nieuwste iPhone, de vliegtuigcrash op Schiphol en Fitna (2008) de film van Geert Wilders zijn slechts een aantal

voorbeelden van situaties die onze wereld compleet op zijn kop zetten. In het vorige hoofdstuk bleek dat professionele journalisten door de komst van microblogs beïnvloed worden door

burger-journalisten. Er zijn daarnaast nog meer factoren te noemen waardoor het nieuws gestuurd kan worden. Kan de betrouwbaarheid van nieuwsberichten in het gedrang komen door de plotselinge ontwikkeling van nieuwshypes? Onverwachte hectische situaties kunnen ervoor zorgen dat het waarheidsgehalte van een nieuwsitem niet meer als vanzelfsprekend centraal staat.

Nieuws

Mediapsycholoog Jaap van Ginneken geeft in zijn boek

De schepping van de wereld in het nieuws (1996) een

definitie van het begrip nieuws: ‘Nieuws is iets wat als ‘nieuw’ wordt opgemerkt en aangemerkt binnen een bepaalde maatschappij of groep, en niet iets wat als ‘niets nieuws’ wordt beschouwd binnen diezelfde maatschappij of groep. Iets wat beschouwd wordt als on-verwacht, buiten-gewoon, ab-normaal. En niet iets wat beschouwd wordt als te verwachten, gewoon en normaal.’ 46

Van Ginneken geeft in zijn boek Verborgen verleiders (2000) het verschil aan tussen nieuws en ‘niets nieuws’. ‘Nieuws is letterlijk: datgene wat nieuw is. En in bredere zin: datgene wat daarbinnen belangrijk wordt geacht. De meeste journalisten en het grotere publiek gaan er stilzwijgend van uit, dat vanzelfsprekend is wat als nieuws kan worden beschouwd. Maar dan wordt er aan voorbij gegaan, dat er dan stilzwijgend ook veel als ‘niets nieuws’ over het hoofd wordt gezien.’ 47 Net als in de psychologie zien we in onze waarneming iets als een ‘figuur’ en de rest automatisch als ‘achtergrond’.

Het wereldnieuws bestaat tegenwoordig uit zeer diverse onderwerpen. Van Ginneken: ‘Bij een nadere ontleding van het wereldnieuws stuiten we

bijvoorbeeld op het feit, dat zelfs de kat en de hond van de Amerikaanse president in de internationale media meer aandacht krijgen dan sommige grote landen elders bij elkaar.’ 48

(19)

58 Vasterman, P.(1999). Mediahype – Nieuws maken door de opwinding te verslaan 59 Ginneken, J. van

60 Ginneken, J. van (2000). Verborgen verleiders – Hoe de media je sturen. 54 Prins, M. & Jas, J. (2008). Hype hype hoera. BN De Stem

55 Dersjant, T. (2000). Uit onbetrouwbare bron - de mooiste missers in de media. 56 Prins, M. & Jas, J. (2008). Hype hype hoera. BN De Stem

57 Dersjant, T. (2000). Uit onbetrouwbare bron - de mooiste missers in de media.

Een psychologische blokkade maakt zich van je meester, wat het risico op een blunder weer groter maakt. ‘Journalisten hebben de menselijke eigenschap te zoeken naar bevestiging van wat zij al denken. Hoe groter de opwinding, des te geringer het kritisch vermogen van de journalistiek’ 58 , stelt Vasterman. Anonieme bronnen worden eerder geaccepteerd en de neiging om geruchten te melden wordt groter.

Het medium internet beschikt over de eigenschap informatie snel en ver te kunnen verspreiden, de slag om aandacht heeft de media veranderd. Tien jaar geleden hebben kranten bewust gewacht met het publiceren van het artikel over het schandaal rondom president Clinton en Monica Lewinski. Uit

voorzichtigheid en fatsoen keken de kranten de situatie van de in opspraak geraakte president nog even aan. Daar had journalist Matt Drudge echter geen boodschap aan. Hij plaatste het artikel op zijn website, waarmee het direct voor de hele wereld open lag. Van Ginneken: ‘Winstcijfers zijn belangrijker en journalistiek graafwerk is duur en tijdrovend. Dan liever een smeuïg verhaal dat direct scoort.’ 59

Opmerkelijk is dat de belangrijkste avondjournaals van de drie grootste Amerikaanse televisieomroepen in het jaar 1998 elk gemiddeld bijna een vol uur per week aan het schandaal besteedden. ‘Het presidentiële slippertje kreeg hierdoor meer aandacht dan de Aziatische en Russische financiële crises, de confrontatie met Irak, de bomaanslagen op Amerikaanse ambassades in

Oost-Afrika, het vredesproces in het Midden-Oosten, de atoomtests in India en Pakistan en de daardoor

oplopende spanningen, de terugkeer van de

hoogbejaarde John Glenn naar de ruimte en de staking van de grote automobielarbeidersvakbond bij elkaar opgeteld.’ 60

Het ontstaan van nieuwshypes is echter niet alleen de fout van een journalist. Burgers kunnen hier ook schuld aan hebben. De film Fitna (2008) van politicus Geert Wilders was amper drie uur na de verschijning op internet al drie miljoen keer bekeken. De media-aandacht die aan de verschijning van de film vooraf ging, heeft er voor gezorgd dat vele mensen ‘betrokken’ raakten bij het onderwerp.

Veel media-aandacht is niet alleen een voorwaarde voor het ontstaan van nieuwshypes. Nieuwshypes kunnen ook ontstaan doordat media op het verkeerde been worden gezet. Wat volgens mediapsycholoog Jaap van Ginneken wel vaker gebeurt, is dat een nieuwsredactie een tip krijgt omtrent een bepaalde situatie. Nieuws wordt aangereikt inclusief twee bronnen die het gehele verhaal bevestigen.

Het nieuws was gebaseerd op verhalen van

ooggetuigen, onduidelijke foto’s en een video-opname, een aangevreten hert en het bericht over een

waarschijnlijke ontsnapping van een heimelijk verkochte poema in België. Vasterman: ‘Uit mijn onderzoek blijkt dat de journalistieke normen tijdens een hype onder grote druk komen te staan. Door de snelheid van een hype zijn er minder mogelijkheden om de feiten te checken terwijl de druk om mee te doen groot is. Bij hypes gaat één lezing van het verhaal domineren en komen andere perspectieven niet meer aan bod.’ 54 Het dier is nooit gevonden.

Het scoren van een nieuwsprimeur is ook een belangrijke oorzaak voor het ontstaan van hypes. Mediaspecialist Theo Dersjant heeft een boek geschreven over missers in de media. In dit boek beschreef hij een gebeurtenis waarin een journalist van het weekblad Stern werd geobsedeerd door het idee om wereldwijde faam te bereiken. 55 Hitlers dagboeken ontdekt!, deze titel stond vijfentwintig jaar geleden met grote letters op de voorpagina. De hele internationale pers stond op zijn kop, een hype was geboren.

Dersjant: ‘Het verhaal werd overgenomen door de internationale pers omdat drie deskundigen het handschrift van Hitler zeiden te herkennen. Maar niemand ging het verhaal checken. Zo werkt het nog steeds: als een expert zegt dat het waar is, zal het wel waar zijn.’ 56 Kort na de publicatie bleek het niet om de echte dagboeken te gaan. Blunders van deze aard zijn ook nu nog goed denkbaar. Het gaat in het nieuws niet meer om de vraag of een bepaald nieuwsitem op waarheid gebaseerd is, het draait allemaal om de hoeveelheid aandacht die eraan geschonken wordt en in toenemende mate de commerciële druk tussen de verschillende redacties.

Vanaf de eeuwwisseling zijn we in een

stroomversnelling geraakt in het ontstaan van nieuwe en steeds snellere media. De uitbreiding van het medialandschap zorgt ervoor dat de hoeveelheid bronnen nog steeds toeneemt. Door technologische ontwikkelingen is het mogelijk om nieuws in een moordend tempo wereldwijd te verspreiden. De

snelheid van het medium internet heeft er voor gezorgd dat de kans op journalistieke blunders alleen maar groter is geworden. Groot nieuws ontwikkelt een soort eigen kracht. Iedereen meent er iets over te willen zeggen. Dersjant: ‘Dat we niet de eersten zijn, is niet erg, denken journalisten. Als we maar in hemelsnaam niet de laatsten zijn.’ 57 Wanneer er een gerucht zijn intrede doet, heb je in eerste instantie de neiging om dit voor waar aan te nemen.

(20)

Media zijn op deze manier vrij makkelijk om de tuin te leiden. Een goed voorbeeld hiervan is de 1 aprilgrap waarbij vermeld werd dat er Duitse kunst in een Zandvoortse bunker zou zijn gevonden. Diverse media, waaronder het NRC Handelsblad, plaatsten er een artikel over in hun dagblad.

Conclusie

Nieuws is datgene wat nieuws is, en wat daarbinnen belangrijk geacht wordt. Vaak wordt er vanuit gaan dat vanzelfsprekend is wat als nieuws beschouwd kan worden. Daarbij wordt vergeten dat veel ‘niets nieuws’ over het hoofd wordt gezien. Nieuws is er altijd en overal. Journalisten kunnen niet altijd ter plaatse zijn wanneer er nieuws ontstaat. Journalisten zijn daardoor continu afhankelijk van bronnen en ooggetuigen. Doordat journalisten afhankelijk zijn van de weergave van anderen, kunnen zij nooit een objectief oordeel vellen en is er dus altijd sprake van ‘gekleurd’ nieuws. In het nieuws staat niet langer het waarheidsgehalte van een nieuwsitem centraal. Steeds vaker wordt het nieuws beïnvloed door factoren van buitenaf. Journalistieke blunders en hypes zijn van alle tijden. Doordat tijd in onze samenleving een steeds grotere rol speelt en de concurrentie aanzienlijk is toegenomen, lijken deze blunders elkaar steeds vaker op te volgen. Journalistieke normen komen tijdens een hype onder druk te staan. Door de snelheid van een hype zijn er minder mogelijkheden om de feiten te checken terwijl de druk om mee te doen groot is. Bij hypes gaat één lezing van het verhaal domineren en komen andere perspectieven niet meer aan bod. Een andere oorzaak voor het ontstaan van hypes is het willen scoren van een nieuwsprimeur.

Door technologische ontwikkelingen is het mogelijk om nieuws snel wereldwijd te verspreiden. Het ontstaan van het medium internet heeft er voor gezorgd dat de kans op journalistieke blunders alleen maar groter is geworden. Groot nieuws ontwikkelt een soort eigen kracht. Iedereen heeft de mogelijkheid gekregen om er iets over te zeggen. Anonieme bronnen worden eerder geaccepteerd en de neiging om geruchten te melden wordt groter.

Ook burgers kunnen schuld hebben aan het ontstaan van nieuwshypes. Zo kunnen media op het verkeerde been gezet worden door aangereikt nieuwtjes. Daarnaast kan grote media-aandacht rondom een bepaald onderwerp de aandacht van de burger trekken waardoor velen al bij het onderwerp betrokken raken.

(21)

63 Houten, M. ten (2007). Online nieuws is maar 69 minuten vers.

Geraadpleegd op 15 maart 2009.

minuten-vers/

64 Tangerman, H. (2008). Digitale zeepkisten. Geraadpleegd op 10 maart 2009.

http://www.foodlog.nl/images/uploads/NRC-20081129-05016001.pdf

65 Blankensteijn, H. (2006). Burgerjournalistiek bestaat niet.

Geraadpleegd op 10 maart 2009. http://www.volkskrantblog.nl/bericht/25471

61 Ginneken, J. van (2000). Verborgen verleiders – Hoe de media je sturen. 62 Dumé, B. (2007). Digg.com reveals news stories fade after 1 hour.

Geraadpleegd op 15 maart 2009.

http://www.newscientist.com/article/dn11702-diggcom-reveals-news- stories-fade-after-1-hour.html

ETHISCHE BLIK OP DE ONLINE JOURNALIST

nieuws het eerst en deelt het vervolgens weer met anderen. Zij delen het nieuws op hun beurt weer met anderen. Het aantal mensen dat het nieuws uiteindelijk vernomen heeft, verloopt volgens een positief

exponentieel effect. Hoe meer mensen van het verhaal weten, hoe meer mensen het te horen krijgen. Op den duur wordt nieuws oud en verliest het aan

aantrekkingskracht. Wat het verhaal nog

gecompliceerder maakt, is het feit dat er heel veel verschillend nieuws is. Mensen hebben dus een keuze in het lezen van nieuws. Zo kan nieuws door

verschillende bronnen uitgebracht worden en vanuit diverse invalshoeken gepubliceerd worden.

‘Nieuwsitems strijden met elkaar om aandacht.’ 63

Regels en gedragcodes

De journalistiek werkt al sinds tijden met regels en gedragcodes om garant te staan voor professionele journalistiek. In de internationale declaratie van 1954 is de standaard van professioneel gedrag voor

journalisten vastgelegd. Deze heeft betrekking op het verzamelen, uitzenden, verspreiden en uitleggen van nieuws en informatie. In de declaratie staat bovendien vermeldt dat feiten en informatie op een eerlijke en onpartijdige manier verzameld en gepubliceerd moeten worden. Verder dient iedere journalist te streven naar waarheidsgetrouwe informatie, en foutieve informatie zo goed mogelijk recht te zetten. Het vermelden van een persoonlijke opinie wordt gerespecteerd zolang daar geen discriminerende elementen in voorkomen. De kern van de journalistiek is helder vastgelegd en is hierdoor glashelder voor iedere journalist.

Burgerjournalisten mogen meestal niet op het respect en vertrouwen van de traditionele journalist rekenen. Vooral de directe manier van spreken stoot menig journalist nog wel eens voor het hoofd. Het is even wennen aan de manier waarop de burger het nieuws brengt. In zijn artikel Digitale zeepkisten bespreekt Hidde Tangerman een voorbeeld van burgernieuws: ‘Op de homepage van unieuws.nl is op een willekeurig ochtend een filmpje te zien van blogger ‘piepje’ die een brandend voertuig filmt en samen met een omstander van commentaar voorziet. ‘Een paar Marokkanen erbij, dan hebben we helemaal een mooi plaatje’ 64, zegt een van de sprekers. Van traditionele journalistieke codes is hier helemaal geen sprake, een stevige schop tegen het been van de professionele journalist.

Journalist Herbert Blankensteijn schreef in de

Volkskrant: ‘Wat is dat voor journalistiek, als de auteurs

alles willen kunnen roepen over dingen waar ze niets van weten, volgaarne op de man spelen, maar zichzelf verschuilen achter puberale pseudoniemen?’ 65

‘De actualiteit is een poppentheater, maar we kijken nauwelijks wie aan de touwtjes trekken.

Verslaggevers rennen als razenden in de rondte, maar hebben weinig tijd om stil te staan en afstand te nemen van het stampende raderwerk. Waardoor we kleinigheden voor ‘grote gebeurtenissen’ gaan aanzien en de echte ‘toestand van de wereld’ uit het oog verliezen.’ 61 Jaap van Ginneken schetst een

beeld van de journalist in het huidige

media-landschap wat meer en meer in een mediacircus lijkt te veranderen. Media willen de lezer blijven

prikkelen, door continu nieuws te vergaren en een aanhoudende stroom van berichten uit te sturen. Veel nieuws raakt al snel zijn aantrekkingskracht kwijt. Uiteindelijk bepaald de lezer welk nieuws hij wil oppikken, en is de taak aan de journalist om hier tussen te springen. Door de hoge snelheid waarmee het nieuws tot ons komt, kan de kwaliteit ervan in gevaar komen. Blijft de journalistiek hierdoor achter de burgerjournalist aanhuppelen? Of zal het leiden tot een strijd voor gelijke regels tussen burgers en journalisten?

Online nieuws

‘Nieuws is wat eruit springt, wat tegen de vanzelfsprekende achtergrond opvalt. We kennen allemaal de beroemde uitspraak: ‘Als een man door een hond gebeten wordt is dit géén nieuws, maar als een hond door een man gebeten wordt is dat wel nieuws.’ Van Ginneken geeft hier aan wat nieuws is, en hoe het zich onderscheid van al het andere nieuws.

Door de komst van internet hebben veel meer mensen de hele dag door direct toegang tot de media. Hierdoor is het mogelijk geworden om elkaar op het web te wijzen op interessante berichten, maar ook door zelf informatie te publiceren. De hoeveelheid informatie op internet neemt alsmaar toe. Online nieuws kan eenvoudig doorgegeven worden. Wat ‘doorgeefnieuws’ juist zo speciaal maakt is dat er geen hiërarchie voor nodig is. Online nieuws is als het ware een grote wolk met informatie. Iedereen pikt er die informatie uit die voor zijn of haar netwerk belangrijk genoeg is om te delen. Vervolgens kan deze informatie weer opnieuw verdeelt of via microblog Twitter ‘retweet’ worden. Er wordt continu nieuwe informatie op het internet gepubliceerd. Juist door deze massale stroom van informatie zijn online nieuwsberichten hun

aantrekkingskracht vaak na een uur al kwijt. Uit een onderzoek van de statistische natuurkundigen, Fang Wu en Bernardo Huberman, blijkt dat online nieuws slechts 69 minuten ‘vers’ is. 62 Een kleine groep verneemt het

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het kabinet heeft de Tweede Kamer te kennen gegeven dat hij voornemens is om met een regeling voor deelgezag te komen voor personen die nauw betrokken zijn bij de verzorging en

Tabel 47 geeft een beeld van deze ontwikkeling in deze periode. Van de ondernemingen, welke deze productiegrens overschrijden, zijn de kleinere, welke minder. dan 25 arbeiders in

In ons onderzoek zijn we op zoek gegaan naar de wijze waarop interacties tussen ouders met jonge kinderen binnen de wachtzaal van het consultatiebureau van Kind & Gezin in

Mensen steken zich in schulden en worden ver- volgens gedwongen te werken voor hun

Topic detection using Kmeans is compared to the word2vec model with an extra neural network layer.. We use Active learning to research the efficiency of using it to annotate

Klassieke onderwerpen worden in dit congresverslagboek vanuit een vernieu- wende, geactualiseerde of kritische invalshoek besproken: de leiding van het geschil door de verzekeraar

Deze middelen worden ingezet voor het integreren van de sociale pijler (onder andere wonen – welzijn – zorg) in het beleid voor stedelijke vernieuwing en voor

Daarnaast is het percentage HBO-afgestudeerden dat op zoek is naar een andere functie in de sector cultuur en overige dienstverlening hoger dan bij de overheid als geheel, en