Kiezen met je smartphone:
Het verbeteren van het keuzeproces voor een politieke
partij met een mobiele applicatie
Robin Anker – 10222359
Bachelor scriptie
Begeleider: Dick Heinhuis
Inleverdatum:17-‐08-‐2015
Universiteit van Amsterdam
Samenvatting
In dit onderzoek is gekeken naar de mogelijkheid om een mobiele applicatie met politieke informatie te ontwerpen die het keuzeproces voor een politieke partij kan ondersteunen. Omdat het Nederlandse politieke landschap bestaat uit veel partijen die allemaal hun eigen boodschap willen overbrengeng aan kiezers kan het kiezen als een complexe handeling worden ervaren. Doordat mensen steeds vaker in het bezit zijn van een smartphone en deze altijd bij zich hebben, is dit mogelijk een goed platform zijn om een applicatie voor te ontwerpen om kiezers te ondersteunen. Dit onderzoek bestaat uit een theoretisch kader dat beschrijft hoe beslissingen worden gemaakt en hoe politieke besluitvorming eruit ziet. Aan de hand van dit theoretisch kader zijn een aantal eisen opgesteld waaraan een mobiele applicatie moet voldoen om politieke besluitvorming te ondersteunen. Een prototype van de applicatie is door middel van veldonderzoek getest en de resultaten worden overzichtelijk behandeld. Uit het veldonderzoek komt naar voren dat het gebruik van de applicatie leidt tot een beter beargumenteerde mening bij een significant deel van de respondenten. Voor verder onderzoek zal een volledige applicatie ontwikkeld moeten worden en deze zou uitgetest kunnen worden bij de volgende Tweede Kamer verkiezingen.
Inhoudsopgave
Samenvatting ... 2
1.
Inleiding ... 4
1.1.
Onderzoeksvraag ... 6
2.
Theoretisch kader ... 7
2.1.
Behavioural Decision Theory ... 7
2.2.
Politieke besluitvorming ... 9
2.3.
Politieke kennis ... 10
2.4.
Verwerken van informatie ... 11
2.5.
Conclusie ... 14
2.6.
Hypothese ... 14
3.
Onderzoek ... 16
3.1.
Opzet ... 16
3.2.
Applicatie ... 18
4.
Resultaten ... 20
4.1.
Algemene gegevens ... 20
4.2.
Analyse ... 21
4.2.1.
Mening van de respondenten ... 21
4.2.2.
Beslissingsstrategie ... 25
5.
Conclusie ... 29
6.
Discussie ... 30
7.
Literatuurlijst ... 32
7.1.
Artikelen: ... 32
7.2.
Websites: ... 34
8.
Bijlagen ... 35
Bijlage 1 – Onderzoek vooraf ... 35
Bijlage 2 – Vragenlijst achteraf ... 37
Bijlage 3 – Samenvatting opiniestuk Frits Bolkestein ... 39
Bijlage 4 – Standpunt VVD (Partij B) ... 40
Bijlage 5 – Alle schermen mobiele applicatie ... 41
1. Inleiding
Bij elke verkiezing (gemeente, landelijk of provinciaal) zijn er kiezers die niet weten op welke partij ze moeten stemmen. Er zijn voor deze zwevende kiezers verschillende informatiebronnen die zij kunnen gebruiken om zich te informeren om hun keuze te maken voor een politieke partij. Kiezers kunnen onder andere gebruik maken van een stemwijzer, debatten bekijken op televisie, partijprogramma’s doornemen of op straat in gesprek gaan met politici. Toegang tot deze informatie is mogelijk via verschillende platformen die elk hun eigen voor en nadelen hebben. Content via de televisie is makkelijk toegankelijk maar niet interactief en via de computer kunnen kiezers op verschillende manieren informatie opzoeken, maar toegang tot een computer is niet altijd vanzelfsprekend. Met de introductie van de Iphone in 2007 en de daarop volgende introductie van soortgelijke smartphones van concurrerende merken is een begin gemaakt met het gebruik van mobiel internet door consumenten (West & Mace, 2010). Met toegang tot mobiel internet is het voor consumenten mogelijk geworden om met behulp van websites en applicaties informatie op hun mobiele telefoon te bekijken. Waar de meeste mensen een paar jaar geleden nog voor het nieuws de krant bekeken daar bekijken mensen dit nu vaker op hun mobiele telefoon of tablet (Westlund & Färdigh, 2015). Hierdoor is de manier waarop mensen hun informatie verzamelen over het politieke landschap veranderd.
Een mobiele telefoon kan op verschillende manieren worden gebruikt om het keuzeproces van de kiezer te ondersteunen en ervoor te zorgen dat er een politieke partij gekozen kan worden. Volgens Lee et al (2015) zijn er twee manieren waarop een mobiele telefoon wordt gebruikt bij het verwerken van informatie over politieke kwesties. Als eerste wordt de mobiele telefoon gebruikt om informatie over de politiek op te zoeken en te lezen. Hierdoor kunnen zij aan de hand van de meest recente informatie een mening vormen over relevante politieke kwesties. Ook kan de mobiele telefoon worden gebruikt om in contact te komen met mensen binnen hun kring van vaste contacten om over de politiek te praten. Op deze manier kunnen kiezers op verschillende momenten in discussie gaan over politieke informatie in aanloop naar een verkiezing. Omdat een groot deel van de bevolking in het bezit is van een mobiele telefoon (Westlund et al, 2105) is het een platform dat zich goed leent om op een snelle manier veel mensen te bereiken met informatie en nieuws over de politiek. Dit kan ervoor zorgen dat mensen vaker politieke informatie bekijken en meer maatschappelijk en politiek betrokken raken (Campbell & Kwak, 2010).
Dit is voor zowel kiezers als voor politieke partijen een goede ontwikkeling. Kiezers kunnen op deze manier aan de hand van de laatste ontwikkelingen hun oordeel vormen en eventueel hun mening over een politieke partij bijstellen en politieke partijen kunnen kiezers voorzien van relevante informatie. Een voorbeeld hiervan zijn de gevoerde campagnes van Barack Obama in 2008 en 2012. Hierbij is op grote schaal gebruik gemaakt van digitale media om kiezers te bereiken. Door de integratie van digitale media, sociale media en traditionele media heeft hij een groot deel van de kiezer weten te bereiken (Bimber, 2014). Via informatie die werd vergaard via zijn campagne-‐ platform zijn er profielen van kiezers aangemaakt om een meer persoonlijke benadering te ontwikkelen. En door het gebruik van sociale media konden mensen op de hoogte worden gehouden en worden betrokken in de verkiezing.
Omdat de mobiele telefoon een platform is dat zowel door kiezers als door politieke partijen kan worden gebruikt voor het verstrekken en bekijken van informatie over de politiek is het van belang om te kijken naar wat de waarde is van een mobiele telefoon. Mobiele telefoons kunnen door
gebruikers op verschillende manieren worden gebruikt en kunnen op verschillende manieren ondersteuning bieden in het dagelijks leven. Met de introductie van de smartphone is het aantal functies waarvoor een mobiele telefoon kan worden gebruikt toegenomen. Een smartphone kan van waarde zijn voor een gebruiker als deze de mogelijkheden biedt om verschillende eisen die een gebruiker stelt aan een mobiele telefoon te vervullen. Een smartphone realiseert zijn waarde wanneer een gebruiker er zich nauw voelt verbonden mee voelt, de primaire functies bruikbaar zijn om in contact te komen met personen om zich heen en wanneer de aanwezige applicaties het gebruiksgemak van de gebruiker bevorderen (Park & Sung 2013). Het gebruik van een mobiele applicatie zou het keuzeproces kunnen ondersteunen wanneer de applicatie gebruiksvriendelijk is en wanneer deze gebruikers persoonlijk benaderd zodat de gebruiker zich verbonden voelt met de applicatie.
In de aanloop naar een verkiezing kunnen kiezers gebruik maken van hun mobiele telefoon tijdens het keuzeproces voor een politieke partij. Omdat veel gebruikers toegang hebben tot mobiel internet is het voor gebruikers gemakkelijk om op verschillende tijden via hun telefoon informatie op te zoeken over de politiek en over deze informatie te praten met hun contacten. Dit kan er ook voor zorgen dat mensen meer betrokken raken bij de politiek en de maatschappij. Deze betrokkenheid is belangrijk zodat de afstand tussen kiezers en de politiek niet te groot wordt en kiezers zich kunnen identificeren met politieke partijen. Echter door de toename van partijen in de laatste paar jaar in de Tweede Kamer is het politieke landschap in Nederland versplinterd (Reybrouck, 2015). Al deze partijen verkondigen hun eigen verhaal en willen de kiezer overhalen om op hen te stemmen. Deze situatie zorgt ervoor dat kiezers meer keuze hebben en meer informatie tot zich moeten nemen om op de hoogte te blijven van de politiek. De verhoogde complexiteit kan leiden tot een mogelijke onthechting van de interesse en betrokkenheid on de Nederlandse politiek. Het gebruik van een mobiele applicatie om het keuzeproces te ondersteunen zou het mogelijk kunnen maken om kiezers goed te informeren en te betrekken bij de politiek. In dit onderzoek wordt er gekeken of ondersteuning van het keuzeproces met een mobiele telefoon kan leiden tot het maken van een betere keuze voor een politieke partij. Er wordt gekeken of mensen bij deze keuze een goede afweging maken van alle relevante kwesties en een rationele keuze maken. Hiervoor wordt er onder andere gekeken naar het keuzegedrag van mensen en hoe zij informatie inwinnen en op welke manier dit het maken van een beslissing beïnvloedt. Op deze manier wordt er gekeken of er een mobiele applicatie kan worden ontworpen die mensen in dit proces ondersteunt.
Voor de relevantie van dit onderzoek is gekeken naar de plek die politieke besluitvorming en het ontwerpen van een mobiele applicatie hebben in het vakgebied van Informatiekunde. Bij dit onderzoek wordt er gekeken naar literatuur van verschillende disciplines uit onder andere de Psychologie, Politicologie en de Informatiekunde. Er wordt getracht om de raakvlakken van deze richtingen te belichten en uit bruikbare onderzoeken een theoretisch kader op te bouwen dat een volledig en accuraat beeld geeft van het onderwerp. Omdat er in dit onderzoek facetten van verschillende vakgebieden aan de orde komen past het onderzoek goed in het vakgebied Informatiekunde. Informatiekunde als vakgebied is een interdisciplinaire studie die tussen verschillende vakgebieden is gepositioneerd (Hawkins, 2001). In dit onderzoek wordt aandacht besteed aan componenten die te maken hebben met het maken van beslissingen, het presenteren en verwerken van informatie en het gebruik van software om een keuzeproces te ondersteunen. Dit onderzoek probeert aan te tonen dat al deze facetten van Informatiekunde kunnen worden gecombineerd in het maken van een applicatie die kiezers kan ondersteunen in het maken van een
keuze voor een politieke partij. De maatschappelijke relevantie is het kunnen aantonen dat het gebruik van een mobiele applicatie voor stemgerechtigden een ondersteuning kan bieden. Als deze vorm van inwinnen van informatie en het begeleiden van kiezers resulteert in het maken van een betere keuze dan kan de applicatie verder worden ontwikkeld en in de toekomst op grotere schaal bij verkiezingen worden ingezet.
Om ervoor te zorgen dat het onderwerp van dit onderzoek niet te breed wordt benaderd en aangezien het binnen de gestelde tijd voltooid moet worden is het van belang dat er een duidelijke afbakening is. Bij het onderzoek wordt alleen aandacht besteed aan de keuze voor een politieke partij en niet aan andere facetten van politieke besluitvorming. In de applicatie die zal worden ontwikkeld ligt de focus op het weergeven van informatie over politieke partijen en de standpunten die zij hebben met betrekking tot de huidige relevante maatschappelijke kwesties.
1.1. Onderzoeksvraag
Met de applicatie zal worden getest of gebruikers van de applicatie een gemotiveerde keuze kunnen maken voor een politieke partij. Dit wordt onderzocht aan de hand van de volgende onderzoeksvraag:
In hoeverre kan het gebruikmaken van een mobiele applicatie met informatie over politieke partijen kiezers ondersteunen in het maken van een keuze voor een politieke partij?
Om deze vraag te beantwoorden moet er eerst specifieker gekeken worden naar politieke besluitvorming en naar de eisen waaraan de mobiele applicatie moet voldoen. Dit wordt gedaan aan de hand van de volgende deelvragen:
-‐ Hoe worden beslissingen gemaakt? -‐ Hoe ziet de politieke besluitvorming eruit?
-‐ Leidt het gebruik van een mobiele applicatie met politieke informatie tot een betere besluitvorming?
Aan de hand van een onderzoek wordt vervolgens getest of de applicatie bijdraagt aan de verbetering van de besluitvorming van de gebruiker. Met het verbeteren van de besluitvorming wordt bedoeld dat mensen met informatie uit verschillende bronnen hun mening van meer argumenten kunnen voorzien.
In het eerste deel van het onderzoek wordt een theoretisch kader geschetst waarin er wordt gekeken naar het maken van beslissingen, het verwerken van informatie en hoe politieke kennis een rol speelt in het maken van een keuze voor een politieke partij. Er wordt een beeld geschetst van hoe mensen beslissingen maken en hoe het keuzeproces werkt bij het maken van een keuze voor een politieke partij. Het is de bedoeling dat aan de hand van de literatuur een beeld ontstaat hoe dit proces in zijn werk gaat zodat er een mobiele applicatie kan worden ontworpen die dit proces kan ondersteunen en ervoor kan zorgen dat er een betere keuze wordt gemaakt.
Om de tweede deelvraag te beantwoorden wordt een onderzoek gedaan met een mobiele applicatie. In deze applicatie zal informatie staan over een stelling en wat twee politieke partijen hiervan vinden. Na het gebruik van de applicatie wordt bij de gebruikers getest of zij een betere keuze kunnen maken voor een politieke partij. De resultaten zullen worden besproken en in het laatste hoofdstuk staan de conclusie en discussie van het onderzoek.
2. Theoretisch kader
In het theoretisch kader van dit onderzoek wordt de relevante literatuur behandeld die van toepassing is op het onderzoek. Om een duidelijk beeld te krijgen is dit hoofdstuk opgedeeld in vier delen. Het eerste deel beschrijft de algemene theorie over het maken van beslissingen en een inleiding in de Behavioural Decision Theory (BDT). Hierna wordt er specifieker gekeken naar hoe beslissingen voor een politieke partij plaatsvinden. Het derde gedeelte gaat in op politieke kennis en wat voor invloed dit heeft op het maken van een beslissing voor een politieke partij. Als laatste wordt er gekeken naar hoe mensen informatie verwerken en hoe dit van invloed is op de strategie die wordt gehanteerd voor het maken van een beslissing. In dit deel van het onderzoek worden de eerste en de tweede deelvraag van het onderzoek beantwoord:
-‐ Hoe worden beslissingen gemaakt? -‐ Hoe ziet de politieke besluitvorming eruit?
Door literatuur van politieke besluitvorming, politieke kennis en informatie verwerking te combineren wordt er getracht een compleet beeld te schetsen van hoe het gehele proces werkt.
2.1. Behavioural Decision Theory
Om te kijken naar hoe mensen beslissen en hoe ze een keuze maken voor een politieke partij wordt er begonnen met het beschrijven van hoe mensen beslissingen maken. Er wordt aan de hand van literatuur gekeken naar de Behavioural Decision Theory. Met deze theorie wordt de basis van beslissingen maken beschreven. Vanuit hier wordt er verder ingezoomd naar het keuzeproces dat wordt doorlopen wanneer er wordt gestemd op een politieke partij.
Voor het maken van beslissingen kan naar verschillende modellen worden gekeken. Elk model bekijkt het maken van beslissingen op een net iets andere manier en daardoor heeft het gebruik van elk model voor-‐ en nadelen. Om een beeld te krijgen van hoe breed het onderzoeksgebied van decision making is, worden enkele modellen besproken die een beeld schetsen van het maken van beslissingen. Deze modellen beschrijven hoe mensen informatie verzamelen en hoe vervolgens een beslissing wordt gemaakt aan de hand van een afweging van mogelijke alternatieven (Rhodes et al., 2014).
-‐ Rational Choice Model: De beslissing wordt gemaakt door van een aantal opties de optie te kiezen die het doel van de beslissing beter vervult dan de andere opties. Deze optie wordt geselecteerd wanneer deze als beste naar boven komt nadat alle voor-‐ en tegenargumenten tegen elkaar zijn weg gestreept.
-‐ Bounded Rationality model: Omdat mensen cognitief gelimiteerd zijn in het verwerken van informatie is het niet mogelijk om alle mogelijke alternatieven van een beslissing met elkaar te vergelijken. In plaats van alle alternatieven te vergelijken wordt het alternatief gekozen dat op dat moment goed genoeg lijkt.
-‐ Prospect Theory: Bij het maken van een beslissing worden voor-‐ en tegenargumenten niet gelijk behandeld. Mensen hanteren een strategie waarbij positieve eigenschappen belangrijker zijn dan negatieve eigenschappen wanneer een beslissing wordt gemaakt.
-‐ Poliheuristic Theory: Het maken van een beslissing bestaat uit twee fases bij deze theorie. Alternatieven worden bekeken op één belangrijke critica, wanneer een alternatief hier niet aan voldoet valt deze af. Vervolgens worden de overige alternatieven met elkaar vergelijken voor de beste optie.
Om een democratie perfect te laten werken zou het nodig zijn dat iedereen die mag stemmen een rationele keuze maakt voor een partij. Deze rationale keuze zou dan tot stand zijn gekomen wanneer de persoon die de keuze maakt volledige kennis heeft van alle relevante aspecten in zijn of haar omgeving. Ook moet deze persoon beschikken over een goed georganiseerd systeem om alle kennis in te verwerken om zo te kunnen berekenen wat de juiste keuze is. Deze manier van beslissingen maken, beschreven zoals in het Rational Choice Model beschrijft hoe mensen keuzes zouden moeten maken. Mensen zijn echter cognitief gelimiteerd en zijn niet altijd in staat om alle beschikbare informatie te verwerken (Simon, 1955). BDT kijkt niet naar hoe mensen beslissingen zouden moeten maken, maar naar hoe mensen daadwerkelijk beslissingen maken. Er wordt rekening gehouden met de complexiteit van een keuze en hoe mensen hier mee omgaan. Ook wordt er vanuit gegaan dat mensen niet altijd een optimale beslissing kunnen maken. Op deze manier wordt er rekening gehouden met de capaciteit die mensen hebben om informatie te verwerken en een afweging te maken om tot een beslissing te komen.
In de literatuur van BDT wordt er gekeken naar hoe mensen een beslissing maken aan de hand van het maken van een waardeoordeel. Hiermee kan worden gekeken welke stappen mensen nemen in het maken van een beslissing en welke hulpmiddelen ze daarvoor gebruiken. Bij het maken van beslissingen maken mensen in veel gevallen gebruik van verschillende heuristische methoden om tot hun beslissing te komen. De literatuur over BDT kan worden verdeeld in twee overlappende deeldisciplines:
-‐ Het maken van een keuze tijdens onzekerheid.
-‐ Het maken van een keuze met tegenstrijdige doelstellingen.
Het maken van een keuze kan worden verdeeld in verschillende fasen waarin voor verschillende strategieën kan worden gekozen om deze te voltooien (Morton & Fasolo, 2008). In de eerste fase is het van belang dat er structuur wordt aangebracht aan het probleem. De maker van de beslissing moet alle verschillende doelen hiërarchisch weergeven zodat duidelijk is wat precies het probleem is. In de tweede fase moeten alle verschillende opties worden bekeken en moet er aan elke optie een waarde worden toegewezen. In de laatste fase moeten alle opties naast elkaar worden gezet en moet een gewogen oordeel leiden tot de juiste keuze. Het laatste deel van het proces is voor mensen het moeilijkste gedeelte omdat het hierbij verleidelijk is om opties niet op alle criteria met elkaar te vergelijken en sommige criteria niet te behandelen.
BDT heeft als doel om te beschrijven en te begrijpen hoe mensen beslissingen maken en hierbij wordt gekeken naar hoe mensen daadwerkelijk beslissingen maken (Huddy, Sears & Levy, 2013). Bij het maken van beslissingen worden twee soorten strategieën gebruikt, compensatoire en niet-‐ compensatoire. Bij compensatoire strategieën worden complexe regels gebruikt waarbij de maker van een beslissing aan alle attributen die relevant zijn voor een beslissing een waarde toewijst. Deze waarden kunnen negatief en positief zijn en mogen tegen elkaar worden weggestreept in de uiteindelijke evaluatie. Bij niet-‐compensatoire strategieën wordt er een beslissing genomen met incomplete informatie. Verschillende alternatieven voor beslissingen worden geëvalueerd en bij een negatieve evaluatie wordt een alternatief weggestreept of er worden bepaalde attributen niet meegenomen in een beslissing. Het aantal alternatieven waartussen iemand kan kiezen bepaalt de strategie die zal worden gehanteerd (Payne, 1976).
De keuze voor het gebruiken van een strategie hangt af van in hoeverre de maker van de beslissing bereid is om meer tijd te steken in het maken van de beslissing en meer hulpmiddelen te gebruiken. Het willen maken van een goede keuze wordt beïnvloed door de eigenschappen van de maker van de beslissing. De strategie kan worden beïnvloed door onder andere druk van de omgeving en eventuele tijd en geld beperkingen die volgen uit deze omgeving. Er wordt door de maker van de beslissing gekeken naar zijn of haar kennis en vertrouwen van de verschillende strategieën en mening over de mogelijke uitkomst daarvan. De uiteindelijke strategie die wordt gekozen is degene die het meest oplevert met een minimale inspanning (Beach & Mitchell, 1978).
BDT belicht verschillende aspecten van het maken van een beslissing. Er wordt vanuit gegaan dat mensen cognitief beperkt zijn in het verwerken van informatie. Mensen zijn niet in staat om een perfecte rationele keuze te maken en maken daarom gebruik van verschillende heuristische methoden om hiervoor te compenseren. Omdat mensen geen perfecte rationele keuze kunnen maken kijkt BDT naar de verschillen tussen hoe mensen beslissingen maken en hoe beslissingen zouden gemaakt moeten worden als deze volledig rationeel zijn. Als laatste kijkt BDT naar de context waarin een beslissing wordt gemaakt. Hoe een beslissing wordt gemaakt is afhankelijk van de complexiteit van de beslissing, de natuur en structuur van de informatie en van de kennis van de persoon die de beslissing maakt (Lau, & Levy, 1998). In het geval van een beslissing voor een politieke partij gaat het om een duidelijk gedefinieerde beslissing. De kandidaten voor de verkiezing zijn allemaal bekend bij de kiezer, het aantal kandidaten staat vast en de verschillende kandidaten doen er alles aan om kiezers te laten weten wat hun standpunten zijn.
2.2. Politieke besluitvorming
BDT bekijkt twee verschillende benaderingen van keuzegedrag voor een politieke partij die elk hun eigen kijk op hoe beslissingen worden gemaakt (Lau, & Levy, 1998), namelijk de economische en de psychologische benadering. of rationele benadering gaat ervan uit dat kiezers actief betrokken zijn bij de politiek en aan de hand van een aantal alternatieven een afweging maakt voor een kandidaat om op te stemmen. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat kiezers een aantal voorkeuren hebben die vast staan en dat er gekozen wordt voor de kandidaat die het dichtst bij deze voorkeuren staat. Een kritiekpunt op deze benadering is dat kiezers zelden over alle informatie bezitten en ook niet altijd in staat zijn om deze informatie allemaal te verwerken. De psychologische benadering gaat ervan uit dat de keuze voor een politieke partij voor een groot deel wordt beïnvloed door partijgebondenheid. Deze ontstaat door invloeden vanuit het milieu waarin iemand opgroeit en zorgt ervoor dat mensen met een bepaald perspectief kijken naar de politiek. Een belangrijk kritiekpunt op deze benadering is dat deze er vanuit gaat dat er compensatoire strategieën worden gebruikt tijdens het keuzeproces terwijl mensen dit juist willen voorkomen.
Wanneer een beslissing complexer wordt zijn kiezers gelimiteerd in het maken van een rationele keuze (Stadelmann & Torgler, 2013) en gebruiken zij manieren om de keuze voor hen te vergemakkelijken. Om het maken van een beslissing te vergemakkelijken gebruiken mensen meerdere manieren om deze taak te versimpelen. Het versimpelen van beslissingen wordt gedaan door het gebruiken van heuristische methoden. Dit zijn methoden die het maken van een beslissing inperken om de informatieverwerking te beperken, om zo sneller en efficiënter tot een beslissing te komen.
Heuristische methoden zorgen ervoor dat mensen zonder complete informatie nog steeds een redelijk gefundeerd oordeel kunnen maken (Lau & Redlawsk, 2001). Als het aantal mogelijke keuzes groeit, dan zijn mensen eerder geneigd om heuristische methoden toe te passen. Wanneer kiezers ervaren dat zij een gecompliceerde keuze moeten maken waarbij er meerdere keuzes zijn of er een overvloed aan informatie beschikbaar is, maken zij ook vaker gebruik van niet-‐compensatoire strategieën en heuristische methoden (Redlawsk, 2004).
Lau & Redlawsk definiëren vijf heuristische methoden die worden toegepast: -‐ Oordelen aan de hand van verwantschap met een politieke partij. -‐ Keuzes maken aan de hand van ideologie.
-‐ Afgaan op oordelen van gerespecteerde derden. -‐ Resultaten van polls gebruiken voor eliminatie.
-‐ Het uiterlijk van de kandidaat mee laten wegen in het oordeel.
Om ervoor te zorgen dat elke stemgerechtigde de juiste keuze maakt is het van belang dat er goede ondersteuning is in het keuzeproces omdat elke stemgerechtigde gebruik maakt van heuristische methoden om tot een keuze te komen voor een politieke partij (Lau & Redlawsk, 2001). Door het versimpelen van de beslissing wordt er niet aan alle mogelijke informatie even veel aandacht besteed. Door het inzetten van heuristische methoden kunnen mensen efficiënter alle beschikbare informatie verwerken. Wanneer een keuze complexer wordt door een toenemende hoeveelheid kandidaten of door een toenemende hoeveelheid informatie zijn mensen eerder geneigd om gebruik te maken van heuristische methoden. Mensen met meer politieke kennis maken vaker gebruik van heuristische methoden, maar zij zetten deze methoden beter in om tot een correcte keuze te komen voor een politieke partij. Dit komt omdat mensen met meer politieke kennis beter in staat zijn om nieuwe politieke kennis te plaatsen in een opgebouwd reverentiekader. Een correcte keuze kan worden gezien als een keuze die is gemaakt zonder alle beschikbare informatie te gebruiken maar die resulteert in de zelfde keuze wanneer wel alle informatie gebruikt zo zijn (Lau & Redlawsk, 1997). In Nederland is het politieke landschap de afgelopen tien jaar veranderd doordat er steeds meer partijen zijn ontstaan die meedoen aan de landelijke verkiezingen. Ook zijn Nederlandse stemmers steeds beweeggelijker geworden (Van Der Meer et al., 2012). Mensen stemmen niet elke verkiezing voor de zelfde partij, maar schuiven binnen enkele ideologische blokken tussen partijen. Doordat er steeds meer politieke partijen aan verkiezingen meedoen is er ook steeds meer informatie beschikbaar die kiezers kunnen gebruiken. Kiezers zijn niet in staat of hebben niet de motivatie om al deze informatie door te nemen en daarom is het belangrijk dat er voldoende ondersteuning aanwezig is voor kiezers om een correcte keuze te maken.
2.3. Politieke kennis
Ook van belang voor het maken van een keuze voor een politieke partij is de politieke kennis die een kiezer bezit. Het gaat hier om de kennis die een kiezer heeft van het politieke systeem, de kandidaten die meedoen in een verkiezing en de standpunten van deze kandidaten voor de relevante maatschappelijke kwesties. Deze factoren hebben op verschillende wijze invloed op de manier waarop een beslissing wordt gemaakt.
Kiezers vergeten een groot deel van de informatie van campagnes van politieke partijen (Lodge, Steenbergen & Brau, 1995). Ondanks dat kiezers de standpunten van partijen niet allemaal
onthouden, gebruiken kiezers de standpunten bij het evalueren van de kandidaten. De boodschap die een politieke partij wil uitdragen wordt gevormd door de standpunten die worden ingenomen door deze partij. Door het evalueren van deze standpunten vormt een kiezer een beeld van de visie die de partij uitdraagt, hierbij worden de standpunten dus niet onthouden maar blijft de boodschap wel hangen. Mensen die meer politieke kennis bezitten hanteren een meer uitgebreide manier van informatie zoeken dan mensen die minder politieke kennis bezitten (Tewksbury, 1999). Ook wordt door mensen met meer politieke kennis vaker gebruikt gemaakt van compensatoire strategieën als er met inspanning naar de informatie wordt gekeken (Huang, 2000).
Volgens Graber (1994) is de lage hoeveelheid aan politieke kennis die kiezers bezitten te wijden aan de wanverhouding tussen het aanbod aan politieke interessante informatie die de journalisten publiceren en de informatie die kiezers willen weten. Een mogelijke oplossing hiervoor is het presenteren van informatie op manieren die voor kiezers interessant is om te lezen. Veel artikelen in kranten zijn voor een deel van de bevolking te moeilijk te lezen en berichten via het nieuws op televisie zijn te kort om een duidelijk context te schetsen. Het gebruik van online nieuws sites kan leiden tot een verhoging van de politieke kennis. Het gebruik van digitale media, zoals nieuws sites, sociale media en websites van politieke partijen heeft een positief effect op politieke participatie (Dimitrova et al, 2014). Waarin politieke participatie wordt gedefinieerd als deelname of activiteit die wordt bedoeld of tot gevolg heeft het direct of indirect beïnvloeden van de overheid (Verba et al, 1995).
Politieke kennis kan op verschillende manieren worden gemeten, afhankelijk van welke soorten vragen er worden gesteld aan kiezers. Er kan aan de hand van multiplechoicevragen of open vragen getoetst worden hoeveel politieke kennis mensen hebben. Multiplechoicevragen worden beter beantwoord dan open vragen over hetzelfde onderwerp. Bij het kijken van televisie kunnen respondenten beter multiplechoicevragen vragen beantwoorden, terwijl zij bij het lezen van online nieuws beter open vragen kunnen beantwoorden (Hollander, 2014). De inhoud van de vragen die worden gesteld om politieke kennis te testen verschilt per onderzoek. In Barabas et al (2014) worden er vier categorieën onderscheiden die betrekking hebben op de soort kennis en het tijdsbestek waar de kennis op is gebaseerd. Zowel het opleidingsniveau en het kennisniveau hebben een positieve invloed op het onthouden van politieke kennis. Hierbij geldt wel dat het hier gaat om recente en globale kennis.
2.4. Verwerken van informatie
Bij het maken van een beslissing speelt ook de manier waarop mensen met informatie omgaan een rol. Om een beter beeld te krijgen van hoe mensen omgaan met geraadpleegde informatie tijdens het vormen van een beslissing, wordt er gekeken naar hoe informatie wordt bestudeerd en wat er met de beschikbare informatie wordt gedaan.
Bij het verwerken van informatie is het van belang om te kijken naar het taakdomein, ofwel de eigenschappen van de taak en het domein van de persoon die de beslissing maakt. De combinatie van deze aspecten vormt de basis van het verwerken van informatie (Cravens, 1970). Huang (2000) stelt vier dimensies voor die beschrijven hoe er naar informatie gezocht kan worden, afhankelijk van het doel en of er inspanning wordt geleverd tijdens het zoeken:
-‐ Met inspanning zoeken met het doel een indruk van een kandidaat te vormen. -‐ Met inspanning zoeken zonder het doel een indruk van een kandidaat te vormen.
-‐ Zonder inspanning zoeken met het doel een indruk van een kandidaat te vormen. -‐ Zonder inspanning zoeken zonder het doel een indruk van een kandidaat te vormen. Om ervoor te zorgen dat mensen op de meest uitgebreide manier naar informatie zoeken is het nodig dat mensen met inspanning zoeken en met als doel een indruk van een kandidaat te vormen. Dit leidt ertoe dat er meer en beter naar politieke informatie wordt gekeken dan wanneer er naar politieke informatie wordt gekeken met als doel om tijd te doden (Tewksbury, 1999).
Bij het verwerken van informatie kan een persoon systematisch te werk gaan of gebruik maken van heuristische methoden die ervoor zorgen dat er minder operaties nodig zijn om tot de oplossing van een probleem te komen. Bij het systematisch verwerken van informatie hebben variabelen indirect invloed op de acceptatie van de conclusie waardoor de directe invloed van de argumentatie toeneemt. Bij heuristische methoden hebben variabelen een directe invloed op de acceptatie van de conclusie waardoor er minder aandacht wordt besteed aan de argumentatie. Wanneer kiezers betrokken zijn bij de beslissing en de onderwerpen relevant zijn, wordt er gebruik gemaakt van een meer systematisch manier van het verwerken van informatie. Is dit niet het geval dan wordt er gebruik gemaakt van heuristische methoden (Chaiken & Manis, 1980).
Aan de hand van het verwerken van informatie gaan kiezers een impressie vormen over
verschillende kandidaten, op deze manier kan er een keuze gemaakt worden voor de kandidaat waar de kiezer voor wil stemmen. Het vormen van een impressie kan op twee verschillende manieren (Lodge, Mcgraw & Stroh, 1989):
-‐ Memory-‐based processing: evaluatie vindt plaats aan de hand van voor en tegen argumenten samengesteld uit het langetermijngeheugen.
-‐ Impression-‐driven processing: evaluatie vindt plaats aan de hand van een eerste indruk die wordt (her) overwogen bij het verwerken van nieuwe informatie.
Beide methoden worden gebruikt, wanneer welke wordt gebruikt hangt af van het doel. Het toetsen van het memory-‐based processing model geeft aan dat informatie uit het lange termijn geheugen nog een waarheidsgetrouw beeld nog een representatief beeld geeft van een kandidaat. Wanneer iemand met als doel het vormen van een evaluatie over een kandidaat aan de slag gaat wordt er systematisch een oordeel over een kandidaat gevormd. Na het vormen van een eerste evaluatie wordt er bij het verwerken van nieuwe informatie steeds een nieuwe afweging gemaakt en wordt de evaluatie van een kandidaat gaandeweg bijgesteld. Dit wordt ook wel online evaluatie genoemd.
Er is een sterke positieve relatie tussen de online evaluatie en de uiteindelijke evaluatie van een kandidaat. Bij het evalueren van kandidaten gaan kiezers dus niet uit van het langetermijngeheugen maar van een constant veranderende evaluatie die wordt bijgewerkt na het verwerken van nieuwe informatie. De evaluatie die een kiezer voor een bepaalde kandidaat doet, kan worden gevormd aan de hand van twee gebruikte methoden. Bij ‘adding’ wordt nieuwe informatie, na een positieve of negatieve waardering, opgeteld bij het bestaande oordeel over een kandidaat. Bij ‘averaging’ wordt nieuwe informatie, na een positieve of negatieve waardering gewogen samen met de bestaande informatie en er wordt er een nieuw oordeel gevormd. Uit onderzoek van (Anderson & Williams, 1973) blijkt dat kiezers over het algemeen hun oordeel vormen aan de hand van de ‘averaging’ methode. Om kiezers een goede afweging te laten maken is het van belang dat de informatie die zij
over kandidaten te zien krijgen over onderwerpen gaat die voor hem belangrijk zijn (Herstein & Melvin, 1981). Aan de hand van deze vergelijking wordt er door de kiezer een keuze gemaakt.
Om erachter te komen hoe stemgerechtigden een keuze maken voor een kandidaat is het van belang om te kijken hoe kandidaten geëvalueerd worden. Lodge, Mcgraw & Stroh (1989) introduceren het Candidate evaluation model, hierin wordt beschreven hoe kiezers kandidaten evalueren aan de hand van een ‘evaluation counter’. Uit hun onderzoek komt naar voren dat bij het vormen van een evaluatie van een kandidaat een kiezer niet gebruik maakt van opgeslagen informatie in het langetermijngeheugen maar van een teller die steeds wordt geüpdatet wanneer er nieuwe informatie van een kandidaat beschikbaar is.
Het model, te zien in figuur 2, bestaat uit een aantal belangrijke componenten. De belangrijkste component is Candidate evaluation welke de uiteindelijke evaluatie over een kandidaat voorspelt. Het model bevat verder de volgende ondersteunende componenten:
-‐ Endorsement: een positieve of negatieve beschrijving over een kandidaat van een derde partij. -‐ Party ID: de partij waarmee een kiezer zich identificeert.
-‐ Partisan knowledge: het niveau van politieke kennis dat de kiezer bezit. -‐ Ideology: idee van de kiezer over de samenleving.
-‐ Old memory: standpunten waar de kiezer het mee eens is uit een vroeg stadium van het keuzeproces.
-‐ New memory: standpunten waar de kiezer het mee eens is die later in het keuzeproces naar voren zijn gekomen.
-‐ Online evaluation: teller die steeds wordt geüpdatet wanneer er nieuwe informatie van een kandidaat beschikbaar is.
In het figuur is te zien dat er vier componenten zijn die invloed uitoefenen op de evaluatie die een kiezer gaat maken over een kandidaat, hierbij is de online evaluation van het grootste belang. De mobiele applicatie zal worden ontworpen met het Candidate evaluation model als basis. Om ervoor te zorgen dat kiezers een goede evaluatie kunnen maken van de verkiesbare kandidaten, of partijen
in dit geval moet de applicatie aan een aantal eisen voldoen. Kiezers moeten een eerste impressie kunnen vormen van de verkiesbare partijen en daarna moet het mogelijk zijn om op verschillende momenten nieuwe informatie in te zien over de standpunten van de partijen om een aanwezige teller bij te werken en tot een eindoordeel over kandidaten te komen. Op deze manier kunnen kiezers zich informeren en een keuze maken voor een politieke partij.
2.5. Conclusie
Het maken van een keuze voor een politieke partij kan een complex proces zijn waarbij veel verschillende factoren van invloed zijn op hoe een keuze wordt gemaakt. In een perfecte democratie zou elke kiezer betrokken zijn bij de politiek, alle relevante informatie voor een verkiezing doornemen en aan de hand van deze informatie een weloverwogen en rationele keuze maken voor een politieke partij. Op dit moment is het echter zo dat mensen niet de tijd of motivatie hebben om alle informatie te bekijken en dat zij tevens niet in staat zijn om alle informatie te verwerken. Mensen maken gebruik van heuristische methoden om het maken van een keuze makkelijker en minder inspannend te maken. De gewoonte om deze methoden toe te passen neemt toe wanneer een keuze complexer wordt door een groter aanbod van alternatieven of meer informatie. Doordat er gebruik wordt gemaakt van heuristische methoden wordt er niet aan alle beschikbare informatie even veel aandacht geschonken. Het gebruik van heuristische methoden kan leiden tot het maken van een juiste keuze, maar dit is afhankelijk van het niveau van politieke kennis die de kiezer heeft. Mensen met meer politieke kennis kunnen vaker een goede keuze maken dan mensen die minder politieke kennis bezitten. Om deze reden zijn heuristische methoden geen goede vervanging voor politieke kennis. Dat veel mensen weinig politieke kennis hebben wordt verweten aan de manier waarop politieke informatie wordt gepresenteerd op televisie en in de krant. De berichtgeving is te simpel, te complex of niet interessant voor een hoop mensen. Om ervoor te zorgen dat mensen meer betrokken raken bij de politiek en meer politieke kennis krijgen is het van belang om relevante en interessante informatie aan te bieden. Ondanks dat kiezers niet alle informatie onthouden, wordt wel alle verwerkte informatie gebruikt om tot een oordeel te komen. De uiteindelijke evaluatie van een kandidaat wordt voor een groot deel bepaald door een teller die aan de hand van verschillende informatie bijhoudt wat een kiezer van een kandidaat vind. Het is daarom belangrijk om kiezers actief te benaderen met informatie die relevant en interessant is. Deze informatie moet kiezers meerdere keren worden aangeboden zodat zij in staat zijn om alle relevante informatie te bekijken en zodat zij hun oordeel over de deelnemende kandidaten kunnen evalueren.
2.6. Hypothese
Aan de hand van het geschetste theoretische kader kunnen enkele eisen worden vastgesteld waar de mobiele applicatie aan moet voldoen om kiezers in het keuzeproces te kunnen ondersteunen:
-‐ De mobiele applicatie moet rekening houden met cognitieve limieten van kiezers.
-‐ Informatie in de applicatie moet op verschillende momenten aangeleverd worden aan kiezers. -‐ De applicatie moet kiezers stimuleren om politieke kennis op te bouwen.
-‐ De applicatie moet ervoor zorgen dat kiezers politiek en maatschappelijk betrokken raken. -‐ Gepresenteerde informatie moet relevant en interessant zijn voor kiezers.
Wanneer respondenten aan de slag gaan met de applicatie wordt verwacht dat zij door op verschillende momenten met informatie over de politiek bezig te zijn een evaluatie maken van de aan de verkiezing deelnemende partijen. Door op verschillende dagen informatie te verwerken ligt
de cognitieve last niet te hoog voor respondenten en hebben zij genoeg tijd om alle aanwezige informatie goed door te kunnen nemen. Respondenten lezen op de eerste dag de stelling en de standpunten van de deelnemende partijen en kunnen zo hun initiële mening vormen. Daarna kunnen zij aan de hand van verdere informatie hun mening laten beïnvloeden en een definitieve keuze maken. Op deze manier hebben respondenten de mogelijkheid om een goed beargumenteerde mening te vormen. Er wordt verwacht dat door deze manier van ondersteunen respondenten meer argumenten onthouden om hun mening te onderbouwen. Deze verwachting leidt tot de eerste hypothese:
Hypothese 1: Door het gebruik van de mobiele applicatie zijn respondenten in staat om hun mening met meer argumenten te ondersteunen.
Doordat respondenten kleine hoeveelheden informatie aangeleverd krijgen die zij op verschillende momenten kunnen bekijken wordt verwacht dat zij hun beslissingsstrategie hierop aanpassen. Respondenten moeten in staat zijn om alle informatie volledig door te nemen en hoeven geen heuristische methoden te gebruiken om tot een uiteindelijke keuze te komen. Er wordt verwacht dat respondenten vaker een compensatoire dan een niet-‐compensatoire strategie zullen gebruiken voor het verwerken van de beschikbare informatie. Deze verwachting leidt tot de tweede hypothese: Hypothese 2: Door het gebruik van de mobiele applicatie zullen respondenten een compensatoire beslissingsstrategie hanteren.
Beide hypotheses worden getest aan de hand van een onderzoek waarin de respondenten drie dagen lang aan de slag gaan met de mobiele applicatie. De opzet van het onderzoek en het ontwerp van de applicatie worden in het volgende hoofdstuk besproken.