• No results found

Waterverbruik van dragende zeugen in verschillende bedrijfssystemen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Waterverbruik van dragende zeugen in verschillende bedrijfssystemen"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Waterverbruik van dragende zeugen in

verschillende bedrijfssystemen

Herman Vermeer, Carola van der Peet-Schwering, PV; Edwin Spruit, CAHS, Dronten

In Rosmalen vindt onderzoek plaats om het waterverbruik van dragende zeugen in verschillende bedrijfssystemen te bepalen en vast te stellen of een gezamenlijke drinkbak in groepshuisvestingssystemen noodzakelijk is. De resultaten moeten lei-den tot een verantwoorde manier van waterbeperking.

Op het proefbedrijf in Rosmalen wordt het waterverbruik van guste en dragende zeugen geregistreerd in de volgende vier bedrijfssyste-men: individuele huisvesting in voerligboxen, groepshuisvesting in voerligboxen met uitloop, groepshuisvesting met voerstation en groeps-huisvesting met Biofix. In de systemen met voerligboxen, voerligboxen met uitloop en Bio-fïx is de trognippel beperkt beschikbaar (respec-tievelijk 2 x 60, 2 x 60 en 2 x 20 minuten na het voeren). Er wordt tweemaal daags gevoerd, behalve bij het voerstation. In het voerstation wordt, vanaf 15.30 uur, eenmaal daags gevoerd en krijgen de zeugen één tot anderhalve liter water per dag. De rest van de dag is in alle groepshuisvestingssystemen onbeperkt water beschikbaar via een gezamenlijke drinkbak. In tabel I staan de waterverstrekkingsmethoden en het waterverbruik vermeld.

Het waterverbruik in het voerstation- en het Biofix-systeem is lager dan in de twee systemen met voerligboxen. In het voerstation-systeem wordt per 100 g voer 50 ml water gedoseerd,

zodat de zeugen in het voerstation slechts I tot

I ,5 liter water op kunnen nemen. De zeugen worden zo gedwongen om een groot deel van de waterconsumptie via de gezamenlijke drink-bak op te nemen, In het Biofix-systeem kunnen de dieren tweemaal 20 minuten water opne-men via de trognippel. Uit metingen blijkt dat in de eerste 15 minuten 95% van het “trognippel-water” wordt opgenomen en in de laatste 5 minuten slechts 5%. Daarnaast wordt circa 30% van het dagelijkse waterverbruik uit de geza-menlijke drinkbak opgenomen. Naast het ver-schil in openingstijd van de trognippel bestaan er verschillen in de huisvesting. Zo kunnen de zeugen in het Biofix-systeem niet rustig aan de trog blijven drinken doordat afsluitbare boxen ontbreken.

In het systeem met voerligboxen met uitloop wordt slechts 5% van het dagelijkse waterver-bruik uit de drinkbak opgenomen, In dit systeem is ervoor gekozen om de trognippels tweemaal 60 minuten open te zetten, omdat er regelmatig berige zeugen de gehele dag vast staan. Deze

Tabel 1: Het gemiddeld waterverbruik per dragende zeug per dag (I 994) en het percentage

waterverbruik bij het voeren (voorjaar 1995).

voerligbox voerligbox + uitloop Biofix voerstation waterverstrekking nippel 2x60 min. nippel 2x60 min. nippel 2x20 min. voerstation I - I ,5 1.

(2)

zeugen kunnen geen extra water opnemen via de gezamenlijke drinkbak. Zouden deze berige zeugen er niet zijn, dan zou de openingstijd van de trognippels terug kunnen naar de duur van de eettijd: tweemaal 10 à 15 minuten. Extra water kan via de gezamenlijke drinkbak opgeno-men worden. Het waterverbruik in het systeem met voerligboxen met uitloop is hoger dan dat in het systeem met individuele voerligboxen. Bij een verkorting van de openingstijd van de trog-nippels zal het waterverbruik naar verwachting dalen en mogelijk lager uitkomen dan bij de individueel gehuisveste zeugen. Komend voor-jaar zal onderzocht worden of een kortere ope-ningstijd van de trognippel inderdaad een ver-laagd waterverbruik tot gevolg heeft.

Conclusie

In de groepshuisvestingssystemen met voersta-tion en Biofix is het waterverbruik lager dan in de systemen met voerligboxen. Door de trog-nippel bij de voerligboxen met uitloop twee-maal één uur open te zetten na het voeren, lijkt een gezamenlijke drinkbak overbodig. Om tot een beperking van het waterverbruik te komen lijkt het beter om de trognippels open te zetten zolang er gegeten wordt. Een gezamenlijke drinkbak is dan wel noodzakelijk. Bij het gebruik van een gezamenlijke drinkbak komen individu-ele zeugen geen water tekort en hoeft er warme dagen geen extra water verstrekt worden. Het blijft gewenst om de zeugen het eten een geringe hoeveelheid water geven om de voeropname te stimuleren. n

ZP te bij te

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Die probleem of uitdaging wat deur hierdie studie ondersoek gaan word, is om strategiese interne kommunikasie riglyne daar te stel wat binne ʼn plat organisasiestruktuur

vergaderings se notules kan met almal by die hoofkantoor gedeel word en elke bestuurder kan die relevante inligting met sy span bespreek. T Daar behoort elke dag aan die

Daarom heeft de Europese Commissie het Animal Health and Welfare Panel (AHAW) van EFSA gevraagd te onderzoeken wat de risicofactoren zijn voor staartbijten en daar- naast

In de zomermaanden van 1969 t/m 1973 is in tien gebieden de verza­ digde horizontale doorlatendheid van diverse veensoorten gemeten, om meer inzicht in deze materie te

• Op basis van deze analyses kan gezegd worden dat ontsmetten van drainagewater bij hergebruik in de grondteelt van chrysantenbedrijven niet in alle gevallen noodzakelijk lijkt..

vindt een intensievere botvorming plaats dan in het tweede deel, waardoor men zou verwachten, dat dan meer P nodig is Günther en Rosin (1970) kwamen echter op grond

Uit voorgaande komt het beeld naar voren (figuur 3) dat een veehouder die meer quotum heeft, met een grotere melkafzet per koe, die op zijn bedrijf een lager celgetal realiseert

Lack of health education for patients using DOTS Lack of knowledge of TB treatment phases and side effects Need for relevant health talks with patients having TB.. Lack of