Interactionele drogredenen en de
toepassing op man en vrouw
Een onderzoek naar de verschillen in het gebruik van interactionele drogredenen
op een uitgesproken standpunt van een man en vrouw
Interactional fallacies and the use on
man and woman
A study into the differences in the use of interactional fallacies to a pronounced
position of a man and woman
Gavin Woesthoff
Studentnummer: S1013933
Email: G.Woesthoff@student.ru.nl Telefoon: 0657236903
Beoordelaar: Herman Giesbers Tweede beoordelaar: Bertie Kaal
Thema 8: Onlinediscussies met mannen en vrouwen Bachelorscriptie
Premaster: Communicatie & Beïnvloeding (CIW) Instelling: Radboud Universiteit Nijmegen
Faculteit: Faculteit der Letteren Aantal woorden: 6702
1
Samenvatting
In dit corpusonderzoek is bekeken wat de verschillen zijn in de reacties op een uitgesproken standpunt van een man en een vrouw, vergeleken op het punt van interactionele drogredenen. Twee online artikelen van Elsevier Weekblad over Pechtold en Ollongren zijn geanalyseerd. Beide zijn lid van D66 en prominente personen binnen de partij. Daarnaast hebben ze allebei een uitgesproken en mening over de politieke partij Forum voor Democratie. Ten eerste is de toon van de reactie geanalyseerd. Een reactie steunde, was tegen of stond neutraal tegenover de standpuntmaker. Vervolgens zijn het aantal en soort interactionele drogredenen per reactie geanalyseerd. Daarnaast is gekeken of er nog andere drogredenen de revue
passeerden in de online reacties. De ad baculum en ad verecundiam drogreden werden naast de interactionele drogredenen gebruikt. Na het analyseren van alle de resultaten bleek dat de man met een uitgesproken standpunt significant meer interactionele drogredenen te verduren kreeg dan de vrouw. Daarnaast bleek ook dat de man vaker te maken had met de ad hominem – tu quoque drogreden. Er werden geen andere significante verschillen gevonden.
1. Inleiding
In het nieuwsartikel Direct, zwart én vrouw – erger kan niet van het NRC (Kamerman & Versteegh, 2016)wordt ingegaan op het feit dat vrouwen met een mening niet altijd
geaccepteerd worden. Hierin stelt Cyriel Triesscheijn, directeur van antidiscriminatiebureau RADAR: ‘Ook is het nog steeds niet erg geaccepteerd dat niet een man, maar een vrouw
vertelt hoe het volgens haar moet in Nederland. John Lennon zong: ‘Woman is the nigger of the world’ en dat klopt nog steeds. Mensen die zich toch al verongelijkt en vergeten voelen, hebben zoiets van: ‘En jíj gaat mij vertellen wat ik wel en niet mag vinden? Veel gekker moet het niet worden.’ (geciteerd in Kamerman & Versteegh, 2016). In het nieuwsartikel wordt niet
verwezen naar een wetenschappelijke bron. Cyriel Triesscheijn claimt dat vrouwen met een uitgesproken mening anders bejegend worden dan mannen. Maar is dit eigenlijk wel waar? Worden vrouwen eerder bestookt met persoonlijke aanvallen en niet inhoudelijk
geconfronteerd met hun standpunten? Dit onderzoek zal nieuw licht schijnen op dit fenomeen. Hierbij zal eerst een theoretisch kader worden geschetst over wat er bekend is over
inhoudelijke argumenten en de verwerking hiervan. Daarnaast zullen aan de hand van de categorisatie van Schellens (2013) interactionele drogredenen worden uiteengezet. Ten slotte zal omschreven worden wat er al bekend is over het gebruik van interactionele drogredenen en de toepassing op sekse. Dit onderzoek zal eindigen met de gevonden resultaten en
2 conclusie betreffende het verschil tussen mannen en vrouwen met een uitgesproken standpunt en het gebruik van interactionele drogredenen op hen.
1.2 Argumentatieverwerking
Voordat er ingezoomd wordt op interactionele drogredenen, wordt bekeken wat er in de argumentatieleer bekend is over de verwerking van argumenten. Het Eleboration Likelihood
Model (ELM) (Petty & Cacioppo, 1986) en het Heuristic Systematic Model (HSM) (in
Hoeken, Hornikx, & Hustinx, 2012) geven hier inzicht in. Beide modellen schetsen twee routes tot het innemen van een standpunt. Ten eerste kan men minder gemotiveerd zijn om zich grondig te verdiepen, hierbij worden argumenten inhoudelijk minder kritisch beoordeeld. In het ELM wordt deze route de ‘perifere route’ genoemd, het HSM noemt deze route
‘beoordeling op basis van heuristieken’.
De andere route gaat ervan uit dat een persoon standpunten zorgvuldig kan bepalen door het kritisch evalueren van argumenten. Het ELM noemt dit de ‘centrale route’, HSM definieert dit als de ‘systematische benadering’. Capaciteit en motivatie zijn belangrijke factoren bij deze route. Capaciteit houdt in dat een individu in staat moet zijn om de informatie en argumenten te begrijpen voordat deze kritisch geëvalueerd kunnen worden. Daarnaast is de motivatie van belang. Wanneer een persoon gemotiveerd is, bijvoorbeeld omdat informatie veel impact heeft op zijn leven, dan zal hij zorgvuldiger en inhoudelijker argumenten evalueren.
1.3 Argumentatieschema’s
Bij een centrale of systematische route zal een persoon argumenten kritisch evalueren. In de argumentatieleer worden argumenten onderworpen aan evaluatievragen die horen bij het argumentatieschema van het desbetreffende argument. Van Eemeren, Grootendorst en Henkemans geven de definitie van een argumentatieschema als: ‘de typologische
karakterisering van het soort rechtvaardiging of ontkrachting dat in de argumentatie wordt nagestreefd’ (geciteerd in Jansen & Hornikx, 2014).Het uitgangspunt is hierbij dat elk schema
kritische vragen toestaat die de legitimiteit van een argument beoordelen (Jansen & Hornikx, 2014). Argumentatieschema’s zijn retorisch en dialectisch van aard (Jansen & Hornikx, 2014). Onderliggend construct hiervan is om te bepalen welke argumenten effectief ingezet kunnen worden en welke voldoen aan de regels van het schema en derhalve ingezet mogen worden.
3 Argumentatieschema’s zijn dus interessant om te bepalen welke argumenten ingezet mogen worden. De pragma-dialectische theorie gaat ervan uit dat argumentatie het doel heeft om verschillen van mening op te lossen (Verhoeven & Schellens, 2013). Kernbegrip hierbij is de kritische discussie. Tijdens een kritische discussie toetsen discussianten of standpunten verdedigbaar zijn. Daarbij zijn er verschillende rollen: enerzijds zal de protagonist het standpunt proberen te verdedigen, anderzijds zal de antagonist het standpunt aanvallen. Een verschil van mening wordt opgelost doordat de discussianten overeenstemming bereiken over de geldigheid van argumenten die zijn ingezet. Van Eemeren (in Van Eemeren, Garssen, & Meuffels, 2015) stelt dat discussianten strategisch manoeuvreren vanuit dialectisch en retorisch oogpunt. De dialectische oplossingsgerichtheid en de retorische effectiviteit staan vaak haaks op elkaar. Volgens Van Eemeren et al. (2015) ontspoort het strategisch
manoeuvreren wanneer de retorische aard de overhand krijgt en discussianten redelijkheid loslaten in hun zucht naar effectiviteit. De regels van een kritische discussie worden dan geschonden.Hierdoor moeten deze strategische manoeuvres als drogredelijk worden beschouwd.
1.4 Drogredenen
In zijn werk Fallacies geeft Hamblin (in Van Eemeren, Garssen, & Meuffels, 2012) een overzicht van drogredenen sinds dat Aristoteles ze benoemde. Hamblin geeft een algemene beschrijving van een drogreden: ‘A fallacious argument, as almost every account from
Aristotle onwards tells you, is one that seems to be valid but is not so’ (geciteerd in Van
Eemeren et al., 2012). Hier zit echter een probleem. Hamblin stelt dat niet alle drogredenen onder deze classificatie vallen (in Van Eemeren et al., 2012). Drogredenen worden in een smalle definitie gegoten en er is geen aandacht voor de bredere context van de manier waarop ze ingezet worden (Van Eemeren & Grootendorst, 1992).
De pragma-dialectische benadering ziet drogredenen als een overtreding van een van de tien regels voor een kritische discussie (Van Eemeren & Henkemans, 2011). Het eerste vijftal regels gaat over hoe discussianten zich moeten gedragen bij het geven van standpunten en argumenten om een oplossing voor een verschil van mening te stimuleren. De overige vijf regels gaan over de beoordeling van argumentatie en het afsluiten van een discussie. In de evaluatie van de pragma-dialectiek wordt bepaald in welke mate de discussianten zich hebben gehouden aan tien gestelde regels. Wanneer blijkt dat een argument of onderdeel zich niet aan deze regels houdt dan wordt deze geclassificeerd als drogreden.
4
1.5 Overtreding van de eerste en de derde regel
Zoals besproken wordt een overtreding van één van de tien regels voor een kritische discussie als een drogreden beschouwd. Bij een specifiek overtreden regel zijn verschillende
drogredenen mogelijk (Van Eemeren & Henkemans, 2011). In dit onderzoek wordt gekeken naar interactionele drogredenen (Schellens, 2013). Dit zijn overtredingen van de eerste en derde regel, oftewel de vrijheidsregel en de standpuntregel (Van Eemeren & Henkemans, 2011).
De vrijheidsregel houdt in: ‘de discussianten mogen elkaar niet beletten standpunten of twijfel
naar voren te brengen’ (Van Eemeren & Henkemans, 2011, p. 100). Het uitgangspunt van
deze regels is dat een verschil van mening alleen kan worden opgelost als discussianten niet worden beperkt in hun vrijheid om argumenten en standpunten te uiten. Deze regel kan op verschillende wijzen overtreden worden (Van Eemeren & Henkemans, 2011). Ten eerste kunnen er beperkingen aan standpunten en twijfel worden opgelegd. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer bepaalde standpunten niet ter discussie mogen worden gesteld. Onderwerpen kunnen bijvoorbeeld heilig worden verklaard of als taboe worden bestempeld. Hierdoor kan een discussiant zicht niet vrijelijk uiten. Ten tweede vindt er een overtreding plaats wanneer de vrijheid van een discussiant beperkt wordt.
Het beperken van de vrijheid van een discussiant heeft het doel om de tegenpartij te
elimineren als volwaardige tegenpartij (Van Eemeren & Henkemans, 2011). Dit kan op twee manieren. Ten eerste is het mogelijk om de discussiepartner te beletten een standpunt naar voren te brengen door hem onder druk te zetten. Naast fysieke uitschakeling is een dreigement een middel om dit te bewerkstelligen. Hierbij worden de onaangename gevolgen van een te uiten standpunt benadrukt. Een ander middel om een discussiepartner onder druk te zetten is inspelen op de emoties (Van Eemeren & Henkemans, 2011).
Ten tweede kan de vrijheid van een discussiant beperkt worden door deze te bestempelen als ongeloofwaardig, dom of onbetrouwbaar (Van Eemeren & Henkemans, 2011). Deze methode van op de man spelen wordt ook wel argumentum ad hominem genoemd.
De derde regel voor een kritische discussie wordt de standpuntregel genoemd (Van Eemeren & Henkemans, 2011). Deze regel wordt gedefinieerd als: ‘een aanval op een standpunt mag
geen betrekking hebben op een standpunt dat niet werkelijk door een andere partij naar voren is gebracht’ (Van Eemeren & Henkemans, 2011, p. 106). Hierbij verschuift het standpunt
5 dusdanig dat er een meervoudig standpunt is en de discussianten het niet meer over hetzelfde onderwerp hebben. Dit staat een oplossing van een verschil van mening in de weg. Van Eemeren & Henkemans (2011) stellen dat dit proces drogredelijk wordt als een
discussiepartner een fictief standpunt toebedeeld krijgt of dat zijn standpunt verdraaid wordt. Dit wordt een stroman genoemd.
1.6 Interactionele drogredenen: Ad hominem en stroman
In De toon van het debat typeert Schellens (2013) interactionele drogredenen als toon verhogend. Dit betekent dat ze een hoge toon aanslaan en er een uitlokken bij de andere discussiant. Volgens Schellens (2013) zijn de ad hominem-drogreden en stroman-drogreden per definitie interactioneel van aard.
De ad hominem-drogreden is een persoonlijke aanval die niet ingaat op het standpunt van een discussiant, maar tracht de persoon in kwestie ongeloofwaardig te maken en daarmee zijn standpunt te ontkrachten (Van Eemeren & Henkemans, 2011). De discussiant wordt derhalve het recht ontnomen om op een volwaardige en vrije wijze te participeren in de discussie. Van Eemeren & Henkemans (2011) benoemen drie varianten van de ad hominem-drogreden:
abusive, circumstantial en tu quoque.
1. De abusive-variant wordt ook wel directe persoonlijke aanval genoemd (Van Eemeren & Henkemans, 2011). Doordat een discussiant onnozel of immoreel wordt genoemd wordt zijn capaciteit om een juist standpunt in te nemen betwijfeld.
2. Bij de indirecte persoonlijke aanval, oftewel circumstantial, staat het verdacht maken van de tegenpartij centraal (Van Eemeren & Henkemans, 2011). De discussiant wordt een dubbele agenda of persoonlijk belang verweten. Hierdoor ontstaat de onterechte schijn dat hij geen zuivere mening kan hebben.
3. Het ontmaskeren van een inconsequentie is het basisprincipe van de derde ad hominem-variant en wordt een tu quoque-drogreden (Van Eemeren & Henkemans, 2011) genoemd. Op basis van wat eerder is beweerd zou de discussiepartner het eens moeten zijn met de stelling (Schellens, 2013). Daarnaast is zijn mening niet in overeenstemming met zijn handelen. Dit betekent volgens Van Eemeren en Henkemans (2011) niet dat de mening van een discussiant onjuist is. Bij de tu quoque-drogreden worden argumenten niet inhoudelijk beoordeeld. De andere interactionele drogreden is de stroman (Schellens, 2013). Het vertekenen en verdraaien van een stelling is hierbij het uitgangspunt. Het standpunt wordt bewerkt of gecreëerd met als doel dat de aanval hierop makkelijker wordt (Van Eemeren & Henkemans,
6 2011). Inbrengen van een tegenovergesteld standpunt, verwijzen naar een partij of groepering, fictieve tegenstander, uit de context halen, weglaten van nuances en restricties zijn
instrumenten om het standpunt van de opponent te bewerken.
1.7 Interactionele drogredenen onderzocht
Onder interactionele drogredenen vallen de ad-hominem-drogreden, onderverdeeld in drie varianten, en de stroman-drogreden. Schellens (2013) deed onderzoek naar de effecten van interactionele drogredenen. Hij bekeek onder andere in welke frequentie interactionele drogredenen werden gebruikt in krantendiscussies, spoeddebatten in de Tweede Kamer en in discussies op internetfora. Onderwerp van deze discussies waren de Oostvaardersplassen en of de daar dieren moesten worden bijgevoerd. Schellens (2013) concludeert voorzichtig dat interactionele drogredenen bijdragen aan een toonverhogende discussie en de verhoudingen tussen discussiepartners op scherp zet. Daarbij komt naar voren dat op internetfora het meest gebruik wordt gemaakt van deze interactionele drogreden. Schellens (2013) plaatst wel reserves bij zijn onderzoek. Zo heeft hij één thema, de Oostvaardersplassen, onderzocht en derhalve kunnen geen harde conclusies en generalisaties aan zijn onderzoek worden
verbonden. Toch biedt Schellens (2013) een eerste inkijk in interactionele drogredenen en het gebruik ervan.
Lehtonen (2013) zoomt in op de reacties die de Finse Oksanen krijgt na een uitgesproken interview. In het paper van Lehtonen (2013) worden de online reacties op een controversiële mening van Oksanen over een Finse nationale partij besproken. Lehtonen (2013) heeft het weliswaar niet specifiek over interactionele drogredenen zoals getypeerd door Schellens (2013), maar behandeld wel onderdelen van interactionele drogredenen. Hierbij gaat het onder andere over het ongeloofwaardig maken van Oksanen als persoon (adbusive) en het afvragen of ze niet een standpunt inneemt voor haar eigen persoonlijke gewin (circumstantial). Dit wordt gedaan door online reacties te analyseren. Lehtonen (2013) gaat in de conclusie kort in op het feit dat mannen anders worden bejegend dan vrouwen. Een probleem hierbij is dat alleen de reacties op de mening van een vrouw geanalyseerd worden. Uit het onderzoek van Lehtonen (2013) kan dus niet geconcludeerd worden of een verschil van sekse van belang is bij de reacties op een opinie of statement. Daarnaast mag het culturele aspect ook niet vergeten worden. De rolverdeling van mannen en vrouwen verschilt per cultuur. Dit heeft wellicht ook invloed op hoe er gereageerd wordt op een vrouw met een uitgesproken mening. Niet-Nederlandse studies kunnen niet een-op-een gegeneraliseerd worden naar de
7 (2013) over het verschil in reacties op mannen en vrouwen dient daarom verder te worden onderzocht.
Het inzetten van drogredenen en of er een verschil hierbij is tussen de seksen blijkt verrassend onderbelicht in de literatuur. Laat staan de verhouding tussen sekse en interactionele
drogredenen. Dit onderzoek biedt nieuwe inzichten in het gebruik van interactionele drogredenen en in welke mate ze ingezet worden ten opzichte van mannen en vrouwen. De
toon van het debat (Schellens, 2013) is een eerste aanzet van onderzoek naar interactionele
drogredenen. Schellens (2013) stelt echter zelf ook dat zijn onderzoek weliswaar een bijdrage is aan onderzoek naar stijl en overtuiging in teksten en debatten, maar dat er behoefte is aan vervolgonderzoek. Dit onderzoek draagt bij aan dit thema en doet onderzoek naar een
wetenschappelijke weinig onderzocht terrein: interactionele drogredenen en gender. Naast dat het onderzoek een aanvulling is op de al bestaande wetenschappelijke studies en artikelen, biedt het ook maatschappelijke relevante inzichten. Heeft gender invloed op wat voor reacties een persoon kan verwachten bij het uitspreken van een standpunt? In een landschap waar iedereen zich mag en kan uiten, houdt dit onderzoek een spiegel voor. De onderzoeksvraag zal dan ook zijn:
‘Wat zijn de verschillen in reacties op een uitgesproken standpunt van een man en een vrouw vergeleken op het punt van interactionele drogredenen?’
2. Methode
Om de hoofdvraag te kunnen beantwoorden werd een corpus samengesteld. Hierin werd bepaald in welke mate interactionele drogredenen werden toegepast bij twee vergelijkbare personen van een verschillende gender. Zij hebben zich beiden uitgelaten over hetzelfde onderwerp. Volgens een corpusanalytische methode werden de reacties op hen geanalyseerd en bekeken.
2.1 Materiaal
Voor dit onderzoek zijn twee onlineartikelen van Elsevier Weekblad geselecteerd:
1. Ollongren opent aanval op Baudet: ‘Grotere bedreiging voor Nederland dan Wilders’ (Isitman, 2018) en;
2. Pechtold opnieuw in de aanval tegen ‘misselijkmakend’ FvD (Sommer, 2018). In dit corpusonderzoek stonden de verschillen in reacties op een uitgesproken standpunt van een man en vrouw op het gebied van interactionele drogredenen centraal. Een goede analyse
8 kon alleen plaatsvinden als het onderwerp waarover een standpunt wordt uitgesproken
hetzelfde is bij een mannelijke en vrouwelijke opiniemaker. Het materiaal dat onderzocht werd in dit onderzoek, heeft betrekking op uitspraken over Forum voor Democratie. Het uitgesproken standpunt van een vrouw werd gedaan door minister van binnenlandse zaken en vicepremier Kasja Ollongren van D66. De man die een uitgesproken standpunt heeft gedaan, is Alexander Pechtold, lijsttrekker van D66. Deze twee vooraanstaande politici zijn beide lid van dezelfde politieke partij en prominente gezichten van D66. In dit kader zijn Ollongren en Pechtold vergelijkbare persoonlijkheden die bovendien een uitgesproken standpunt innemen over hetzelfde onderwerp: Forum voor Democratie.
Om een beeld te krijgen van het verschil in reacties werden de onlinereacties bij de betreffende artikelen geanalyseerd. Het artikel van Ollongren had 167 reacties (op 16-3-2018), terwijl het artikel van Pechtold 111 reacties (op 16-3-2018) had. Deze reacties zijn verschillen niet veel qua aantal, maar het zijn er niet precies even veel. Derhalve is er gekozen om evenveel reacties bij beide artikelen te analyseren. De eerste 111 reacties van het artikel van Ollengren zijn geanalyseerd. De verwachting was dat de overige 56 reacties niet een nieuw beeld zouden schetsen en het patroon ook duidelijk zou zijn na de eerste 111 reacties.
2.2 Procedure
De reacties zijn geanalyseerd aan de hand van de procedure. In dit onderzoek is gewerkt volgens de volgende stappen:
1. De eerste stap was te bepalen of het een reactie betreft op een man of vrouw met uitgesproken mening.
2. De tweede stap betrof het bepalen of een reactie positief, negatief of neutraal was. Hierbij werd de verdeling die Lehtonen (2013) gebruikt als uitgangspunt genomen. Positief betekende in deze context dat de persoon met een uitgesproken mening gesteund werd. Negatief hield in dat de persoon met uitgesproken mening bekritiseerd werd of dat uit de inhoud van de reactie blijkt dat hij/zij niet gesteund wordt. Neutraal betekende dat de persoon met uitgesproken mening noch gesteund, noch bekritiseerd of niet gesteund werd.
3. De derde stap was bekijken of er in de argumentatie een of meer interactionele drogredenen werd gebruikt.
9 4. De vierde stap was het categoriseren van de interactionele drogreden wanneer deze
gebruikt werd in een reactie. Hierbij kon gekozen worden voor het ad hominem
abusive, ad hominem circumstantial, ad hominem tu quoque of stroman.
5. Daarnaast werd bekeken of er eventuele andere drogredenen waren die bijdroegen aan de verhoging van de toon, maar niet door Schellens (2013) worden genoemd. Tijdens het analyseren van de reacties zijn er twee andere drogredenen gevonden. Dit waren de ad baculum en ad verecundiam drogreden.
6. De laatste stap was bepalen of een persoon direct op de man of vrouw met
uitgesproken standpunt of via een reactie van een deelnemer reageert op de man of vrouw met uitgesproken standpunt.
2.3 Definities
De definities van een aantal begrippen wordt relevant geacht bij het zetten van de zojuist genoemde stappen. Hieronder is een overzicht gegeven van de bedoelde begrippen.
Interactionele drogreden: toonverhogende drogreden, zetten het debat op scherp. Bewegen zich op een hogere toon en lokken een hogere toon uit. Het ad hominem- en stromandrogreden vallen hieronder (Schellens, 2013).
Ad hominem – abusive: doordat een discussiant onnozel of immoreel wordt genoemd, wordt zijn capaciteit om een juist standpunt in te nemen betwijfeld (Van Eemeren & Henkemans, 2011).
Ad hominem – tu quoque: op basis van wat eerder beweerd is zou de discussiepartner het eens moeten zijn met de stelling (Schellens, 2013). Daarnaast is zijn mening niet in overeenstemming met zijn handelen. Dit betekent niet dat de mening van een
discussiant onjuist is (Van Eemeren & Henkemans, 2011).
Ad hominem – circumstantial: het verdacht maken van de tegenpartij (Van Eemeren & Henkemans, 2011). De discussiant wordt een dubbele agenda of persoonlijk belang verweten. Hierdoor ontstaat de onterechte schijn dat hij geen zuivere mening kan hebben.
Stroman: het vertekenen en verdraaien van een stelling. Het standpunt wordt bewerkt of gecreëerd met als doel dat de aanval hierop makkelijker wordt (Van Eemeren & Henkemans, 2011).
Ad Baculum: het onder druk zetten van de tegenpartij door te dreigen met sancties of represailles. Dit kunnen gewelddadige dreigementen zijn, maar ook het dreigen van niet gewelddadige represailles behoren hiertoe (Van Eemeren & Henkemans, 2011).
10
Ad verecundiam: zich beroepen op een verkeerde autoriteit. Een persoon of organisatie erbij halen als autoriteit zonder dat hij/zij dat is (Van Eemeren & Henkemans, 2011).
2.4 Intercodeursbetrouwbaarheid
Voor het bewaken van de betrouwbaarheid werd een tweede codeur aangesteld. Het doel hiervan was om subjectiviteit zoveel mogelijk uit te sluiten. De tweede codeur heeft, vanwege tijdsgebrek, de helft van de reacties gecodeerd. De verwachting was dat, als de helft van de reacties goed of adequaat zijn, het bij de overige reacties ook zo zou zijn. Het codeboek en procedure die zijn opgesteld in de algehele bachelorkring voor dit thema werden als uitgangspunt hierbij gebruikt. Bij een tweede codeur moet ook de
interbeoordelaarsbetrouwbaarheid berekend worden. Dit wordt gedaan door de Cohen’s Kappa. De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid was:
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid bij de variabele ‘Reactie op een mannelijke of vrouwelijke standpuntmaker’ was goed: κ = 1.00, p < .001’’.
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de variabele ‘Reactie op standpuntmaker is positief, negatief of neutraal’ was goed: κ = .94, p < .001’’.
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de variabele ‘Ad hominem – abusive’ was goed: κ = .84, p < .001’’.
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de variabele ‘Ad hominem – tu quoque’ was goed: κ = .82, p < .001’’.
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de variabele ‘Ad hominem – circumstantial’ was goed: κ = .87, p < .001’’.
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de variabele ‘Stroman’ was adequaat: κ = .79, p < .001’’.
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de variabele ‘Overige drogreden’ was adequaat: κ = .72, p < .001’’.
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de variabele ‘Reactieniveau op standpuntmaker’ was goed: κ = 1.00, p < .001’’.
‘’De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de variabele ‘Reactieniveau op standpuntmaker via deelnemer’ was goed: κ = 1.00, p < .001’’.
11
2.5 Analysemodel
In figuur 1 staat een analysemodel voor dit onderzoek. Dit is
gebaseerd op de stappen zoals beschreven in de procedure.
2.6 Statistische toetsing
Voor het vaststellen van
significante verschillen tussen de reacties op mannen en vrouwen met een uitgesproken standpunt werd een chikwadraattoets
uitgevoerd. De statistische analyse wordt uitgevoerd in IBM SPSS Statistics 20.
12
3. Resultaten
3.1 Interactionele drogredenen en gender
Om te onderzoeken of er een verband bestaat tussen het gebruik van interactionele
drogredenen ten aanzien van gender is er een chikwadraattoets uitgevoerd. Uit de χ2–toets tussen Ad hominem – tu quoque en Gender bleek een significant verband te bestaan (χ2 (1) = 5.115, p = .024). De interactionele drogreden Ad hominem – tu quoque bleek relatief vaker (4,5%) gebruikt te worden op de man met uitgesproken standpunt dan op de vrouw met uitgesproken standpunt (0,0%). Een voorbeeld van een reactie met een Ad hominem – tu
quoque drogreden: “Hallo A.Pechtold.
Wat zegt u dan van uw eigen D66 kandidaat-raadslid Yassmine El Ksaihi? Deze zei tegen het NRC en in de moskee:
Citaat; Homoseksualiteit is een zonde!”
In totaal zijn er 38 ad hominem – abusive drogredenen bij reacties op de man met uitgesproken standpunt en 27 drogredenen bij de vrouw met uitgesproken standpunt gevonden. Uit de χ2–toets tussen Ad hominem – abusive en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 2.632, p = .105). Reacties met een ad hominem – abusive drogreden zag er, ter illustratie, als volgt uit:
“Leugen en fantasie zijn de kenmerken van z`n gedrag, wat een waardeloos voorwerp is de "man". Hij kweekt haat door z`n vileine gedrag.”
De circumstantial variant van de ad hominem drogreden werd 15 maal geconstateerd bij de man met uitgesproken standpunt en 13 maal bij de vrouw met uitgesproken standpunt. Uit de χ2–toets tussen Ad hominem –circumstantial en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 0.163, p = .686). Een voorbeeld van een ad hominem – circumstantial drogreden uit een reactie is:
13
“Wanneer je zo duidelijk partij trekt in een voor jouw functie niet relevante zaak, is het duidelijk dat je er NIET voor alle Nederlanders zit. En in het geval van deze Ollongren wisten we dat eigenlijk ook wel.”
In de reacties werd twee keer de stroman-drogreden gesignaleerd bij de man met uitgesproken standpunt en drie keer bij de vrouw met uitgesproken standpunt. Uit de χ2–toets tussen
Stroman en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 0.338, p = .561). Een
voorbeeld van een dergelijke stroman is:
“Het enige dat ik tot nu toe van die minister heb meegekregen is dat ze net als de rest van haar club alleen maar vrijheidsbeperkende maatregelen voorstelt en mensen van hun zelfbeschikkingsrecht willen beroven.”
Als laatste wat betreft de interactionele drogredenen is bekeken of er een verschil is tussen de man en vrouw met uitgesproken standpunt en de totale interactionele drogredenen. Het bleek dat er bij de man 60 interactionele drogredenen werden gebruikt, de vrouw kreeg 43
interactionele drogredenen te verduren. Uit de χ2–toets tussen alle interactionele drogredenen en Gender bleek een significant verband te bestaan (χ2 (1) = 5.234, p = 0.22). Interactionele drogredenen werden relatief vaker (54,1%) op de man met uitgesproken standpunt gebruikt dan op de vrouw met uitgesproken standpunt (38,7%). In Tabel 1 staan alle interactionele drogredenen samengevoegd en uiteengezet.
Tabel 1: Interactionele drogreden en gender
3.2 Overige drogredenen
Vervolgens is bekeken of er andere drogredenen dan interactionele worden gebruikt ten aanzien van het gender van de persoon met uitgesproken standpunt. Uit de χ2–toets tussen Ad
verecundiam en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 1.005, p = .316).
Een voorbeeld van een Ad verecundiam is:
MAN (N=111) VROUW (N=111) P-WAARDE
AD HOMINEM – ABUSIVE 38 (34,2%) 27 (24,3%) .105
AD HOMINEM – TU QUOQUE 5 (4,5%) 0 (0,0%) .024
AD HOMINEM – CIRCUMSTANTIAL 15 (13,5%) 13 (11,7%) .686
STROMAN 2 (1,8%) 3 (2,7%) .651
14 “Jammer eigenlijk dat ik niet in A'dam woon. Dan had ik zonder meer op Ramautarsing
gestemd. En ja onze beste vrienden zijn een homo paar. Pechtold , wat ben je toch een oen.”
Hier beroept de persoon die de reactie plaatst zich op het feit dat hij weet waar hij over praat. Zijn beste vrienden zijn immers een homoseksueel stel. Dat zijn beste vrienden een
homoseksueel stel vormen wil echter niet zeggen dat hij een autoriteit is op het gebied van de discussie.
Uit de χ2–toets tussen Ad baculum en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 0.338, p = .561). Een voorbeeld van een Ad baculum is:
“In 40-45 hadden ze in Duitsland ook zo'n ventje rondlopen; iedereen weet wat daar van gekomen is en hoe dit afliep”.
Bovengenoemd voorbeeld is een ad baculum omdat de persoon die de reactie geplaatst heeft benadrukt dat Pechtold goed moet opletten, anders loopt het met hem hetzelfde af als het “ventje uit Duitsland”.
Tabel 2: Overige drogredenen en gender
MAN (N=111) VROUW (N=111) P-WAARDE
AD VERECUNDIAM 1 (0,9%) 0 (0,0%) .316
AD BACULUM 1 (0,9%) 2 (1,8%) .561
TOTAAL 2 (1,8%) 2 (1,8%) .00
3.3 Toon van de reactie
Daarnaast is bekeken of er een verband bestaat tussen de toon van de reactie en het gender van de persoon met uitgesproken standpunt. Uit de χ2–toets tussen Negatieve toon en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 1.328, p = .249). Vervolgens is bepaald of er een significant verband is tussen een neutrale toon en gender. Uit de χ2–toets tussen
Neutrale toon en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 1.841, p = .175). Tabel 3: Toon reactie en gender
MAN (N=111) VROUW (N=111) P-WAARDE
NEGATIEF 109 (98,2%) 106 (95,5%) .249
NEUTRAAL 1(0,9%) 4 (3,6%) .175
15
3.4 Reactie op opiniemaker en deelnemer
Ten slotte is bekeken of er een verband is of er direct op de persoon met uitgesproken standpunt wordt gereageerd en gender. Uit de χ2–toets tussen Direct Reactie op Persoon met Uitgesproken Standpunt en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 2.620, p = .206). Daarnaast is bepaald of een significant verband is tussen de reactie gericht op de persoon met uitgesproken standpunt via een deelnemer en gender. Uit de χ2–toets tussen Reactie op Deelnemer en Gender bleek geen significant verband te bestaan (χ2 (1) = 0.058, p = .810).
Tabel 4: Direct of Via Deelnemer en gender
MAN (N=111) VROUW (N=111) P-WAARDE
DIRECT 67 (60,4%) 55 (49,5%) .106
VIA DEELNEMER 9 (8,1%) 10 (9,0%) .810
4. Conclusie
In de conclusie worden de resultaten tegen het licht gehouden. Per onderdeel wordt bepaald wat de belangrijkste conclusies zijn. Ten slotte wordt het antwoord op de hoofdvraag gegeven.
4.1 Interactionele drogredenen
De mannelijke opiniemaker werd significant vaker met interactionele drogredenen bestookt dan de vrouwelijke opiniemaker. Dit kan geconcludeerd worden uit de resultaten van de totale interactionele drogredenen. Wanneer naar de resultaten per specifieke interactionele
drogreden wordt gekeken valt op dat alleen de ad hominem – tu quoque drogreden een significant verschil heeft. Hier werd de mannelijke opiniemaker vaker drogredelijk verweten dat zijn gedrag en handelen inconsistent is met zijn uitspraken. Bij de overige varianten van interactionele drogreden werd geen verschil gevonden.
4.2 Overige drogredenen
Hoewel er een aantal andere drogredenen geconstateerd werden, was er geen verschil tussen de inzet van deze drogredenen ten opzichte van gender. De ad verecundiam drogreden en de
ad baculum drogreden werden beide gevonden in de reacties. Toch bleef het gebruik van deze
drogredenen beperkt.
4.3 Toon van de reactie
16 tegen het standpunt van de opiniemaker zijn. Er werd hier echter geen verschil gevonden tussen de man met uitgesproken standpunt en de vrouw met uitgesproken standpunt.
4.4 Reacties op opiniemaker en deelnemer
Uit de analyse van de resultaten kan geconcludeerd worden dat er geen verschil is tussen het soort reactie bij de man en vrouw.
4.5 Slotconclusie
In dit onderzoek stond het gebruik van interactionele drogredenen ten opzichte van gender centraal. Door middel van een corpusanalyse is geprobeerd om antwoord te geven op de hoofdvraag: ‘Wat zijn de verschillen in reacties op een uitgesproken standpunt van een man
en een vrouw vergeleken op het punt van interactionele drogredenen?’. Het expliciete
antwoord op deze vraag is op te delen in verschillende onderdelen. Zo is er een verschil ontdekt in het gebruik van interactionele drogredenen op een uitgesproken standpunt van een man en een vrouw. De man met uitgesproken mening kreeg relatief vaker te maken met interactionele drogredenen dan de vrouw met uitgesproken mening. Daarnaast werd een verschil gevonden in het gebruik van de ad hominem – tu quoque drogreden en de toepassing hiervan op de man. Hij had namelijk relatief meer te maken met ad hominem – tu quoque dan de vrouw. Naast deze twee significante verschillen zijn er geen andere verschillen gevonden.
5. Discussie en beperkingen
Het doel van dit onderzoek was van exploratieve aard. Een significant verschil is gevonden tussen het totaal aantal interactionele drogredenen en gender. De mannelijke opiniemaker kreeg meer te maken met interactionele drogredenen dan de vrouwelijke opiniemaker. Dit is een opvallende constatering omdat Lethonen (2013) in haar paper juist een tegenovergesteld resultaat suggereerde. Toch moet het gevonden significante verschil in dit onderzoek met enige voorzichtigheid worden beschouwd. Een mogelijke verklaring voor het verschil is dat Alexander Pechtold wellicht meer wordt gezien als de verpersoonlijking van het partijbeleid van D66 dan Kasja Ollongren. Pechtold is namelijk al sinds 2006 (D66, z.d.) lijstrekker, Ollongren was voornamelijk lokaal actief totdat ze in 2017 vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken werd (D66, z.d.). Tijdens zijn jaren als lijsttrekker is Pechtold vaak op de voorgrond getreden en vaker in de media verschenen. Hierdoor zou het kunnen zijn dat men al een mening over Pechtold ‘klaar heeft liggen’ voordat hij überhaupt een uitspraak doet. Dit kan hardere reacties en drogredelijke onderbouwingen in de hand spelen. Een goed voorbeeld hiervan is de volgende reactie:
17
“Pechtold is de voorman van een partij die zich steeds duidelijker profileert en manifesteert als ontkenner van feiten en het wegzetten van anderen op basis van op z’n best leugenachtige interpretaties en insinuaties. Dat maakt het de partij van de onwaarheid, de partij van de leugen, de partij van het nepnieuws. De labeling D666 is daarom op z’n plaats.”
Het feit dat Pechtold langer een prominent lid is, en dus ook vaker uitspraken heeft gedaan en in de media is geweest, kan invloed hebben gehad op het gevonden significante verschil. In een vervolgonderzoek is aan te raden om hier rekening mee te houden. Bijvoorbeeld door ‘bekendheid’ mee te nemen in de criteria bij de selectie van de personen met een uitgesproken standpunt.
Het significante verschil dat gevonden is bij de ad hominen – tu quoque drogreden moet voorzichtig geïnterpreteerd worden. Aan een van de assumpties van de chikwadraattoets wordt niet voldaan. Teveel verwachte waardes waren namelijk lager dan vijf. Het gevonden significante verschil is dus niet geheel betrouwbaar. Daarnaast is er ook een andere verklaring voor het relatief hogere ad hominem – tu quoque gehalte bij de man met uitgesproken
standpunt. Mogelijk werd ook hier Pechtold in hogere mate verantwoordelijk gehouden voor het partijbeleid van D66 dan Ollongren. De inhoud van sommige reacties riepen Pechtold ter verantwoording voor een uitspraak die een partijlid had gedaan. Ze merkten inconsequenties op omdat Pechtold zich wel druk maakt om uitspraken van Forum voor Democratie, maar niet om soortgelijke uitspraken van een partijgenoot. Het feit dat Pechtold lijsttrekker is, heeft dus wellicht invloed gehad op het aantal ad hominem – tu quoque drogredenen dat gebruikt is ten opzichte van hem.
Het feit dat er alleen online reacties zijn geanalyseerd zorgt voor een beperking. Er is
namelijk niet onderzocht hoe interactionele drogredenen worden toegepast op man en vrouw in de fysieke wereld. Bij een vervolgonderzoek zou de opzet kunnen zijn om proefpersonen met elkaar te laten discussiëren of reageren en bij te houden hoeveel interactionele
drogredenen bij een man en vrouw met uitgesproken mening worden gebruikt.
Een andere belangrijke beperking van dit onderzoek is de korte tijdspanne waarin het moest worden uitgevoerd. Het totale onderzoek heeft grofweg vier maanden geduurd. Dit zorgde ervoor dat er in beperkte mate diepte kon worden gezocht. Door de relatief weinig tijd die beschikbaar was kon er ook maar een beperkt aantal reacties worden geanalyseerd. Voor vervolgonderzoek wordt aangeraden om meer tijd te nemen. Diepere constructen kunnen dan
18 gemakkelijker worden blootgelegd en het onderzoek krijgt derhalve meer gewicht.
Dit onderzoek is uitgevoerd in een bachelorkring. Ieder had een eigen casus om te analyseren. Tijdens het opzetten van het onderzoek werd afgesproken om alle verzamelde resultaten en conclusies met elkaar te vergelijken. Het achterliggende idee was dat de beperkingen door de korte tijdspanne waarin het onderzoek moest worden uitgevoerd zo enigszins werd
gecompenseerd. Daarnaast kon worden bekeken of er zich een bepaald patroon aftekende. In totaal konden er elf casussen met elkaar worden vergeleken. Bij drie van deze elf casussen werd een significant verschil gevonden wat betreft het gebruik van interactionele drogredenen ten opzichte van de standpuntmaker. Bij twee van de drie werd er significant meer gebruik gemaakt van interactionele drogreden bij de vrouw met een uitgesproken standpunt, eenmaal werd dit significante verschil gevonden bij de man met uitgesproken standpunt. Hierbij moet worden opgemerkt dat bij één van de gevonden significante verschillen bij de vrouw met uitgesproken standpunt, een assumptie van de chikwadraattoets werd geschonden. Het gevonden significante verschil is hier niet helemaal betrouwbaar. In de acht overige casussen werd dus geen significant verschil gevonden op het gebied van interactionele drogredenen en de toepassing op gender. Aan de hand van dit gegeven kan dus voorzicht worden afgeleid dat er geen verschil is in reacties op een uitgesproken standpunt van een man en een vrouw op het punt van interactionele drogredenen.
Naast de totale interactionele drogredenen werden individuele significante verschillen gevonden. In deze verschillen kan echter geen patroon worden ontdekt. Ze zijn namelijk dusdanig sporadisch en verschillend per casus dat er uit de resultaten niet geconcludeerd kan worden dat een specifieke drogreden zich vaker bij de mannelijke of vrouwelijke
standpuntmaker voordoet. Ter illustratie: bij een casus werd een significant verschil gevonden waarbij de vrouwelijke standpuntmaker relatief vaker een ad hominem- tu quoque te verduren kreeg, een andere casus vond eenzelfde soort verschil maar dan op de mannelijke
standpuntmaker.
De wijze van het vergelijken van de verschillende casussen levert ook een beperking op. De resultaten zijn namelijk niet in een groot databestand statistisch getoetst. Wanneer dit wel was gebeurd dan was de uitkomst beter te interpreteren geweest. Een chikwadraattoets zou in dat geval een of geen duidelijk significant verschil hebben aangetoond. Door tijdsgebrek en de
19 verschillende individuele roosters was dit niet te bewerkstelligen. Bij vervolgonderzoek is het aan te raden om vanuit één databestand te analyseren.
Zoals eerder gesteld was het onderzoek van exploratieve aard. Doel was te verkennen of verschillen zijn in interactionele drogredenen opzichte van een mannelijke en vrouwelijke standpuntmaker. Ondanks dat er in individuele casus verschillen werden gevonden, lijkt er weinig verschil wanneer alle casussen met elkaar vergeleken worden.
Zoals eerder geconstateerd is er verassend weinig onderzoek gedaan naar de inzet van
drogredenen en het verschil in de toepassing daarvan op gender. Hoewel genderstudies in veel vakgebieden een populair thema is, wordt dit thema vrijwel niet behandeld als het gaat om interactionele drogredenen. Schellens (2013) geeft een inzicht in interactionele drogredenen, maar gaat niet in op het verschil tussen een man en een vrouw. Lethonen (2013) suggereert dat vrouwen met een uitgesproken mening wellicht anders bejegend worden dan mannen, maar het onderzoek in haar paper op dit thema is beperkt. Alleen een vrouw wordt
onderzocht, hierdoor kan er geen vergelijking met een man worden getrokken. Het huidige onderzoek is een opzet naar meer onderzoek. Het combineert de weinige kennis op
wetenschappelijk gebied met actuele thema’s in de maatschappij. In een wereld waar de rollen van mannen en vrouwen ter discussie staan, waar emancipatie in privé- en werksfeer nog steeds een heikele kwestie is en waar het publieke debat behoorlijk verhard lijkt, biedt dit onderzoek een voorzichtig inzicht in hoe er gereageerd wordt op een man en vrouw met uitgesproken mening op het gebied van interactionele drogredenen. Het thema heeft echter behoefte aan meer vervolgonderzoek.
Cyriel Triesscheijn zei: “John Lennon zong: ‘Woman is the nigger of the world’ en dat klopt
nog steeds.”(in Kamerman & Versteegh, 2016). Lethonen (2013) stelt dat vrouwen anders
bejegend worden dan mannen. Beide beweringen waren aanleidingen voor dit onderzoek. Een eerste inzicht hierin op het gebied van interactionele drogredenen laat vooralsnog geen
20
Dankwoord
Na grofweg vier maanden opzetten, analyseren, interpreteren, concluderen en discussiëren ligt voor u het onderzoek “Interactionele drogredenen en gender”. De afgelopen periode is
bijzonder interessant, nuttig en aangrijpend geweest.
Ten eerste wil ik Herman Giesbers bedanken voor de begeleiding, hulp en de interactieve bachelor bijeenkomsten. Daarnaast gaat mijn dank uit naar Bertie Kaal, de tweede
beoordelaar. Ook Jelle Koolschijn, de tweede codeur, dank voor de feedback en het coderen. Verder ben ik groepsleden uit de bachelor kring erkentelijk. Bij vragen stond iedereen voor elkaar klaar. Ten slotte speciale dank voor Renée van Dal, voor het sparren en nakijken. Gavin Woesthoff 4 juni 2018, Nijmegen
21
Literatuurlijst
D66. (z.d.). Alexander Pechtold. Geraadpleegd op 22 mei 2018, van https://d66.nl/mensen/alexander-pechtold/
D66. (z.d.). Kajsa Ollongren. Geraadpleegd op 6 juni 2018, van https://d66.nl/mensen/kajsa-ollongren/
Hoeken, H., Hornikx, J., & Hustinx, L. (2012). Overtuigende Teksten (Herz. ed.). Bussum, Nederland: Coutinho.
Isitman, E. (2018, 2 februari). Ollongren opent aanval op Baudet: ‘Grotere bedreiging voor Nederland dan Wilders’. Geraadpleegd op 16 maart 2018, van
https://www.elsevierweekblad.nl/nederland/achtergrond/2018/02/ollongren-fvd-erger-dan-pvv-van-geert-wilders-582182/
Jansen, H., & Hornikx, J. (2014). Hedendaags theoretisch en empirisch onderzoek naar argumentatieschema’s. Tijdschrift voor Taalbeheersing, 36(1), 1-9.
doi:10.5117/TVT2014.1.JANS
Kamerman, S., & Versteegh, K. (2016, 22 november). Direct, zwart én vrouw – erger kan niet. Geraadpleegd op 5 maart 2018, van
https://www.nrc.nl/nieuws/2016/11/22/direct-zwart-en-vrouw-erger-kan-niet-5410372-a1533103
Lehtonen, S. (2013). Listen girl. Hitler is dead.” – Reception of a female public intellectual
on Finnish online discussion forums. Geraadpleegd van
https://www.tilburguniversity.edu/upload/ea4cf05a-8b97-4f91-a676-e3fed06b93bb_TPCS_46_Lehtonen.pdf
Petty, R. E., & Cacioppo, J. T. (1986). The Elaboration Likelihood Model of Persuasion.
Advances in Experimental Social Psychology, 19, 123-205. Geraadpleegd van
http://www.psy.ohio-state.edu/petty/documents/1986ADVANCESsPettyCacioppo.pdf Schellens, P. J. (2013). Toon van het debat (Afscheidsrede 11 januari 2013. RU Nijmegen).
Geraadpleegd van http://repository.ubn.ru.nl
Sommer, B. (2018, 3 maart). Pechtold opnieuw in de aanval tegen ‘misselijkmakend’ FvD. Geraadpleegd op 16 maart 2018, van
https://www.elsevierweekblad.nl/nederland/achtergrond/2018/03/592278-592278/ Van Eemeren, F. H., Garssen, B., & Meuffels, B. (2012). De vermomde abusive ad
hominemdrogreden empirisch onderzocht. Tijdschrift voor Taalbeheersing, 34(2), 135-155. doi:10.5117/TVT2012.2.DE_V423
Van Eemeren, F. H., Garssen, B., & Meuffels, B. (2015). De vermomde ad baculum drogreden empirisch onderzocht. Tijdschrift voor Taalbeheersing, 37(1), 79-96. doi:10.51 17/TVT2015.1.EEME
Van Eemeren, F. H., & Grootendorst, R. (1992). Dat heeft u mij niet horen zeggen. Amsterdam/Antwerpen, Nederland: Uitgeverij Contact.
22 Van Eemeren, F. H., & Henkemans, S. (2011). Argumentatie. Inleiding in het analyseren,
beoordelen en houden van betogen. (4e ed.). Groningen/Houten, Nederland:
Noordhoff.
Verhoeven, G., & Schellens, P. J. (2013). Argumentatieanalyse. In J. Karreman, & R. van Enschot (Reds.), Tekstanalyse (3e ed., pp. 150-195). Assen, Nederland: Van Gorcum. Wagemans, J. H. M. (2009). Redelijkheid en overredingskracht van argumentatie.
Geraadpleegd van https://dare.uva.nl/search?identifier=5c2e1f58-8f89-4aac-9831-24bd7eee2fbe
23
Bijlage 1: Artikel Pechtold van Elsevier Weekblad Online
Pechtold opnieuw in de aanval tegen ‘misselijkmakend’ FvD
Na een nieuwe onthulling over FvD-politicus Yernaz Ramaurtarsing, die zei dat homorechten de samenleving dommer maken, is voor D66-leider Alexander Pechtold de maat vol.
‘Misselijkmakend, de uitspraken passen in een angstaanjagende trend.’
Volgens Pechtold zaait Forum voor Democratie haat. ‘Laten we er samen voor zorgen dat discriminatie en racisme op 21 maart nergens in Nederland een raadszetel krijgen.’ Dat schrijft Pechtold op zijn Facebookpagina.
Ramautarsing opnieuw in opspraak
Ramautarsing, nummer twee op de lijst van Forum voor Democratie in Amsterdam, kwam vrijdag in opspraak wegens uitspraken in een Whatsapp-groep. Daarin schreef Ramautarsing onder meer dat steun voor homorechten de samenleving dommer heeft gemaakt: ‘Dat is gebaseerd op de notie dat homo’s relatief een hoger IQ hebben en op moment dat zij zich niet voortplanten de hele samenleving daar dus “dommer van wordt.” Geen haat, gewoon feiten,’ citeert De Telegraaf.
Voor Pechtold is de maat vol
Voor D66-leider Pechtold opnieuw reden om vol op het orgel te gaan tegen Forum. ‘Eerder zei hij al dat mensen met een donkere huidskleur een lager IQ hebben. Het is
misselijkmakend, maar de uitspraken passen in een angstaanjagende trend.’
Ook met Baudet heeft Pechtold nog een appeltje te schillen: ‘Baudet zei eerder al dat
christelijke scholen homoseksuele leraren moeten kunnen ontslaan of weigeren. Dat vrouwen moeten worden overheerst en overmand. En dat er een reden is waarom alle
Nobelprijswinnaars blank zijn…’
Lees de analyse van Syp Wynia: Het drammen van D66, hoe redelijk is de partij nog?
Pechtold hoopt dat Forum voor Democratie niet in de gemeenteraad komt: ‘Laten we er samen voor zorgen dat discriminatie en racisme op 21 maart nergens in Nederland een raadszetel krijgen.’ Overigens doet Forum alleen mee in de gemeente Amsterdam.
24 Forum heeft nog niet inhoudelijk gereageerd op de uitspraken van Ramautarsing.
Paternotte begreep uitspraak verkeerd
D66-Kamerlid Jan Paternotte reageerde vrijdag eveneens als door een adder gebeten op de uitlatingen die Ramautarsing zou hebben gedaan. Paternotte verweet hem te hebben gezegd dat homo’s een lager IQ zouden hebben, terwijl de FvD’er volgens De Telegraaf juist het tegenovergestelde beweert. Inmiddels heeft Paternotte die tweet verwijderd en een nieuwe tweet geplaatst: ‘Baudet: Scholen moeten homoseksuele leraar kunnen ontslaan. No2 FVD: Homo-emancipatie maakt ons dommer’, verwijzend naar uitspraken die Baudet in 2015 in het Reformatorisch Dagblad deed.
25
Bijlage 2: Artikel Ollongren van Elsevier Weekblad Online
Ollongren opent aanval op Baudet: ‘Grotere bedreiging voor Nederland dan Wilders’
Minister van Binnenlandse Zaken en vicepremier Kajsa Ollongren opende vrijdagavond de expliciete aanval op Thierry Baudet en zijn Forum voor Democratie. De partij is een groter gevaar voor de ‘kernwaarden van Nederland’ dan de PVV van Geert Wilders, vindt
Ollongren. Zaterdagochtend kondigt Baudet aan aangifte te doen tegen de minister van Binnenlandse Zaken.
Partijgenoot en Tweede Kamerlid Theo Hiddema treedt daarbij op als zijn advocaat, meldt Baudet op Twitter. Later op zaterdag licht hij zijn besluit toe op een persconferentie in Amsterdam.
Ollongren hekelt uitspraken Yernaz Ramautarsing over IQ rassen
‘De nieuwste afsplitsing van het populisme gaat verder waar Wilders ophoudt,’ zei Ollongren tijdens de Burgemeester Dales-lezing, die zij vrijdagavond in Nijmegen hield.
‘Forum lijkt geobsedeerd te zijn door een van de weinige taboes waar ik als progressieve liberaal aan hecht: het praten over rassen in het politieke debat.’ De minister hekelt de eerdere uitspraken van Baudet over de ‘homeopathische verdunning’ van Nederland door immigratie.
Volgens Ollongren ging Baudet afgelopen week tijdens een debat met voormalig GroenLinks-leider Femke Halsema in de Stadsschouwburg in Amsterdam ‘opnieuw verder’. Hij weigerde daar afstand te nemen van uitspraken van zijn partijgenoot en kandidaat-raadslid Yernaz Ramautarsing, die in 2016 zei dat er een ‘verschil in IQ is tussen volkeren’. Ramautarsing voegde daaraan toe: ‘Ik had ook graag gezien dat zwarte mensen hyperintelligent waren, maar dat is niet zo.’
Door er geen expliciete afstand van te nemen, laat Baudet het volgens Ollongren
‘onweersproken als zijn partijgenoten openlijk discrimineren op basis van ras’. Volgens Ollongren willen politici als Baudet ‘sommige Nederlanders dus anders behandelen dan anderen,’ en bedreigen ze daarmee de ‘kernwaarden van Nederland: de democratie, de rechtsstaat, onze vrije en open samenleving’.
26
Baudet vindt dat Ollongren vrijheid van meningsuiting bedreigt
Baudet levert niet zelden flinke kritiek op Ollongren, die volgens hem met haar strijd tegen nepnieuws een gevaar vormt voor de vrijheid van meningsuiting. Ollongren reageert
vrijdagavond ook op een recente wet in Duitsland, waarmee onwenselijke berichten op sociale media kunnen worden gecensureerd. Met die wet begeeft Duitsland zich in de ‘grijze zone’, aldus Ollongren. Zij zelf wil techbedrijven niks opleggen, maar met ze in gesprek blijven om ze tot meer transparantie te bewegen over de herkomst van politieke advertenties en de werking van algoritmes.
Ze verdedigt de dubieuze database EU vs Disinfo, die eerder blunderde door Oekraïne-kritische artikelen van onder meer GeenStijl en The Post Online als ‘nepnieuws’ aan te merken. Dat werd later gecorrigeerd. ‘Gelukkig,’ vindt Ollongren. Desalniettemin blijft ze achter de dienst staan. ‘Het enige wat ze doen, is nepnieuws identificeren en net als
techbedrijven zeggen: er is twijfel over de bron van dit nieuws. Niet censureren, maar markeren,’ aldus de minister.
27
Bijlage 3: Alle resultaten bachelorkring
Jelle Koolschijn - Instagram - Zwarte Piet
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct Nee NVT
Ad Hominem Indirect Nee NVT
Ad Hominem Tu Quoque Nee NVT
Stroman Nee NVT
Totaal Nee NVT
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum Nee NVT
Ad Misericordiam Ja Vrouwen
Anders Nee NVT
Totaal Ja Vrouwen
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief Ja Mannen
Neutraal Nee NVT
Negatief Ja Vrouwen
28
Eline Giesbers - Facebook - Oostvaardersplassen
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct Ja Vrouwen
Ad Hominem Indirect Ja Vrouwen
Ad Hominem Tu Quoque
Nee NVT
Stroman Nee NVT
Totaal Ja (niet aan assumptie
voldaan)
Vrouwen
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum nee NVT
Ad Misericordiam NVT NVT
Anders NVT NVT
Totaal nee NVT
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief ja mannen
Neutraal ja mannen
Negatief ja vrouwen
29
Robine Roordink - Facebook - #metoo
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct Nee NVT
Ad Hominem Indirect Nee NVT
Ad Hominem Tu Quoque
NVT (geen waarnemingen) NVT
Stroman Ja (alleen niet betrouwbaar; assumptie niet voldaan)
Vrouwen
Totaal Ja Vrouwen
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum Nee NVT
Ad Misericordiam Nee NVT
Anders Nee NVT
Totaal Ja Vrouwen
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief Nee NVT
Neutraal Nee NVT
Negatief Nee NVT
Opvallendheden Totaal aan drogredenen (overig en interact.) en totaal aan interact. drogredenen gecodeerd, deze beiden significant met meer reacties voor de vrouw dan man.
30
Stephanie Thie - Instagram - Zwarte Piet
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct Nee NVT
Ad Hominem Indirect NVT (geen waarnemingen) NVT
Ad Hominem Tu Quoque NVT (geen waarnemingen) NVT
Stroman Nee NVT
Totaal Nee NVT
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum nee NVT
Ad Misericordiam nee NVT
Anders nee NVT
Totaal nee NVT
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief nee NVT
Neutraal nee NVT
Negatief nee NVT
Opvallendheden Negatieve en neutrale reacties bevatten significant vaker een interactionele drogreden dan positieve reacties.
31
Jenny Evendijk - Facebook - Genderneutraliteit
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct nee NVT
Ad Hominem Indirect nee NVT
Ad Hominem Tu Quoque nee NVT
Stroman nee NVT
Totaal nee NVT
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum nee NVT
Ad Misericordiam nee NVT
Anders nee NVT
Totaal nee NVT
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief nee NVT
Neutraal nee NVT
Negatief nee NVT
32
Freek - Facebook - cowboys- en indianenfeestjes TivoliVredenburg
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct Nee NVT
Ad Hominem Indirect Nee NVT
Ad Hominem Tu Quoque Nee NVT
Stroman Geen waarnemingen NVT
Totaal Nee NVT
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum Geen waarnemingen NVT
Ad Misericordiam Geen waarnemingen NVT
Anders Nee NVT
Totaal Nee NVT
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief Nee NVT
Neutraal Nee NVT
Negatief Nee NVT
33
Annelinde Vermeulen - Facebook - Zwarte Pietendiscussie
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct Nee NVT
Ad Hominem Indirect Ja Meer op mannen
Ad Hominem Tu Quoque Nee NVT
Stroman Nee NVT
Totaal Nee NVT
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum Nee NVT
Ad Misericordiam Nee NVT
Anders Nee NVT
Totaal Nee NVT
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief Ja Meer bij vrouwen
Neutraal Ja Meer bij vrouwen
Negatief Ja Meer bij mannen
Opvallendheden Negatieve en neutrale reacties bevatten significant vaker een interactionele drogreden dan positieve reacties.
34
Aaron - Facebook - Zijlstra affaire
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct Nee NVT
Ad Hominem Indirect Nee NVT
Ad Hominem Tu Quoque Ja Vrouwen
Stroman Nee NVT
Totaal Nee NVT
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum Nee NVT
Ad Misericordiam Nee NVT
Anders Nee NVT
Totaal Nee NVT
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief Nee NVT
Neutraal Nee NVT
Negatief Nee NVT
Opvallendheden Negatieve reacties bevatten significant vaker een directe ad hominem drogreden dan positieve reacties.
35
Balou - Facebook (tekst met mening dat e-nummers goed zijn en
groenten niet zo gezond)
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct nee NVT
Ad Hominem Indirect nee NVT
Ad Hominem Tu Quoque nee NVT
Stroman nee NVT
Totaal nee NVT
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum nee NVT
Ad Misericordiam nee NVT
Anders nee NVT
Totaal nee NVT
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief nee NVT
Neutraal nee NVT
Negatief nee NVT
36
Sanne - Facebook - Zwarte Piet
Interactioneel Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Hominem Direct nee NVT
Ad Hominem Indirect nee NVT Ad Hominem Tu Quoque nee NVT
Stroman ja (alleen niet betrouwbaar want niet aan assumptie voldaan).
vrouwen
Totaal nee NVT
Overig Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Ad Baculum nee NVT
Ad Misericordiam nee NVT
Anders nee NVT
Totaal nee NVT
Reactie Significant verschil? Meer op mannen of vrouwen?
Positief nee NVT
Neutraal nee NVT
Negatief nee NVT
37
Bijlage 3. Verklaring geen fraude en plagiaat
Print en onderteken dit Verklaring geen fraude en plagiaat formulier en voeg dit
formulier als laatste bijlage toe aan de eindversie van de bachelorscriptie die in papieren versie wordt ingeleverd bij de eerste begeleider.
Ondergetekende
[Voornaam, achternaam en studentnummer],
...
Bachelorstudent Communicatie- en Informatiewetenschappen aan de Letterenfaculteit van de Radboud Universiteit Nijmegen, verklaart met ondertekening van dit formulier het volgende:
a. Ik verklaar hiermee dat ik kennis heb genomen van de facultaire handleiding (www.ru.nl/stip/regels-richtlijnen/fraude-plagiaat), en van artikel 16 “Fraude en plagiaat” in de Onderwijs- en Examenregeling voor de BA-opleiding Communicatie- en Informatiewetenschappen.
b. Ik verklaar tevens dat ik alleen teksten heb ingeleverd die ik in eigen woorden geschreven heb en dat ik daarin de regels heb toegepast van het citeren, parafraseren en verwijzen volgens het Vademecum Rapporteren.
c. Ik verklaar hiermee ook dat ik geen teksten heb ingeleverd die ik reeds
ingeleverd heb in het kader van de tentaminering van een ander examenonderdeel van deze of een andere opleiding zonder uitdrukkelijke toestemming van mijn
scriptiebegeleider.
d. Ik verklaar dat ik de onderzoeksdata, of mijn onderdeel daarvan, die zijn beschreven in de BA-scriptie daadwerkelijk empirisch heb verkregen en op een wetenschappelijk verantwoordelijke manier heb verwerkt.
Plaats + datum ... Handtekening ...
38