• No results found

A1: Advies betreffende het ontwerp tot wijziging van het KB van 18 januari 1994 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels e

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "A1: Advies betreffende het ontwerp tot wijziging van het KB van 18 januari 1994 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels e"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Advies betreffende het ontwerp tot wijziging van het KB van 18 januari 1994

houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere

beroepsbekwamingen voor de beoefenaars van de verpleegkunde, gewijzigd bij

het koninklijk besluit van 2 juli 1999 (B.S. van 11 november 1999).

Inleiding

Het ingediende voorstel werd uitgewerkt met het oog op1 :

het naleven van de principes opgenomen in het definitieve advies NRV/1998/Advies 8, (het bekomen van een bijzondere beroepstitel boven op de beroepstitel van

gegradueerde verpleegkundige bekomen na een initiële opleiding van 3 jaar in het hoger onderwijs) en,

• het vereenvoudigen van de lijst van titels en bekwamingen door enkel het begrip “ bijzondere beroepstitel “ in aanmerking te nemen en dan de bijzondere beroeps-bekwaamheid voor te behouden aan een subdomein van de bijzondere beroepstitel.

• het actualiseren van de lijst van 18 januari 1994.

Het koninklijk besluit van 18 januari 1994 was ontworpen in de geest van de wet van 19 december 1990 tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de geneeskunst, de verpleegkunde, de paramedische beroepen en de geneeskundige commissies met het oog op de bescherming van de beroepstitels van medici en paramedici.

Het stemt niet overeen met de werkelijkheid zelfs niet met de opleiding en het uitoefenen van de verpleegkunde en daarom wenst de Nationale Raad voor Verpleegkunde het gewijzigd te zien.

Bovendien komt de voorgestelde wijziging tegemoet aan het advies van de Raad betreffende de toegang tot het verpleegkundig beroep en de voorbereiding ervan (actieplan van de verpleegkunde 1998, advies 8) : van de opleiding van de beoefenaars van de verpleegkunde een aparte studierichting van hoog niveau maken, ingedeeld bij het hoger onderwijs van minimum 3 jaar of gelijkwaardig.

Ook wil men het principe van het behoud van verworven situaties, met name door de gebrevetteerde verpleegkundigen/gediplomeerden in de verpleegkunde van het secundair beroepsonderwijs conform het meerjarenplan voor de gezondheidssector (2000), niet op de helling zetten : Tenzij er overstapmogelijkheden worden gecreëerd tussen het brevet en het graduaat verpleegkundige, zullen de bijzondere beroepsbekwaamheden in de toekomst slechts toegankelijk zijn voor gegradueerde verpleegkundigen.

1 De benamingen van de bijzondere beroepstitels zullen in de toekomst aangepast moeten worden, in functie van de

(2)

Daarom voorziet het voorstel voor deze groep beroepsbeoefenaars in ” overgangsmaatregelen “ (cf. art. 4 van het voorstel).

Deze maatregelen zullen nader omschreven worden door de Nationale Raad voor Verpleegkunde voor elk van de voorgestelde beroepstitels.

We vestigen ook de aandacht op de nood aan een intercommunautair protocol betreffende de harmonisatie van het programma van de overstapmogelijkheden die momenteel erg verschillen in het Noorden en het Zuiden België.

(3)

Voorstel

Artikel 1 : Betekenis van de “ bijzondere beroepstitel ” en de “ bijzondere beroepsbekwaamheid “.

De bijzondere beroepstitel wordt bekomen na beëindiging van een voortgezette opleiding die volgt op een basisopleiding in de verpleegkunde van drie jaar georganiseerd in het hoger onderwijs.2

Die bijkomende opleiding heeft tot doel dat de verpleegkundige de sleutelbekwaamheden 3 van de beroepsbeoefening ontwikkelt en zo een zekere expertise verwerft in één van die bekwaamheden.

De criteria m.b.t. de te verwerven expertise worden op advies van de Nationale Raad voor Verpleegkunde nader omschreven en houden verband met het nagestreefde ontwikkelingsniveau m.b.t. de sleutelbekwaamheden.

De bijzondere beroepsbekwaamheid wordt bekomen na beëindiging van een bijkomende opleiding die volgt op een voortgezette opleiding.

Artikel 2: Expertisedomeinen.

De bijzondere beroepstitels worden in drie expertisedomeinen ingedeeld, namelijk :

• Expertise in de klinische verpleegkundige zorg. 4

• Expertise in het beheer, de kwaliteit, en het onderzoek van de verpleegkundige zorg.

• Expertise in de pedagogie inzake verpleegkundige zorg.

Artikel 3: Lijst van bijzondere beroepstitels voor gegradueerde verpleegkundigen. 2 Cf. Definitief advies NRV/1998/Advies 8 “Actieplan voor de Verpleegkunde”.

3 Cf. Definitief advies NRV/1998/Advies 8 “Actieplan voor de Verpleegkunde”. 4 De term “klinische” bedekt alle domeinen van uitoefening van verpleegkundige zorg.

(4)

1. Bijzondere beroepstitels die betrekking hebben op de expertise in de klinische verpleegkundige zorg :

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de pediatrie (inbegrepen de neonatologie).

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de geestelijke gezondheidszorg.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de sociale gezondheidszorg.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de geriatrie.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de oncologie.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de medische beeldvorming.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de operatiekamer.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de palliatieve zorg.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de endoscopie.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de nefrologie.5

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de radiotherapie.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de diabetologie.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de wondzorg.

Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de stomatherapie.

2. Bijzondere beroepstitels die betrekking hebben op de expertise in het beheer, de kwaliteit, en het onderzoek van de verpleegkundige zorg :

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in het beheer van een verpleegequipe.6

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in het beheer van een verpleegdienst.7

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in het beheer van een verpleegkundig departement.8

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de ziekenhuishygiëne.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de kwaliteitsbewaking van de zorg.

• Gegradueerde verpleegkundige in informatiesystemen.

3. Bijzondere beroepstitels die betrekking hebben op de expertise in de pedagogie inzake verpleegkundige zorg :

5 Deze term heeft de voorkeur boven de term “hemodialyse” die in het KB van 18/01/94 wordt gebruikt. 6 Deze term vervangt de termen “hoofdverpleger of hoofdverpleegster” en “hoofdverpleger of

adjunct-hoofdverpleegster” die in het KB van 18/01/94 worden gebruikt.

7 Deze term vervangt de termen ”verpleger- of verpleegster-hoofd van dienst” die in het KB van 18/01/94 worden

gebruikt.

8 Deze term vervangt de termen “verpleger- of verpleegster-directeur van het verpleegkundig departement die in het KB

(5)

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de gezondheidsopvoeding.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in de permanente opleiding.

• Gespecialiseerde gegradueerde verpleegkundige in het verpleegkundig onderwijs.

Artikel 4: Overgangsmaatregelen.

Bij wijze van overgangsmaatregel kunnen de verpleegkundigen die een opleiding gevolgd hebben in de 4° graad van het secundair beroepsonderwijs tot 6 jaar na de publicatie van dit koninklijk besluit, overeenkomstig het koninklijk besluit van 18 januari 1994 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwamingen voor de beoefenaars van de verpleegkunde, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 juli 1999, de volgende bijzondere beroepstitels bekomen :

1. Bijzondere beroepstitels die betrekking hebben op de expertise in de klinische verpleegkundige zorg :

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de geestelijke gezondheidszorg.

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de geriatrie.

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg.9

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de oncologie.

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de medische beeldvorming.

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de operatiekamer.

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de palliatieve zorg.

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de endoscopie.

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de nefrologie.10

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de radiotherapie.

2. Bijzondere beroepstitels die betrekking hebben op de expertise in het beheer, de kwaliteit, en het onderzoek van de verpleegkundige zorg :

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in het beheer van een verpleegequipe.

3. Bijzondere beroepstitels die betrekking hebben op de expertise in de pedagogie inzake verpleegkundige zorg :

9 Overeenkomstig het definitieve advies van de Nationale Raad voor Verpleegkunde van 15/09/1998 “Actieplan voor de

Verpleegkunde”.

(6)

• Gebrevetteerde/gediplomeerde verpleegkundige in de gezondheidsopvoeding van de patiënt.

Artikel 5: Aanpassing van de lijst van bijzondere beroepstitels aan de evolutie van de verpleegkundige zorg.

De lijst van bijzondere beroepstitels voor de beoefenaars van de verpleegkunde is niet limitatief en wordt door de Nationale Raad voor Verpleegkunde automatisch, minimum om de 5 jaar, herzien.

Na advies van de Nationale Raad voor Verpleegkunde, kan de lijst eveneens gewijzigd of aangevuld worden op gemotiveerde aanvraag van een groepering of een vereniging.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tydens De la Rey se teenwoordigheid by die parlementsitting teken Nieuwenhuizen deur monde van die Siener die finale taferele van die afloop van De la Rey se besluit aan

Die filosofies- opvoedkundige mandaat (grondslag) van die Pretorius-kommissie was tweërlei van aard: dat “die Christelike beginsel in onderwys en op- voeding erken, openbaar en

In Phase 2, it framed the following question to inform the research agenda: “How, for whom, and under what circumstances can the pedagogical integration of ICTs

transferring from fast growth to sustainable growth with its economy, and therefore the growing internal market and standard of living increased the overall

De kernvraag is of het wenselijk kan geacht worden, met het oog op de ontwikkeling van elzenbroekbos, deze werkwijze te herhalen op een grotere schaal, en aldus in te passen in de

Om het huidige effect van een barrière te meten, is de genetische structuur in zowel positieve als in negatieve controlevergelijkingen een essentieel

In augustus 2010 kwam daar verandering in door een langdurige neerslagperiode, waardoor het beekpeil terug steeg (figuur 8, laatste meting). De voorlopige gegevens duiden

In uitvoering hiervan werd in artikel 2 van het KB van 18 januari 1994 "houdende de lijst van de bij- zondere beroepstitels en bijzondere beroepsbe- kwamingen voor