• No results found

Dynamic Infographics

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Dynamic Infographics"

Copied!
25
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

!"#$%&'()#*+,-$./&'0

1$2&34+25-)#*+-%$6&5(7()#65-$'6&5

!""#

$%&'&())#*()+%,-./(%0&%,

1""23

89#&(:;;<

(2)

Inleiding

3

Soorten en typen Infographics

4

Geschiedenis van Infographics

5

Diagrammen

9

Functie Dynamic Infographics

11

Wanneer is een infographic het beste te gebruiken.

12

Overdracht van Informatie

13

Onderzoek Doelgroep.

14

2D VS 3D Infographics.

15

Interactiviteit bij Infographics

16

Game Design

17

Usability

18

Het maak je een goede infographic?

19

Wat kan wel en wat niet

20

Casus

21

Deel 1

21

Deel 2

22

Conclusie

23

(3)

Inleiding

Tegenwoordig hebben we meer met infographics te maken dan je denkt, onbewust komt er een overvloed van informatie tot je die je dan op zijn tijd onbewust opneemt en verwerkt. Een goed voorbeeld hiervan is het nemen van het openbaar vervoer, we hebben dan niet alleen te maken met de tijden van wanneer de eerstvolgende bus of tram langskomt, maar er wordt ook aangegeven wat de route is die wordt afgelegd.

Grote winkel centra of waren huizen maken bijvoorbeeld ook goed gebruik van

infographics in de vorm van plattegronden, IKEA is hier een goed voorbeeld van, hier worden plattegronden gebruikt om aan te geven wat nou precies waar staat met duidelijke herkenbare punten die ervoor zorgen dat je ook weet waar je bent.

Infographics worden al honderden jaren gebruikt, de oudste stamt af van 7500 jaar voor Christus! Men begon in deze tijd al met het overbrengen van informatie via tekeningen in grotten en op rotsten.

Basismateriaal voor infographics zijn data, informatie en kennis. Bij het overbrengen van data in een infographic wordt er vaak gebruikt gemaakt van een “grafiek” vorm in

combinatie met symbolen en pictogrammen. In deze vorm is het makkelijk om zo veel mogelijk informatie in een keer weer te geven.

Bij het overbrengen van informatie wordt er ook veel gebruik gemaakt van pictogrammen en symbolen. Hier is er vaak makkelijker een eigen structuur in te brengen en er kan natuurlijk gespeeld worden met de vormgeving om deze zo aantrekkelijk mogelijk te maken, dit geldt ook voor de “kennis” infographic.

Bij het interpreteren van infographics komt er ook de nodige “kennis” bij kijken. De

gebruiker moet natuurlijk wel bepaalde elementen kunnen herkennen zodat de informatie-overdracht van de infographic goed verloopt. Hier is het natuurlijk belangrijk dat de nodige onderzoek wordt gedaan naar de doelgroep voor wie de infographic bestemd is.

Infographics hoeven niet altijd “goed” te zijn. Er zijn ook momenten wanneer infographics misschien overbodig zijn, of dat de infographic op de verkeerde manier is aangepakt. Hiermee bedoel ik dat er niet genoeg onderzoek is gedaan naar de doelgroep, of dat de “vorm” van de infographic niet past bij de informatie die deze dan hoort weer te geven, je krijgt hier dan een hele rommelige/ drukke infographic.

Het is voor vormgevers en informatie ontwerpers daarom belangrijk om te weten wanneer het de juiste moment is om een infographic te gebruiken.

Mijn interesse in dit onderwerp is ontstaan nadat ik mijn keuze heb moeten maken voor mijn verdiepingsprofiel op school (informatie & interactie) en is alleen maar meer

toegenomen nadat ik de minor “Dynamic Infographics” heb gevolgd. Tijdens het volgen van deze minor vielen er interessante discussies bij de studenten onderling over de

informatie overdracht van infographics. Persoonlijk vond ik niet dat er altijd een infographic nodig was, in sommige situaties vond ik ze zelfs overbodig en was de ontwerper naar mijn mening beter af geweest met een simpele diagram of tabel. Onbewust ben ik hier zelf verder mee bezig geweest op internet met het zoeken naar bedrijven die professionele infographics maken om zo te kijken welke ontwerp keuzes ze maken.

Dit is dus eigenlijk de basis geweest van mijn interesse, ik wil dus onderzoeken wanneer

(4)

Soorten en typen Infographics

Er zijn natuurlijk verschillende soorten en typen infographics. De infographics die het meest gebruikt worden zijn de infographics die gebruikt worden bij het weergeven van statistische gegevens. Hiermee bedoel ik eigenlijk diagrammen zoals de “pie-chart, bar-chart, line/fever-bar-chart, scatterplot, table, map en list”. In een ander hoofdstuk ga ik het iets uitgebreider over de diagrammen hebben.

Tegenwoordig wordt er op een creatievere manier omgegaan met infographics, er zit niet altijd een structurele flow in en ze zijn ook nog steeds vaker interactief. Het probleem is hier dat de interpretatie van de infographics niet altijd correct is.

Op een gegeven moment moet er dus de juiste keuze komen voor de juiste type infograph, maar hoe maak je nou de juiste keuze voor het ontwerp van je infograph? Volgens Edward Rolf Tufte 1is het belangrijk om te kijken hoe de informatie overgebracht moet worden, is het belangrijk voor de gebruikers om informatie te kunnen vergelijken of is dit niet het belangrijkste doel? Als dit niet het geval is, is het net zo makkelijk om de

informatie die je hebt in een “zin” weer te geven. Meneer Tufte geeft hierbij de volgende voorbeelden:

Hier is te zien hoe de informatie in een zin wordt weergegeven, de informatie is hier iets moeilijker uit te halen en te vergelijken.

Hier is de informatie in een oogopslag te zien en ook meteen te

vergelijken.

Hier is de informatie gesorteerd op de data waardes, zo is het meteen duidelijk wie onder of bovenaan staan.

bijna 53 procent

van groep A deed iets anders in vergelijking met 46 procent van groep B en iets meer in vergelijking met 57 procent van groep C.

De drie groepen die net iets anders van elkaar waren: groep A: 53%

groep B: 46% groep C: 57%

De drie groepen die net iets anders van elkaar waren: groep B: 46%

groep A: 53% groep C: 57%

De soort/ type informatie dat je wilt overbrengen en wat de gebruiker hier mee moet doen zijn hier dus van belang.

Tabellen2 zijn volgens Tufte een van de betere manieren om data dat vergeleken met elkaar moet worden weer te geven. De reden hiervan is dat je tabellen in kan delen met meerdere kolommen en hier dus verschillende statistische informatie dat met elkaar vergeleken moet worden kan weergeven, dit werkt veel beter dan voor elk onderdeel een klein grafiekje/ diagram te moeten maken.

Naar mijn mening is het dus inderdaad belangrijk om te kijken hoe de informatie tot de gebruiker komt en wat hij/ zij hiermee zou moeten doen. Het probleem is dat je

tegenwoordig zo veel grote en complexe informatiesystemen hebt en dat deze niet altijd overzichtelijk zijn omdat men de verkeerde combinatie van het “weergeven van informatie” gebruikt.

1 The Visual Display of Quantitive Information blz.178 2 The Visual Display of Quantitive Information blz179

(5)

Geschiedenis van Infographics

3Er is bewijs gevonden dat we ongeveer 12000 jaar terug al bezig waren met het

visualiseren van informatie. Men maakte tekeningen op rotswanden, dit deden ze door figuren erin te krassen. Dit noemen we Petroglyph4. Dit zijn de eerste vormen van

non-verbale communicatie die zijn gevonden.

Uit Petroglyph zijn de geavanceerdere

pictogrammen ontstaan die terugkomen in bijvoorbeeld hiërogliefen die terug zijn gevonden in Egypte, waaruit naderhand het “linguïstisch

schrijven” is ontstaan die we

vandaag de dag gebruiken.

Door de geschiedenis heen is te zien dat tekst altijd in combinatie met afbeeldingen zijn gebruikt. Hiernaast is te zien dat in de 18de eeuw de voetafdrukken van Vinshu (Vishnu is binnen de Hindoe-drieëenheid het onderhoudende, zorgzame of beschermende aspect van God in de schepping.)afgebeeld zijn met een “verzameling” van zijn aardse symbolen.

Links is te zien hoe Leonardo da Vincie in de 15de en 16de eeuw ook beeld en tekst gebruikte voor zijn zelfstudie over het mensenlijk lichaam.

Bij zijn onderzoek van het mensenlijk lichaam kwam hij erachter dat er veel punten waren die moeilijk alleen met woorden te omschrijven waren. Vandaar dat hij ook beeld is gaan gebruiken bij het documenteren van zijn

onderzoek

3 www.informationdesign.org/ prof.Vankatesh Rajamanickam Indian Institute of Technology

(6)

Zoals je al wel hebt gemerkt zijn we dus eeuwen bezig met het maken van visuele informatie beelden wat we de dag van vandaag infographics noemen. Maar in het

verleden zijn er volgens Venkatesh Rajamanickam5 een aantal belangrijke “voorbeelden“ geweest die tot de dag van vandaag grote voorbeelden zijn voor de hedendaagse

infographics:

1. William Playfair’s The Commercial & Political Atlas:

Meneer William Playfair heeft de “pie chart” en de “bar chart” uitgevonden, hij was een schotse technicus en een staatskundig econoom.

Door middel van de “pie en bar chart” kon William beter communiceren dan de data die hij voorgeschoteld kreeg in tabellen.

In 1786 bracht hij het boek uit The commercial & Political Atlas, in dit boek stonden 43 grafieken die data-wisselingen weergeven ( staaf, lijn en cirkel diagrammen).

William was de eerste persoon die statistische informatie beeldend weergaf. 2. Charles Minard’s Map of Napoleon’s Army's Russian Campaign:

Charles Minard was een Franse technicus, die in 1861 de mars van Napoleon richting Rusland in 1812 visualiseerde.

In zijn infographic was te zien hoe groot de leger van Napoleon was, de lengte van het leger, de richting waar het leger zich naar toe verplaatste, aanval/ terugtrek van het leger en de locatie van de leger met de datums en dagen.

Volgens Edward Tufte6 ( Informatie (goeroe) ontwerper) is dit een van de beste

verbeelding van statistische informatie (een infographic dus) ooit gemaakt. Dit komt omdat Charles Minard in de infographic de bovengenoemde verschillende soorten informatie stromen in een infographic wist te combineren/ verwerken.

5 www.informationdesign.org/ prof.Vankatesh Rajamanickam Indian Institute of Technology

(7)

3. Otto Neurath’s Isotype:

Otto Neurath ontwikkelde in 1920 een ge-standaardiseerde

visuele communicatie systeem genaamd

ISOTYPE (International System of Typographic Picture Education).

De bedoeling was om informatie te kunnen vertalen naar visuele beelden die iedereen zou moeten kunnen begrijpen, ongeacht de achtergrond van de persoon.

4. Henry Beck’s Map of London Underground:

In 1930 hadden de kaart ontwerpers van de Londense Metro een probleem. De routes werden te complex om op de huidige “kaart formaat” in kaart te brengen.

Om dit te kunnen oplossen, werd er iets ongebruikelijk gedaan onder de kaart ontwerpers. De werkloze technische (Electro) tekenaar Henry Beck vertaalde de ingewikkelde kaart van de Londense metro, in een overzichtelijke plattegrond met rechte lijnen. Henry Beck deed alsof hij een schets voor een printplaat aan het maken was. Hij heeft gebruik

gemaakt van rechte lijnen met verschillende kleuren en hij heeft geen hoeken gebruikt die groter zijn dan 45 graden.

(8)

5. George Rorick’s Weather Maps:

Er was een tijd waar grafische aspecten van kranten niet echt gewild waren door de drukkers, ze zouden

“tijdrovend” zijn en voor te veel afleiding zorgen in de krant.

In 1982 heeft George Rorick toch de stap gemaakt om de complexe en saaie informatie tabellen van het weer, om te toveren tot een infographic die iedereen kon begrijpen en nog eens leuk om naar te kijken was. De USA Today kreeg hier vele positieve reacties op, hierdoor hebben ze de weerkaarten van George Rorick doorgezet en worden ze tot de dag van vandaag

gekopieerd.

George Rorick staat vooral ook bekend omdat hij bleef vechten voor de acceptatie van visuele beeld informatie in journalistiek waar eigenlijk alles gedomineerd werd door tekst.

(9)

Diagrammen

Diagrammen zijn eigenlijk een beetje de voorlopers van de Dynamic Infographics die we vandaag de dag kennen. De verschillen zitten in de vormgeving en de functionaliteiten. Zo worden diagrammen meer gebruikt bij het weergeven van statistische informatie en

dynamic Infographics worden bijna overal op toegepast, als er maar de nodige informatie aanwezig is die overgebracht kan worden aan de gebruiker. Dit hoeft dus geen statistische informatie te zijn.

Symbolen en iconen brengen non-verbaal informatie over. Dit zijn “betekenis dragers” met meestal een internationale bekendheid. Hier wordt bij het maken van diagrammen (en Dynamic Infographics) op ingespeeld. De ontwerpers verwachten dan van de gebruiker dat hij/zij bepaalde kennis heeft om het betreffende diagram te kunnen lezen. Voordelen hiervan zijn dat het visualiseren en overdracht van de informatie te vereenvoudigen zijn. Ook bij het ontwerpen van deze diagrammen kunnen er fouten worden gemaakt. Het komt zo nog vaak voor dat de verdeling van de waarden op de X en Y as niet in verhouding zijn, maar er kan ook misleiding ontstaan als er met perspectief (“3D effect”) gespeeld wordt. Tegenwoordig heb je veel software die informatie automatisch weergeeft in diagrammen, het ontwerp is dan statisch want je kan de informatie dan maar in een “soort” diagram zien. Het handige van dit soort software, is dat de ontwerpers/ programmeurs extra functionaliteiten aan zo’n diagram kunnen toevoegen. De informatie is hierbij dan ook in verschillende diagrammen te zien waardoor je in sommige gevallen beter overzicht hebt van je data.

7Je hebt natuurlijk verschillende soorten en typen grafieken/ diagrammen, er zijn

verschillende methoden om deze te categoriseren. Je kunt natuurlijk kijken waar ze het meest voor worden gebruikt of je kunt kijken naar de visuele aspecten van de grafieken/ diagrammen.

Hier staan 5 verschillende methodes van hoe je een grafiek/ diagram kunt categoriseren. 1. Alle grafieken/ diagrammen bij elkaar vormen ook een categorie. Ze worden allemaal

gebruikt voor het weergeven van statistische informatie en ze beschikken ook allemaal de capaciteit om informatie met elkaar te vergelijken.

2. De grafieken/ diagrammen zijn ook te onderscheiden door te kijken in welke vakgebied ze het meest gebruikt worden. Hier heb je drie hoofd groepen waar je de grafieken/ diagrammen dan kan onderscheiden. Je hebt de technisch/ wetenschappelijke, statistische (data analyse) en zakelijke grafieken/ diagrammen die van elkaar te onderscheiden zijn.

3. Technische/ wetenschappelijke grafieken en diagrammen zijn meestal iets complexer en uitgebreider dan de statistische en zakelijke diagrammen. Dit komt omdat je hier vaak meer waardes/ data hebt, waardoor je vaak genoodzaakt bent meerdere assen te gebruiken (hier wordt vaak met de diepte gespeeld (3D)).

4. Data Analyse grafieken worden ook vaak onderscheiden van de rest, dit komt omdat je door middel van deze grafieken makkelijk de data kunt vergelijken en kijken of er belangrijke gelijkenissen en/of verschillen zijn tussen de data.

5. Bij zakelijke grafieken zijn de functionaliteiten anders, deze worden dan graag gebruikt voor presentaties, het analyseren/ plannen van bedrijfskundige processen of het controleren van processen die zich meestal in een bepaalde tijdframe bevinden.

(10)

Hieronder een aantal voorbeelden van de meest gebruikte grafieken: 0 25 50 75 100

2007 2008 2009 2010 Lijn Diagram (Analyse/ Wetenschappelijk)

7%

8%

10%

11%

29%

35%

Taart Diagram (Data analyse)

Punten Diagram (Technisch/ Wetenschappelijk)

Staaf Diagram (Zakelijk)

0 5 10 15 20 0 5 10 15 20 0 50 100 150 200 2007 2008 2009 2010

48

80

43

55

143

63

36

27

(11)

Functie Dynamic Infographics

Infographics zijn er om zo veel mogelijk informatie in een keer te laten weergeven en kunnen voor verschillende doeleinden worden gebruikt. In de ene situatie zijn ze alleen beter toepasbaar dan andere. De bedoeling van een infographic is dus eigenlijk

simpelweg het verduidelijken van informatie.

Zo worden Infographics gebruikt voor bijvoorbeeld het organiseren van informatie, hier heb je dus een grote hoop van informatie/ data dat je dan kan gaan categoriseren en filteren op verschillende punten die dan relevant zijn voor de informatie dat je wilt overbrengen. Ook worden infographics gebruikt om overzicht te geven op gebieden (plattegronden). De bedoeling van de informatie die overgebracht wordt is de gebruiker een duidelijk overzicht geven van het betreffende gebied en verdere belangrijke aspecten hiervan zoals

bijvoorbeeld afstanden, reliëf, klimaat verschillen etc. De gebruiker krijgt dan in een oogopslag een duidelijk beeld van het hele gebied waar hij/zij zich bevindt.

Infographics worden ook gebruikt om informatie in een bepaalde context te kunnen

plaatsen. Zo is het dus mogelijk om met een infographic bepaalde situaties op te helderen. Bij het reconstrueren van bijvoorbeeld een auto ongeluk is het dan makkelijker te

achterhalen wat de oorzaak hiervan zou kunnen zijn geweest.

Het vereenvoudigen van informatie is ook een belangrijke doel van de Infographic. In het onderwijs wordt bijvoorbeeld steeds meer gebruikt gemaakt van infographics, dit komt omdat visuele informatie makkelijker door de mens wordt opgenomen. Wat ook belangrijk is bij infographics in het onderwijs is dat overbodige informatie meestal worden uitgesloten bij infographics hierdoor heb je dus minder kans op verwarring en de informatie wordt hierdoor beter geïnterpreteerd.

Informatie wordt ook vaak met elkaar vergeleken, in een infographic zou je heel makkelijk de verschillen kunnen laten zien van twee (of meer) verschillende informatie stromen. Wat hier wel belangrijk is, is de keuze die de ontwerper maakt voor het weergeven/ vergelijken van de informatie, hiermee bedoel ik de methode die gebruikt wordt bij het weergeven van de infographic of deze nou statisch, dynamisch en/of interactief is.

Dynamic Infographics zijn interactief en worden vaak gebruikt voor het weergeven van veel informatie, er zijn een aantal voordelen voor het gebruiken van een Interactieve Infographic8:

• Bij Interactieve infographics hebben de gebruikers een actieve rol bij het opnemen van informatie.

• De gebruiker kan zelf kiezen welke informatie hij/ zij benadert. De informatie is dus makkelijk te filteren.

• Interactieve Infographics zijn ook heel handig voor bedrijfspresentaties. Je kunt gewoon de algemene informatie laten zien en/of je kunt specifieke informatie laten zien. Dit is natuurlijk af te stemmen op je doelgroep.

(12)

Wanneer is een infographic het beste te gebruiken.

We weten nu dat Dynamic Infographics er zijn om je leven iets makkelijker te maken. Bij Dynamic Infographics maak je gebruik van tekst in combinatie met beeld om de informatie zo goed mogelijk te laten overkomen bij de gebruiker, maar wanneer heeft de gebruiker dit nodig?

Je hebt situaties dat je bijvoorbeeld een kaart nodig hebt om te weten waar je bent of hoe je ergens moet komen, maar je hebt ook infographics die bedoel zijn voor het overdragen van kennis, informatie en/of data.

Maar als je gaat kijken naar informatieve websites zijn er maar weinig die infographics gebruiken.

Infographics worden vaak gebruikt om processen uit te beelden, als je dit in tekst zou doen wordt het gewoon veel sneller vergeten. Zoals eerder gezegd is zijn mensen heel visueel ingesteld, bij het lezen van grote lappen tekst visualiseren we ons onbewust alles in ons hoofd.

Dynamic infographics kunnen hierdoor ook goed op scholen toegepast worden. De informatie die moet worden overgedragen wordt sneller opgenomen en bij problemen is makkelijker aan te geven waar het probleem precies zit. Hierdoor wordt effectiever les gegeven en wordt er minder tijd verspilt naar het zoeken van het “probleem”.

Dit werkt niet alleen maar goed op basisscholen en/of middelbarescholen. Op hogere scholen worden in boeken en verdere lesmateriaal ook steeds meer gebruik gemaakt van

Infographics. Het weergeven van bijvoorbeeld bedrijfsprocessen, chemische reacties en

meerdere ingewikkelde formules worden verhelderd door middel van een Dynamic

Infographic.

Als je goed kijkt kun je Dynamic Infographics eigenlijk bijna overal op toepassen, het is alleen belangrijk in welke vorm en op welke manier je deze toepast. Dit laatste is afhankelijk van je doelgroep en wat voor “soort” informatie je wilt overbrengen.

(13)

Overdracht van Informatie

De overdracht van informatie is natuurlijk afhankelijk van verschillende factoren. Het is hier belangrijk dat de informatie goed geïnterpreteerd wordt door de gebruiker. Hiervoor moet de ontwerper van de infographic zijn doelgroep hebben onderzocht zodat hij/zij weet waar hij rekening mee moet houden bij het vormgeven en verwerken van de informatie in de infographic.

Uit onderzoek is gebleken dat mensen voor alles wat ze tegenkomen een illustratieve beeld van opmaken en deze dan vervolgens categoriseren (zo hoort een tafel bijvoorbeeld bij meubels en een laptop bij elektronica)9.

Het is dus belangrijk om te weten dat men alles categoriseert en dat dan allemaal ook meteen in een context plaatst. Na hier wat over nagedacht te hebben kon ik me hier ook wel in vinden. Want als je een nieuwe huiskamer binnen loopt, het eerste wat je dan opvalt zijn de meubels. Het is niet zo dat je eerst alleen naar de bank kijkt dan alleen naar de tafel etc.

We groeperen dus objecten uit onze omgeving en categoriseren deze, dit vermogen om te relationeren en categoriseren vormt volgens Venkatesh Rajamanickam de basis van onze communicatie systeem.

Rene Magritte’s The Treachery of

Images10

In dit voorbeeld is goed te zien dat men visueel is ingesteld.

Rene Magritte wilt hier laten zien dat dit geen echte pijp is, maar een afbeelding van een pijp.

Maar nadat de pijp gezien en

gecategoriseerd is, is de zin eronder net iets moeilijker te lezen. Dit komt omdat de verwijzing van een herkenbare beeld “verraad” pleegt aan het idee wat al in ons hoofd bestaat.

“Dit hier is geen pijp”

Infographics maken optimaal gebruik van de communicatie vermogen van de mens, dit komt omdat in infographics niet alleen beeld, woorden en/of cijfers worden gebruikt om te communiceren, maar een combinatie hiervan. Er wordt dus gebruik gemaakt van de verbale en visuele communicatie eigenschappen van de mens. Hierdoor heb je een hoge effectiviteit van de overdracht van informatie bij een dynamic infographic.

9 www.informationdesign.org/ prof.Vankatesh Rajamanickam Indian Institute of Technology 10 Rene Magritte’s The Treachery of Image http://nl.wikipedia.org/wiki/Ren%C3%A9_Magritte

(14)

Onderzoek Doelgroep.

Weten voor wie je wat bouwt is essentieel voor het maken van een goed product, het is belangrijk om te weten waar op gelet moet worden en ook waar niet op gelet moet worden. Een doelgroep heeft een aantal kenmerken waar al de gebruikers gelijk in zijn. Hier is natuurlijk op in te spelen bij het maken van een infographic voor een bepaalde doelgroep. Zo kun je bij kinderen onder de 8 niet een te complexe structuur hebben die alle kanten opgaat en kun je bij oudere mensen niet te kleine letters gebruiken die voor ze bijna niet leesbaar zijn.

Bij het ontwerpen van een infographic is het belangrijk dat je de gebruiker centraal hebt staan. De beste manier van ontwerpen is dus om constant contact te houden met je eindgebruiker en op de feedback die je hiervan krijgt inspeelt, het is dus belangrijk om tijdens het ontwerp proces de gebruiker erbij te blijven betrekken11.

In de loop van de tijd zijn er natuurlijk diverse ontwerp processen ontstaan, zo heb je “User Centered Design” en “Participatory Design”. In beiden gevallen staan de eind gebruikers centraal.

De vragen die centraal staan bij “User Centered Design” ontwerp processen zijn12: • Wie zijn de gebruikers?

• Wat is de doel van de gebruiker?

• Onderzoeken van de ervaring met eerdere soortgelijk infographics? • Welke functies moet de infograph bieden?

• Wat voor informatie is de gebruiker naar op zoek, en in welke vorm kan deze het beste worden weergegeven?

• Heeft de bezoeker verwachtingen over hoe de Infographic zou moeten werken?

• Op welke manier zou de infographic de cognitieve processen (zoals leren en onthouden) voor bezoekers vergemakkelijken?

Bij “Participatory Design” worden de eind gebruikers meer betrokken bij het daadwerkelijke ontwerp proces. Hiermee bedoel ik dat er bij de verschillende fases binnen het ontwerp proces de gebruiker betrokken wordt en niet alleen aan het einde als het ontwerp klaar is.

11 Skeching User Experiences blz:143

(15)

2D VS 3D Infographics.

Diagrammen zijn de voorlopers van infographics, deze zijn vereenvoudigde visuele

representaties van concepten, ideeën, constructies, relaties etc. De bekendste

diagrammen zijn: Lijndiagram, puntenwolk, radardiagram, staafdiagram, taartdiagram en stroomdiagram.

3D infographics worden gebruikt bij complexe technische illustraties (bijvoorbeeld motoren of procesoren) zodat de gebruiker een beter beeld krijgt van het ruimtelijk beeld van het voorwerp.

Wat is 2D / 3D precies?

Wikipedia’s definitie van 2D13.

Het begrip tweedimensionaal of 2D duidt aan dat iets twee meetkundige dimensies heeft, oftewel alleen lengte en breedte. Voorbeelden van tweedimensionale dingen zijn een vierkant, een cirkel of een afbeelding, zoals een foto. Hoewel een foto zelf

tweedimensionaal is kan de afbeelding zelf wel diepte suggereren en driedimensionaal lijken.

Tweedimensionaal zou als synoniem van vlak of plat kunnen worden beschouwd. Toch is er een verschil. Zo kan bijvoorbeeld een lichtelijk geaccidenteerd terrein als vlak worden gezien ("het vlakke land").

Wikipedia’s definitie van 3D14.

Het begrip driedimensionaal of 3D duidt aan dat iets drie meetkundige dimensies heeft: lengte, breedte en hoogte. Voorbeelden van driedimensionale dingen zijn een bol, een piramide of een ruimtelijk object zoals een schoenendoos.

De verkorte aanduiding 3D wordt meestal gebruikt om aan te geven dat iets als ruimtelijk kan worden waargenomen: 3D-foto's, 3D-film of 3D-graphics.

Wat hiermee wordt bedoeld is helaas niet altijd duidelijk. Bij computerspelletjes wordt vaak de term 3D gebruikt, en daarmee wordt dan bedoeld dat er perspectivische beelden

worden getoond. De term 3D wordt echter ook gebruikt voor de techniek die ook bekend staat onder de naam stereoscopie, waarbij er twee verschillende beelden worden

aangeboden, een voor het linkeroog en een voor het rechteroog.

Stereobeelden zijn niet echt ruimtelijk, maar door bepaalde trucjes (bijv. een bril met een rood en met een blauw glas) wordt de indruk gewekt dat het driedimensionaal is. De aanduiding 3D heeft hier betrekking op onverwachte visuele beelden. Je verwacht een tweedimensionaal beeld maar je ziet het driedimensionaal.

Naar mijn mening blijft 3D een soort van optische illusie, de derde dimensie die wordt toegevoegd wordt inmiddels op een vlak toegevoegd dat theoretisch gezien alleen maar 2D objecten kan weergeven.

3D geeft ons dus het idee dat er diepte in het ontwerp zit waardoor dan het ruimtelijk beeld ontstaat.

Bij het gebruik van 2D en 3D in infographics moet er goed gekeken worden naar de meerwaarde van de extra dimensie dat het 3D toevoegd. De fout die volgens mij nog steeds vaak word gemaakt, is het toevoegen hiervan (3D) alleen voor de vormgeving. De extra dimensie heeft dan helemaal geen toegevoegde waarde, wat in sommige situaties alleen maar kan leiden tot verwarring.

13 http://nl.wikipedia.org/wiki/Tweedimensionaal 14 http://nl.wikipedia.org/wiki/Driedimensionaal

(16)

Interactiviteit bij Infographics

Interactiviteit kan heel erg efficiënt werken bij infographics, informatie kan verdeelt en opgeroepen worden wanneer de gebruiker er naar toe navigeert. Hierdoor kan je dus voorkomen dat een dynamic infographic te druk of rommelig wordt en je kunt ook meer lagen van informatie erin verwerken. Door het verweken van informatie die door het drukken op een knop los komt is het belangrijk om de navigatie structuur en de flow van de informatie goed te verwerken in de infograph. “Interactie Ontwerpers” zijn hier

specialisten in, het is hun taak om een zo overzichtelijk mogelijk systeem voor de

informatie overdracht te maken. Een Interactie Ontwerper heeft zijn taak goed gedaan als de interactie van de infograph voldoet aan de verwachtingen van de gebruiker.

Om de juiste interactie te kunnen ontwerpen is het ook belangrijk om te weten hoe de mens in elkaar zit 15.

Mensen zijn in staat om te leren van zijn/ haar omgeving en we kunnen beslissingen nemen die gebaseerd zijn op eerdere gebeurtenissen uit onze leven, ook zijn we bewust van de rol die we spelen in de samenleving waar we in leven. Eigenlijk zijn we dus constant aan het “leren” zodat we voorbereid zijn op de toekomst.

Volgens de onderzoeken van Donald A. Norm en zijn collega's blijken dat het “bewustzijn” van de mens, die hij/ zij is van zichzelf en alles om zich heen, in drie verschillende

gedeeltes/ niveaus van de hersenen afspeelt. Deze zijn de visceraal, gedrag en de reflectieve hersen gedeeltes.

Het viscerale gedeelte van je hersenen wordt gebruikt voor alledaagse handelingen, in dit gedeelte van de brein worden er snelle beslissingen gemaakt of iets bijvoorbeeld goed/ fout is, of gevaarlijk is. In dit gedeelte van de hersenen zit dus eigenlijk een groot gedeelte van je reactievermogen. Na iets te hebben opgevangen stuurt dit gedeelte van de

hersenen het ook meteen door naar de spieren die hier dan op reageren.

Het gedrag niveau gedeelte van de hersenen controleert natuurlijk je gedrag, deze zorgt ervoor dat je reageert op de signalen die je doorgestuurd krijg vanuit de andere delen van je hersenen.

Het reflectieve gedeelte van je hersenen kan niet je spieren aansturen, dit gedeelte van de hersenen “reflecteert” op het gedrag en zorgt er dan voor dat je bewust bent van je

handelingen.

Bij het ontwerpen van een infographic is het dus belangrijk dat je weet wie je doelgroep is, om zo te kunnen inspelen op hun reactie vermogen waardoor je dus een betere interactie krijg in je infographic.

Het is moeilijk om in een keer een goede infographic te ontwerpen, daarom is het belangrijk om de gebruiker centraal te hebben staan en deze dan ook de “tussen

ontwerpen” te laten testen. Zie de hoofdstuk “Onderzoek Doelgroep” voor meer informatie en hoe je tijdens je onderzoek de gebruiker centraal kan stellen door middel van het aanhouden van een aantal richtlijnen.

(17)

Game Design

16Een belangrijke kenmerk van Games is dat het leuk hoort te zijn. Tegenwoordig zijn veel interactieve Infographics uitgewerkt als een soort “mini game”, je kan dan door een aantal (leuke) handelingen uit te voeren bepaalde punten bereiken waardoor er dan meer

informatie beschikbaar wordt.

Hier zie je dus dat het ontwerp proces bij een spel heel veel gemeen kan hebben met het ontwerp proces van een interactieve Infographic (dat als een mini game is uitgewerkt). Wat bij zowel interactieve infographics als games essentieel zijn is de onderzoek naar je doelgroep, je moet weten wat er verwacht wordt en hoe je het best aan deze

verwachtingen kunt voldoen.

Bij het ontwerpen van een game zijn er verschillende disciplines waar aan voldaan moet worden.

Bij “Game mechanics” heb je bijvoorbeeld een aantal regels dat je moet volgen om een “succesvolle” game te ontwerpen. In alle games zijn “Game mechanics” verwerkt, het is alleen van belang in welke opzichten de “mechanics” worden toegepast. Het is alleen belangrijk dat deze “mechanics” de mensen blijven triggeren om de game te blijven spelen.

De moeilijkheidsgraad van de game wordt bepaald door de interactie tussen verschillende spel elementen (de Game mechanics dus) binnen een game en het samengaan hiervan met de omgeving waar de Game zich afspeelt. De verhouding tussen deze elementen bepalen de balans van de game.

Er zijn verschillende vormen van “Game mechanics” zoals; lopen, springen, draaien, punten halen en ga zo maar door. De “Game mechanics” die al eeuwen bestaan

(bijvoorbeeld: dobbelstenen, kaarten en bordspellen) worden op de dag van vandaag nog steeds gebruikt en het blijft een uitdaging voor de ontwerpers om nieuwe “Game

mechanics” uit te vinden en de interactie tussen nieuwe en oude “Game mechanics” goed te laten verlopen.

De beleving van een game hangt dus van verschillende factoren af, je hebt natuurlijk de vormgeving, audio, activiteiten (racen, schieten, bouwen, verstoppen, oplossen,

avontuurlijk, educatief, etc.) en vooral niet te vergeten het verhaal element.

Het verhaal element vind ik persoonlijk het belangrijkste wat je maar kan terug vinden in een game. Persoonlijk heb ik niets met spellen zoals Tetris en Pong of iets in die richting. He wordt al snel te eentonig en het is dan moeilijk voor mij om met mijn concentratie bij het spel te blijven.

Games met een verhaal lijn zijn meer mijn ding, vandaar dat ik ook een liefhebber ben van bijvoorbeeld “first person shooters” zoals Halo, Splinter Cell en Metal Gear Solid. Dit komt meer omdat er dan een duidelijke verhaallijn in zit en omdat ik me dan kan richten op bepaalde missies die voorkomen in de game. Ik heb dan een doel om het spel te spelen, in plaats van alleen maar domweg zo veel mogelijk punten proberen te halen door blokjes op elkaar te stapelen.

Bij het ontwikkelen van games zijn er verschillende documenten die procedures aangeven voor het ontwikkelen van games. Alleen je begint niet altijd op papier met het ontwerpen van een game, het hangt ook een beetje van de game en zijn doelgroep af hoe deze

ontworpen worden. Games worden ook vaak ontwikkeld vanuit prototypes, hiermee bedoel ik dat er vanuit een idee en/of concept een prototype is ontwikkeld en dat van hieruit

verder ontwikkeld wordt door middel van Usability Testing en Iterative Design.

(18)

Usability

Usability (gebruiksvriendelijkheid) gaat over de relatie tussen software of andere tools en de gebruikers van deze tools17.

De tools zijn pas effectief als de gebruiker deze zo efficiënt en effectief mogelijk kan gebruiken.

Vooral bij interactieve infographics is dit ook een belangrijke aspect, de infographic moet dus overzichtelijk, makkelijk te gebruiken en de informatie structuur moet ook op een logische volgorde hebben.

Wanneer is iets nou echt gebruiksvriendelijk?

Om deze vraag te beantwoorden zijn er een aantal factoren waar er rekening mee moet worden gehouden.

• De applicatie (infographic) moet voldoen aan de behoefte van de gebruiker.

• De mogelijkheden van de applicatie (infographic) moet overeenkomen met de taken die de gebruiker moet uitvoeren.

• De response van de applicatie (infographic) moet aan de gebruiker zijn verwachtingen voldoen.

Om de usability in een applicatie hoog te houden kan een designer zich aan een aantal design principes en design richtlijnen houden. Maar dit is niet altijd genoeg om een effectief en efficiënt user interface te maken.

De beste manier is om zo veel mogelijk onderzoek te doen naar je gebruikers. Hiermee bedoel ik dat er gekeken moet worden naar de eisen en wensen van de gebruikers die het ook echt gaan gebruiken!

Gebruiksvriendelijkheid is niet alleen belangrijk voor de gebruiker, alhoewel het hier wel om gaat, kunnen er nog andere factoren mee spelen voor de belang van de

gebruiksvriendelijkheid.

Vanuit de gebruiker zelf kan er irritaties door onduidelijkheid ontstaan als de

gebruiksvriendelijkheid (usability) niet in orde is, of de interpretatie van de informatie die je wilt overbrengen is niet volledig.

Als de gebruiksvriendelijkheid (usability) laag is bij een software/ toepassing kan het zijn dat de productiviteit laag is binnen een bedrijf of organisatie.

Bij een ontwikkelaar is het natuurlijk belangrijk dat zijn ontwerp gebruiksvriendelijk genoeg is, als dit niet het geval is kan het leiden tot het falen van het ontwikkelde systeem.

Als de usability van een toepassing of een infographic laag is heeft dat dus niet alleen nadelige gevolgen op de eindgebruikers.

Om een hoge gebruiksvriendelijkheid (usability) te bereiken kun je het best “iterative

Design” toepassen. Met “Iterative Design” krijgen ontwerpers feedback in eerdere stadia’s

van het ontwerp van de gebruikers. Hierdoor kunnen de ontwerpers tijdens het ontwikkelen de feedback die ze uiteindelijk mee hebben gekregen verwerken in het uiteindelijke ontwerp om zo een nog betere gebruiksvriendelijke toepassing of infographic te kunnen ontwikkelen.

“Iterative Design” kan ook veel tijd en geld schelen. Het aanpassen van een prototype is natuurlijk veel goedkoper en makkelijker dan het aanpassen van een eindproduct. Je hoeft dan niet elke keer opnieuw naar de tekentafel te gaan.

(19)

Het maak je een goede infographic?

18 Bij het ontwerpen van een infographic is het belangrijk om te weten wat voor soort informatie je probeert over te brengen. Je kunt informatie natuurlijk op verschillende manieren overbrengen, maar dit hangt van de “omvang” van de informatie af.

Je hebt statistische informatie, procedures, alleen tekst, vergelijken van data, etc. Je kan ook een combinatie hebben van verschillende informatie typen, dit komt het meest voor. Nadat je weet met wat voor soort informatie je te maken hebt en wat je precies wilt gaan weergeven, is de volgende stap het vinden van de juiste vorm voor het weergeven van de informatie. Je hebt verschillende grafieken, diagrammen, tijdlijnen en/of plattegronden waar je uit kan kiezen die dan de basis kunnen vormen van je infographic. Voor de rest kun je er natuurlijk op een “creatieve” manier mee omgaan, maar het is belangrijk dat de flow van de informatie goed overgebracht wordt.

Volgens prof Venkatesh Rajamanickam was het toch mogelijk om een “framework” te maken voor het ontwerpen van een infographic.

Zo heeft hij een paar richtlijnen opgesteld die gebruikt kan worden bij het ontwerpen van een infographic.

Hier is te zien welke stappen volgens prof Venkatesh Rajamanickam essentieel zijn bij het ontwerpen van een Dynamic Infographic.

Spatial Chronological Quantitative

Information that describes relative positions and the spatial relationships in a physical or conceptual location

Information that describes sequential positions and the causal relationships in a physical or conceptual timeline

Information that describes scale, proportion, change, and organization of quantities in space, time or both

Diagrams Maps Charts

Icon: Shows visually

simplified reality

Sequence: Shows succession

of events, actions and causal relationships

Process: Shows step-by-step

interactions across both space and time

Timeline: Shows

chronological progression

Exposition: Shows details or

points of view normally not available to the human eye such as cutaways,

axonometric views etc.

Locator: Shows location of

something in relation to something else

Data: Shows quantitative

information in relation to its geographic location

Schematic: Shows abstracted

representation of geography, process, or sequence

Flow: Shows magnitude

changes over time

Bar: Shows proportionate

comparison of magnitude

Pie: Shows distribution of

parts of a whole

Organization: Shows parts in a

structure and their

relationships with each other

Static Motion Interactive

Information presented in its entirety at one glance Newspaper graphics, map folders, product manuals, expository diagrams

Information presented progressively in a linear sequence

Animation or graphic overlays on live action video

Information presented selectively based on viewers choice

Usually web-based

information units which are narrative, instructive, simulative or explorative in nature

(20)

Wat kan wel en wat niet

Explanations that give access to the richness of the data make graphics more attractive to the vieuwer19. (Edward Tufte)

In sommige situaties is het belangrijk dat er een verhelderende tekst is bij afbeeldingen. Afbeeldingen vertellen veel maar niet altijd alles en soms moet de gebruiker ook in de juiste richting worden gestuurd.

Volgens Edward Tufte horen afbeeldingen en woorden bij elkaar, de effectiviteit van informatieve beelden kan je dus vergroten door wat uitleg en/of extra informatieve tekst. De beste manier om tekst toe te voegen is om deze op te nemen in het ontwerp. Bij Infographics kun je de kleine/ beknopte uitleg in het ontwerp zelf laten voorkomen, zodat de gebruiker niet met zijn ogen van infographic naar tekst hoeft te gaan.

Te veel tekstuele informatie in een infograph is niet goed! De gebruiker gaat zich dan te veel bezighouden met de tekst terwijl de infograph eigenlijk centraal hoort te staan. De tekst die er staat moet de gebruiker richtlijnen geven van hoe de infograph gelezen moet worden en niet wat er in de infograph gelezen zou moeten worden.

Er zijn verschillende mechanismen zoals woorden, tabellen en grafieken maar ze hebben allemaal hetzelfde doel ,het overbrengen van informatie. In tijdschriften en bladen is vaak te zien dat er “vreemde” beslissingen worden genomen op het gebied van pagina indeling en informatieve beelden/ grafieken. Dit komt vaak omdat deze beslissingen verschillen baseert zijn op “het vullen van papier” in plaats van echte design “ontwerp” keuzes. Voorbeelden hiervan zijn “zie fig. 2” die dan vaak op de volgende pagina zit.

Edward Tufte laat in zijn boek de volgens hem duidelijke verschillen zien tussen goede en slechte “data graphics”.20 (visuele informatie beelden zoals tabellen diagrammen en grafieken)

Goed: Slecht:

Volledige woorden, geen afkortingen of iets

dergelijks. Ingewikkelde afkortingen waardoor de gebruiker meer bezig is met de tekst. Woorden / zinnen lopen van links naar rechts

horizontaal. Woorden en zinnen die in verschillende richtingen lopen.

Korte tekst die de data uitlegt. Slecht ontwerp waardoor er te veel tekst nodig

is voor verduidelijking. Labels worden in de visuele data beeld

geïntegreerd, er is geen extra legenda nodig. Te uitgebreide legenda waardoor de gebruiker steeds moet omschakelen tussen tekst en ontwerp.

Goede vormgeving, maakt men nieuwsgierig Te veel onnodige beelden waardoor de grafiek

rommelig overkomt Gebruikte kleuren zijn zo gekozen dat ook de

kleurenblinden en de slechtzienden deze kunnen lezen.

Slecht gekozen kleuren die niet voor iedereen even makkelijk te lezen zijn

Tekst is goed weg gewerkt zodat de “graphic”

nog duidelijk te zien is. Tekst te dicht op elkaar en vetgedrukt waardoor deze niet goed te lezen zijn

Hoofd en kleine letters niet vet gedrukt. Alleen maar hoofdletters

19The visual Display of quantitive information. p180 20The visual Display of quantitive information. p183

(21)

Casus

Deel 1

Tijdens de minor die ik heb gevolgd over dynamic infographics (wat immers mijn interesse heeft geprikkeld) hebben we 3 infographics moeten ontwerpen. Ik neem de twee iets betere infographics als voorbeeld.

De eerste dynamic infographic dat ik heb ontworpen moest het gemiddelde aantal “soort” vuurwerk dat in een wereld stad zou worden afgeschoten op oudejaarsavond weergeven. Ook moest er een beeld komen van de luchtvervuiling door het afsteken van de vuurwerk. Voor dit ontwerp heb ik de staafdiagram als basis genomen. We hebben dus twee assen, de horizontale as geeft de werledsteden aan en op de verticale as worden de kilo's aangegeven. Ondanks dat er maar twee assen zijn is het toch gelukt meer informatie te verwerken in de dynamic infographic.

Zoals hieronder te zien is hebben de pijlen allemaal verschillende vormen en kleuren, deze geven dus de verschillende soorten vuurwerk aan. Ook zijn er wolken te zien die de luchtvervuiling aangeven van de hoofdsteden.

Wat in deze infograph goed werkte was de stijl van de infograph, de vormgeving is goed en alles vormt samen een geheel. De wolken zijn helaas wel wat minder, deze zijn niet duidelijk uit te lezen. Dit is een duidelijk voorbeeld van te veel informatie willen wegwerken in een dynamic infographic.

(22)

Deel 2

Voor de tweede infographic moest er per provincie worden aangegeven wat de

gemiddelde huishouden aan kerstspullen zou besteden.

Hiervoor heb ik een kaart van Nederland genomen en de provincies interactief gemaakt. Bij een “mouseover” verandert de data in de grafiek per provincie. Rechts onder is te zien welke kleur voor welke kerstartikelen staan in de grafiek.

Het ontwerp vond ik na afloop van de minor persoonlijk nogal mager, ik had meer kunnen doen met de kerstartikelen en zo meer op de visuele aspecten van de gebruiker kunnen inspelen.

Zoals de ontwerp er nou staat is hij wel functioneel voor het vergelijken van data door analisten, maar voor normale gebruikers is hij minder aantrekkelijk en misschien niet zo makkelijk te lezen. Dit komt door de richting van de diagrammen die van boven naar beneden lopen en de verticale waardes die van laag naar hoog lopen wat verwarrend kan overkomen voor de gebruiker.

Wat nog een goed punt is, is dat de kaart van Nederland in de tabel verwerkt zou moeten worden. Zo hoeft de gebruiker zich niet op 2 verschillende punten te richten.

(23)

Conclusie

Tijdens mijn onderzoek is het me opgevallen dat er toch heel wat meer factoren zijn die essentieel zijn voor het ontwerpen van een “Dynamic Infographic”.

Het meest interessante onderdeel van deze scriptie vond ik persoonlijk de geschiedenis van de “Dynamic Infographic”. De ontwikkelingen door de jaren heen en de belangrijke mijlpalen voor de infographics waren voor mij leuk om te onderzoeken, vooral als je erachter komt dat we bepaalde infographics die best lang geleden zijn uitgevonden (zoals bijvoorbeeld de metro plattegrond van Henry Beck) op de dag van vandaag nog steeds gebruiken.

Ik ben aan deze scriptie begonnen met de mening dat in sommige situaties infographics overbodig kunnen zijn, maar naar mate ik steeds meer onderzoek deed ben ik toch onbewust van mening veranderd.

Nou ben ik van mening dat infographics overal op toepasbaar zijn, de vorm is alleen uiterst belangrijk waarin het gepresenteerd wordt. Deze zorgt ervoor dat de samenhang tussen de informatie en de informatie overdracht in balans is.

Ook is het belangrijk om te weten wat de gebruikers verwachten van jou infograph en of deze aantrekkelijk genoeg is om de nieuwsgierigheid op te wekken zodat ze uit eigen initiatief zich gaan bezig houden met de infograph.

Tijdens mijn onderzoek ben ik honderden (als het niet meer is) infographics

tegengekomen. Hoe dieper ik in mijn onderzoek kwam te zitten hoe beter ik voor mezelf kon oordelen wat nou wel of geen goede infographics zijn en of ze op de juiste methoden zijn toegepast. Onbewust ben ik dus steeds kritischer gaan kijken naar de infographics die ik ben tegengekomen en natuurlijk ook die ik zelf heb gemaakt.

Het blijft moeilijk om de perfecte infographic te maken omdat er zo veel factoren zijn die invloed hebben op je ontwerp.

Verder ben ik er ook achter gekomen dat het beter is om tijdens het ontwerpen de (echte) gebruiker input te laten geven om je dan zo goed mogelijk af te stemmen op de doelgroep. Dit is niet alleen maar beter voor het eindresultaat, maar uiteindelijk scheelt het ook tijd en geld.

Naar mijn mening is mijn onderzoek geslaagd, ik ben aan mijn scriptie begonnen met de mening dat niet bij elke situatie infographics gebruikt kunnen/ hoeven worden en dat ze op bepaalde momenten zelfs hinderlijk kunnen zijn.

Nu denk ik er iets anders over, ik heb begrepen dat alles visueel te presenteren is. Het is alleen belangrijk om het in de juiste “vorm” te gieten. Na duidelijke argumenten te hebben gelezen ben ik dus uiteindelijk van standpunt verandert.

Er is dus bijna geen situatie waar je geen “Dynamic Infographic” voor zou kunnen ontwerpen.

(24)

Referenties

Boeken:

Information Graphics

Robert L. Harris

Oxford University Press, Inc. 1999

Emotional Design

Donald A. Norman Basic Books, 2004

Information Architects

Richard Saul Wurman Graphiss press Corp, 1996

Sketching User Experiencies

Bill Buxton

Diane Cerra, Elsevier, 2007

Information Design Source Book

Birkhauser, 2005

Digital Diagrams

United Kingdom, Cassel & Co, 2000

Infographics Nederland Vizualism, 2008 Websites: Wikipedia.org http://en.wikipedia.org/wiki/Game_design http://en.wikipedia.org/wiki/Gameplay

http://www.informationdesign.org VENKATESH RAJAMANICKAM http://www.fontanel.nl/specials/infographics-2009

http://www.poynterextra.org/George/index.htm The vision of George Rorick

http://masterview.ikonosnewmedia.com/2005/12/26/infographics_what_they_are_and.htm http://www.useit.com/alertbox/20030825.html

http://www.usabilityfirst.com/intro/index.txl http://www.info-graphics.nl/nl/interactief/

(25)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dokter Toon Delva van de geheugenkliniek in het Jessa Ziekenhuis van Hasselt bevestigt: &#34;Wie zijn brein stimuleert, verkleint de kans op dementie.&#34;Ilse CLEEREN Volgens

Echter in een aantal gevallen heeft de Plantenziektenkundige Dienst deze soorten in Nederland recent gevonden in buitenteelten.. incognita een aantal ma- len gevonden op

Biologisch voer aankopen is duur. Als per augus- tus 2005 alle krachtvoer 100% biologisch moet zijn, betekent dat voor veel bedrijven een hogere voerkostenpost. De

The degree of severe emotions experienced after viewing the infographics Positive or negative emotions Complexity of emotions Degree of valence The degree of emotional persuasion

Based on the empirical data found in the analysis, the infographics published by the Dutch government in response to the covid-19 pandemic have shown a high presence

door de expert en de indeling met behulp Een bedrijf dat op een bepaald aspect door van de regressievergelijking; dat wil zeggen de expert als goed (slecht) is beoordeeld dat

Safety by design is a challenge not because designers are unwilling to design safe products or systems but because they focus on the creation of products that fulfil customer wishes

Predicting the risk of locoregional recurrence after early breast cancer: an external validation of the Dutch INFLUENCE-nomogram with clinical cancer registry data from