• No results found

Verslag opbrengstvergelijkingsproef van geënte aubergines, 1957

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verslag opbrengstvergelijkingsproef van geënte aubergines, 1957"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Proefstation voor de Groenten- en Fruitteelt onder Glas te Naaldwijk.

VE3SLAQ OPBSEffGSTTTSHOaLIJKIITGSPROE? VM G3BNT5 AU32RGIKES 1957.

Doel:

In aansluiting op het onderzoek in de jaren 1955 en 195&» waarbij

aubergi-nes geënt op tomaten een opbrengstvermeerdering van ongeveer 100^ gaven, werd dit onderzoek voortgezet met een andere onderstam dan de tot nu toe gebruikte. Deze te beproeven onderstam is de F. van de kruising Lycopersicum esculenturn x Lycopersicum hirsutum glabratum, die vorig jaar als onderstam voor de tomaat zeer goede resultaten gaf.

Opzejk van d_e_pr_oef :

3r waren twee objecten met geënte planten, namelijk geënt de Verticillium -resistente tomaat die in vorige proeven ook gebruikt werd, en de F.. van Lyc. hir-sutum gl. Als vergelijking werden ongeënte aubergines in de proef opgenomen. De objecten werden als volgt genummerd:

1. Aubergine geënt op F.. van Lyc. esculenturn x Lyc. hirsutum gl. 2. Aubergine geënt op stam Y (Verticillium - resistente tomaat). 3. Aubergines ongeënt.

De proef werd in 3-voud opgezet, in een gedeelte van kas no 21.(W II). Elk vak is 1 kap breed en 1 kap lang, er v/aren 12 planten per vak. Voor de ligging der vlakken zie men de plattegrond bijlage I.

Het betrof hier een vrij vroege, koud gekweekte, aubergineteelt} tijd van uitplanten begin april. De bijzonderheden in groei, vruchtzetting enz. werden steeds genoteerd, alle vruchten werden bij het oogsten geteld en gewogen. Bij hel opruimen van het gewas werden de wortels beoordeeld.

Uitroeringj^

Op 11 januari werden de aubergines die als ent moesten dienen uitgezaaid. Daar dit zaad slecht opkwam werd op 21 januari nogmaals gezaaid, dit kwam beter op. Dit laatste zaad-was vers, dat van het eerste zaaisel was overjarig. Van het eerste zaaisel werd op 21 januari verspeend, van het tweede op 28 januari. Op

(2)

febru-2.

S"bô

ari de onderstammen Y en F. werden uitgezaaid. De onderstammen Y werden de 26 ste

febr. verspeend en de onderstammen F. werden de 1 maart verspeend. Eet enten vond plaats op 27 maart, zowel op stam Y als op de F. werd op die datum geënt.

De geënte en ongeënte planten werden op 16 april in het warenhuis uitgepoot, het plantmateriaal van alle 3 "behandelingen was gelijkwaardig. De oogst vond plaats van 27 juni tot 19 september, er werd éénmaal per week geoogst. Eind sep-tember werd het gewas opgeruimd, hierbij werden de wortels beoordeeld op knol- en« kurkwortel aantasting.

Re£ulta.ten£

Eet enten van de aubergines op de beide onderstammen lukte goed, de enten op stam Y sloegen makkelijker aan dan de enten op de F.; van de entingen aubergine op stam Y mislukte er 1, van de entingen aubergine op F.. mislukte er 10. De groei van de enten was vlak na het enten over het algemeen goed, er was praktisch geen verschil in groei tussen geënt op stam Y en geënt op F..

Na het uitpoten trad per parallel verschil in groeikracht op. Vanaf het tussen-schot was de groeikracht aflopend, dit werd veroorzaakt doordat het langs het tussenschot warmer en vochtiger was. Vooral parallel A bleef sterk in groei ach-ter, hetgeen zoals later bleek veroorzaakt werd door een sterke knolaantasting. Op 10 mei was er geen verschil te zien tussen de groepen die op stam Y en die op

de F. geënt waren. Beide groepen waren aanzienlijk forser dan de ongeënte objec-ten. Bij de geënte planten trad de bloei iets eerder in dan bij de ongeënte plan-ten.

Op 19 juni waren de ongeënte planten duidelijk kleiner en minder breed uitge-groeid dan de geënte planten. Er was geen verschil in groeikracht tussen geënt op stam Y en geënt op F.. Bij de ongeënte planten kwam hier en daar slaapziekte voor. Ook enkele aubergines geënt op F.. vertoonden slaapziekte, doch in mindere mate als bij de ongeënten.

De groei in parallel A is steeds veel minder geweest 'dan in de beide andere parallellen. Oorzaak v/as de zeer ernstige knolaantasting. Eierdoor is ook de op-brengst nadelig beïnvloed. In parallel C is de groei van de geënte planten te v/e-lig geweest, waardoor de vruchtzetting aanvankelijk slecht was en later neer Bot-' rytis voorkwam dan in de beide andere parallellen. Eierdoor zijn de productiecij-fers in deze parallel vrij sterk beïnvloed.

De opbrengstgegevens zijn verwerkt in bijlage II, III en IV, en in de grafie-1

ken 1 V m 4« In bijlage II zijn de opbrengsten per week genoteerd, in bijlage III

zijn de oogstcijfers per oogstdatum gesommeerd, en in bijlage IV zijn de opbreng-' sten per behandeling naast elkaar gezet, Uit deze opbrengstgegevens blijkt dat de hoogste opbrengst verkregen werd van de aubergines geënt op stam Y, de

(3)

op-3.

brengst-vermeerdering van de 3 parallellen gezamelijk is ten opzichte van onge-ent 54/^» I's opbrengst van de aubergines geënt op F. was slechts weinig hoger dan van de ongeënten, de opbrengst-vermeerdering bedroeg hier 8,5/^

Zoals vermeld werd, werd de opbrengst in de parallellen A en C nadelig be-invloed. Om een juist beeld te krijgen is het waarschijnlijk beter alleen paral-lel B in ogenschouw te nemen. In paralparal-lel B was de opbrengstvermeerdering van de aubergines geënt op F. 5»lf° en van de aubergines geënt op stam Y 7é»4p« Dit

laat-ste is in overeenlaat-stemming met de resultaten die in vorige proeven verkregen v/er-den. Eet merkwaardige is dat de aubergines geënt op F. geen opbrengstvermeerde-ring hebben gegevent hoewel de groei dezelfde was als die van de aubergines

ge-ent op stam Y.

De opbrengstvermeerdering werd hoofdzakelijk veroorzaakt door een groter aantal vruchten. Eet totaal aantal vruchten van geënt op F., geënt op stam Y en

ongeënt v/as respectievelijk 400, 557 en 374. Eet gemiddeld vruchtgewicht liep per behandeling weinig uiteen, dat v/as voor. geënt op F. 127,7 gram, voor geënt op stam Y 130,2 gram en voor ongeënt 125,9 gram. Uit deze cijfers blijkt niet zo duidelijk dat er van de geënte planten grotere vruchten geplukt werden. Toch werd tijdens het oogsten geconstateerd dat van de geënte planten mooiere vruch-ten geoogst werden dan van de ongeënte planvruch-ten.

Bij de wortelbeoordeling bleken veel wortels ernstig door knol aangetast te zijn, vooral in parallel A was de aantasting zeer ernstig. De gemiddelde aan-tastingscijfers per vale waren:

par. A

1. Geënt op F 8,4

2. Geënt op stam Y 8,6

3. Ongeënt 7,6

par. 3

5

1,7

3

par. C

7,5.

2,2

1,7

Als parallel A buiten beschouwing gelaten wordt blijkt de onderstam F1

gevoeli-ger voor knol te zijn dan onderstam Y.

Conclusies :

tum x gen

1. Door aubergines op de kurkwortelresistente F1 te enten (van Lyc.

esculen-: Lyc. hirsutum gl.) werd slechts een geringe opbrengstvermeerdering

verkre-2. Aubergines geënt op de Verticilliumresistente onderstam Y gaven - evenalc bij vorige proeven - een belangrijk hogere opbrengst.

3. De opbrengstvermeerdering werd praktisch alleen veroorzaakt door een gro-ter aantal vruchten.

4. De groeikracht van de aubergines geënt op F. en geënt op stam Y was ge-lijk.

(4)

4.

5. De kurkwortelresistente onderstam is gevoeliger voor wortelknobbelaaltje dan de verticilliumresistente onderstam.

mei i960. De Proefnemer,

(5)

PLATTEGROND

B i j l a g e I .

G O O T Kap 3 Kap 2 Kap 1

3 U I T E ïï D E P E 0 E F B U I 1 A 3 A 2 A 2 B 1 B 3 B 3 C 2 C 1 C T E N D E P E O E F 1 p o o t T U S

s

E ir

s

c

H O R A I L S

(6)

0PBR2ïTGSTGEG3VE]\TS DE3 AUBERGINES 1 . A u b e r g i n e g e ë n t op F . . .

Bijlage II

Datum 27 juni 4 juli 11 " 18 " 25 " 1 aug. 8 "

15

22 " 29 " 5 sept. 19 "

Par

aant.

2

4

34

3

23

9

10

17

9

12

4

8

. A gewicht 390 gr.

800

4390

360

2470 1490 1140 2200 1400 1600

390

700

Par

aant.

3

5

23

5

21

8

5

14

6

17

16

21

. B gewicht 730 gr.

810

3030

760

2470 1200

900

1900

870

258O 1570 1950

Par

aant.

3

26

5

16

8

3

9

7

15

9

20

. c

gewicht 46O gr. 3890

660

2010 1000

230

1350

870

1760

780

1950

Totaal aant.

5

12

83

13

60

25

18

40

22

44

29

49

gewicht 1.120 gr. 2.O7O 11.310 I.78O 6.950 3.690 2.270 5.450 3.140 5.940 2.740 4.600

2. Aubergine geënt op stam Y.

Datum 27 juni 4 juli 11 " 18 •• 25 »• 1 aug. 8 •• 15 " 22 " 29 »1 5 sept. 19 "

Par

aant.

1

24

2

15

8

10

14

9

17

9

16

. A gewicht

280

346O

280

2200 I29O 1300 225O 1340 25IO

87O

I57O

Par

aant.

3

11

29

16

25

12

12

20

18

34

16

30

. B gewicht

58O

I85O 3630 2380 3540 1810 1730 3400 255O 5140 1610 3100

Par

aant.

9

. 28

12

33

15

13

14

11

19

' 16

36

. c

gewicht I26O 3750 1400 3870 . I55O 1280

Ulo

1520 2570 I58O 3660 Totaal aant.

3

21

81

30

73

35

35

48

38

70

41

82

gewicht

58O

3.390 IO.840 4.O6O 9.610 4.650 4.310 7.O6O 5.4IO 10.220 4.O6O 8.330

(7)

3. Aubergine ongeënt«

Eijlage IIb.

Datum

27 juni

4 juli

11 "

18 "

25 "

1 «

8

»

15 ••

22 "

29 '"

5 sept.

19 "

Par.

aant.

3

13

9

11

' 7

8

11

9

16

1

8

A

gewicht

520

1650

1080

1420

950

1030

1260

1490

2130

120

790

Par

aant.

1

6

31

10

13

7

4

22

11

14

6

21

. B

gewicht

180

900

4200

1170

1530

700

510

2420

1470

2330

600

1740

Par

aant.

3

2

21

12

23

8

5

12

11

17

7

11

. c

gewicht

580

410

3000

1720

2820

700

550

1560

1580

2050

700

1210

Totaal

aant.

4

11

65-31

47

22

17

45

31

57

14

40

gewicht

76O

1.830

8.850

•3.97O

5.77O

2.35O

2.O9O

5.24O

4.540

6.5IO

I.42O

3.740

(8)

B i j l a g e I I I .

OPBRENG S TG3G3VEIvTS GSS01S.33HD PES OOGSTDATW.

1. Aubergine geënt op F.,

Oogsttijd

27 juni

" t/m

it H ti H H H H ii H H H H H H H ii it it H H

4

11

18

25

1

8

15

22

29

5

19

juli

» H

n

aug.

•i M II II

sept.

•i

Par,

aant.

2

6

40

43

66

75

85

102

111

123

127

135

A

gewicht

390

1.190

5.58O

5.940

8.4IO

9.900

11.040

13.240

14.640

16.240

16.630

17.330

Par. B

aant.

3

8

31

36

57

65

70

84

90

107

123

144

gewicht

730

I.54O

4.570

5.330

7.800

9.OOO

9.9OO

11.800

12.670

15.250

16.820

I8.77O

Par

aant.

3

29

34

50

58

61

70

77

92

101

121

. C

gewicht

46O

4.35O

5.OIO

7.O2O

8.020

8.25O

9.6OO

IO.47O

12.230

13.010

I4.96O

Totaal

aant.

5

17

100

113

173

198

216

256

278

322

351

400

gewicht

1.120

3.I9O

I4.5OO

16.280

23.230

26.92O

29.I9O

34.64O

37.78O

43.72O

46.46O

5I.O6O

2. Aubergine geënt op stam Y.

Oogsttijd

27 juni

" t/m

n 11 it 11 11 ti 11 11 11 « •1 it 11 ti •t tt ti ti 11 11

4

11

18

25

1

8

15

22

29

5

19

juli

H 11 ti

aug.

•1 11 it 11

sept.

tt

Par.

aant.

1

25

27

42

50

60

74

83

100

109

125

A

gewicht

28O

3.74O

4.O20

6.220

7.5IO

8.810

11.060

12.400

14.910

15.780

17.350

Par

aant.

3

14

43

59

84

96

108

128

146

180

196

226

. B

gewicht

58O

2.430

6.O6O

8.440

«11.98O

13.790

15.520

I8.92O

21.470

26.610

28.220

31.320

Par

aant.

9

37

49

82

97

110

124

135

154

170

206

. c

gewicht

1.260

5.OIO

6.4IO

10.280

11.830

13.110

14.520

16.040

18.610

20.190

23.850

Totaal

aant.

3

24

IO5

135

208

243

278

326

364

434

475

557

gewicht

58O

3.97O

14.810

18.870

28.48O

33.130

37.440

44.5OO

49.9IO

60.130

64.190

72.520

(9)

3 . Aubergine ongeënt«

B i j l a g e H l b .

Oogsttijd

27 juni

" t/m

11 11 it 11 11 ri Il M II 11 II II 11 II II II II II It II

4 juli

11

18

25

1

8

15

22

29

5

19

H H «

aug.

n n ti ti

sept.

11

Par.

aant.

3

16

25

36

43

51

62

71

87

88

96

A

gewicht

520

2.170

3.25O

4.67O

5.62O

6.650

7.9IO

9.4OO

11.530

II.65O

12.440

Par. B

aant.

1

7

38

48

61

68

72

94

105

119

125

146

gewicht

180

I.080

5.28O

6.450

7.98O

8; 680

9.190

11.610

13.080

15.410

16.010

17.750

Par

aant.

3

5

26

38

61

69

74

86

97

114

121

132

. C

gewicht

58O

990

3.99O

5.7IO

8.53O

9.230

9.78O

11.340

12.920

14.970

15.670

16.880

Totaal

aant.

4

15

80

111

158

180

197

242

273

320

334

374

gewicht

76O

2.590

11.440

15.410

21.180

23.530

25.620

30.860

35.400

4I.9IO

43.330

47.070

(10)

TOTAAL-GSGEVSïïS PS3 BEïïJLTDSLUCG. B i j l a g e I V .

Oogsttijd

27 juni

" V

''m 4 juli

' 1 1 ••

l iQ »

i 25 "

1

1 aug.

• 8 "

,

1 5

n

• 22 "

• 29 "

' 5 sept.

« 19 "

Geënt

aant.

5

17

100

113

173

198

216

256

278

322

351

400

op F

l

ge vacht

in gr.

1.120

3.I9O

I4.5OO

16.280

23.230

26.920

29.I9O

34.640

37.T8O

43.720

46.46O

5I.O6O

Geënt op stam Y

aant.

3

24

105

135

208

243

278

326

364

434

475

557

gewicht

in gr.

580

3.97O

14.810

18.870

28.480

33.130

37.440

44.500

49.910

60.130

64.190

72.520

Ong

aant.

A

15

80

111

158

180

197

242

273

320

334

374

sSnt

gewicht

in gr.

76O

2.590

11.440

15.410

21.180

23.530

25.620

30.860

35.400

41.910

43.330

47.070

(11)

(^V^^t>Cù^yi^<yzy Ira^m/ - hstz<ï^sCétsô Je

,„|;-J;;;; -^£^T7^& &ri/ S* 7

79

17

76

7?

74

73

7Z

77

70

3

a

7

6'

i>

4

J

z

1

jf V p /

"A

*/r */r

7

% *

s

/r

'iï

%

'<P

1$

S

pp

/

'<?

'0,

%

(12)

&&~&s-yâ-

Iran/ t/^œ^a^ée^é 2 3

32

31

30

29

23

27

26

23

24

23

22

21

20

13

18

17

16

là,

14

13

n

71

70

9

8

7

6

S

J

2

7

o

^t^yt^e^ny&

S f l J f /

27,

*/7

7â/

y

'Vr

V* %

%

22

Z9

t

%

??A

(13)

- ^ ^ ^ - ^ ^ ^ i ^ î ^ ^ z ^ /7S-ZL<yz/ -'fo^a, Artiest C

25

ZM

23

22

\ \ 7 7 \

76

2

7

74

13

7?

77

70

3

<9

7

6

S

4

ô

2

1

0

yjT

S\

r

**/6 */r »/r '% *#

7

À>

<?.

1

%

X

% *y&

79

SA

(14)

y

L/^&-jZ v/ Z>Cc^rZ^ri^ Irztsw -^A^yà ùrCh^O^C s^Cc^/ 3 -,

G ^aV°ceÀj 4

65

60

rt\

soi

m

70

w /

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zou je niet meer in het algemeen moeten constateren dat in de historische sociologie waar jouw hart naar uitgaat, het element van cultuur en 'meaning' vrijwel steeds

Chiropractie, Flebologie, Haptotherapie, Haptonomie, Homeopathie (klassiek), Kindertherapie, Natuurgeneeswijzen (uitsluitend bij behandelingen door een BIG geregistreerde

accordance with EU`s normative identity has differentiated perceptions among the actors. Some, usually closer to the EU, perceive it as having only few shortcoming. Other, at the

beroepsziekte te verkleinen. In de afgelopen maanden is er in toenemende mate aandacht geweest voor arbeidshygiéne bij de brandweer. Zowel op landelijk als op regioniveau

Want net als de logica is ook de metho- dologie geen beschrijving van iets (van wat voor mysterieus object dat zelf buiten de logica en de methodologie ligt zouden zij ook

getracht het gevaar der bodemverwildering te bezweren door den inbreng van de genoemde plantensoorten, doch deze bleken ook daar waar zij slaagden, niet aan het doel te

concentraties PM2.5, maar een ander moment van overlast (2 uren met een score van 2) valt niet in een periode van hoge concentraties fijn stof (10-11 μg/m³).. In deze casus zou

Voor natte Europese veengebieden op gematigde breedten is er een zeer sterk verband tussen de aanwezigheid van planten met aërenchym en gemeten methaanemissies (Couwenberg et al.,