• No results found

Het Eemien in zuidelijk Flevoland: een blik in de bodem van het bekken van Amersfoort

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het Eemien in zuidelijk Flevoland: een blik in de bodem van het bekken van Amersfoort"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Het

Eemien

in

zuidelijk

Flevoland:

een

blik in de

bodem

van

het

bekken

van

Amersfoort

Frank+P.

Wesselingh

*

Philip+W.

Visser* & Tom

Meijer

*

In totaal werdener36 molluskentaxa

gevon-den

(tabel

1,

pagina

86). Daarnaast werden

zeepokken

(Balanus

improvisus)

enlosse

exemplaren

vande kalkkokerworm

Spiror-bis sp. meegenomenin de

analyse.

Het

bo-venste monster

(19-20 m.o.m.)

bevatte de

genoemde

1113

exemplaren,

in de

overige

monsterswerden slechts

gemiddeld

97

tel-bare

exemplaren gevonden

(variërendvan5

tot196

exemplaren

per

monster).

Als telbare

exemplaren

werden

fragmenten

van

gastro-poden

waarin de columellawasbewaarden

fragmenten

van bivalvenmetmeerdan de

helftvanhet slot beschouwd.

Hetonderstemonster

(63-66

m.o.m.;zone S1.1; tabel1,

pagina’s

86en88)bevattezeer

weinig schelpen (enkele

vol-mariene

soor-tenals Varicorbula

gibba

enTimoclea

ova-ta,enkele

kustnabije

soorten zoals

Peringia

ulvaeen

Mytilus edulis,

maarookzoetwater soorten als Valvata

piscinalis

en

Sphaerii-dae

indet.).

Ditmonster

interpreteren

weals

een

mengsel

vanzoetwater enmariene

af-zettingen.

Het erboven

liggende

monster is

zeer armaan

exemplaren,

waardoorwehet

afzettingsmilieu

ervan nietmet zekerheid

In het kadervan

grondwateronderzoek

is op 26

juni

2006

een

spoelboring uitgevoerd

aande

Slingerweg

in het

zuid-puntje

vanFlevoland.Perdrie meterintervallen werd

on-geveereen

kilogram

sediment verzameld. De

boring ligt

vrijwel

in hetcentrumvanhet

glaciale

Bekkenvan

Amers-foort

(figuur 1)

enbood de

mogelijkheid

de continuïteiten de laterale variatievan Eemien

afzettingen

in dit bekken

tebestuderen.

De

boring Slingerweg

werdgezetin deoever vande

noor-delijke

sloottegenover

Slingerweg

25

(RDX 157.572;

RDY

476.899), gemeenteZeewolde. De

spoelboring

werd

uitge-voerd doorBraker

Grondboringen

IJsselmuiden.Het

maai-veldter

plekke ligt

op ongeveer

2,5

meter onder N.A.P.

De

boring

werd

beëindigd

op 126meteronder maaiveld

(m.o.m.).

Intotaalwerden

vijf pakketten aangeboord

(fi-guur2,

pagina

88).Van 0-4m.o.m.werd kleien veen

aan-getroffen

die worden

gerekend

totde holocene

Naaldwijk

en

Nieuwkoop

formaties. Van 4-16m.o.m.werdeen

af-wisseling

van

grijsbruin zand,

klei en veen

aangelroffen

die wordt

gerekend

totde FormatievanBoxtelenis

afge-zetin het Weichselien. Het

lichtgrijze matig fijn

tot

matig

grofkorrelige

zand uit het niveau 15-16m.o.m.had

hoe-kige

korrels (was

scherp)

enis

mogelijk

dekzand. Van 16

tot 19 m.o.m.werdeen donkerbruin, sterk

zandig

veen

aangelroffen

datwerekenentotde Formatievan

Wouden-berg (Eemien).

De Eem Formatie komtvoortussen19en

66m.o.m. enomvat

donkergrijze kleien,

veelalmet

schel-penresten.De bovenstemeter

(19-20

m.o.m.) bestaat uit

een

lichtgrijs fijnkorrelig

zandmetveel

schelpen.

Van

20-48m.o.m. is de klei

donkergrijs,

van48-60m.o.m.is de

klei

donkergrijs

totzwart,omin de onderste 6meterweer

over te gaannaar

lichtgrijs

en

waarbij

dezandfractieook naarondertoeneemt.In het interval 42-63m.o.m.komen

veelvuldig

millimeter-dikke licht

onregelmatige laagjes

voor.Van 66m.o.m.totaande basisvande

boring

op 126

m.o.m. iser een naaronder toenemend

grofkorrelig

zand-pakket aanwezig,

datonder111meter

gedomineerd

wordt

door

grind,

In het

grind

komt veel heldere kwarts voor,

daarnaast komen

regelmatig

rode enwitte

veldspaat

en

vuursteen voor.Dit

pakket

wordt

toegerekend

aande

mid-den

pleistocenc

Formatievan

Appelscha.

De mollusken uit

het

traject

van 19-66m.o.m.werdenonderzocht. Alleen de

fractiegroterdan1,6mmwerd

geanalyseerd.

Figuur1.LiggingvanBoring SlingerwegenBoringAmersfoort in hetglaciale

BekkenvanAmersfoort.

(2)

AFZETTINGEN WTKG 31 (4),2010 88

Figuur2.Boring Slingerweg.Szonesworden beschreven inde tekst.Dieptesinmeter onder maaiveld. (Na/NiFm,=Naaldwijk/NieuwkoopFormatie: WdbgFm, =Woudenberg Formatie.)

(3)

kunnen duiden. Hetgaathierom marienesoorten en een

fragment

vande brakwaterkokkelCerastoderma

glaucum.

Het interval 48-60m.o.m.

(zone S1.2)

bevateen zeer con-sistente fauna

gedomineerd

doorVaricorbula

gibba.

Daar-naastkomt

Peringia

ulvae in

lage

aantallenvoor en

zijn

andere marienesoorten zeldzaam.De dominantievan V.

gibba,

tezamen metdezeerdonkerekleurvande

klei,

het

voorkomenvan

organisch

materiaalenhet

algemeen

voor-komenvan

mm-fijne laagjes wijzen

opeen

vrij diep (onder

of rond de

stormgolfbasis),

zuurstofarm

afzettingsmilieu.

Het interval 45-48m.o.m. (waarvan twee monsters

zijn

geanalyseerd)

vormteen

redelijk soortenrijk geheel

waar-in

Peringia

ulvae numeriek domineertsamenmetin één

vandetwee monsters

Spirorbis

sp. Daarnaast komen

lage

aantallenBittiumvandesoorten Turboellaradiata

balkei,

reticulatum, Mytilus edulis,

Cerastoderma

glaucum,

Spi-sula subtruncataen

Venerupis

senescens voor. Ditmonster wordt

geïnterpreteerd

als eenovergangvanhet

voorgaan-denaarhet

volgende afzettingsmilieu, waarbij

het

voorko-men van

Spirorbis

met TurboellaenBittium

vermoedelijk

wijst

op de

aanwezigheid

vanzeegras en/of

macroaigen.

Het interval 27-42 m.o.m. (zone

S1.3-S1.5) herbergt

ta-melijk

diverse fauna’s

(lot

17soorten ineenmonster).De

meest

algemene

soorten

zijn Peringia ulvae, Mytilus

edu-lis,

Cerastoderma

glaucum

(die

door

lage

aantallen Ce-rastoderma edule wordt vervangen in het interval 30-36

m.o.m.: zone

SI.4)

en

Spisula

subtruncata. In het

onder-stedeel

zijn

voortsTurboella radiata balkei

(vooral

in het 33-45m.

interval)

en

Venerupis

senescens

(36-45 m.o.m.)

algemeen.

Inmonster30-33m.o.m.is de

zeepok

Balanus

improvisus

zeer

algemeen,

wat

wijst

op het voorkomenvan

vastsubstraat

(bijvoorbeeld schelpen

of

macroaigen).

B.

improvisus

kan zeer

lage

en

hoge zoutgehaltes

goed

ver-dragen

maar heeft wel relatief

zuurstofrijk

water

nodig.

Het interval 27-42m.o.m.wordt

geïnterpreteerd

als een mesohaliene

ondiepe

zeebodem

(boven

de

stormgolfbasis

endeels zelfs boven de ‘fairweather’

golfbasis)

met in het interval 33-45m.o.m.de

aanwezigheid

van

zeegrasvelden

en/of

macroaigen (zeewier).

De

aanwezigheid

van Ceras-toderma edule in

plaats

vanCerastoderma

glaucum

in in-terval 30-36m.o.m.

wijst vermoedelijk

opeen

periode

van

vrijwel

normaal mariene

(euhaliene)

condities.

Monster 24-27m.o.m. wordt

gedomineerd

door

Peringia

ulvae,

Ostreaedulis, Macoma balthicaen Balanus

im-provisus.

Daarnaast is Ventrosiaventrosaniet zeldzaam.

Opvallende afwezige

is Cerastoderma

glaucum.

Het

gaat

hierom een

kustnabije (mogelijk mesohaliene)

mollusken-associatie.

Het monster 23-24m.o.m. is

soortenrijk (20

soorten). Er

zijn

zeer verschillende

conservatiestijlen

in het

materi-aal

vertegenwoordigd,

verschillende kleuren en een

gro-tevariatieaan

afronding

en

fragmentatie,

wat

wijst

opeen

gemengde

fauna.Zeer

algemeen zijn Peringia ulvae,

Ce-rastoderma

glaucum

en Balanus

improvisus.

Algemeen

zijn

Ventrosia ventrosa, Ostrea

edulis, Spisula

subtrunca-ta en Macoma balthica.

Opvallende

anderesoorten

zijn

kustindicatoren zoals Littorina

saxatilis,

Barneacandida,

ende

eerdergenoemde

Balanus

improvisus,

en

brakwater-indicatoren zoals Scrobicularia

plana

ende eerder ge-noemde Ventrosiaventrosa.

Op

basisvande

menging

van

fossilisatiestijlen

waaronder het voorkomenvan

verschil-lende

ecologische

incompatibele

taxa alsmede het uniek voorkomenvankustindicatoren doet vermoeden dat het

om een

strandafzetting

gaat ofom een

geulafzetting,

waar-bij

zowelvan eenrivier als van eenestuariene

geul

spra-kezoukunnen

zijn.

De

faunasamenstelling,

de sedimentenende tafonomievan

de

schelpen wijzen

eropdalde Eem Formatie in de

boring

Slingerweg

eenenkele

afzettingscyclus vertegenwoordigt

vansnelle

verdrinking gevolgd

dooreen

relatiefzuurstof-anne

hoogstand

vande

zeespiegel gevolgd

dooreen

ver-ondieping

ineen

algemeen

brakwatermilieumetdaarineen

mariene

puls

om tenslotte viaeen

kustnabij

milieuoverte

gaan in veenmoerassen waaruit de

Woudenberg

Forma-tie isontstaan.

Boring Slingerweg

kan worden

vergeleken

met

boringen

rond Amersfoort

(Cleveringa

et

al., 2000),

zo’n 10

kilo-meternaarhet zuiden. We

beperken

onshiertotde

verge-lijking

met de relatief

complete

sectievan

boring

Amers-foort-1

(32B119).

Deze

boring

is veel

schelpen-

envooral

soortenrijker

dan de

boring Slingerweg.

In totaal werden

erdoor

Cleveringa

et al.

(2000)

5 mariene

mollusken-een-heden

gedefinieerd.

Vanafhet onderstemonsterop 24.8m. onderNAP,waarin alleenzoetwatersoorten (zone Ml.l)

kenmerkendvoor een

gematigd

klimaat

voorkwamen,

is

de

volgende opeenvolging gedocumenteerd

(met

bijbeho-rende milieu

interpretaties).

Ml.2:Cerastoderma

glaucum

-

Venerupis

senes cens- Bit-tium reticulatum-Abraovata

gedomineerde

fauna’s:zeer

ondiep sublittoraal,

mesohalienwater met

lage

getijde-varialie.

Ml .3: Cerastodermaedule-Modiolus adriaticus

gedomi-neerde fauna’s;

laag energetisch sublittoraal,

mesohalien tot euhalienwater met eenietsgrotere

getijdcnamplitudc.

Ml.4: Bittium reticulatum

-

Timoclea ovata

gedomineer-de fauna’s; euhalien milieumetdaarin veelvoorkomende

zeegras- danwel zeewiervelden

(gebaseerd

op de

voor-komendemollusken

soorten).

Ml .5:

Mytilus

edulis- Cerastoderma

glaucum

- Ventrosia

ventrosia

gedomineerde

fauna’s;

laag energetisch

meso-halien milieumetzeegras en/ofzeewier.

M1.6;

Mytilus

edulis-Macoma balthica

gedomineerde

fau-na’s:

ondiep

sublittoraalmeteenrelatief

laag zoutgehalte

en

lage getijdenamplitude.

Een zevende

(onbenoemd)

interval bevat klei met

wei-nig

marienemolluskendie door deauteurs werden gere-kend tot

hoog intragetijde

tot

supragetijdc

milieus.Detop van het fossielhoudendeEemien in

boring

Amersfoort-1

ligt

op -10.9m. NAP. In het

algemeen vertegenwoordigt

het Eemien in die

boring

minder

diepe afzettingsmilieus

dande Eemintervallen inde

boring Slingerweg. Boring

(4)

AFZETTINGEN WTKG 31 (4), 2010 90

het voorkomenvan

zeegrasvelden

(gebaseerd

op de mol-luskcn

fauna’s).

Over het

algemeen

was er

sprake

van een

beperkt

marientotzelfs

lagunair afzettingsmilieu. Boring

Amersfoort

vertegenwoordigt

evenals

boring Slingerweg

eenenkele

afzettingscyclus

vanzoetwater

(24.8

m.

-NAP)

naarmaximaal

diep (16.8-17.8

m.

-NAP)

naar

ondiep

wa-ter

(-10.9

m.

NAP).

Een directe

vergelijking

tussen detwee

boringen

is

lastig

omdat de

boring Slingerweg

eenvee! dikker

pakket

Eem

Formatieomvatdattot veel

dieper

in de

ondergrond

aan-wezig

isendat deels is

afgezet

in

diepere

milieus dan in

boring

Amersfoort. Ook al iser in beide

boringen sprake

vaneenenkele

verdiepende-verondiepende cyclus,

kunnen daardoor de verschillende onderdelenniet een-op-eenmet

elkaar worden

gecorreleerd.

Zo zal de

transgressie

in

bo-ring Slingerweg vermoedelijk

eerder hebben

plaatsgehad

dan in de

omgeving

vanAmersfoort omdat heteerste

ge-bied

mogelijk lager lag.

Bovendien zullende

sedimentatie-snelheden in het bekkencentrum

hoger zijn

geweestdan aande rand. In

boring

Amersfoort domineert Cerastoder-maedule ten

opzichte

van Cerastoderma

glaucum

in de

zones Ml .3enMl .4

(-15.8-23.65

m.

NAP),

wateenteken

voormaximale

zoutgehaltes

is. Aanvullende gegevens, zo-als ribaantallenop Cerastoderma

leggen

de

zoutgehalte-piek

zelfs helemaal inzoneMl .4

(Cleveringa

et

al., 2000,

zie ook

figuur 3).

Hetmeestmariene

signaal

is in

boring

Slingerweg

tevinden in interval 30-36 m.o.m.,eveneens

vrij hoog

in het Eemien interval. Een maximaal open

ma-rien

signaal

is ookbekend uit latere delenvande Eem

se-quentie

in hetmeer

westelijk gelegen

Bekkenvan

Amster-dam(vanLeeuwenel

al., 2000)

en

hangt

samen meteen

vrij

korte

periode

waarin

zandige ondieptes

in de

kustzo-ne naarhet westen werden beslecht

tijdens pollenzone

E5.

Varicorbula

gibba-gedomineerde fauna’s,

zoals diein

bo-ring Slingerweg

tussen48en60m.o.m.voorkomen,

ont-breken in

boring Amersfoort-1,

maar

zijn bijvoorbeeld

wel bekendvan

boring

Terminal in Amsterdam. In de

boring

Amersfoort-1 is er slechts eenkleine Varicorbula

gibba

piek

op de grensvanMl .2enMl.3. Als de Cerastoderma eduleende Varicorbula

gibba pieken

in beide

boringen

te

correleren

zijn

dan iseencorrelatie zoals weergegeven in

figuur

3

mogelijk.

Figuur3. MogelijkecorrelatieboringSlingerwegenboringAmersfoort-1. Datavande laatsteboringuitCleveringaetal.,2000. De monsterintervallen in de laatsteboring zijnniet evengroot.

(5)

Referenties

Cleveringa, P.,

T.

Meijer,

R. J.W.van

Leeuwen,

H. de

Wolf,

R. Pouwcr, T.

Lissenberg,

& AW.

Burger,

2000. The Eemianstratotype

locality

atAmersfoort in thecentral

Netherlands:are-evaluation of old andnewdata.-

Ge-ologie

en

Mijnbouw

/ Netherlands Journal of

Geosci-ences, 79; 197-216.

Leeuwen,R.JW.van, D.J.Bccts,J.H.A.Bosch,A.W. Bur-ger, P.

Cleveringa,

D.van

Harten,

G.F.W.

Hemgreen,

RW.

Kruk,

C.G.

Langcreis,

T.

Meijer,

R.Pouwcr, H.

deWolf, 2000.

Stratigraphy

and

integrated

facies

ana-lysis

of the Saalian andEemian sediments inthe

Am-sterdam-Tenninalborehole.-

Geologie

en

Mijnbouw

/Netherlands Journal of

Geosciences,

79: 161-196.

*FrankP.

Wesselingh,

NCB Naturnlis,Postbus9517,2300 RALeiden,e-mail: Frank.

Wesselingh@nch.naluralis.nl

*Philip

W. Visser,ArcadisNederland,Postbus 673, 7300

AR

Apeldoorn,

e-mail:

Philip.visser@arcadis.nl

*Tom

Meijer,

NCBNaturalis,Postbus9517,2300RA

(6)

AFZETTINGEN WTKG 31 (4).2010 86 a}0}cnaiai-fc».-Ê>.-i^-fc>.oJcococof'or'Of'0 coo^4^-*-oocnaifo<x)a)CA)o-^-f^co i i i i i i i * i i i i i i < * CT>a)OiC^cnoi-t^-^-f^-t^coc*)cowrono cncoo~^-fi--^cocx)airocDa>coO'^-P>-cr co Littorina saxatilis 0000000000000006 Peringiaulvae 1 0 1 4 6 7 19 11 31 27 3 8 39 5 23 175 Ventrosiaventrosa 000001 101011347 52

Turboellaradiata balkei 00 1 0202217 22 590 1 00

Rissoa sp. 0000010032000000 Bittium reticulatum 00001 01 244210101 Retusa obtusa 0000000000000008 ?Retusacylindrica 0000000001000000 Chrysallida pellucida 000000001 1 104064 Chrysallidaindistincta 0000000010000015 Chrysallidacf. interstincta 0000000000000100 Odostomiascalaris 00000000001 00000 Pulmonata indet. 0000000000000001 Valvatapiscinalis 1 000000000000000 Mytilusedulis 1 1 2 0 0 0 3 3 18 9 37 17 35 42 0 15 Modiolus adriaticus 000000000031 0000 Ostrea edulis 1 000000001 2 1 44 20 48 Lucinella divaricata 0000000000000010 Mysellabidentata 00000000041 10223 Cerastoderma glaucum 01 1 00272 16 21 30023 170 Cerastoderma edule 0000000000331 01 0 Parvicardium scabrum 0000000000020000 Spisulasubtruncata 0 0 0 0 0 4 3 2 59 46 32 22 6 6 2 66 Mactra stultorum 0000000004400000 Tellina sp. 0000010000000000 Macoma balthica 01 00021000014310 47 ?Gastranafragilis 0000000000000001 Abraalba 0000030000000100 Abra nitida 0000002231100000 Abra tenuis 0000000000001000 Scrobiculariaplana 0000000000000003 Venerupussenescens 000001 3331520 1 1 1 1 Timoclea ovata 1 1 00000000000000 Sphaeriidaeindet. 5000000000000000 Varicorbulagibba 8 1 190 33 81 48 4 3 1 2 0 0 0 0 0 1 Barnea candida 0000000000001016 Balanusimprovisus 00 1 0 0 0 0 0 2 0 1 4 85 5 84 500 Spirorbissp. 0001030 37 37000000

Tabel 1.Mollusken uit het Eemienvanboring Slingerweg

63-66

60-63

57-60

54-57

51

-54

48-51

45

-48 b

45

-48 a

42-45

39-42

36-39

33-36

30-33

27-30

24-27

23-24

Uttorina saxatilis 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 6 Peringiaulvae 1 0 1 4 6 7 19 11 31 27 3 8 39 5 23 175 Ventrosiaventrosa 0 0 0 0 0 1 1 0 1 0 1 1 3 4 7 52

Turboellaradiata batkei 0 0 1 0 2 0 2 2 17 22 5 9 0 1 0 0

Rissoa sp. 0 0 0 0 0 1 0 0 3 2 0 0 0 0 0 0 Bittium reticulatum 0 0 0 0 1 0 1 2 4 4 2 1 0 1 0 1 Retusa obtusa 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 8 ?Retusacylindrica 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 Chrysallida pellucida 0 0 0 0 0 0 0 0 1 1 1 0 4 0 6 4 Chrysallidaindistincta 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 1 5

Chrysallidaof. interstlncta 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0

Odostomiascalaris 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 Putmonataindet. 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 Valvatapisdnalis 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Mytilus edulis 1 1 2 0 0 0 3 3 18 9 37 17 35 42 0 15 Modiolus adriaticus 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 3 1 0 0 0 0 Ostrea edulis 1 0 0 0 0 0 0 0 0 1 2 1 4 4 20 48 Lucinella divaricata 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 Mysellabidentata 0 0 0 0 0 0 0 0 0 4 1 1 0 2 2 3 Cerastoderma glaucum 0 1 1 0 0 2 7 2 16 21 3 0 0 2 3 170 Cerastoderma edule 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 3 3 1 0 1 0 Parvicardium scabrum 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 2 0 0 0 0 Spisulasubtruncata 0 0 0 0 0 4 3 2 59 46 32 22 6 6 2 66 Mactra stultorum 0 0 0 0 0 0 0 0 0 4 4 0 0 0 0 0 Tellinasp. 0 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Macoma balthica 0 1 0 0 0 2 1 0 0 0 0 1 4 3 10 47 ?Gastranafragilis 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 Abraalba 0 0 0 0 0 3 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0 Abranitida 0 0 0 0 0 0 2 2 3 1 1 0 0 0 0 0 Abratenuis 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0 0 Scrobiculariaplana 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 3 Venerupussenescens 0 0 0 0 0 1 3 3 3 15 2 0 1 1 1 1 Timoclea ovata 1 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Sphaerlidaeindet. 5 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Varicorbulagibba 8 1 190 33 81 48 4 3 1 2 0 0 0 0 0 1 Barnea Candida 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 1 6 Balanusimprovisus 0 0 1 0 0 0 0 0 2 0 1 4 85 5 84 500 Spirorbissp. 0 0 0 1 0 3 0 37 3 7 0 0 0 0 0 0

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Additionally, in the zoomed-in map, the locations of large pyrometallurgical smelters in the wBC, the Johannesburg-Pretoria megacity (greyscale area in the zoomed-in map) and

• Als men niet op afspraak knipt, loopt men het risico dat de wachttijden voor de klanten te lang worden, waardoor klanten wegblijven... • Door de oprichting van Van Diggelen

• WIGO wil een goede afvloeiingsregeling voor het zittend personeel mogelijk maken.. • Uit promotieoverwegingen, ondersteunen van vertrekkend personeel is voor het imago van

Beg!toelah Pek Tay Koan tjer!taken bal-Ichwalnla pada kawan-kawaonla dl sepandlang djalanan, hlngga zonder meraaa lagl laorang soeda dapet Uat dlembatan Lou-tjlang-klo

Atas ini dasar, maka gambaran tentang hasil pengolahan Gula- rakjat akan berlainan sekali dengan apa jang dikeraukakan oleh Sdr.. Sarojo

Onderstaande grafiek geeft naar geslacht en leeftijd de samenstelling weer van het aantal personen dat in het vierde kwartaal van 2016 werkzaam is bij het Rijk.. De blauwe kleur geeft