• No results found

Alternatief voedsel voor roofmijten, Thema: Innovaties duurzame gewasbescherming BO-12.03-003.02-004

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Alternatief voedsel voor roofmijten, Thema: Innovaties duurzame gewasbescherming BO-12.03-003.02-004"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Luc Stevens, Evert Davelaar & Gerben Messelink

Contact: Luc Stevens

Plant Research International Postbus 69, 6700 AB Wageningen T 0317 48 04 94 - F 0317 41 80 94 luc.stevens@wur.nl - www.pri.wur.nl

Dit project is onderdeel van BO-programma Verduurzaming Plantaardige Productieketen van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

Alternatief voedsel voor roofmijten

Probleem

Succesvolle biologische beheersing van trips en wittevlieg in de Nederlandse kasteelten is afhankelijk van een vlotte en stabiele populatieopbouw van roofmijten. Om dit bij een beperkt aanbod van prooi-organismen te kunnen bewerkstelligen, is alternatief voedsel nodig waar de roofmijten naar kunnen uitwijken.

Onderzoek

f Ontwikkelen van effectief, houdbaar en eenvoudig toepasbaar alternatief voedsel voor de roofmijt Amblyseius swirskii door: f Ophelderen van de factoren die het succes bepalen van

pollensoorten als alternatief voedsel

f Samenstellen van kunstmatig alternatief voedsel dat in de kasteelt te gebruiken is

f Inventariseren van beschikbare kennis

f Fractioneren van pollen, identificeren van cruciale fracties/ componenten, deze combineren met kunstmatige dieetcom-ponenten en toetsen in bioassays op eileg en overleving van roofmijten

f Samenstellen en formuleren van product

f Toetsen van product op gewasniveau (potchrysant)

Resultaten

f De fysieke vorm (formulering) waarin de nutriënten in intacte maïspollen worden aangeboden, is medebepalend voor de functionaliteit van alternatief voedsel

f Nutriënten voldoen in (verpakte) vloeibare toestand (geconcentreerde oplossingen, suspensies, emulsies) beter als alternatief voedsel dan in vaste toestand

f Vloeibare pollenfracties verpakt in experimentele membranen van alginaat (polysaccharide uit zeewier) of opgerekt Parafilm bleken ontoegankelijk voor opname door roofmijt A. swirskii

f Stabiele vloeibare formulering waarin polaire en apolaire componenten gecombineerd kunnen worden

f Hoewel vluchtige lokstoffen geen rol spelen bij de keuze voor maïspollen als alternatief voedsel, kan A. swirskii wel aangeleerd worden op toegevoegde geurstoffen af te gaan

Praktijk

Het te formuleren alternatief voedsel zal in de praktijk getest moeten worden. Als dit succesvol blijkt te zijn, wordt geprobeerd om het als product via een leverancier op de markt te brengen. )RRG 3DUWLDOO\K\GURO\]HG DQGOLTXHILHGIRRG )UHHQXWULHQWV )RRGVRXUFH $FFHVVLRQ ([WUDïRUDO GLJHVWLRQ ,QJHVWLRQ ,QWHUQDO GLJHVWLRQ 0HWDEROLVP 8SWDNH &2 +2 RUJDQLF PROHFXOHV

Amblyseius swirskii zich voedend met eieren van witte vlieg (A) en een druppel vloeibaar pollenextract (B); nutriënten in alginaatcapsules (C) en onder parafilmmembraan (D).

Proces van voedselconsumptie door roofmijten.

A B

C D

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De omschrijving, do waardering en de berekening van de kosten van do duurzame produktiemiddelen zijn weergegeven in bijlage 3» Ook voor de teeltwijze is uitgegaan van hetgeen op

De schrijvers pleiten voor het laten vervallen van de naam 'Regenerata' omdat deze reeds veel verwarring heeft veroorzaakt.. Temeer is dit van belang, omdat er zowel

De zakking wordt hoofdzakelijk toege- schreven aan oxydatie van organische stof en slechts in geringe mate aan verdichting door klink en krimp (Broadbent, 1960; Stephens,

die daarmee onvermijdelijk gemoeid zullen zijn 8 ). O p een ander terrein, waar de welvaart ons in het dagelijks leven de keerzijde van de medaille presenteert ziet het er

b. Indien de schade is aangericht door een beschermde inheemse diersoort welke krachtens artikel 65 van de wet bij algemene maatregel van bestuur is aangewezen als diersoort welke

Ondergewerkte gewassen of gewasresten (o.a. wortelen, aardappelen, bietenkoppen) kunnen aantrekkelijk zijn voor dieren en hierdoor schade in het opvolgende gewas veroorzaken.. Met uw

(2007)definiëren die als volgt: ruimtelijke oplossingen in de vorm van natuur- lijke landschapsvormende processen die stad en land beter weerbaar maken en meer veerkracht geven (dus

Deze figuur maakt ook duidelijk dat er Nationale Landschappen zijn waar het rijk nauwe- lijks nog een ruimtelijke verantwoordelijkheid heeft.. En naast de verantwoordelijkheden in