• No results found

View of Peter Schoen, Tussen hamer en aambeeld. Edelsmeden in Friesland tijdens de Gouden eeuw.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "View of Peter Schoen, Tussen hamer en aambeeld. Edelsmeden in Friesland tijdens de Gouden eeuw."

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VOL. 14, NO. 4, 2017

BOOK REVIEWS

157

Poortier uit 2014, dat een schat aan gegevens over de ontwikkeling en receptie van ‘Wien Neêrlandsch bloed’ bevat, buiten beschouwing heeft gelaten.

Ondanks deze kanttekeningen vormt Eigenwijs Vaderland een belangrijke aan-vulling op de bestaande nationalismeliteratuur. Niet omdat dit boek de bestaande visie op het ontstaan van het Nederlandse nationalisme wezenlijk bijstelt, maar omdat het laat zien dat sommige nationalistische prakijken tot diep in haarvaten van de samenleving doordrongen.

Lotte Jensen, Radboud Universiteit Nijmegen

Peter Schoen, Tussen hamer en aambeeld. Edelsmeden in Friesland tijdens de

Gou-den eeuw. (Hilversum: Uitgeverij Verloren, 2016). 496 p. (Proefschrift LeiGou-den, 2016).

isbn 9789087045999. doi: 10.18352/tseg.996

Met de publicatie Tussen hamer en aambeeld beoogt auteur Peter Schoen het ima-go van de Friese edelsmeden, die leefden tussen 1500-1800, bij te stellen. Hij be-schrijft in zijn inleiding dat de eenzijdige aandacht voor de esthetiek van hun ob-jecten een beeld heeft geschetst van ambachtskunstenaars, terwijl dit niet strookt met de dagelijkse praktijk van de Friese edelsmeden. De publicatie begint met een demografisch perspectief, waarin de verhouding tussen vraag en aanbod van dit ambacht door de jaren heen uiteen wordt gezet. Vervolgens wordt de lezer in vijf delen meegenomen in de wereld van de wetgeving, de organisatiestructuur, commerciële belangen en de maatschappelijke positie van de Friese edelsmeden.

In deel één staat de wetgeving van de Friese edelsmeden centraal en wordt duidelijk gemaakt dat Friesland een bijzondere en complexe positie innam binnen de Republiek. De wetgeving voor de edelsmeden werd enerzijds bepaald door de Staten-Generaal en anderzijds door de Friese overheid. Dit resulteerde onder an-dere in de Landsordonnantie van 1602 met specifieke regels voor de Friese edel-smeden. Met divers archiefmateriaal worden allerlei problemen aangekaart waar-mee het ambacht te maken had. Het zilver moest bijvoorbeeld tegen een vaste prijs verkocht worden, terwijl de inkoop ervan steeg. Vanaf 1531 was er steeds meer toezicht op de edelsmeden en de kwaliteit van hun zilver gekomen. Er werd een keurmeester-generaal aangesteld voor de registratie van meestertekens en na 1602 moest ook de jaarletter en het stadskeur op het vervaardigde zilver worden afge-slagen. Daarnaast komt ook onder andere aan bod hoe Friesland zich verhield tot het dominante Amsterdam en hoe de voorgeschreven regels werden gehandhaafd. In deel twee wordt het functioneren van de Friese edelsmedengilden belicht,

(2)

158

VOL. 14, NO. 4, 2017 TSEG

waarbij ook de omgang met katholieke leden aan bod komt. Uit het onderzoek blijkt dat de katholieken na 1580 voornamelijk in Leeuwarden werden benadeeld en gediscrimineerd, maar dat het geloof binnen het gilde geen bijzonder grote rol speelde. Met behulp van processtukken wordt aangetoond dat sommige geschil-len met de gildeleden werden uitgevochten voor het gerecht, bijvoorbeeld naar aanleiding van de kosten voor de proefmaaltijden, alcoholische verteringen en het afkeuren van zilver. Schoen concludeert in dit deel dat de vele regels binnen de gilden voornamelijk het doel hadden om toetreding tot het ambacht te reguleren en dat zij geen ondersteunende voorzieningen boden bij ziekte van zijn leden.

Deel drie, vier en vijf van de publicatie zijn kleiner van omvang dan de voor-gaande delen. Hierin komt onder andere de handel en de welvaart van de edel-smeden aan bod en wordt specifiek aandacht besteed aan Bolsward. Schoen levert nieuwe inzichten over toeschrijvingen van meestertekens en de hoge sociaal-maat-schappelijke positie van de edelsmeden in Bolsward. Daarnaast blijkt uit het on-derzoek dat er na 1650 zowel vanuit Bolsward als Leeuwarden gehandeld werd met Amsterdamse juweliers. De katholieke Friese edelsmeden kochten – al dan niet in consignatie – goud en juwelen bij hen in. Schoen vermoedt dat deze gang van zaken voortkwam uit de verminderde economisch mogelijkheden van de Friese katholieke edel smeden. Hij plaatst in het verlengde daarvan vraagtekens bij de eigenhandigheid van sommige objecten en het gebruik van de termen ‘Fries goud’ en ‘Fries zilver’. In de publicatie komt duidelijk naar voren dat de positie van het eigenzin-nige Friesland binnen de Republiek der Verenigde Nederlanden zijn effect had op het ambacht van de Friese edelsmeden. Schoen beschrijft in deel drie dat de Friese edelsmeden generalisten waren die zich met alle facetten van het beroep bezighielden, terwijl hun collega’s in Amsterdam zich specialiseerden en sommi-gen van hen zelfs als kunstenaars werden beschouwd. Het was het boek ten goe-de gekomen als er meer duigoe-delijkheid was geschapen over goe-deze verschillen tussen de Amsterdamse ‘ambachtskunstenaars’ en de Friese edelsmeden. De auteur koos ervoor om de zeventiende-eeuwse beroepen goudsmid en zilversmid in het boek te vervangen door de hedendaagse term ‘edelsmid’, omdat daarin de verschillen-de aspecten van het ambacht bij elkaar komen. Een uitgebreiverschillen-de omschrijving van de taken en verwachtingen van de Friese ambachtslieden ontbreekt echter en was zeer welkom geweest. Een glossarium had eveneens kunnen helpen om wat vra-gen bij de lezer weg te nemen. De gebruikte termen ‘visbenen’ en ‘lavuurmolen’ worden bijvoorbeeld niet uitgelegd in de publicatie. Het rijke archiefmateriaal dat is opgetekend in het boek is echter een interessante bijdrage aan de wetenschap en de persoonlijke verhalen die het onderzoek heeft opgeleverd bieden een bij-zondere kijk in het dagelijks leven van de Friese edelsmeden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In contrast to what was observed in earlier applications of the non-parametric method for health outcomes [ 5 , 22 ], we found linear utility for both gains and losses at

De lange klinkers in goda brother worden niet aange- geven door een achtergevoegde <e>; de /∂/ wordt geschreven met <th>; kepere heeft nog niet zijn laatste -e verloren;

In juni 1575 besloten de Staten van Holland en Zeeland een onderlinge unie te vormen, waarbij elk gewest zijn eigen bestuurs- instellingen behield en aan Oranje voor de duur van

Het probleem met het mooie beeld van Bovenkarspel is echter dat we in feite niet kunnen beoordelen of het juist is omdat de fasering niet is gepubliceerd. Het is best mogelijk

We hebben kunnen vaststellen dat het beeld van de Westfriese Bronstijd, dat mede door het werk van Roei Brandt tot stand gekomen is, nog steeds een belangrijke rol speelt in

Tabel 2 – Verschillende maatregelen ter verbetering van klauwgezondheid, het percentage melkveehouders dat de intentie heeft deze maatregelen toe te passen en het

In het systeem met voerligboxen met uitloop wordt slechts 5% van het dagelijkse waterver- bruik uit de drinkbak opgenomen, In dit systeem is ervoor gekozen om de trognippels

De maten 0,74 m vóór het stuwblad en 0,20 m erachter zijn nodig terwille van de gewenste twee-dimensionale stroming over de stuw (standaard ontwerp). De bovenwaterstand met