• No results found

Werk aan prestatiecontracten decentralisaties

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Werk aan prestatiecontracten decentralisaties"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

D

e hoogleraar Inkoopman-agement voor de pu-blieke sector maakte zich eind 2014, toen wij hem spraken, niet zo druk om deadlines en dergelijke. “We kunnen wel lawaai maken, maar voor 90 tot 95 procent van de huidige zorgvrag-ers verandert niets volgend jaar”, zegt Jan Telgen. “Het gaat om mensen die vandaag en waarschijnlijk ook vol-gend jaar weer de zorg nodig hebben.” Dan 2016. “Dat is een spannender af-faire”, aldus Telgen. Door qua budget-tering aan de voorzichtige kant te zit-ten, staan zorgaanbieders op scherp. “Het hakt erin bij de aanbieders”, zegt de hoogleraar, maar hij maakt zich grotere zorgen om de inhoud van de contracten met deze organisaties. “De meeste gemeenten spelen AWBZ’tje”, is de conclusie. Telgen in-ventariseert dat in ruim 75 procent van de contracten geen prestatieaf-spraken zijn opgenomen. “In drie op de vier gevallen worden slechts afspraken gemaakt op basis van de gewerkte uren. De huidige contracten belemmeren de nodige efficiency.”

Wijkteams

Alleen de opmars van wijkteams is nieuw, stelt Telgen. Of die wijkteams zorgen voor de nodige efficiencywinst, staat hoe dan ook ter discussie. Gaan de gemeenten het echt anders rege-len, of “gaan ze ook in 2016 een beetje knijpen?” is de vraag.

Het advies is goed te kijken naar de verschillende inkoopmodellen en vooral prestatieafspraken te maken. In de kern gaat het om de vraag welke rol de gemeente heeft ten opzichte van zorgaanbieders. De keuze voor het ene of andere model heeft belangri-jke consequenties. Het is de bedoeling dat regio’s en gemeenten alle voor- en nadelen van de verschillende model-len op een rij zetten en vervolgens een bewuste keuze maken. “Ik krijg niet de

indruk dat het zo gaat”, laat de hoogle-raar weten.

Wie dit wel gaat doen, wordt aangeraden vandaag nog te beginnen. Na de keuze voor het ene of andere op-drachtgeversmodel zal het zo weer drie maanden duren voor de contracten zijn gesloten en het zal tijdens de vakantie-periode lastiger zijn om hiervoor ger-egeld om de tafel te gaan.

Het schrikbeeld is de situatie rond de Wmo in 2007 en 2008. Ook toen wist de gemeente als kopende partij volgens Telgen niet goed waar ze eigenlijk mee te maken had. Datzelfde gold voor de verkopende partijen: de zorgaanbieders. Als het gaat om de Jeugdzorg hangen er nog meer donkere wolken boven het decentraliseren van de taak. De zorg is dit keer veel gecompliceerder en er wordt veel meer bezuinigd dan het geval was bij de overheveling van de Wmo, wat ook met trammelant gepaard ging. “Dus ja, ik houd mijn hart vast.”

Welke rol de gemeente

heeft ten opzichte van

zorgaanbieders.

D

e decentralisatie van de Wmo in 2007 heeft niet geleid tot minder kos-ten voor gemeenkos-ten. Wel tot grote verschillen. Dat voorspelt weinig goeds voor de drie decentralisaties op 1 januari 2015, volgens hoogleraren Maarten Allers en Hans de Groot van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de La-gere Overheden (Coelo).

Goedkoper, meer maatwerk voor de burger en betere democratische con-trole. Dat zijn de voordelen van de de-centralisatie van sociale regelingen naar

gemeenten. Helaas, het gaat niet op, blijkt uit onderzoek naar de effecten van de grote decentralisatie van de Wmo in 2007. De hoogleraren van het Coelo deden het onderzoek om lessen te trek-ken uit het verleden.

“De decentralisatie heeft geleid tot ver-schillen in zorg aan burgers”, is de con-clusie. “Het is de vraag of dergelijke ver-schillen maatschappelijk geaccepteerd worden.”

Beleid

Wie hulp nodig heeft, hoeft het nog niet te krijgen van de gemeenten na de drie decentralisaties vanaf 2015.

Ho-eveel mensen daadwerkelijk worden geholpen, hangt niet af van het aantal hulpbehoevenden in een gemeente, maar van het beleid van de gemeente. “Opvallend zijn de grote verschillen tus-sen gemeenten in het aantal cliënten dat huishoudelijke hulp ontvangt”, schrijven de hoogleraren in een artikel in Economisch-Sociale Berichten. Grote invloed op het aantal mensen dat hulp krijgt, blijken de inhoud én de uitvoer-ing van het beleid te zijn, dat de ge-meenten heeft opgesteld.

Een ander probleem blijkt de verdeling van het geld naar gemeenten te zijn, aldus de hoogleraren. Door de

systema-tiek krijgen gemeenten die royaal zijn in de uitkeringen aan burgers, relatief meer geld. De verdeling van het geld door de overheid is dus niet gebaseerd op het beleid, zoals dat door gemeent-en wordt uitgevoerd. Ook de veronder-stelde schaalvoordelen bij de uitvoering van de Wmo 2007 blijken er niet te zijn. Er is wel een minimaal procentueel voordeel in de kosten bij gemeentelijke indicatie, advies en beleidsvoering.

TRANSITIE WMO BRACHT gEEN EFFICIENCyWINST

Auteurs:

Nico van Wijk

21 3D Magazine / 2014 DeceMber

Het gesteggel om budgetten zou nog maar een voorbode zijn van de problemen die na

het transitiejaar aan de oppervlakte komen als de meerderheid van gemeenten slechts blijft

kijken naar uren.

‘WERK AAN

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De te beantwoorden kennisvraag draait om het habitatverlies dat voor vijf zeevogelsoorten (duikers, te weten Roodkeel- en Parelduikers (samen genomen), Jan-van-Gent, Grote

Daarnaast bleek dat donorkinderen die laat in hun leven te weten kwamen dat zij een donorkind zijn en die behoefte hebben om met hun ouders over KID te praten, niet verschillen

29 North, Understanding the process of economic change, 50... tutions of any sort, whether private- or public-order, effectively deterred it. 30 They argue on the basis of game

De wijze waarop dit economisch motief voor de dag komt, soms in zijn uitwerking wordt geremd, soms wordt bevorderd en soms zelfs geheel schijnt te verdwij- nen, wordt voor een

195^ nauwkeurig onder­ zocht op het voorkomen van Cornus suecica, bovendien werden op alle plaatsen het aantal aanwezige exemplaren van de soort geteld.. Het bleek toen, dat

Monster 3 bevat vrij veel in water oplosbare stikstof, veel fosfaat en zeer veel kali* In ver­ gelijking met monster 3 bevat monster 4 vat minder stikstof en iets meer fosfaat*

A microgrid is an electric power system consisting of distributed energy resources (DER), which may include control systems, distributed generation (DG) and/or distributed

Dit virus wordt niet alleen door varroa verspreid, maar het kan zich ook in varroa vermenigvuldigen (en niet alleen in de bij).. Recent onderzoek 6 heeft aangetoond dat er een