De mening van mannen over het formaat van de labia minora
Senna Thuijs
Studentnummer: 10596690 2 juni 2017
Bachelorthesis
Begeleider: Mark Spiering Universiteit van Amsterdam Aantal woorden: 4085
Abstract
Het is steeds minder vreemd dat vrouwen vragen om een schaamlipreductie. De mening van mannen over dit onderwerp is nog niet onderzocht. De voorkeur van mannen voor vrouwen wordt op veel gebieden gevormd door de Barbie look. De mening van mannen over de labia minora werd onderzocht bij 235
deelnemers. De deelnemers vulden een vragenlijst in over de voorkeur van het formaat van de labia minora en het belang ervan. Mannen vonden het mooier als de labia minora kleiner waren dan gemiddeld. Zij vonden het echter niet belangrijk over het algemeen, bij intiem contact en bij penetratie. Bij cunnilingus vonden zij het wel belangrijk. Het zou geen reden voor mannen kunnen zijn om bepaalde seksuele handelingen niet uit te voeren. De Barbie look zou mannen een voorkeur kunnen geven voor kleine labia minora, maar het is niet heel
Inleiding
De vraag naar labiareductie is enorm gestegen de afgelopen jaren. Van alle geregistreerde
behandelingen is er een toename van 64% te zien in 2012 en 49% in 2014 in de Verenigde Staten (American Society for Aesthetic Plastic Surgery, 2012). De vulva bestaat onder andere uit de labia minora en de labia majora. Labia minora kunnen verschillen in lengte, dikte en symmetrie (Lloyd, Crouch, Minto, Liao, & Creighton, 2005). Labia minora zijn functioneel, zo zorgen deze ervoor dat er minder bacteriën de vagina in kunnen en daarnaast werken deze ook als bescherming tegen kleding, bijvoorbeeld om beschadiging van de vagina tegen te gaan (Laan & Lunsen, 2017). Er bestaat een variatie in labia minora van 0.7 tot 5.0 cm, met een gemiddelde van 2.2 cm (Lloyd et al., 2005). Als de labia minora buiten de labia majora steken worden deze door sommige vrouwen als onaantrekkelijk gezien. De mening van mannen zou hier een rol bij kunnen spelen, maar is nog niet onderzocht. Dit is het doel van deze studie.
Koning, Zeijlmans, Bouman en van der Lei (2009) onderzochten de mening van vrouwen over hun eigen labia minora en labiareductie. Bij labiareductie gaat het om het chirurgisch verwijderen van weefsel van de labia minora om deze kleiner te maken en niet meer te laten uitsteken (Inglesia, Yurteri-Kaplan & Alinsod, 2013). 95% van de vrouwen keek regelmatig naar hun labia minora en 14% van deze vrouwen vond dat hun genitaliën er abnormaal uitzagen. Ongeveer de helft van de vrouwen vond het belangrijk hoe hun labia minora eruit zien. Van alle vrouwen overwoog 7% een labiareductie (Koning et al.).
Er spelen meerdere factoren mee in bij overwegen van een labiareductie. Ten eerste worden meningen van vrouwen over hun genitaliën bepaald door de massa-media (Schick, Rima & Calabreses, 2011). Zo ontstond er bijvoorbeeld in de afgelopen 60 jaar een zogenaamde Barbie look in de Playboy. Vrouwen die werden afgebeeld in de Playboy kregen met de jaren steeds minder schaamhaar, een kleinere taille en grotere borsten. Ook waren er op geen enkele foto de labia minora te zien. De vulva was vaak afgebeeld als enkel een streepje. Dit is tegenstrijdig met de werkelijkheid waar een grote variatie aan lichamen en labia minora bestaat. Door deze massamedia kunnen vrouwen een laag genitaal zelfbeeld krijgen en onzeker worden over de verschijning van hun genitaliën (Schick et al.).
Naast de massamedia kunnen bepaalde groepen “ideale” vrouwen ook invloed hebben op de mening over het vrouwelijke lichaam. In het onderzoek van Byrd-Bredbenner, Murray en Schlussel (2005) werden
lichamelijke kenmerken van verschillende groepen vrouwen onderzocht en de verandering hiervan over tijd. Zo werd de gemiddelde jonge vrouw vergeleken met Playmates en modellen. Er zijn meerdere eigenschappen onderzocht. Naast lengte, gewicht en BMI, is er ook gekeken naar de borstgrootte, taillegrootte, heupbreedte en rondingen. Uit de resultaten bleek dat de gemiddelde jonge vrouw over tijd geen verandering liet zien in lichaamskenmerken. Playmates en modellen lieten daarentegen wel een verandering zien over tijd, namelijk richting het ideaalbeeld van de Barbie. Borsten werden groter en de taille werd smaller. De maten van deze Playmates en modellen zijn niet representatief voor het lichaam wat de gemiddelde jonge vrouw heeft, maar gaan steeds meer lijken op de maten die overeenkomen met de Barbie look.
Ook mannen zijn steeds meer op zoek naar de Barbie look. Zo vinden mannen gemiddeld gezien delen van het vrouwelijk lichaam het meest aantrekkelijk wanneer dit overeenkomsten heeft met een Barbie. Gekeken naar de voorkeuren van mannen bij vrouwen voor een lange romantische relatie, is gevonden dat mannen een voorkeur hadden voor vrouwen met een laag lichaamsgewicht en een smalle taille (Singh & Young, 1995). Seksistische mannen, die vrouwen meer objectiveren, hadden een voorkeur voor vrouwen met grote borsten (Swami & Tovée, 2013). Mannen lijken gevoelens van walging te rapporteren bij het idee van schaamhaar en beenhaar bij vrouwen (Tiggemann & Lewis, 2004). De Barbie look is een nieuw ideaalbeeld geworden onder mannen en hierdoor kunnen vrouwen ook druk voelen om te lijken op een Barbie (Schick et al., 2011).
Vrouwen geven verschillende redenen aan om een labiareductie te overwegen. In het onderzoek van Sharp, Tiggemann en Mattiske (2016) werd er gekeken naar welke factoren invloed zouden kunnen hebben op het beslissen over labiareductie bij vrouwen die dit overwogen. Bijna driekwart van de vrouwen die
labiareductie overwogen gaf als reden aan dat zij ontevreden waren over hun genitale verschijning, een esthetische factor dus. Opvallend was dat de groep van vrouwen die labiareductie overwogen meer vrouwelijke genitaliën gezien hadden op het internet dan de groep die dit niet overwoog. Deze vrouwen hadden de standaarden uit de media mogelijk meer geïnternaliseerd dan de vrouwen die dit niet overwogen. Bij ongeveer de helft van de vrouwen speelde psychologische redenen een rol, zoals het krijgen van meer zelfvertrouwen. Daarnaast gaf 60% tot 70% aan dat zij door hun genitaliën disfunctie ervoeren, zowel seksueel als non-seksueel. Hierbij kan gedacht worden aan ongemak tijdens sportieve activiteiten en het dragen van
strakke kleding of het ongemak tijdens en na seks. Door ongemak tijdens de seks, zouden mannen en vrouwen misschien minder snel seksuele handelingen verrichten in het vervolg met dezelfde partner (Sharp et al.).
Ook is het relevant om te kijken naar de invloed van mensen in de sociale omgeving van vrouwen. Net als de media, kunnen andere mensen de mening van vrouwen over hun lichaam beïnvloeden, zo ook de mening over hun genitaliën (Jones, Vigfusdottir, & Lee, 2004). Sharp, Tiggemann en Mattiske (2015) onderzochten voorspellers voor het overwegen van een labiareductie. Naast de invloed van de media, zoals eerder beschreven, onderzochten zij ook wat de invloed van negatief commentaar van de partner of van andere vrouwen over de genitaliën was. Hoewel het weinig voorkwam dat vrouwen negatief commentaar van hun partner kregen, was er wel een positief verband te zien tussen het krijgen van negatief commentaar en het ontevreden zijn over het uiterlijk van de genitaliën. Het krijgen van negatief commentaar van de partner ging dus gepaard met ontevredenheid. Als de mening van de mannen belangrijk is voor de tevredenheid, zou deze mening verder onderzocht moeten worden. Het is van belang te weten wat mannen over de labia minora denken en of het uiterlijk van de labia minora relevant is voor hen.
Dit onderzoek zal aan de hand van een vragenlijst onderzoeken wat de mening van mannen over de labia minora is. Er werd verwacht dat mannen het mooier vinden als de labia minora klein zijn, aangezien mannen in deze maatschappij gemiddeld gezien steeds meer op zoek zijn naar de Barbie look. Naast de esthetische voorkeuren van de mannen over de labia minora, werd er ook gevraagd naar het belang hiervan. Ook werd er onderzocht of het formaat van de labia minora een factor kan zijn om geen seksuele handelingen te verrichten. Op basis van gesprekken met mannen voorafgaand aan het onderzoek, werd er gesteld dat er bij cunnilingus (beffen) sprake is van duidelijk zicht op de labia minora en dat mannen het hierbij belangrijk vinden hoe de labia minora eruit zien. Dan is er ook ingegaan op de vraag wat mannen denken dat andere mannen hiervan vinden. Er werd verwacht dat mannen het mooi vinden als de labia minora kleiner dan gemiddeld zijn (2.2 cm). Weinig vrouwen kregen negatief commentaar van hun partner over hun labia minora (Sharp et al., 2015). Hierdoor werd er verwacht dat mannen het niet belangrijk vinden wat het formaat van de labia minora is. De gemiddelde score voor het belang van het formaat van de labia minora is naar verwachting lager dan neutraal. Wel werd er verwacht dat mannen het belangrijk vinden bij cunnilingus. De score voor het belang van het formaat van de labia minora is hier hoger dan neutraal.
Methode
Deelnemers. Er zijn 333 mannen aan het onderzoek begonnen. 235 mannen voltooiden uiteindelijk de vragenlijst. De mannen hadden een gemiddelde leeftijd van 23.5 jaar (SD = 6.4). Mannen die (overwegend) heteroseksueel waren, konden deelnemen aan het onderzoek. De deelnemers zijn geworven via verschillende media en afkomstig uit verschillende groepen. Voor zover mogelijk is er gestreefd naar een zo groot en zo heterogeen mogelijke steekproef. Zo zijn er 80 eerstejaars Psychologiestudenten ondervraagd. Ook zijn er mensen geworven via de sociale netwerken van de onderzoekers. Daarbinnen vielen internationale studenten. Deelnemers dienden ouder te zijn dan 18 jaar. Ethische goedkeuring werd verkregen via de Commissie Ethiek van de Universiteit van Amsterdam. Het onderzoek werd uitgevoerd in het kader van het bachelor
afstudeerproject van de Universiteit van Amsterdam in samenwerking met collega’s die onder andere de mening van vrouwen onderzochten.
Materiaal. Ten eerste werd er naar de voorkeur van het formaat van de labia minora gevraagd. Er werd eerst een korte instructie gegeven over het formaat van de labia minora en de variatie ervan, waar een figuur bijgevoegd was om de deelnemers een beeld te geven over de labia minora (zie Figuur 1). “Hiernaast ziet u een afbeelding van de binnenste schaamlippen. Er bestaat een grote variatie in het formaat van de binnenste schaamlippen bij vrouwen. Dit kan ongeveer van 1 cm tot 5 cm zijn. Er volgt nu een aantal vragen over uw mening over de binnenste schaamlippen bij vrouwen. Zet een kruisje op de plek die het beste van toepassing is”. Het was een weloverwogen keuze om deze afbeelding te presenteren bij de vragenlijst, aangezien het weglaten van een afbeelding voor onwetendheid bij de deelnemers zou kunnen zorgen en de vragenlijst minder
betrouwbaar zou kunnen worden ingevuld. Deze afbeelding representeerde de gemiddelde vulva. Deelnemers konden op een lijnstuk, welke de afmeting van de labia minora voorstelde, van 0 cm tot 6 cm aangeven wat hun voorkeur was (zie Figuur 2). Hierbij werden de afmetingen op één cijfer achter de komma gemeten. Ook werd er gevraagd aan de deelnemers wat zij dachten dat de voorkeur was van andere mannen De vragen luidden: “Welk formaat heeft uw voorkeur?” en “Welk formaat heeft de voorkeur bij mannen, denkt u?”. Zie Bijlage 1 voor deze sectie.
Figuur 1. Formaat labia minora
Figuur 2. Lijnstuk vragenlijst
Vervolgens werd het belang van het formaat van de labia minora uitgevraagd. Deelnemers dienden aan te geven in hoeverre zij het eens waren met de stellingen. Er was een antwoordschaal van 1 tot 5, er gold 1 is helemaal mee oneens, 2 is mee oneens, 3 is neutraal, 4 is mee eens en 5 is helemaal mee eens. Er is ingegaan op verschillende deelonderwerpen. Dit zijn de vragen die werden gesteld: Ik vind het formaat van de binnenste schaamlippen belangrijk bij intiem contact; Ik vind het formaat van de binnenste schaamlippen belangrijk over het algemeen; Ik vind het formaat van de binnenste schaamlippen belangrijk bij penetratie; Ik vind het formaat van de binnenste schaamlippen belangrijk bij beffen. In de vragenlijst werd gebruikt gemaakt van de term “beffen” in plaats van cunnilingus om het zo duidelijk mogelijk voor te deelnemers te maken. Vervolgens is er nog een verdiepende vraag gesteld om te controleren hoe belangrijk de deelnemers het vonden. Er werd gevraagd of de deelnemers bepaalde seksuele handelingen niet meer zouden uitvoeren door het formaat van de labia minora. De vragen waren als volgt: Het formaat van de binnenste schaamlippen zou een reden kunnen zijn om geen penetratie te hebben; Het formaat van de binnenste schaamlippen zou een reden kunnen zijn om niet te gaan beffen; Het formaat van de binnenste schaamlippen zou een reden kunnen zijn om niet nogmaals seksueel contact te hebben. Zie Bijlage 1 voor deze sectie.
Tot slot dienden de deelnemers ook een aantal demografische kenmerken aan te geven. Zo werd er gevraagd naar geslacht, leeftijd, relatiestatus, totaal aantal seksuele partners in het leven en seksuele voorkeur.
Procedure. De mening van mannen over het formaat van de labia minora werd onderzocht aan de hand van een zelf geconstrueerde vragenlijst. Aan (overwegend) heteroseksuele deelnemers van 18 jaar en ouder werd gevraagd de vragenlijst online in te vullen. Er was een Nederlandstalige versie en een Engelstalige versie. De Engelstalige versie is op een betrouwbare manier vertaald, eerst vanuit het Nederlands naar het Engels en vervolgens door een ander persoon terugvertaald naar het Nederlands om eventuele fouten op te sporen. Het invullen van de vragenlijst duurde maximaal 10 minuten. De vragenlijst bevat 20 vragen. In de bijlage is de vragenlijst te vinden. Er was ook nog een deel van de vragenlijst voor vrouwelijke deelnemers wat door collega-onderzoekers werd geanalyseerd.
Analyseplan. Alle verzamelde data werd geanalyseerd met behulp van IBM SPSS Statistics (Versie 24). Eerst werden de betrouwbaarheidsscores (Cronbach’s alfa) berekend voor alle vragen over het belang. De vraag over welk formaat van labia minora de voorkeur had werd geanalyseerd met een one sample t-tets in vergelijking met het gemiddelde formaat van de labia minora (2.2 cm, Lloyd et al., 2005). Het belang van het formaat van de labia minora voor mannen werd getoetst aan de hand van een one sample t-test. Er werd onderzocht of mannen het minder dan gemiddeld belangrijk vonden wat het formaat van de labia minora was. Hierbij werd gemiddeld gezien als een score van 3 op de vragenlijst, antwoordoptie neutraal. Dit werd gedaan met het gemiddelde belang, en alle deelonderwerpen apart: over het algemeen, bij intiem contact, penetratie en cunnilingus. Ook werd deze methode toegepast bij de vragen of de deelnemers bepaalde seksuele
handelingen niet meer zouden uitvoeren door het formaat van de labia minora. Er werd een alpha waarde van .05 gehanteerd als grens voor statistische significantie.
Resultaten
Eerst zijn alle deelnemers die de vragenlijst niet volledig hadden ingevuld verwijderd uit de dataset. Vervolgens zijn alle deelnemers die niet heteroseksueel of overwegend heteroseksueel waren, ook uit de dataset verwijderd. De uiteindelijke steekproef bestond uit 235 mannen. Hiervan was 55% alleenstaand en 45% samen met een partner. 6% had geen seksuele partners gehad. Gemiddeld hadden mannen zes tot tien
De items over het belang van het formaat van de labia minora zijn betrouwbaar, Cronbach’s α = 0.87. Ook als deze items worden onderverdeeld in twee onderdelen, belang bij seksuele handelingen en belang bij geen seksuele handelingen, zijn de items betrouwbaar, respectievelijk α = 0.88 en α = 0.80.
Uit de one-sample t-test bleek dat de voorkeur van mannen voor het formaat van de labia minora (M = 2.0, SD = 0.9) significant lager is dan het gemiddelde van Lloyd (2005) van 2.2 centimeter, t(234) = 3.16, p = .002, 95% CI [-0.31;0.07], d = 0.21. Zie Figuur 3. Daarnaast bleek ook dat mannen dachten dat de voorkeur van andere mannen voor het formaat van de labia minora (M = 1.9, SD = 0.9) significant lager is dan 2.2 centimeter, t(234) = 5.7, p < .001, 95% CI [-0.45;-0.22], d = 0.37.
Figuur 3. Frequentie voorkeur van aantal cm van de labia minora
Uit inspectie van de frequenties blijkt het volgende. Bij belang over het algemeen werd helemaal mee oneens het meeste gekozen, n = 70 (29.8%), bij belang bij intiem contact werd mee eens het meeste gekozen, n = 70 (29.8%), bij belang bij penetratie werd neutraal het meeste gekozen, n = 63 (26.8%) en bij belang bij beffen werd mee eens het meeste gekozen, n = 67 (28.5%). Zie Tabel 1 en Figuur 4.
Uit de one-sample t-test bleek dat mannen het formaat van de labia minora over het algemeen (M = 2.4, SD = 1.1) minder belangrijk vonden dan neutraal, t(234) = 8.7, p < .001, 95% CI [-0.78;-0.49], d = 0.57. Bij intiem contact vonden mannen het (M = 2.8, SD = 1.2) ook minder belangrijk dan neutraal, t(234) = 3.0, p =
0 10 20 30 40 50 60 70 80 Helemaal mee
oneens Mee oneens Neutraal Mee eens Helemaal meeeens
Fr
eque
nt
ie
Over het algemeen Bij intiem contact Bij penetratie Bij beffen
.003, 95% CI [-0.37;-0.08], d = 0.19. Bij penetratie vonden mannen het (M = 2.7, SD = 1.2) minder belangrijk dan neutraal, t(234) = 4.1, p < .001, 85% CI [-0.47;-0.16], d = 0.27. Bij beffen vonden mannen het formaat van de labia minora (M = 3.2, SD = 1.2) echter meer belangrijk dan neutraal, t(234) = 2.4, p = .018, 95% CI [0.03;0.35], d = 0.16. Gemiddeld vonden mannen het (M = 2.8, SD = 1.0) minder belangrijk dan neutraal, t(234) = 3.7, p < .001, 95% CI [-0.38;-0.12], d = 0.25.
Tabel 1. Percentages belang seksuele handelingen bij formaat labia minora over het
algemeen
bij intiem contact
bij penetratie bij beffen
helemaal mee oneens 29.8 18.3 20.0 11.9
mee oneens 24.3 22.6 24.7 16.2
neutraal 27.7 26.0 26.8 28.1
mee eens 16.6 29.8 23.8 28.5
helemaal mee eens 1.7 3.4 4.7 15.3
Figuur 4. Frequentie belang seksuele handelingen bij formaat labia minora
Uit inspectie van frequenties blijkt het volgende. Bij de vraag of het formaat van de binnenste schaamlippen een reden zou kunnen zijn om geen penetratie te hebben, koos 59.6% voor helemaal mee oneens, n = 140. Bij de vraag of het formaat van de binnenste schaamlippen een reden zou zijn om niet te gaan
beffen, werd helemaal mee oneens het meeste gekozen, n = 101 (43%). 41.3% (n = 97) koos voor helemaal mee oneens bij de vraag of het formaat van de binnenste schaamlippen een reden zouden kunnen zijn om niet nogmaals seksueel contact te hebben. Zie Tabel 2 en Figuur 5.
Uit de one-sample t-test bleek dat het formaat van de labia minora geen reden was voor het niet hebben van penetratie (M = 1.5, SD = 0.8), zij kozen gemiddeld significant lager dan neutraal, t(234) = 29.5, p < .001, 95% CI [-1.57;-1.37], d = 1.92. Het formaat van de labia minora zou geen reden kunnen zijn om niet te gaan beffen (M = 2.0, SD = 1.1), zij kozen gemiddeld significant lager dan neutraal, t(234) = 13.2, p < .001, 95% CI [-1.11;-0.82], d = 0.86. Mannen vonden het formaat van de labia minora geen reden om niet nogmaals seksueel contact te hebben (M = 2.1, SD = 1.1), zij kozen gemiddeld significant lager dan neutraal, t(234) = 12.4, p < .001, 95% CI [-1.07;-0.77], d = 0.81. Het formaat van de labia minora zou gemiddeld geen reden kunnen zijn om bepaalde handelingen niet te verrichten (M = 1.9, SD = 0.9), t(234) = 19.9, p < .001, 95% CI [-1.23;-1.01], d = 1.30.
Bij het uitvoeren van exploratieve analyses kwam het volgende resultaat naar voren. Leeftijd correleert significant met de voorkeur, r = .15, p = .02. Hoe hoger de leeftijd, hoe hoger het aantal cm als voorkeur. Mannen van 25 jaar en ouder hebben geen voorkeur voor labia minora die kleiner dan gemiddeld zijn (M = 2.1, SD = 0.9), t(58) =-0.70, p = 0.48. Ook het aantal seksuele partners hangt significant samen met de voorkeur, r = -.17, p = .01. Hoe meer seksuele partners, hoe lager het aantal cm als voorkeur.
Tabel 2. Percentages belang geen seksuele handelingen bij formaat labia minora
geen penetratie niet beffen niet nogmaals
helemaal mee oneens 59.6 43.0 41.3
mee oneens 30.6 27.2 27.2
neutraal 7.7 14.9 15.3
mee eens 1.3 13.2 14.5
Figuur 5. Frequentie belang geen seksuele handelingen bij formaat labia minora
Discussie
Mannen vonden het mooier als de labia minora kleiner waren dan gemiddeld (2.2 cm), dit effect was echter klein. Gemiddeld vonden mannen het formaat van de labia minora niet belangrijk. Echter vonden zij het bij cunnilingus wel belangrijk, dit was een klein effect. Het was voor mannen geen reden om bepaalde
handelingen niet uit te voeren, zoals penetratie, cunnilingus of het nogmaals hebben van seksueel contact. De effecten voor het niet uitvoeren van seksuele handelingen waren allemaal groot. Alle resultaten blijken significant naar verwachting.
Deze conclusies ondersteunen de Barbie look. Zoals in de Playboy’s te zien was, ontstond er een voorkeur voor het niet laten zien van de labia minora en de vulva enkel als streepje af te beelden (Schick et al., 2011). Ook voor mannen bestaat deze voorkeur. Naast de voorkeur voor een laag lichaamsgewicht, een smalle taille, grote borsten en walging bij schaamhaar, hebben mannen gemiddeld ook een voorkeur voor kleine labia minora.
81% van de steekproef had een leeftijd tussen de 18 en 24 jaar. Dit is een jonge steekproef en dus beperkt representatief voor de populatie. Uit de resultaten bleek, hoe hoger de leeftijd, hoe hoger het aantal cm was als voorkeur voor de labia minora. Wanneer enkel de deelnemers van 25 jaar en ouder worden meegenomen in de analyses, blijkt dat er geen significant verschil is tussen de voorkeur en het gemiddelde
0 20 40 60 80 100 120 140 160 Helemaal mee
oneens Mee oneens Neutraal Mee eens Helemaal meeeens Geen penetratie Niet beffen Niet nogmaals
aantal centimeters van 2.2. Mannen van 25 jaar en ouder vonden het niet mooier als de labia minora kleiner waren dan gemiddeld. Leeftijd hangt dus samen met welk formaat van de labia minora de voorkeur heeft. Het is echter onduidelijk of dit verschil komt door verschillen in voorkeur per generatie (< 25 jaar versus > 25 jaar) of dat de voorkeur naarmate men ouder wordt veranderd. In het vervolg zouden er meer deelnemers van 25 jaar en ouder moeten worden meegenomen in de steekproef om een goede representatie van de populatie na te streven.
Daarnaast kwamen er opmerkingen van deelnemers dat zij het niet aan konden geven in de vragenlijst als zij geen voorkeur hadden voor het formaat van de labia minora. Sommige deelnemers deelden mee dat zij geen mening hadden, maar dat dit geen antwoordoptie was in de vragenlijst. Bij het opstellen van de
vragenlijst is er expres voor gekozen om de optie niet van toepassing niet op te nemen, om zo mensen aan het denken te zetten. Het is inderdaad begrijpelijk dat mensen in eerste instantie geen mening hebben over het formaat van de labia minora, maar wanneer zij er iets langer over nadenken, zij toch wel een voorkeur hebben. Een aantal deelnemers vertelden echter dat zij, wanneer zij aangaven geen mening te hebben, kozen voor de optie 0 cm. Dit zou dus invloed kunnen hebben op de resultaten. Het gemiddelde aantal centimeters zou hierdoor lager uitgevallen kunnen zijn. 9 deelnemers kozen voor de optie 0 cm. Het is echter onduidelijk bij hoeveel deelnemers dit om de reden was dat zij geen voorkeur hadden. Een andere mogelijkheid zou kunnen zijn dat deelnemers zomaar een getal ingevuld hebben wanneer zij geen voorkeur hadden. In het vervolg zou de optie niet van toepassing misschien toch toegevoegd kunnen worden aan de vragenlijst.
Ook trekt het onderzoek een bepaalde groep aan in de populatie, waardoor er selectiebias plaatsvindt. Dit zou negatief invloed kunnen hebben op de validiteit van de vragenlijst (van Lankveld & Laan, 2009).
Deelnemers konden er zelf voor kiezen om mee te doen aan het onderzoek, waarbij er aangegeven werd om wat voor onderwerp het ging voordat men eraan begon. Deelnemers hebben de vragenlijst ingevuld nadat zij toestemden om wat voor onderwerp het ging. Dit trekt waarschijnlijk vooral ruimdenkende en open mensen aan. Er is geprobeerd te corrigeren voor deze bias, door eerstejaars Psychologie studenten aan de Universiteit van Amsterdam mee te laten doen aan het onderzoek. Zij kozen er niet zelf voor om deel te nemen. Dit dekt echter niet de gehele bias. Mensen die meededen aan het onderzoek zijn vooral westerse mensen. Het is voor te stellen dat niet-westerse mannen geen voorkeur hebben voor het formaat van de labia minora. Zij worden minder blootgesteld aan de Barbie look, waardoor zij minder dit ideaalbeeld nastreven en hier dus ook geen
voorkeur voor hebben. In het vervolg kunnen misschien ook niet-westerse mannen worden meegenomen, waarna deze twee groepen met elkaar vergeleken kunnen worden.
Er zijn geen vrouwen meegenomen in het onderzoek. Vrouwen zouden ook een voorkeur kunnen hebben voor het formaat van hun labia minora. Het is belangrijk om te weten of vrouwen het zelf ook mooier vinden als de labia minora kleiner zijn dan gemiddeld. Collega’s hebben onderzoek gedaan naar de voorkeur van vrouwen over de labia minora en hoeveel belang zij eraan hechten. Ook is het interessant om
homoseksuele vrouwen en biseksuele vrouwen mee te nemen in het onderzoek, om te analyseren of er verschillen zijn tussen heteroseksuele mannen, heteroseksuele vrouwen, homo- en biseksuele vrouwen. Zo kan er nagegaan worden hoeveel invloed de Barbie look op deze verschillende groepen heeft.
Al met al blijken mannen labia minora mooier te vinden als deze kleiner zijn dan gemiddeld. Dit verandert echter met de leeftijd, hoe ouder mannen zijn hoe meer de voorkeur uitgaat naar gemiddelde of grotere labia minora. Mannen vinden het niet belangrijk wat het formaat is van de labia minora over het algemeen, bij penetratie en bij intiem contact. Bij cunnilingus vinden zij het echter wel belangrijk. Mannen zouden niet bepaalde handelingen niet uitvoeren door het formaat van de labia minora. De Barbie look zou mannen een voorkeur kunnen geven voor kleine labia minora, maar het is niet allesbepalend in het seksueel contact tussen mannen en vrouwen. Het heeft gelukkig minder impact dan gedacht wordt.
Literatuurlijst
American Society for Aesthetic Plastic Surgery. (2012). 2012 ASAPS statistics: Complete charts. Retrieved from http://www.surgery.org/sites/default/files/ASAPS-2012-Stats.pdf
Byrd-Bredbenner, C., Murray, J., & Schlussel, Y. R. (2005). Temporal changes in anthropometric measurements of idealized females and young women in general. Women & Health, 41, 13 -30.
Fudge, M. C., & Byers, E. S. (2016). “I have a nice gross vagina”: Understanding young women’s genital self-perceptions. The Journal of Sex Research, 54, 351-361.
Iglesia CB, Yurteri-Kaplan L, Alinsod R (2013). Female genital cosmetic surgery: A review of techniques and outcomes. International Urogynecology Journal, 24, 1997-2009.
Jones,D. C., Vigfusdottir, T. H., & Lee, Y. (2004). Body image and the appearance culture among adolescent girls and boys: An examination of friend conversations, peer criticism,
appearance magazines, and the internalization of appearance ideals. Journal of Adolescent Research, 19, 323-339.
Koning, M., Zeijlmans, I. A., Bouman, T. K., & van der Lei, B. (2009). Female attitudes regarding labia minora appearance and reduction with consideration of media influence. Aesthetic Surgery Journal, 29, 65 -71.
Laan, E. & Lunsen, R. van, (2017). Seks! Nederland: Prometheus.
Lankveld, J. van, & Laan, E. (2009). Wetenschappelijk onderzoek naar seksualiteit. In L. Gijs, W. L. Gianotten, L. Vanwesenbeeck & P. T. M. Weijenborg (Red.) Seksuologie. (2e herziene druk, pp. 45-67). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
Lloyd, J., Crouch, N. S., Minto, C. L., Liao, L-M., & Creighton, S. M. (2005). Female genital appearance: ‘Normality’ unfolds. BJOG: An international journal of Obstetrics and Gynaecology, 112, 643-646.
Schick, V. R., Rima, B. N., & Calabrese, S. K. (2011). Evulvalution: The portrayal of women’s external genitalia and physique across time and the current barbie doll ideals. Journal of Sex Research, 48, 74-81.
Sharp, G., Tiggemann, M., & Mattiske, J. (2016). Factors that influence the dicision to undergo labiaplasty: Media, relationships, and psychological well-being. Aesthetic Surgery Journal, 36, 469-478.
Sharp, G., Tiggemann, M. & Mattiske, J. (2015). Predictors of consideration of labiaplasty: An extension of the tripartite influence model of beauty ideals. Psychology of Women Quarterly, 39, 182-193.
Singh, D., & Young, R. K. (1995). Body weight, waist-to-hip ratio, breasts, and hips: Role in judgments of female attractiveness and desirability for relationships. Ethology and Sociobiology, 16, 483–507.
Swami, V. & Tovée, M. J. (2013). Men’s oppressive beliefs predict their breast size preferences in women. Archives of Sexual Behavior, 42, 1199-1207.
Tiggemann, M., & Lewis, C. (2004). Attitudes towards women’s body hair: Relationship with disgust sensitivity. Psychology of Women Quarterly, 28, 381-387.
