.0218
Inleiding
In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten tot het plaatsen van een implanteerbare centraal veneuze katheter. Ook wel volledig implanteerbaar toedieningsysteem, Port-a-Cath of kortweg PAC genoemd. Het inbrengen van een Port-a-Cath systeem is een chirurgische ingreep waarvoor u één dag wordt opgenomen. Het inbrengen gebeurt onder plaatselijke verdoving of narcose.
Wanneer een Port-a-Cath
Meestal worden medicijnen via een infuus toegediend in een ader van een arm. Als aders vaak aangeprikt worden, kan dit pijnlijk worden. Bloedvaten kunnen beschadigd raken door het aanprikken of door het irriterende effect van sommige medicijnen. Ter
voorkoming van deze problemen krijgt u een Port-a-Cath.
Het Port-a-Cath systeem is speciaal ontworpen om veelvuldige of langdurige toediening van medicijnen via een infuus te
vergemakkelijken. Daarnaast is er minder kans op het krijgen van een infectie omdat het systeem onder de huid ligt en het systeem kan vaak worden aangeprikt. De Port-a-Cath blijft zitten tot de behandeling afgelopen is. Dat kan soms enkele jaren duren. Soms besluit men om de Port-a-Cath te laten zitten om in de toekomst opnieuw te kunnen gebruiken. De Port-a-Cath wordt eerder verwij-derd als er een infectie optreedt of als de katheter verstopt raakt door een bloedstolsel.
Wat is een Port-a-Cath
Een Port-a-Cath is een volledig implanteerbaar toedieningsysteem. Dit betekent dat het systeem in zijn geheel onder de huid wordt geplaatst. Meestal op een geschikte, maar onopvallende plaats op de borst, onder het sleutelbeen.
Een Port-a-Cath systeem bestaat uit twee onderdelen
Het reservoir: een kleine metalen injectiekamer van boven afgesloten door een zelfsluitend siliconenmembraan.
De katheter: een dun lang hol, flexibel slangetje van siliconen of polyurethaan (een soort rubber).
De katheter wordt in een grote ader in de borst in gebracht en wordt vervolgens in de ader opgeschoven tot de punt van de katheter de plek bereikt heeft precies boven het hart. Het reservoir komt onder de huid te liggen en zal, te zien en te voelen zijn als een harde bobbel onder de huid.
Om toegang tot het systeem te krijgen wordt een speciale Port-a-Cath naald door de huid en door het siliconenmembraan geprikt tot op de bodem van het reservoir. U zult hierbij een kleine prik voelen.
Vervolgens wordt een infuus op de naald aangesloten. Medicijnen en vloeistoffen gaan door het infuus, via de Port-a-Cath naald in het Port-a-Cath reservoir via de katheter naar het bloedvat en de rest
Pre-operatief onderzoek in het ziekenhuis
Van de poli pre-operatief onderzoek ontvangt u de folder
‘Anesthesie en pijnbestrijding rondom uw operatie of behandeling’ met de daarbij behorende afspraken. In deze folder leest u wat er poliklinisch nog gedaan moet worden, voordat u opgenomen wordt voor uw operatie.
Voorbereiding thuis
U blijft nuchter, volgens de aanwijzingen in de folder ‘Anesthesie en pijnbestrijding rondom uw operatie of behandeling’.
Wat neemt u mee
Geldig legitimatiebewijs (paspoort, rijbewijs of ID kaart). Uw patiëntenkaart.
Actueel medicatieoverzicht, deze kunt u opvragen bij uw bronapotheek.
Wij adviseren u geen waardevolle zaken mee te nemen naar het ziekenhuis. Het ziekenhuis kan niet aansprakelijk gesteld worden voor het verlies c.q. zoekraken van eigendommen.
Opname
Op de opnamedag wordt de operatie uitgevoerd. Bij opname zal op de afdeling een opnamegesprek plaatsvinden. Uw gegevens zullen met u worden doorgenomen. Eventuele vragen kunt u stellen. De verpleegkundige zal u de hele dag begeleiden. Voor de operatie krijgt u een operatiejasje aan en een muts op. Protheses of
gehoorapparaten moet u uit doen. De verpleegkundige geeft aan wat er van u verwacht wordt. Als alle voorbereidingen voor de operatie zijn getroffen, wordt u liggend in bed naar de voorbereidingsruimte van de OK gebracht.
De operatie
In de voorbereidingsruimte worden de laatste voorbereidingen getroffen, daarna wordt u naar de operatiekamer gebracht. De operatie duurt ongeveer een half uur. Via een snee wordt het systeem onder de huid gebracht en vastgehecht op de borstwand. Soms wordt de katheter via een bloedvat bij de schouder ingebracht onder zicht, dan is geen verdere controle nodig. Als de katheter met aanprikken onder het sleutelbeen wordt geplaatst, wordt na de operatie een controlefoto van de longen gemaakt, om uit te sluiten dat de long is aangeprikt (zeer zeldzaam).
Na de operatie
Als u geopereerd bent, gaat u naar de uitslaapkamer. Als de pijn en misselijkheid onder controle zijn en het goed met u gaat, kan u terug naar de afdeling. Daar kunt u rustig bijkomen van de operatie. Als de wond is genezen, is een bobbel onder de huid het enige wat nog zichtbaar en voelbaar is. De wond is onderhuids gehecht en er kan nog iets bloed uit de wond komen. De hechtingen lossen vanzelf op. Na het inbrengen kan er spierpijn en een stijf gevoel ontstaan in de schouder, aan de kant waar de Port-a-Cath is ingebracht. U kunt hiervoor een pijnstiller krijgen.
Naar huis
U mag naar huis als u hebt gegeten, hebt geplast en de pijn onder controle is. Is dit niet het geval, dan gaat u de volgende morgen naar huis.
Leefregels voor thuis
Als de wond droog is, hoeft er geen pleister op.
Ga de eerste drie dagen na de ingreep niet in bad. U mag wel kort douchen.
Het is belangrijk de wond te inspecteren op tekenen van een infectie: roodheid, warmte, jeuk, vocht, pus en pijn rondom de wond.
Gedurende twee weken mag u geen lichamelijk zwaar werk verrichten of zware dingen tillen.
Beweeg uw arm rustig, bewaak zelf uw pijngrens. U mag op de geopereerde zijde liggen.
Het dragen van de autogordel kan even lastig zijn. U kunt een kussentje onder de gordel doen ter hoogte van uw buik. U kunt zonder problemen door het ‘poortje’ op luchthavens. U ontvangt een implantatiebewijs. Daarop staan technische
gegevens die van belang zijn als er iets aan de hand is. Dit bewijs moet u altijd bij u dragen. Vraag ernaar als u het bewijs niet gekregen heeft.
Complicaties op korte termijn
Er kan soms een grote blauwe plek ontstaan (hematoom). Deze plek is pijnlijk, maar trekt vanzelf weg.
Op korte termijn kan er (spier)pijn en een stijf gevoel ontstaan in de schouder, aan de kant waar de katheter is ingebracht. U kunt hiervoor een pijnstiller nemen, bijvoorbeeld een paracetamol. Het bloedvat waarin de katheter wordt ingebracht ligt dicht bij de
longen. Tijdens het aanprikken van het bloedvat bestaat er kans op het per ongeluk aanprikken van de bovenkant van de long, waarbij een zogenaamde klaplong ontstaat, dit veroorzaakt erge benauwdheid.
Complicaties op langere termijn
Er kan een infectie optreden bij de Port-a-Cath. Gevolg hiervan kan zijn dat de Port-a-Cath verwijderd moet worden.
De Port-a-Cath kan verstopt gaan zitten door een bloedstolseltje. Men probeert dan eerst deze weer toegankelijk te maken, lukt dit niet dan zal de Port-a-Cath verwijderd moeten worden.
Direct contact opnemen
Om complicaties snel op te merken is het belangrijk om regelmatig de aanprikplaats te inspecteren. Mocht u last hebben van de volgende verschijnselen of klachten dan is het belangrijk om direct contact op te nemen met het ziekenhuis.
De huid waaronder het reservoir ligt (de aanprikplaats) is rood, warm, pijnlijk, gezwollen of er komt wat pus uit.
Als u koorts (een temperatuur van boven de 38,5 graden Celsius) en/ of koude rillingen heeft.
Als bij de aanprikplaats blauwe plekken ontstaan en de plaats pijnlijk is.
Als er pijn en of zwelling optreedt van het gebied rondom de aanprikplaats, bijvoorbeeld de arm of het halsgebied.
Als u denkt dat het Port-a-Cath systeem is verschoven. Bij plotselinge benauwdheid.
Vragen
Tijdens uw opname
Vraagt u uw arts of de verpleegkundige.
Na uw ontslag
Neemt u contact op met de polikliniek chirurgie. Maandag t/m vrijdag van 08.30 - 12.00 uur en 13.00 - 16.30 uur.
( 0523) 276310
Buiten kantoren kunt u bij dringende vragen contact opnemen met de spoedeisende hulp (0523) 276666.