• No results found

Het lichaam, feminisme en de belichaming van protest door Femen : een kwalitatief onderzoek naar online percepties van het half ontblote vrouwenlichaam binnen de gemediatiseerde protesten van Femen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het lichaam, feminisme en de belichaming van protest door Femen : een kwalitatief onderzoek naar online percepties van het half ontblote vrouwenlichaam binnen de gemediatiseerde protesten van Femen"

Copied!
53
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

HET LICHAAM, FEMINISME EN DE

BELICHAMING VAN PROTEST DOOR

FEMEN

Een kwalitatief onderzoek naar online percepties van het half ontblote

vrouwenlichaam binnen de gemediatiseerde protesten van Femen

BACHELORSCRIPTIE SOCIOLOGIE IRIS KOOREMAN (10362576)

6 JULI 2016 BEGELEIDER: S.F.P. VAN HAPEREN MSC TWEEDE LEZER: DR. A.J.J. AALTEN

(2)

1

Inhoudsopgave

1. Inleiding... 3

2. Nieuwe vormen van protest: een theoretisch kader ... 5

2.1 Mediatisering en self-mediation ... 5

2.2 De rol van het lichaam in protest ... 7

3. Methode en data ... 11

3.1 Een online analyse ... 11

3.2 Dataselectie ... 12

3.3 Beperkingen van de data ... 16

3.4 Interpretatie en verwerking van de data: de context van een online ruimte ... 18

3.5 Kwalitatief onderzoek en de rol van de onderzoeker ... 20

3.6 Een illustratie van de data... 20

4. De perceptie van het half ontblote vrouwenlichaam binnen de protesten van Femen ... 23

4.1 De inhoudelijke dimensie: het aanzwengelen van de discussie... 23

4.2 Perceptie van de protestvorm en haar context ... 25

4.3 Het blootleggen van seksisme: een tweeledig effect ... 26

4.3.1 Een bewuste demonstratie van seksisme ... 27

4.3.2 Seksualisering en delegitimering ... 29

4.4 Percepties van een effect ... 30

4.4.1 Een ineffectief protest ... 30

4.4.2 Het verergeren van de situatie ... 30

4.5 Rechtvaardiging: extremisme is noodzakelijk ... 31

4.6 De protestvorm en de aansluiting hiervan op Femen’s idealen: een geïntegreerd geheel? ... 31

4.6.1 Discrepantie tussen protestvorm en idealen: tolerantie en respect ... 32

4.6.2 Discrepantie tussen protestvorm en idealen: het feminisme van Femen ... 32

4.7 Femen is niet relevant: een anti-islamitische draai ... 33

5. Conclusie ... 35

6. Literatuurlijst ... 39

7. Bijlages ... 42

7.1 Gegevens geanalyseerde data per Primary Document. ... 42

(3)

2

7.3 Verhouding inhoudelijke codes met conflict/onderwerp/totaal aantal codes ... 45 7.4 Beeldmateriaal ... 46

(4)

3

1. Inleiding

Bezettingen, hongerstakingen, sit-in’s, zelfverbrandingen, massaprotesten. Het volledig bedekken van het lichaam, of juist het volledig blootgeven van het lichaam. Het lichaam is een centraal element in zeer veel vormen van protest. De feministen van de protestgroep Femen staan erom bekend te protesteren met ontbloot bovenlichaam. Met verschillende leuzen op hun lichaam geverfd, zoals ‘my body my rules’, ‘god is a woman’, ‘fuck your morals’ en ‘freedom to all women’ verstoren de vrouwen van Femen politieke en religieuze bijeenkomsten en belagen ze prominente politieke figuren door halfnaakt bij deze bijeenkomsten naar binnen te rennen terwijl ze luid schreeuwend hun boodschap verkondigen. Hun motto is dan ook “onze God is vrouw, onze missie is protest, onze wapens zijn blote borsten” (Femen Official Blog 2016). Hun sekstremisme, zoals zij zelf hun manier van protesteren benoemen, zorgt regelmatig voor commotie die ontstaat als filmpjes en foto’s van hun acties online worden gedeeld en ontvangen door een breed publiek. Femen definieert zichzelf als feministische groepering, heeft een uitgesproken atheïstisch karakter en protesteert tegen homofobie en patriarchie. Femen maakt veelvuldig gebruik van (social) media en is middels online verspreiding uitgegroeid tot een transnationaal netwerk van protest. De in 2008 in Oekraïne ontstane protestgroep heeft inmiddels aanhangers in Brazilië, Duitsland, Nederland, Frankrijk, Italië, Spanje, Zwitserland, Turkije, Canada, Japan, de VS, Tunesië en Egypte (ibid., McAlister 2015, Al-Mahadin 2015). Internationaal is Femen zeer actief en er verschijnen regelmatig online documentaties van hun nieuwe acties. Vrijwel elke dag wordt er een nieuwsitem op de website van Femen gepubliceerd. Ook verschillende mediakanalen die aan Femen’s website gelinkt zijn, zoals Twitter, Pinterest, Facebook, YouTube en Instagram posten frequent teksten en beeldmateriaal. Eén van de recente ontwikkelingen van Femen betrof een protestactie op 14 mei 2016 tijdens een lezing van Tariq Ramadan in Frankrijk, waarbij een aantal vrouwen eerst verhuld in een boerka het podium opliepen, om daar vervolgens de boerka af te doen en halfnaakt, beschilderd met teksten schreeuwend naar Ramadan toe te gaan (Huffington Post 2016). De actie was, zoals alle acties van Femen, binnen een paar minuten afgelopen toen de actievoerders door de beveiligingstroepen werden verwijderd. Nadat het fysieke protest is afgelopen is het actievoeren nog niet klaar, integendeel. Het online gepresenteerde beeldmateriaal van Femen gaat online een eigen leven leiden en zorgt voor nieuwe vormen van sociale interacties rondom haar beeldmateriaal. Het online karakter en het frequente mediagebruik van de protestgroep Femen is typerend voor een nieuwe, globale vorm van sociale bewegingen. De beelden die met sociale media kunnen worden verspreid en de visualiteit, aantrekkelijkheid en mate van confrontatie die in deze beelden te zien is, is intrinsiek verwoven met het bestaan van de protestgroep Femen. Het gebruik van het halfnaakte lichaam is hierin een opvallend element. Op wat voor manier beïnvloeden het online karakter van Femen en het gebruik van naaktheid binnen deze protestgroep de betekenisgeving van Femen? Hoe worden opvattingen, ideeën en interpretaties van Femen vormgegeven binnen een nieuwe

(5)

4

publieke sfeer die grotendeels online is gesitueerd? Dit onderzoek zal trachten de rol van het half ontblote vrouwenlichaam in een online vorm van protest te analyseren om tot een beter begrip te komen van de opvattingen die hierbij komen kijken. Hierin zal gefocust worden op het reeds gevormde protestnetwerk van Femen.

In het volgende hoofdstuk zal het gemediatiseerde karakter van Femen en de rol die het lichaam speelt binnen haar protesten vanuit een theoretische invalshoek worden toegelicht. Hieruit volgt de onderzoeksvraag. Vervolgens zal in hoofdstuk 3 de methode en de dataverzameling worden toegelicht. In hoofdstuk 4 worden de resultaten gepresenteerd en hoofdstuk 5 zal afsluiten met een conclusie.

(6)

5

2. Nieuwe vormen van protest: een theoretisch kader

De protestvorm van Femen moet gezien worden in de grotere sociaal-politieke achtergrond van de samenleving. Verschillende processen in de samenleving, zoals het verschuiven van de macht vanuit de politiek naar de markt en grote internationale bedrijven, hebben invloed uitgeoefend op de manier waarop protestbewegingen zich organiseren (Dellaporte & Tarrow 2005:2). Deze verschillende processen in de samenleving vormen een nieuwe transnationale politieke context, en hebben op hun beurt weer uitwerking op verschillende processen van protestgroepen die zich als global social

movements in deze nieuwe context bewegen (ibid.: 6). Ontwikkelingen binnen de omgevingsfactoren

van sociale bewegingen, zoals het vallen van het ijzeren gordijn, de mogelijkheid tot goedkoop reizen en elektronische communicatie maken het onder andere mogelijk om voorheen geïsoleerde protestgroepen met elkaar in contact te brengen. De vergrote internationale omgeving en de macht die bij transnationale bedrijven ligt heeft daarnaast een globale structuur gecreëerd die ook mogelijkheden faciliteert tot het vormen van globale proteststructuren. Op deze manier ontstaan geglobaliseerde sociale bewegingen in netwerken van protest.

2.1 Mediatisering en self-mediation

Deze geglobaliseerde sociale bewegingen verwikkelen tot flexibele online, transnationale netwerken, waarin het gebruik van verschillende vormen van internet als media steeds belangrijker wordt. Sociale bewegingen staan van oudsher in contact met de media, waarbij de toegang tot media bepalend is voor de mate van mobiliseren van politiek support, het legitimeren van de eisen van sociale bewegingen en het verspreiden van het protest (Cammaerts 2012). Technologische innovaties en het daarmee uitbreiden van sociale interacties via internet hebben het medialandschap veranderd. De relatie tussen de toegang van protestgroepen bij verschillende media is hier eveneens mee vervormd. Dit heeft niet alleen de mogelijkheden voor protestbewegingen geschept om zich uit te breiden en om te vormen tot globale proteststructuren, maar heeft het karakter van protestbewegingen veranderd en zo is de mogelijkheid ontstaan voor de groei van nieuwe vormen van protest. Online media en activisme zijn in deze nieuwe vormen van protest met elkaar verwikkeld (Fabian & Reestorff 2015). Hierbij is media niet slechts faciliterend voor protest, maar gaan online media en protestvormen op in een wederzijdse relatie. In deze gemediatiseerde protesten wordt een vorm van technologie getransformeerd en toegeëigend, gebruikt en geproduceerd door activisten op verschillende niveaus. Daarnaast is media zelf ook vormend en bepalend voor de manier waarop onder andere de praktijken van activisten binnen hun protestgroepen worden geconstitueerd. Media kan niet slechts meer als communicatie-instrument worden gezien, maar als een actor die de elementen die aanwezig zijn beïnvloedt en vervormt (ibid.:8; Latour 2005). Mediatisering beschrijft de verhouding en de wederzijdse invloed tussen veranderingen in media, veranderingen in de samenleving en de sociale en culturele kenmerken

(7)

6

van de sociale bewegingen (Mattoni & Treré 2014). Hierbij is media steeds meer van invloed en geïntegreerd binnen sociale bewegingen. Activisme kan begrepen worden als gemediatiseerd, niet alleen als dit activisme veelvuldig gebruik maakt van media, maar ook als verschillende praktijken van protest aangepast worden op gebruik met de media (Fabian & Reestorff 2015). Gemediatiseerde protesten zijn onlosmakelijk verbonden met het grotendeels zelf aangestuurde gebruik van media, zogenaamde self mediation, wat grote invloed heeft op mobilisatie, organisatie en de performance van een protest (Peters 2015). De zelfbeschikking tot het onder de aandacht brengen van eigen protestacties laat zien dat de beschikbaarheid van nieuwe online technologieën verschillende vormen van participerende praktijken mogelijk maken binnen protest. Strategieën en repertoires binnen de gemediatiseerde vormen van protest worden dan ook door verschillende protestgroepen met diverse doelen gebruikt (Fabian & Reestorff 2015: 3). De toegang die gemediatiseerde protesten hebben tot (online) media, de media oppertunity structure, heeft hierin impact op de vorm van praktijken en strategieën die binnen protestvormen worden gehanteerd (Cammaerts 2012: 120). Het gemediatiseerde karakter en de mogelijkheid tot self mediation structureert hiermee de repertoires van protestgroepen en de aansluiting hiervan bij de media. Deze wisselwerking is onder andere te zien bij de Toronto G20 protesten, waar blijkt dat YouTube video's, Twitterfoto’s en video's het meest werden gedeeld als deze spectaculaire en vaak gewelddadige confrontaties behelsden tussen de politie en de protestanten (Poell 2014: 726).

Femen kan begrepen worden als gemediatiseerd protest en wordt gekarakteriseerd door een hoge mate van online media-activiteit. Filmpjes en foto’s van verschillende acties creëren een online ruimte als ze op sociale media worden gedeeld en becommentarieerd. Op haar website geeft Femen zelf aan zoveel mogelijk en zeer bewust gebruik te willen maken van media, om met het verspreiden van haar beeldmateriaal haar boodschap uit te kunnen dragen (Femen Official Blog 2016). De zelfbeschikking met betrekking tot het gebruik van (online) media, self mediation, maakt het voor Femen mogelijk om zelf voor een belangrijk deel te bepalen hoe zij zich online positioneren (Thomas & Stehling 2016). Dit heeft weer een wederzijdse uitwerking op de manier waarop de protesten en daarmee de beelden van Femen worden vormgegeven. Tijdens Femen’s protestactie wordt bewust getracht spectaculaire, fotogenieke foto’s en ander beeldmateriaal neer te zetten wat nieuwswaardig is - de protesten worden gestaged. De acties worden van tevoren uitgedacht, ingestudeerd en uiteindelijk uitgevoerd (Reestorff 2014: 486). De protestacties van Femen kunnen dusdanig worden begrepen als een performance. De protesterende vrouwen van Femen zetten zichzelf tijdens hun protestacties bewust als een kwetsbaar lichaam in beeld, en zorgen ervoor dat ze in een conflicterende of gewelddadige situatie belanden. De discrepantie tussen een kwetsbaar, bloot lichaam en een conflictsituatie waarbij er sprake is van een hardhandig arrest zorgt voor prikkelende beelden die vaak in één oogopslag de boodschap van Femen weten uit te drukken. Daarnaast breekt Femen bewust

(8)

7

normen onder andere door in al haar protesten halfnaakt te verschijnen, bij besloten politieke bijeenkomsten naar binnen te rennen en te schreeuwen. Dit bewuste verbreken van normen en het vormen van symbolische provocatie kan begrepen worden als een protest logic of bearing witness (Cammearts 2012: 122). Deze logica van protest staat in een wisselwerking met de media oppertunity

structure, die door Femen grotendeels te zien is in haar veelvuldige gebruik van self mediation.

De bekendheid van Femen is dan ook grotendeels afhankelijk van de mate waarin de media aandacht schenkt aan haar beelden en Femen zoekt dan ook met de beelden van haar protestacties actief de aandacht van de mainstream media (O’Keefe 2014: 8). Het spectaculaire karakter van het beeldmateriaal draagt hiermee bij aan het wijder verspreiden van de beelden, en daarmee ook het verspreiden van de boodschap van Femen. Op de plaats en het moment waarop de fysieke protestactie zelf plaatsvindt, bereikt het protest vaak slechts een beperkt aantal aanwezige omstanders die de actie direct kunnen zien. Ook duurt de actie vaak zelf niet meer dan een paar minuten. De echte aandacht komt dan ook achteraf als via (online) media foto’s en filmpjes van de actie in eerste instantie door de activisten zelf online gedeeld wordt, en later door anderen die hier via social media mee in aanraking komen. De beelden worden vervolgens door de mainstream media opgepakt en verder verspreid, en zodoende voor een breder publiek toegankelijk gemaakt. Het is daarom van belang de acties vast te leggen en deze vastlegging te verspreiden. Om deze mogelijkheid tot verspreiding te verzekeren, wordt de documentatie van de acties zeker gesteld door bijvoorbeeld een eigen fotograaf mee te nemen naar de fysieke plaatsen van protest. Het gemediatiseerde karakter van een protestbeweging gaat dan ook in grote mate samen met visualiteit. De documentatie en circulatie van de visuele elementen van een protest zijn hierin cruciaal (Fabian & Reestorff 2015).

Het activisme van Femen kan begrepen worden als een proces dat bestaat uit verschillende actoren - aanhangers van Femen zelf, mensen die direct in aanraking komen met het protest, maar ook niet-humane actoren en processen zoals sociale media en het delen en becommentariëren van beelden van protestacties op sociale media. Het gemediatiseerde karakter gaat nauw samen met visualiteit en het delen en verspreiden van beelden. Femen zet binnen deze visualiteit het halfnaakte vrouwenlichaam centraal en vormt hiermee onder andere de symbolische provocatie van haar protesten. In de volgende paragraaf zal eerst in het algemeen stil worden gestaan bij de rol van het lichaam binnen protest, om vervolgens de conceptuele samenhang tussen mediatisering, self mediation en deze rol van het lichaam te benoemen.

2.2 De rol van het lichaam in protest

De rol van het lichaam in protest wordt vaak als vanzelfsprekend beschouwd (O’Keefe 2011, Sasson-Levy 2003). Het lichaam heeft in zeer veel protesten echter een centrale rol en wordt op verscheidene manieren ingezet: van hongerstakingen, sit-ins, en bezettingen tot protesten waarbij men het lichaam

(9)

8

helemaal bedekt of waar het lichaam juist helemaal wordt blootgegeven. In veel protesten bekleedt het lichaam een faciliterende rol voor het protest, zoals bijvoorbeeld in de Occupy beweging het geval is (O’Keefe 2011: 5). Ook zijn er protesten waarbij de boodschap van het protest verstrengeld is met het lichaam, en de politieke context letterlijk wordt belichaamd, zoals het naakt protest tegen verkrachting en moord, uitgevoerd door de Meiti vrouwen in India (ibid.). Het protest van Femen is hier eveneens een voorbeeld van. Het lichaam is de drager van het sociale en politieke protest en brengt niet slechts een boodschap over, maar fungeert als boodschap zelf. Het lichaam is als letterlijke belichaming van een ideologie een krachtige tool voor sociale- en politieke verandering en bevrijding, en is tegelijkertijd ook de arena waar de strijd zich afspeelt (Sasson-Levy 2003, Alexandre 2006). Lichamen representeren mensheid in een rauwe en pure vorm, maken het politieke persoonlijk en zijn daarmee als sociaal fenomeen zeer aanwezig in de publieke dimensie waar de strijd plaatsvindt om de rechten van het eigen lichaam (Eileraas 2014). Het gebruik van het ontblote vrouwenlichaam als protesttool is dan ook krachtig, maar brengt ook veel discussie met zich mee. Aan de ene kant maken vrouwen deel uit van een zogenaamde trans-corporeality, en worden zij versterkt en met elkaar verbonden door het inzetten van hun lichaam binnen protest (Alaimo 2010: 18). Het creatief inzetten van beelden hiervan via online media creëert een verbondenheid met andere fysieke lichamen en activeert deze om ook de straat op te gaan. De symbolische ruimte van kwetsbaarheid vormt een nieuwe vorm van solidariteit en gedeelde lichamelijkheid (ibid.; Eileraas 2014). Daarnaast brengt naaktheid de realiteit en de werkelijkheid terug in de reeds van tijd en plaats losgekoppelde gemediatiseerde beelden.

Critici beargumenteren echter dat de half ontblote protesttechniek het lichaam, vrouwelijkheid en feminisme commodificeert. Het imago van Femen waarin de grote meerderheid van de protesterende vrouwen slank, langharig, jong en blank is, zou juist voldoen aan een patriarchaal ideaalbeeld en zo patriarchale normen omtrent het vrouwenlichaam reproduceren (O’Keefe 2014:107). Deze kritiek is echter voornamelijk theoretische kritiek en er is weinig empirische data beschikbaar waarmee bovengenoemde aannames worden geïllustreerd. Het gebruik van naaktheid wordt binnen protest puur doelmatig ingezet als publiciteitsstunt en leidt daarmee af van de onderliggende boodschap (ibid.). Het gebruik van het halfnaakte lichaam door Femen wordt in de Duitse mainstream media dan ook weggezet als triviaal, common sense en ineffectief omdat vrouwenlichamen op deze manier in de westerse sfeer al alom zichtbaar zijn (Thomas & Stehling 2016). De naaktheid van het vrouwenlichaam wordt daarnaast door de protesten van Femen ook geseksualiseerd. Deze seksualisering van het vrouwenlichaam wordt in de media gebruikt om de onderliggende politieke boodschap van de protestgroep te delegitimiseren (ibid.).

Femen’s performance, het inzetten van het half ontblote vrouwenlichaam binnen haar protesten, demonstreert een specifieke rol die vrouwen in de samenleving toegeschreven krijgen. Deze specifieke rol die aan vrouwen toe wordt geschreven is diep geworteld in stereotypes die historisch ver

(10)

9

teruggaan (Alexandre 2006). Deze stereotypes vormen een verwachtingspatroon van het gedrag van, in dit geval, vrouwen. Deze rollen moeten begrepen worden als identiteiten die niet vaststaand zijn, maar continue door de tijd heen en in wisselwerking met het discours gedefinieerd worden aan de hand van verschillende gedragingen (Butler 1988). Als er van dergelijke normen wordt afgeweken, wordt dit door de omgeving bestraft (ibid.:522). Omdat de rol die aan vrouwen wordt toegeschreven in de samenleving performatief is, geeft het gebruiken van stereotypes en het performen van deze rol ook een mogelijkheid om deze stereotypes naar eigen hand vorm te geven en vanuit het eigen perspectief te laten zien. Femen verbreekt met haar protest de identificatie met het standaard rollenpatroon, waar tegelijkertijd door het inzetten van het half ontblote lichaam aan wordt gerefereerd (Veneracion-Rallonza 2014). Het performatieve protest van Femen heeft hiermee een dubbelzinnig karakter (Gale 2015). Femen conformeert dus enerzijds met haar lichamelijkheid aan normen, maar breekt met het performatieve gedeelte wat hier aan vast zit door zich niet te gedragen naar deze normen maar door in haar protesten te rennen, schreeuwen en bijvoorbeeld op auto’s te springen. Femen gebruikt stereotypen die samenhangen met het dominante discours in de samenleving, maar vormt deze rollenpatronen naar eigen hand en zendt daardoor tegelijkertijd een boodschap uit die tegenstrijdig is aan dit dominante discours. Femen’s protesten en de interacties van het vrouwenlichaam met de (online) publieke ruimte bevestigen en ontkennen tegelijkertijd de bestaande normen van vrouwelijkheid (ibid.: 314). Dit subversieve gebruik van het lichaam sluit aan bij de logic of bearing

witness, waarbinnen protesten bewust normen worden doorbroken in een vorm van symbolische

provocatie. De provocatie binnen de protesten van Femen wordt veroorzaakt door het lichaam op een bepaalde manier neer te zetten, en deze te contrasteren met de omgeving, contrasterende gedragingen en normen in het algemeen. De mogelijkheid tot het resulteren van een actie in een symbolische provocatie geeft implicaties voor de rol van de omgeving binnen de protesten van Femen. Alhoewel het half ontblote vrouwenlichaam centraal staat binnen de protesten van Femen, staged Femen haar protesten in contrast met de omgeving om een symbolische provocatie te vormen.

Het half ontblote vrouwenlichaam wordt ingezet als tool voor sociale verandering en deze techniek wordt door het gemediatiseerde karakter van Femen verspreid in een transnationaal netwerk. Het vervlechten van online en offline, het gebruik van sociale media en de technieken die hierbij komen kijken, hebben gemediatiseerd protest nauw doen samengaan met visualiteit. Het tactische gebruik van visuele retoriek wekt verschillende processen, emoties en interpretaties op, en deze geven in de protesten van Femen potentie op sociale verandering (Betlemidze 2015). Femen maakt veelvuldig aanspraak op de visualiteit van het gemediatiseerde karakter van protest, en doet dit door consequent het half ontblote vrouwenlichaam, opgevat als een letterlijke belichaming van het protest zelf, te gebruiken binnen haar protesten. Binnen de visualiteit van het protest wordt een symbolische provocatie gezocht en wordt het lichaam gecontrasteerd met de omgeving, contrasterende gedragingen

(11)

10

en normen in het algemeen. Het gebruik van het halfnaakte vrouwenlichaam wordt aan de ene kant gezien als een zeer krachtige tool. Aan de andere kant wordt benoemd dat het inzetten hiervan het vrouwelijke lichaam commodificeert, patriarchale normen bevestigt en de spectaculaire vormgeving van Femen’s protesten juist afleidt van de onderliggende politieke boodschap. Femen zou echter ook juist in staat zijn om via haar performance van vrouwelijke stereotypen deze comodificatie naar eigen hand te zetten. Het gebruik van het half ontblote vrouwenlichaam binnen de protesten van Femen en de percepties en consequenties hiervan hebben klaarblijkelijk verschillende, voornamelijk theoretische discussies doen oplaaien.

De vormen van protest die symbolische provocaties creëren, onder andere middels een letterlijke belichaming zoals te zien bij Femen, zijn echter nog weinig empirisch onderzocht. Femen’s unieke mix tussen het gemediatiseerde en daarmee visuele karakter, waarbinnen het half ontblote vrouwenlichaam als provocerend element wordt neergezet, heeft veel verschillende interpretaties en discussies omtrent Femen en haar vormen van protest meegebracht. Het mediatiseren van het beeldmateriaal van Femen creëert online ruimtes waarbinnen een betekenisgeving van het protest wordt gevormd. Empirisch onderzoek naar Femen is schaars, en als dit is uitgevoerd is er voornamelijk gefocust op de representatie van Femen in de mainstream media, of een directe interpretatie van het beeldmateriaal van Femen zelf. Hierbij wordt echter voorbijgegaan aan de interpretatie die hiertussen plaatsvindt: de interpretatie van het visuele materiaal van Femen binnen de online ruimtes die zij zelf creëert door op een gemediatiseerde manier te werk te gaan. Dit onderzoek zal trachten om aan de hand van empirisch materiaal een duiding te kunnen geven hoe het centrale element van Femen, het half ontblote vrouwenlichaam, binnen haar online visuele weergaves van haar protest wordt gepercipieerd. Aan de hand van een analyse van de perceptie van Femen zal getracht worden inzicht te bieden hoe men betekenis geeft aan de protesten van Femen, hoe de boodschap van Femen overkomt en hoe er betekenis wordt gegeven aan het half ontblote vrouwenlichaam. Naast een open benadering van de perceptie van Femen, zal er aan de hand van empirisch materiaal geprobeerd worden uitsluitsel te geven over de bovengenoemde verschillende theoretische discussies die omtrent de protesten van Femen zijn ontstaan. De volgende onderzoeksvraag zal hierin leidend zijn:

“Hoe wordt het half ontblote vrouwenlichaam binnen de gemediatiseerde protesten van Femen gepercipieerd?”

(12)

11

3. Methode en data

Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden is gekozen om een kwalitatieve analyse uit te voeren. De interesse van dit onderzoek ligt in de perceptie en betekenisgeving die men geeft aan Femen. Perceptie zal in dit onderzoek begrepen worden als interpretatie, oftewel de manier waarop er betekenis wordt gegeven aan het half ontblote vrouwenlichaam. Er wordt vanuit gegaan dat deze betekenisgeving en interpretatie van Femen aan de hand van interacties op een intersubjectieve manier wordt geconstrueerd. Interpretatie en de daarmee samengaande perceptie is daarmee het beste op een constructivistische manier te onderzoeken. Met een constructivistische blik zal getracht worden zo dicht mogelijk te komen bij de wijze waarop men het gemediatiseerde protest van Femen ervaart. Er zal getracht worden de data zoveel mogelijk direct te laten spreken. Het onderzoek heeft hierin een inductief karakter. Er zullen geen hypotheses worden getest, maar er zal geprobeerd worden de perceptie van het halfnaakte vrouwenlichaam binnen de protesten van Femen op een empirisch onderbouwde wijze te analyseren. De eerder gepresenteerde theorieën zullen gebruikt worden als referentiekader om de empirie mee te duiden.

3.1 Een online analyse

Zoals beschreven is Femen als gemediatiseerd protest onlosmakelijk verbonden met sociale media. Het door Femen zelf aangestuurde gebruik van sociale media, het online posten van haar eigen beeldmateriaal, vormt via verschillende (sociale) mediakanalen een online sociale ruimte waarin het materiaal op initiatief van Femen zelf kan worden geïnterpreteerd, bediscussieerd en verspreid. Het empirisch onderzoek wat tot nu toe naar Femen is gedaan focust zich voornamelijk op de weergave van Femen binnen de mainstream media, of op de inhoud van de visuele representaties die Femen zelf online zet. De perceptie binnen de online ruimte die Femen hiermee creëert wordt hierbij in veel mindere mate geadresseerd. Deze online ruimte is om een aantal redenen zeer relevant om te onderzoeken. Technologische ontwikkelingen en de uitbreiding van het internet hebben hiermee uitgebreide nieuwe mogelijkheden gegeven voor sociale interacties. Ook het tentoonstellen van nieuw beeldmateriaal van Femen’s acties gebeurt in de online ruimte, en geeft hiermee mogelijkheid tot online sociale interacties. De eerste perceptie van het materiaal vindt grotendeels in deze online ruimte plaats. Ook het visuele karakter van de protestacties en de deelbaarheid van het materiaal wat hiermee gepaard gaat is terug te vinden in de online ruimte. De logica van protesteren van Femen, de logic of

bearing witness, is nauw verstrengeld met self mediation en richt zich op alternatieve mediastructuren

wat in Femen’s geval neerkomt op het gebruik van verschillende online platforms en sociale netwerk sites. Femen zoekt met haar protesten de mainstream media, maar dit doet zij via een eerste stap van

(13)

12

Hiernaast is Femen door haar gemediatiseerde karakter een protestgroep die aanspraak maakt op een globaal netwerk. Door in de zelf gecreëerde online ruimte naar de perceptie van Femen te kijken, kan deze perceptie begrepen worden zonder dat deze afhankelijk is van een specifieke lokale context (van bijvoorbeeld een natiestaat), waarbinnen deze perceptie wordt gevormd. Door de interacties naar aanleiding van het beeldmateriaal van Femen te beschouwen kan de perceptie van Femen binnen haar natuurlijke context, de online context, onderzocht worden. Verder is het online beeldmateriaal van Femen te interpreteren als naturally occuring data. Binnen dit online materiaal wordt de perceptie van Femen zonder tussenkomst van een interviewer of een enquête geconstrueerd. De analyse van een dergelijk materiaal geeft de onderzoeker de mogelijkheid de sociale wereld te beschouwen, zonder de noodzaak eerst een impuls aan deze sociale wereld te geven door bijvoorbeeld binnen setting van een interview via vragen een sociale werkelijkheid te creëren.

Beelden van een protestactie van Femen worden in eerste instantie via eigen kanalen verspreid. Het komt echter ook voor dat ander mediakanalen de protestacties van Femen oppikken en in een item verwerken. Omdat vanuit dit onderzoek voornamelijk de interesse ligt in de perceptie van het half ontblote lichaam op de manier waarop Femen dit via haar self mediation inzet als protestrepertoire, is ervoor gekozen om alleen te kijken naar materiaal wat Femen zelf naar voren heeft gebracht. Dit materiaal staat het dichtst bij de protestactie en boodschap zoals Femen het zelf heeft bedoeld. Rapportage via een ander mediakanaal is altijd door een derde actor beïnvloed en staat daarom verder af van de boodschap van Femen. Het concept perceptie zal dan ook in dit onderzoek worden begrepen als een interpretatie van het zelf gemediatiseerde beeldmateriaal van Femen, weergegeven in reacties van de online ruimte die ontstaat naar aanleiding van de zelf gemedieerde beelden. Het zal in dit onderzoek onduidelijk blijven wie precies de personen zijn die een online reactie typen en daarmee hun perceptie van Femen blootgeven. In paragraaf 3.4 wordt hier dieper op ingegaan.

3.2 Dataselectie

De selectie van teksten is in eerste instantie uitgegaan van de vijf verschillende mediakanalen waarop Femen zelf aangeeft actief te zijn. Deze kanalen (Twitter, Facebook, Instagram, Pinterest en YouTube) zijn gekoppeld aan de website van Femen (www.femen.org) en verschaffen tekstuele data en discussies rondom het door Femen zelf gemedieerde beeldmateriaal. Het bleek echter snel dat er niet op elk kanaal sprake was van discussies. Op Pinterest en Instagram werd er in lage mate gereageerd op het zelf gemedieerde materiaal. Veel foto’s hadden helemaal geen reacties, of slechts een paar. Van een discussie was eigenlijk geen sprake. Daarnaast bleek met name Pinterest voornamelijk gebruikt te worden om de eigen kledinglijn van Femen te promoten, in plaats van haar acties. Twitter bleek eveneens lastig om te analyseren, omdat daar de reacties in de vorm van ‘tweets’ niet gekoppeld

(14)

13

hoeven te zijn aan een bepaalde foto. Er bestond de mogelijkheid om op hashtag data te verzamelen, maar daarbij zou het niet zeker zijn of een tweet een perceptie was van het half ontblote vrouwenlichaam in een specifieke actie van Femen, of een perceptie in het algemeen van Femen. Daarnaast was het praktisch lastig om deze tekst te verkrijgen. Op Facebook en op YouTube bleken wel uitgebreide discussies te ontstaan onder beeldmateriaal van de acties van Femen, en zijn hierom wel geschikt om mee te nemen in de analyse. Reacties onder het beeldmateriaal op deze kanalen liepen in sommige gevallen op tot essays van bijna 1000 woorden. Het beeldmateriaal van Femen bestaat over het algemeen uit een documentatie van een van hun acties, met een duidelijke, vaak in hoofdletters en dikgedrukte titel. Vaak volgt hieronder een korte toelichting van de actie, de reden tot protest en de ideologie van Femen, waarvan de eerste regels te lezen zijn. Om deze toelichting verder te kunnen lezen moet men eerst doorklikken. Zowel op YouTube als op Facebook is het mogelijk om onder een foto of een video direct te reageren, maar ook om op een reactie van een ander te reageren en daarmee een zogenaamde thread te maken. Deze thread weergeeft een keten aan reacties die een discussielijn vormen, tot wel 300 reacties per discussie.

YouTube en Facebook

Voordat de daadwerkelijke dataverzameling besproken wordt, zal er stilgestaan worden bij de twee digitale platforms YouTube en Facebook. YouTube en Facebook zijn online sociale netwerken, waarop dan ook online sociale interactie plaatsvindt. De technologische structuur van deze twee sites is van invloed op de manier waarop sociale interacties plaatsvinden in de online ruimte. De meeste sociale mediasites bouwen voort op al bestaande sociale netwerken, maar andere sites zijn zo vormgegeven dat men op basis van gedeelde ideeën, interesses en activiteiten met elkaar een connectie kan maken. Verschillende vormen van online sociale netwerken bevatten in verschillende mate discussies. Ook Facebook en YouTube zijn sites die op een verschillende manier ruimte bieden voor online sociale interacties. Facebook is met zijn 1,65 miljard actieve gebruikers de grootste sociale netwerk site van de wereld (The Statistics Portal 2016). YouTube heeft meer dan een miljard actieve gebruikers (YouTube 2016). Facebook is een medium waar een gebruiker met zijn profiel vrienden kan worden met een profiel van een andere gebruiker: men moet deze vriendschap accepteren en vervolgens kan men de online Facebook-activiteiten van elkaar volgen (Valenzuela et al. 2014). Als iemand een foto, post of ander materiaal op Facebook leuk vindt (door op de ‘vind ik leuk-knop’ te klikken), is dit voor bevriende profielen te zien in de zogenaamde Facebook Newsfeed. Men kan via Facebook op verschillende manieren met het beeldmateriaal van Femen in contact te komen. Een mogelijkheid is door zelf interesse in Femen tonen en een groep of pagina van Femen zelf te volgen. Een andere manier waarop men via Facebook met Femen in aanraking kan komen is doordat een bevriend profiel het materiaal van Femen deelt, leuk vindt of becommentarieert, en dit in de Newsfeed

(15)

14

of op de startpagina van Facebook te zien is. De interacties rondom het beeldmateriaal van Femen zullen daarom plaatsvinden in een netwerk van sterkere sociale banden, die ondersteund worden door sociale banden die in de fysieke wereld al bestaan (ibid.: 2094). YouTube kan begrepen worden als een asymmetrisch sociaal netwerk, waar er geen sprake hoeft te zijn van een vriendschap die goedgekeurd is door een ander. Op YouTube kunnen kanalen worden gecreëerd, die vanuit een account gevolgd kunnen worden zonder dat hier instemming voor nodig is. Veel kanalen worden gevolgd op basis van interesses in plaats van op basis van vriendschappen. Omdat het niet noodzakelijk is eerst een vriendschap te erkennen voordat er informatie kan worden bereikt, is het makkelijker om een anoniem profiel te creëren. De interacties op YouTube vinden dan ook in een anoniemere context plaats dan de interacties op Facebook. Men kan met beeldmateriaal van Femen in contact komen op YouTube als het kanaal van Femen gevolgd wordt en dit op de startpagina of via de eigen abonnementen te zien is of aanbevolen wordt. Ook kan een video trending zijn en hiermee boven aan een van de lijsten van aanbevolen video’s komen. Aanbevolen video’s worden voornamelijk gedaan op basis van eerder aangegeven voorkeuren.

Sociale netwerk sites kunnen echter niet gezien worden als statische omgevingen die dicteren hoe een protestvorm zich vormgeeft binnen een desbetreffende site, zoals blijkt uit een vergelijkende analyse van verschillende protestvormen die YouTube als platform gebruiken (Vraga et al. 2014). Ook kan er niet in het algemeen gesteld worden dat verschillende sociale media altijd eenzelfde invloed hebben op de vorm waarop sociale interacties plaatsvindt binnen deze media (Lange 2007). Sociale interacties reflecteren onderliggende karakteristieken van protestvormen en worden ingezet aan de hand van de behoeftes van het protest zelf. De technologische en sociale kenmerken van sociale netwerk sites oefenen invloed uit op de manier waarop protestvormen zich via deze sites organiseren, maar tegelijkertijd is het moeilijk om een definitie te geven van de manier waarop dit gebeurt, omdat per protestvorm de netwerksites anders worden ingezet en worden gevormd naar de behoeftes van het protest zelf (ibid.; Vraga et al. 2014: 137).

Daarnaast moet benoemd worden dat verschillende sociale netwerken met elkaar in contact staan. YouTube en Facebook zijn met elkaar verbonden, bijvoorbeeld als filmpjes van YouTube via Facebook worden gedeeld. Ook worden er foto’s op Facebook gezet die een fragment uit een YouTube filmpje weergeven. Op YouTube kan er via een kanaal doorgelinkt worden aan onder andere de Facebooksite die bij het kanaal hoort. De verbondenheid tussen deze netwerken en het veelvuldig gebruik van Femen van beide netwerken, maakt het niet alleen interessant, maar ook noodzakelijk om binnen onderzoek naar online percepties van Femen naar een combinatie van netwerken te kijken. Dit voorkomt daarbij de zogenaamde one-medium bias waarbij in onderzoek slechts naar één platform wordt gekeken, met het risico belangrijke aspecten over het hoofd te zien zoals de connecties tussen

(16)

15

verschillende actoren en vormen van technologie die gebruikt worden, en de invloed hiervan op verschillende praktijken van protest (Matoni & Treré 2014: 255).

Uiteindelijk is ervoor gekozen om tien van discussiethreads te analyseren, die rondom het beeldmateriaal van Femen via YouTube en Facebook zijn verkregen. De selectie van de data is ‘random’ gebeurd. Op Facebook werd gezocht op de hashtag #Femen. Vrijwel al het zelf gemedieerde beeldmateriaal wat Femen via Facebook presenteert, wordt vergezeld door een inhoudelijke beschrijving met de hashtag #Femen. Zoeken naar deze hashtag leverde direct een verzameling van beeldmateriaal van de acties van Femen op. Dit beeldmateriaal was echter niet geordend op een bepaald criteria. Om de dataverzameling niet te beperken naar bijvoorbeeld een smalle tijdspan of een specifieke categorie van populariteit, zijn er vijf beelden met bijgaande discussiethreads random geselecteerd uit de eerste honderd zoekresultaten. Op deze manier is getracht een wat breder beeld van de perceptie van verschillende materialen en acties mee te nemen in de analyse.

Het YouTube materiaal is verkregen via het kanaal van de Femen activiste Anna Hutsol. Het kanaal van Hutsol wordt beschreven als het officiële kanaal van ‘the international women's movement FEMEN’ (Femen Official Blog 2016). De officiële website van Femen is hier dan ook aan gekoppeld. Er waren via dit kanaal in totaal 87 video’s van acties van Femen te vinden. Deze video’s werden gecategoriseerd weergegeven, geordend op datum van uploaden. De eerste video werd geüpload op 28 januari 2014, de meest recente video op 24 januari 2016. Uit het totaal van deze video’s is eveneens een random selectie van 5 gemaakt. Naast het random selecteren, zijn bij het selecteren van de discussiethreads van zowel YouTube als Facebook zijn nog drie andere selectiecriteria gebruikt: 1. Het materiaal is zelf gemedieerd. Dat wil zeggen dat het materiaal door Femen zelf online is gezet, via een van hun eigen kanalen. Daarnaast vertoont het materiaal een ‘pure’ vorm van een protest van Femen: dat wil zeggen dat er niet een bewerkt item met bijvoorbeeld een voice-over mag zijn van een ander medium (bv. een nieuwszender). Als dit wel het geval is, wordt er in de reacties niet alleen op de actie van Femen in gegaan, maar ook op de ‘normatieve’ oordelen die door de voice-over worden meegedeeld. Daarnaast levert bewerkt materiaal altijd een specifieke interpretatie van het oorspronkelijke materiaal. In dit onderzoek ligt de interesse in de perceptie van het half ontblote lichaam op de manier waarop Femen dit inzet als protestrepertoire, en is er daarom voor gekozen alleen te kijken naar materiaal wat Femen zelf naar voren heeft gebracht. Dit materiaal staat het dichtst bij de protestactie en boodschap zoals Femen het zelf heeft bedoeld. Dit onderzoek zal dus lang niet al het beeldmateriaal wat van Femen beschikbaar is meenemen in de beschouwing. Het zou voor vervolgonderzoek interessant zijn om te kijken of er een systematisch verschil bestaat tussen de perceptie van een ‘pure’, zelf gemediatiseerde vorm van protest, of een bewerkt item waar het protest in is verwerkt waar er bijvoorbeeld met een voice-over wordt gewerkt.

(17)

16

2. Het moet een afbeelding zijn waarin het lichaam bewust een rol speelt in de verbeelding van het protest. Er zijn bijvoorbeeld ook verjaardag foto’s online gezet. Dit soort beelden zijn buiten beschouwing gelaten.

3. Er moeten meer dan 10 reacties zijn (inclusief reacties op reacties) die mee te nemen zijn in de analyse. Anders is er geen mogelijkheid tot het analyseren van perceptie omdat er te weinig interactie en discussie plaatsvindt. Een bijkomstige moeilijkheid is dat Femen als transnationaal protestnetwerk ook in verschillende talen opereert. Omdat ik als onderzoeker niet de mogelijkheid had alle talen te begrijpen, moest er noodzakelijkerwijs onderzoeksmateriaal buiten beschouwing worden gelaten. De perceptie die geanalyseerd is, bestaat uit Nederlands- en Engelstalige reacties. Op deze beperking wordt in paragraaf 3.3 verder ingegaan.

Uiteraard is het interessant en waardevol voor onderzoek naar gemediatiseerd protest om ook te kijken naar beeldmateriaal waarbij geen discussie plaatsvindt. Waarom levert de ene foto veel interactie, reactie en commentaar op, maar de andere foto niet? Hoe wordt het lichaam gepercipieerd in foto’s waar niet onder gereageerd wordt? Met het gebruik van deze methode is het echter niet mogelijk om te analyseren hoe er in zo’n geval perceptie plaatsvindt. Er wordt niet gereageerd, en daarom is het niet mogelijk om te analyseren wat de perceptie is van een dergelijke foto.

De uiteindelijke verzamelde discussiethreads zijn redelijk divers en leverden tussen de 10 en de 60 codes op per document (zie bijlage 7.2). Eén document (P7) springt uit de analyse, omdat deze discussie met 276 reacties 214 codes opleverde. De omvang van dit document zal vergeleken met de andere documenten in grotere mate de uitkomsten van de analyse bepalen.

3.3 Beperkingen van de data

De dataselectie is via sociale media gedaan en dit heeft een aantal tekortkomingen. Ten eerste is het onduidelijk of sociale media filters hanteert. De dataselectie is gemaakt vanuit de data die gedurende het veldwerk van dit onderzoek beschikbaar was op internet, maar berichten, video’s en foto’s worden zo nu en dan door deze sociale media kanalen verwijderd. Op de nieuwssite van Femen is bijvoorbeeld aangegeven dat de facebookpagina van Femen Spanje vier dagen geblokkeerd is geweest (Femen Official Blog 2016). Er zijn geen aanwijzingen dat dit geval invloed heeft gehad op de dataverzameling van dit onderzoek. Het is desondanks mogelijk dat er gedurende de dataverzameling bepaald beeldmateriaal van Femen werden geblokkeerd, en het daarom niet mogelijk is geweest om deze eventueel geblokkeerde data mee te nemen in het onderzoek.

Ten tweede belicht de toespitsing van de dataverzameling op sociale media slechts een specifiek gedeelte van de sociale werkelijkheid. De keuze voor een online dataverzameling is logisch, gezien in het onlinegebied een groot gedeelte van de uitwerking van het protest plaatsvindt, en daarmee samengaand een groot gedeelte van het bereik en een groot gedeelte van de perceptie.

(18)

17

Uitspraken die worden gedaan op basis van deze data moeten echter gezien worden als een gedeelte van de sociale werkelijkheid waarin Femen zich onder andere begeeft. De onlinearena is geen afspiegeling van de fysieke sociale wereld, maar moet gezien worden als een verlengstuk hiervan waartussen wederzijdse invloed wordt uitgeoefend. Ook binnen de onlinewereld bestrijkt dit onderzoek slechts een klein gedeelte. In de analyse is data van maar twee sociale mediakanalen meegenomen, waarvan op elk kanaal weer verschillende omgangsvormen en woordkeuzes gebruikelijk zijn. De online perceptie die in dit onderzoek is gemeten is daarom slechts een afspiegeling van een klein gedeelte van de onlinewereld.

Als laatste is het bij deze vorm van analyse slechts mogelijk om de data te analyseren die visueel als reactie kenbaar is via de kanalen van Femen. De perceptie van Femen wordt nu afgeleid vanuit de reacties die onder het beeldmateriaal zijn geplaatst. Er vindt uiteraard ook perceptie plaats die niet via een reactie onder het beeldmateriaal tot uiting wordt gebracht. Mensen die geconfronteerd worden met foto of videomateriaal van de acties van Femen vormen een perceptie, maar hoeven er niet altijd voor te kiezen om deze perceptie in een vorm van een reactie bloot te stellen. Het is mogelijk dat een specifieke groepen mensen met een specifieke perceptie vaker reageren en dat andere groepen dit minder snel doen. In de data komen veel extreme reacties voor, zowel positief als negatief. De neutrale positie is minder vertegenwoordigd en dit doet vermoeden dat mensen alleen hun reactie willen uiten als zij of heel positief of heel negatief tegenover het actierepertoire van Femen staan. Gezien de vormgeving van YouTube en Facebook, is de kans groot dat men met het beeldmateriaal van Femen in aanraking komt doordat hierin eerder al interesse is getoond, hetzij door een zeer positieve of negatieve eerdere associatie met Femen. Ook reageren sommige accounts meerdere keren en is het mogelijk dat dezelfde personen via verschillende accounts meerdere reacties plaatsten. De doelgroep die het beeldmateriaal van Femen becommentarieerd is in dit onderzoek onbekend. Ook de keuzes wanneer en waarom iemand een reactie publiekelijk op internet zet is onbekend. Dit is een serieuze beperking van het onderzoek en er kunnen daarom geen algemene uitspraken gedaan worden over perceptie van Femen aan de hand van de analyse zoals deze hier is uitgevoerd. Daarnaast vindt de perceptie van Femen op een veel breder vlak plaats dan alleen het gedeelte wat online te bezien is. Ook bijvoorbeeld tijdens de fysieke protestacties vindt perceptie plaats, en dit is niet te analyseren gezien er alleen naar het virtuele discours is gekeken. Desondanks biedt de mate van perceptie die inzichtelijk is voor dit onderzoek vanuit een afgebakend gebied veel interessante invalshoeken en is het mogelijk om een voorzichtige duiding te geven aan de vragen die onder andere uit veel theoretische discussies omtrent dit onderwerp zijn ontstaan.

(19)

18

3.4 Interpretatie en verwerking van de data: de context van een online ruimte

De interpretatie van de data is om een aantal redenen lastig verlopen. Ten eerste moet er bij interpretatie van online materiaal stil worden gestaan bij de verschillende digitale culturen van sociale media. Verschillende sociale mediakanalen brengen verschillende gedragsnormen en daarmee ook woordgebruik met zich mee. Woorden kunnen binnen de ene sociale context een andere betekenis hebben dan in de andere sociale context, en dit geldt ook voor online sociale contexten. Berichten op sociale mediasites worden vaak geschreven voor een doelgroep waarvan de schrijver denkt dat deze het zal lezen (Boyd 2014: 34). Als vervolgens iemand uit een andere doelgroep het geschrevenen interpreteert, kan er verwarring ontstaan omdat de interpretatie wordt gedaan zonder dat de sociale context wordt begrepen zoals deze door de schrijver bedoeld is. Deze context collapse, het samenkomen van een oneindigheid aan mogelijke contexten waarbinnen een video of een foto kan worden geïnterpreteerd plaatst het interpreteren van een reactie op online beeldmateriaal in een moeilijke positie. Eén van de kenmerken voor het juist interpreteren van een tekstuele interactie is dan ook de identiteit van het publiek waar een tekstuele interactie aan wordt geadresseerd (Hine 2000). In dit onderzoek is echter in lage mate mogelijk geweest om de identiteit van het publiek te achterhalen, omdat de online ruimte een relatief anonieme context is. Hierdoor is het ook lastig om interpretaties van reacties te verifiëren bij de mensen die deze reacties hebben geplaatst. Er zijn echter nog andere kenmerken die meespelen in het vormen van juiste interpretaties van online tekstuele interacties: de context van de discussie, de interactie binnen de online groep en de capaciteit van de technologie (al besproken in 3.2) (Hine 2000). Deze kenmerken zijn in dit onderzoek wel gewaarborgd en zullen kort benoemd worden.

In dit constructivistische onderzoek naar betekenisgeving wordt ervan uit gegaan dat interactie een intersubjectieve realiteit creëert, mede gevormd door bepaalde regels en structuren. Deze regels en structuren zijn afhankelijk van de specifieke context waarbinnen de interactie plaatsvindt, in dit geval de online sociale netwerken YouTube en Facebook. Zoals eerder beargumenteerd hebben deze kanalen inderdaad een vormende werking op sociale interactie, maar is het gebruik van een specifiek kanaal niet een voorspeller voor de manier waarop sociale interacties hier plaatsvinden. Dit blijft afhankelijk van de vorm van protest en de manier waarop deze protestvorm gebruik maakt van het desbetreffende kanaal. De manier waarop Femen in dit onderzoek gebruik maakt van haar kanalen biedt daarmee de eerste context waarbinnen de hierop volgende sociale interacties zullen plaatsvinden. Een foto (Facebook) of een video (YouTube) wordt in eerste instantie door Femen online gezet, en vanaf dit moment wordt er een specifieke online ruimte gecreëerd waarbinnen sociale interactie kan volgen. De beschrijving die Femen geeft bij het beeldmateriaal wat zij online zet schept hiermee context voor interactie en betekenisgeving. Deze context wordt samengaand met de desbetreffende kanalen vormgegeven, waarbij bekendheid met deze kanalen de mogelijkheid vergroot de interacties

(20)

19

hierbinnen juist te interpreteren (ibid.: 54). Het gebruik en de interpretatie is per kanaal natuurlijk afhankelijk van individuele gebruikers en individuele interpretaties zullen hierdoor nooit perfect begrepen worden. Het persoonlijke begrip van deze online sociale netwerken brengt de onderzoeker echter dichterbij de ervaring, en daarmee dichter bij een juiste interpretatie van de interacties die binnen een dergelijk netwerk kunnen ontstaan (ibid.). De interacties die op het beeldmateriaal van Femen volgen zullen in het licht van de door Femen zelf geschepte context worden becommentarieerd, en daarbinnen ook door de onderzoeker worden geïnterpreteerd. In de selectie van data is bewust gekozen voor materiaal wat veel interactie opleverde. Data waar weinig tot geen discussie ontstond is, zoals beschreven in paragraaf 3.2, buiten beschouwing gelaten. Doordat men in de online ruimte via tekstuele interacties betekenis geeft aan Femen, wordt er intersubjectieve realiteit gecreëerd. De

intertekstuele context, gevormd door de tekstuele interacties zelf, is leidend bij de interpretatie en

duidt de constructie van realiteit aan de hand van deze tekstuele interacties (Hine 2000: 52).

Als laatste moet benoemd worden dat de perceptie van Femen als transnationale protestbeweging in verschillende talen gebeurt. Voor mij was het mogelijk om de Engels- en Nederlandstalige reacties te begrijpen. Veel Italiaanse, Russische, Oekraïense, Duitse en Franse reacties kon ik niet helder vertalen en moesten daarom buiten beschouwing worden gelaten. De reacties die in beschouwing zijn genomen waren verder niet altijd even eenduidig te begrijpen. Soms was men zich het Engels niet helemaal machtig, of werden er typfouten gemaakt. Wat betreft het woordgebruik was het mogelijk het jargon wat ik niet kende aan de hand van de website Urban Dictionary (2016) te duiden. Toch is het onoverkomelijk dat ik als onderzoeker, ondanks het begrip van de capaciteit van de technologie, de context gegeven door Femen en de intertekstuele context, reacties verkeerd heb gelezen, geïnterpreteerd of begrepen. Uiteindelijk is er een lijst gevormd van reacties die ik zelf niet begreep of erg moeilijk vond om te duiden. Deze lijst is tijdens de analyse meerdere keren doorgenomen met een medestudent, om te proberen gezamenlijk tot een juistere interpretatie van het materiaal te komen. In vervolgonderzoek zou een mogelijke oplossing voor dit probleem zijn om te proberen te trianguleren en de geïnterpreteerde reacties voor te leggen aan de personen die deze reacties hebben gegeven. Dit was in dit onderzoek helaas niet meer mogelijk.

De data is met behulp van het kwalitatieve analyseprogramma ATLAS.ti geanalyseerd. De data is de eerste ronde open gecodeerd. Na deze eerste ronde is van deze open codes een eerste categorisatie gevormd, waarna het materiaal nog een aantal keer is gehercodeerd en desgewenst waar nodig geacht opnieuw gecategoriseerd. Het proces van coderen en categoriseren heeft bewust in een wisselwerking plaatsgevonden, zodat het onder andere mogelijk was om de open codes binnen de intertekstuele context te kunnen blijven interpreteren. Uiteindelijk is er aan de hand van code families een overkoepelende categorisatie gevormd om het onderzoeksmateriaal zo goed mogelijk te weergeven. In bijlage 7.2 is te zien welke code families hebben geleid tot het vormen van de

(21)

20

verschillende hoofdstukken. In het volgende gedeelte zullen de bevindingen aan de hand van de data besproken worden.

3.5 Kwalitatief onderzoek en de rol van de onderzoeker

Om dit kwalitatieve onderzoek op een zo betrouwbaar mogelijk manier uit te voeren zal de fase van dataverzameling en de fase van coderen, evenals de keuzes die hierin zijn gemaakt, zo duidelijk mogelijk beschreven worden. Naast de beschrijvingen van deze keuzes in dit hoofdstuk, heb ik als onderzoeker ook een dagboek ‘notities dataverzameling’ bijgehouden waar alle verschillende overwegingen en keuzes die ik heb gemaakt in beschreven staan. Aan de hand van deze beschrijving zal het proces van het onderzoek inzichtelijker zijn en is het mogelijk na te gaan op basis waarvan verschillende keuze zijn gemaakt. Ook bestaat zo de mogelijkheid het onderzoek later, eventueel door een andere onderzoeker, te begrijpen en te herinterpreteren naar een nieuwe context van een nieuw onderzoek. Om de controleerbaarheid van het onderzoek te vergroten is (een deel van de) gebruikte data en de kenmerken daarvan als bijlage weergegeven (zie bijlage 7.1, 7.2 & 7.4).

In dit onderzoek streef ik er tevens naar om mij zoveel mogelijk bewust te zijn van mijn eigen positie, voornamelijk mijn identiteit als vrouw. Dit zal in de context van de interpretatie van Femen en haar strijd om vrouwenrechten van belang zal zijn. Ik zal ernaar streven zoveel mogelijk waardevrij te kijken naar het onderzoeksmateriaal en op een neutrale manier een categorisering proberen te maken en de hoofdvraag proberen te beantwoorden. Desalniettemin is het onmogelijk om het eigen referentiekader helemaal buiten het onderzoek te houden. Om de invloed hiervan op het onderzoek zoveel mogelijk te beperken en inzichtelijk te maken, heb ik gedurende het proces van dataverzameling en analyse zoveel mogelijk gereflecteerd op mijn eigen rol als onderzoeker en mijn keuzes voorzien van argumentatie. Dit is eveneens vastgelegd in het dagboek ‘notities dataverzameling’.

De positie van de onderzoeker wordt binnen dit onderzoek vergemakkelijkt door het gebruik van naturally occuring data (zie 3.1). De onderzoeker kan binnen deze analyse geen invloed uitoefenen op de geconstrueerde sociale werkelijkheid. Hier hoeft dan ook in mindere mate op gereflecteerd te worden gedurende het interpretatieproces van de data.

3.6 Een illustratie van de data

Alvorens over te gaan naar de analyse zal eerst een korte beschrijving worden gegeven van de inhoud van het beeldmateriaal wat is geanalyseerd. Het volledige gemediatiseerde materiaal is te vinden in bijlage 7.4. Het materiaal wat daadwerkelijk is geanalyseerd, de reacties die onder het desbetreffende beeldmateriaal waren te vinden, zijn niet opgenomen in de bijlage.

Het eerste beeld (P2) is een foto van een demonstratie voor homorechten. De aanleiding van het posten van deze foto op de Facebookpagina van Femen internationaal, is het veroordelen van Christine

(22)

21

Boutin (voormalig leider van de Christen Democratenpartij in Frankrijk) tot een boete van 5.000 euro omdat zij homoseksualiteit een abomination had genoemd. Het tweede beeld (P3) is een foto van een vrouw van Femen die zichzelf via haar armen en nek aan een touw gebonden aan een brug heeft ‘opgehangen’. Ze draagt slechts een onderbroek en een bloemenkrans. Over haar borst heen zijn drie horizontale strepen geverfd - van boven naar beneden groen wit rood. De actie is gedaan om de Iraanse president Rohani, “executioner of freedom”, te ‘verwelkomen’ op zijn staatsbezoek in Frankrijk. Op het derde beeld (P4), een foto, is een half ontblote vrouw te zien, met de tekst god is a

woman over haar borst heen geschreven. Ze houdt de baby Jezus van de kerststal bij het Vaticaan

omhoog. Op de achtergrond zie je de Jozef figuur van de kerststal. Haar mond is wijd geopend in een schreeuw. Femen benoemt deze demonstratie zelf als een pro-choice demonstratie: ze strijden tegen de wil van de kerk om de vruchtbaarheid van vrouwen te willen controleren. Het vierde beeld (P5) is een foto van een half ontblote vrouw die op een trap zit. Ze heeft wind in haar haren waardoor haar gezicht niet helemaal te zien is. Ze draagt een donker kleed over haar benen. Er is geen conflict aanwezig in de foto, de foto ziet er geposeerd uit. Op de achtergrond zijn een paar gebouwen te zien en een avondlucht. De foto wordt simpel beschreven: “FEMEN in the City, witch for patriarchy, #FEMEN #witch #Iana”. Het vijfde beeld (P7) is een video van een kerkdienst. Een half ontblote vrouw rent tijdens de dienst het podium op, ze klimt op het altaar en gaat in een pose staan waarbij ze haar armen boven zicht uitstrekt met haar benen stevig gespreid op het altaar. Ze schreeuwt, maar het is niet goed te horen wat precies. Er komt direct achter haar aan een man gerend die haar geagiteerd op de benen tikt om van het altaar af te komen, er komen meer mannen aangerend, en dan draait de camera weg naar het plafond van de kerk. Femen beschrijft deze actie zelf als een protest tegen de propaganda van het Vaticaan om abortus te criminaliseren. Het zesde beeld (P8) is eveneens een video. President Hollande loopt met een heleboel andere mannen in pak over een straat. Twee half ontblote vrouwen proberen naar hem toe te rennen, terwijl ze herhaaldelijk 'free Femen' schreeuwen. Ze worden echter al snel door meerdere mannen in pak tegengehouden en op de grond geduwd. Ze blijven 'free Femen' roepen, en ook andere Franstalige zinnen. Ze worden door de mannen omhoog getrokken en tegen een hek aangeduwd. Ze worden gehandboeid. Een shot later zie je dat één van de vrouwen bedekt is met een doek. De vrouwen worden afgevoerd terwijl ze Frans en Engels schreeuwen: 'free Marguerite, free Amina'. Uiteindelijk zijn de vrouwen stil en lopen ze met gerechte rug, geboeid, richting een gebouw waar ze worden meegenomen naar binnen. Femen beschrijft deze protestactie als een roep om andere vrouwen van Femen, die in Tunesië gevangen zijn genomen, vrij te laten. Het zevende beeld (P9) is een video van Josephine van Femen. Ze is half ontbloot en draagt een bloemenkrans. Het is nacht en de setting is naast een rivier, in het gras. Video-edit: Josephine draagt nu een jas. Ze leest eerst een sms-berichtje voor, en daarna een statement vanaf een papieren rol. Na het voorlezen springt ze nog een keer halfnaakt door het beeld, met een bloemenkrans met slierten op haar hoofd en de papieren rol

(23)

22

in haar handen. Hierna volgen een paar beelden met wit op zwarte tekst. Hieruit blijkt dat Josephine is aangeklaagd naar aanleiding van een eerdere protestactie en dat zij binnenkort voor de rechter moet verschijnen. Het achtste beeld is wederom een Facebookfoto (P10). Op de foto is een vrouw te zien met ontbloot bovenlichaam, die door een agent met beide handen achter de rug wordt vastgehouden. Op haar lichaam staat in zwarte verf de tekst 'fuck your morals' geschreven. De vrouw heeft een gepijnigde uitdrukking op haar gezicht, terwijl de politieagent serieus kijkt. Op de achtergrond zijn veel mensen aanwezig, er is een demonstratie gaande, maar het lijkt niet alsof deze demonstranten erg bezig zijn met wat er op de voorgrond van de foto gebeurt. Femen verstoorde hier de ‘Walk for Life’ demonstratie, een demonstratie tegen de legalisering van abortus. Het negende beeld (P11) is een video van twee vrouwen van Femen, half ontbloot, schreeuwend en met de tekst ‘Ban Erdogan’ over hun borst geschilderd een stembureau inrennen waar Erdogan op dat moment van plan is om te gaan stemmen. Er is veel geschreeuw en geduw, mensen die de vrouwen willen grijpen, en journalisten die proberen beelden te schieten. Uiteindelijk wordt de deur van de kamer waar dit in gebeurt gesloten, en daarmee stopt de video. Femen beschrijft deze actie als wraak voor de tirannie, dictatuur, censuur en de regels van de geheime politie onder het regime van de Turkse president Erdogan. Het laatste beeld (P12) is een video waarin drie vrouwen naar de auto van de Tunesische premier rennen. Ze zijn half ontbloot, schreeuwen en hebben verschillende teksten op hun borst geschreven. Twee klimmen op de auto, waarvan één al snel van de auto wordt getrokken. Steeds meer beveiligers komen aanlopen, pakken de vrouwen vast, en de auto rijdt weg. Zodra de auto weg is worden de vrouwen losgelaten en kunnen ze wegrennen. Deze protestactie is wederom gericht op het vrijlaten van andere vrouwen van Femen die in Tunesië gevangen zijn genomen.

(24)

23

4. De perceptie van het half ontblote vrouwenlichaam binnen de protesten van Femen

Het half ontblote vrouwenlichaam en de manier waarop dit gebruikte protestrepertoire overkomt, is in de online ruimte te categoriseren in drie vormen van reacties. Wat ten eerste opvalt is dat het beeldmateriaal van Femen veel inhoudelijke discussies doet oplaaien. De acties van Femen genereren daarmee aandacht voor de onderliggende problematiek die zij door middel van hun protesten willen aankaarten. Bij dit soort reacties wordt er echt alleen ingegaan op de onderliggende boodschap en de inhoud die Femen wilt overbrengen. Er vindt bij dit soort reacties weinig tot geen openlijke perceptie van het protestrepertoire van Femen plaats. Toch was deze categorie opvallend, zeker in het licht van de kritische theorie van Femen die eerder besproken is. Deze vormen van reacties zullen in paragraaf 4.1 worden besproken.

De tweede categorie van perceptie is direct gericht op Femen en haar protestrepertoire. Deze reacties zijn zeer uiteenlopend positief of negatief. Sommige reacties zijn direct gericht op het lichaam en gaan direct in op bijvoorbeeld de naaktheid van de vrouwen of hun borsten, terwijl andere reacties ingaan op het concept van Femen als protestgroep in het algemeen. Ook worden reacties gegeven op het subversieve karakter van het lichaam en de context die hiervoor van belang is. In paragraaf 4.2 t/m paragraaf 4.7 zal uitgebreid stil worden gestaan bij de manier waarop het lichaam en de protestacties van Femen worden gepercipieerd. Verschillende vormen van perceptie laten zien dat er een ambivalente link heerst tussen de perceptie van het protestrepertoire en de perceptie van de inhoudelijke kant van het protest. De link tussen deze twee kanten van het protest zal ook in beschouwing worden genomen.

De laatste categorie van reacties behelst reacties die gericht zijn op andere gebruikers en puur persoonlijk zijn bedoeld. Als er sprake is van een discussie ontstaat er meer dan eens een meningsverschil waarbij mensen de neiging hebben om op elkaar te gaan schelden. Deze vormen van reacties zijn niet relevant voor het beantwoorden van de onderzoeksvraag en worden in dit onderzoek verder buiten beschouwing gelaten.

4.1 De inhoudelijke dimensie: het aanzwengelen van de discussie

De perceptie van Femen’s acties blijkt in grote mate inhoudelijk te zijn. De acties van Femen blijken aandacht te genereren voor de onderliggende problematiek die zij door middel van hun protesten willen aankaarten. Kritiek op Femen suggereert dat het gebruik van naaktheid binnen protest puur doelmatig wordt ingezet als publiciteitsstunt en daarmee afleidt van de onderliggende boodschap (O’Keefe 2014). Vanuit de data blijkt dat de stelling dat Femen’s acties slechts afleiden van de onderliggende boodschap genuanceerd moet worden. Het blijkt namelijk dat de onderliggende boodschap in veel gevallen wel aandacht krijgt. Sommige inhoudelijke discussies zijn zeer uitgebreid en vaak wordt de discussie gevoerd tussen meerdere accounts. Een diversiteit aan onderwerpen

(25)

24

worden bediscussieerd: abortus, zelfbeschikking over het lichaam, de rechten en verantwoordelijkheden van de vrouw, autonomie van de vrouw, religie en de positie van de vrouw hierin, het wel of niet bestaan van een rape culture, politiek en feminisme, kapitalisme en patriarchie, de definitie van pornografie, wie het recht heeft om de definitie van pornografie te geven, vrijheid van meningsuiting, homorechten, homofobie en nog veel meer. De discussies zijn in een aantal gevallen zeer uitgebreid, zoals te zien is in het volgende gedeelte van een selectie van een discussie die plaatsvindt naar aanleiding van een Facebookfoto van een protestactie (P10) van Femen tegen de ‘Walk for Life’ in San Francisco. Deze ‘Walk for Life’ demonstratie, een demonstratie tegen de legalisering van abortus, werd door de halfnaakte protesten van Femen verstoord. Onder het gemediatiseerde materiaal van deze actie van Femen vond de volgende discussie over zelfbeschikking van het lichaam plaats.

[…] Monique: Yes, a woman's body DOES belong to her. In all circumstances.

David: Well then that would be a right that women would have that men do not. No one owns their own body. If you own your body then you can sell it. You do not own your body. If you go in for a haircut, then the hair dresser would have to give you all of your hair that is cut off back. Or get you to sign over ownership of it. Doctors would have to give you back removed tissue, that includes blood samples, and removed limbs. Euthanasia, slavery, and prostitution would all be legal globally if you owned your own body. You would also be able to sell your organs, which you can't legally do. A human cannot be legally owned, and that includes being owned by themselves.

Dennis: I disagree, and I feel like the word ownership is the hangup here. It's true that you can’t own another person, but you can own possessions, and you definitely possess a sense of self, so you do own the rights to yourself. Meaning that you are in charge of what you consent to do, no one can consent for you unless you are unable to do so yourself. […] (P10).

Het blijkt, gezien het ontstaan van uitgebreide inhoudelijke discussies, dat de vorm van protest die Femen gebruikt, de naaktheid hierin en haar symbolische provocaties niet per definitie afleiden van de onderliggende boodschap. Vanuit dit materiaal is dan ook te stellen dat deze veelgehoorde kritiek op de protestvorm van Femen zeker niet voor alle gevallen op gaat. Het is echter niet altijd zo dat Femen’s acties een inhoudelijke discussie aanzwengelen. Er zijn ook een aantal gevallen waarbij de inhoudelijke discussie minder op gang kwam, of zelfs helemaal ontbrak. Het is moeilijk om aan de hand van dit materiaal te duiden waarom er in sommige gevallen wel, en waarom er in sommige gevallen geen inhoudelijke discussies werden aangezwengeld. De discussie ontbreekt zowel bij beelden waar conflict in te zien is, als beelden waarop dit juist niet te zien is (zie bijlage 7.3). Ook is het ontstaan van een inhoudelijke discussie niet terug te relateren aan het onderwerp wat door Femen wordt aangekaart met het desbetreffende beeld, of het aantal reacties wat te vinden is onder een beeld.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bovendien kan een toevertrouwd belang volgens de memorie van toelichting niet alleen zijn gelegen in rechtstreeks uit de wet verkregen taken, maar even- eens in

1 tracht door een analyse van de centrale categorie van de sociologie, namelijk het positionele handelen, vast te stellen wat de oorzaken ' van het conflict zijn en in welke

Na overleg met de beleidsarcheologe van het Agentschap R-O Vlaanderen – Onroerend Erfgoed werd besloten om de zone met relatief goed bewaarde podzolbodem net ten zuiden van de

Percentage of low, low-intermediate, high-intermediate and high risk endometrial cancer patients treated according to adjuvant therapy guidelines per oncologic region

Naast het bestaande pedagogisch spreekuur van Kind en Gezin en het huidige aanbod van de opvoedingswinkel zouden medewerkers van het spel- en ontmoetingsinitiatief (en/of

Veel van dit materiaal is heden ten dage voor de bouw in- teressant; tras, gemalen tuf is zeer geschikt als specie voor waterdicht metselwerk.. Bims, puimsteenkorrels tot

A microgrid is an electric power system consisting of distributed energy resources (DER), which may include control systems, distributed generation (DG) and/or distributed

In de nieuwe constellatie was kortom de persoonlijke normatieve motivatie dominant en werd deze ondersteund door de economische motivatie (de angst voor meer boetes).. Ook wat