Aan : VWS Bijlage 7 Van : ir. T.W. Bouw
Datum : 2 september 2008 Volgnr. : 28080802
Betreft : XA 2009 / Toelichting bij normgewichten GGZ 2009
0. Inleiding
VWS heeft het CVZ gevraagd om de normgewichten voor het geneeskundige GGZ model te bepalen door de bestaande normgewichten te schalen met behulp van de
verzekerdenraming 2009 en het macro prestatiebedrag (MPB) 2009. Hierop heeft het CVZ positief geantwoord. Deze notitie geeft een toelichting op de werkzaamheden die het CVZ heeft uitgevoerd om de normgewichten voor het geneeskundige GGZ model 2009 te bepalen.
De specifieke wijzigingen worden besproken in het eerste hoofdstuk. Hoofdstuk 2 gaat in op de gebruikte gegevens en hoofdstuk 3 op de toegepaste methodiek. In hoofdstuk 4 gaat het CVZ in op de resultaten en de controles die zijn uitgevoerd op de bepaling.
1. Wijzigingen t.o.v. 2008
Het geneeskundige GGZ model kent evenals in 2008 de vereveningscriteria: leeftijd/geslacht, aard van het inkomen, sociaal economische status, GGZ-regio criterium, éénpersoonsadres en de FKG psychische aandoeningen. Voor het
geneeskundige GGZ model zijn er een aantal wijzigingen die doorgevoerd gaan worden. Net als bij het curatieve model zal de leeftijdklasse 15-19 en 20-24 jaar herverdeeld gaan worden. De leeftijdklasse zal nu 15-17 jaar en 18-24 jaar worden. Een tweede wijziging is het vervallen van de aard van het inkomen klasse ‘WW, ANW en overige uitkeringen’. De laatste wijziging is het toevoegen van dyslexie. Hiervoor zal geen specifiek vereveningscriterium worden opgenomen, maar de behandeling voor dyslexie zal bij de bepaling volledig worden toegerekend aan de 5-9 jarigen.
2. Gebruikte gegevens
2.1. Normgewichten 2008
De basis voor de normgewichten zijn de normgewichten die vorig jaar berekend zijn. Deze normgewichten zijn opgenomen bijlage 5 van de ministeriële regeling tot wijziging van de Regeling zorgverzekering ter zake van de vereveningsbijdrage voor
zorgverzekeraars in het jaar 2008.
2.2. Verzekerdenaantallen uit de verzekerdenraming 2008
Om de te verdelen bijdrage te bepalen is het noodzakelijk verzekerden aantallen 2008 te gebruiken. Hiervoor gaat het CVZ van de verzekerdenraming 2008 zoals die aan VWS is aangeboden op 12 september 2007 via de brief met kenmerk VZU/27061762.
In deze aantallen is gepoogd een zo’n volledig beeld van de verzekerdenaantallen te ramen. Bijvoorbeeld is toen voor de psychische FKG’s een schatting gebruikt. Deze schatting zullen we nu wederom gebruiken.
Voor de bepaling van de splitsing van de aantallen verzekerden 15-17 en 18-24 zijn er aantallen nodig van de verzekerden op één jaarsleeftijd en geslachtniveau. Deze gegevens zijn niet rechtstreeks beschikbaar, maar zijn wel direct af te leiden uit de bronnen gebruikt voor de ex ante verzekerdenraming 2008.
2.4. Verzekerdenaantallen uit de verzekerdenraming 2009
Om de toedeling op een juiste manier te bepalen is het noodzakelijk verzekerden aantallen 2009 te gebruiken. Hiervoor gaat het CVZ van de verzekerdenraming 2009 zoals die aan VWS is aangeboden op 12 september 2008 via de brief met kenmerk VZU/28078833.
In deze aantallen is gepoogd een zo’n volledig beeld van de verzekerdenaantallen 2009 te ramen.
2.5. Macro prestatiebedrag 2009
Om het MBP goed te kunnen verdelen is het noodzakelijk het totale MPB 2009 ten behoeve van de geneeskundige GGZ te kennen. Om de toekenning voor het toevoegen van dyslexie goed uit te kunnen voeren is het bovendien noodzakelijk om het bedrag dat toegekend is voor dyslexie expliciet te kennen. Dit bedrag is overgenomen uit het MPB 2009.
2.6. Samenloop WW, Anw en overige uitkeringen met loondienst en zelfstandigen Via SAS is op basis van de gegevens die gebruikt zijn voor de ex ante
verzekerdenaantallen 2009 een bestand gecreëerd. Er is gebruik gemaakt van gegevens voor de ex ante 2009, omdat de gegevens gebruikt voor de ex ante 2008 niet op korte termijn beschikbaar waren op het gewenste niveau.
In het bestand is gekeken naar welke klassen een verzekerde ingedeeld is. Hierbij is in eerste instantie niet gecorrigeerd voor samenloop (ingedeeld worden in meerdere klassen). Hierdoor is zichtbaar in welke klasse een verzekerde terecht kan komen, wanneer een klasse wordt afgeschaft.
3. Toegepaste methodiek
3.1. Leeftijd/Geslacht aanpassing
De eerste wijziging die doorgevoerd is, betreft de herverdeling van de leeftijdklasse 15-19 en 20-24 tot de leeftijdklassen 15-17 en 18-24. Uit de verzekerdenaantallen uit 2008 wordt het aantal verzekerden per leeftijdklasse bepaald. Dus het aantal 15, 16 en 17 jarigen, het aantal 18 en 19 jarigen en het aantallen 20-24 jarigen. De aantallen
verzekerden van 15-17 jaar blijven in een zelfstandige klasse. De verzekerden van 18-19 jaar zullen samengevoegd worden met de aantallen van 20-24 jaar. De normbijdrage die de 18-19 jarigen inbrengen is het normgewicht 15-19 jarigen vermenigvuldigd met het aantal verzekerden 18-19 jarigen. De normbijdrage die de 20-24 jarigen inbrengen is het normgewicht 20-24 jarigen vermenigvuldigd met het aantal verzekerden 20-24 jarigen. Door beider inbreng op te tellen is het totale bedrag aan vereveningsbijdrage bekend. Door dit bedrag te delen door het aantal verzekerden 18-24 jarigen wordt het
normbedrag 18-24 bepaald.
Het normbedrag 15-17 jarigen is gelijk aan het normbedrag 15-19 jarigen. Deze berekening wordt afzonderlijk uitgevoerd voor mannen en vrouwen.
Om afrondingsverschillen te voorkomen, wordt bij deze berekening geen afronding toegepast.
3.2. Vervallen Aard van het inkomenklasse WW, ANW en overige uitkeringen Doordat de klasse WW, ANW en overige uitkeringen komt te vervallen heeft dat als gevolg dat verzekerden die in die klasse zijn opgenomen worden verdeeld over de klassen ‘loondienst’, ‘Zelfstandigen’ en ‘overigen’. Om te bepalen waar de verzekerden terecht komen maken we gebruik het samenloopoverzicht, zoals dat uit de
brongegevens voor de ex ante verzekerdenbepaling ZVW 2009 is gegenereerd (zie paragraaf 2.6).
Uit het samenloopoverzicht blijkt een percentage van 6.39% over te lopen naar de aard van het inkomensklasse ‘Zelfstandigen’. Dit percentage is verder niet uitgesplitst naar de verschillende leeftijdsklassen. De rest van de WW, ANW, en overige uitkeringen komt terecht in de aard van het inkomenklasse referentiegroep/overigen. Dit zijn de aantallen verzekerden. De normbijdrage die ‘overgeheveld’ wordt is gelijk aan het normbedrag van de oude WW, ANW en overige uitkeringen klasse vermenigvuldigd met het aantal verzekerden. Dit bedrag wordt opgeteld bij het bedrag wat in de klasse zelfstandige of loondienst al verdeeld werd. Hierdoor ontstaat het totale bedrag dat nu via de klasse zelfstandige of loondienst verdeeld wordt. Door het bedrag te delen door het totaal aantal verzekerden dat in de klasse terecht komt (verzekerden die al in de klasse zaten plus de voormalig WW, ANW en overige uitkeringen) wordt het normbedrag voor de klasse opnieuw bepaald.
Deze rekenstap wordt voor alle leeftijdsklasse van de aard van het inkomen uitgevoerd. Om afrondingsverschillen te voorkomen, wordt bij deze berekening geen afronding toegepast.
3.3. Bepaling dyslexie
Dyslexie wordt dit jaar voor het eerst opgenomen in het GGZ model. De kosten voor deze groep slaan volledig neer bij de 5-9 jarigen, voor mannen en vrouwen. VWS heeft via het MPB een totaal bedrag opgegeven voor dyslexie. Door dit bedrag te delen door het aantal verzekerden in de leeftijdsklasse 5-9 jarigen wordt het bedrag bepaald waarmee het normgewicht opgehoogd gaat worden, voor zowel mannen als vrouwen. De algemene ophoging van de normgewichten zal plaatsvinden op het MPB waarbij het normbedrag voor dyslexie niet opgenomen is. Door vervolgens het extra bedrag, zoals dat in de vorige alinea berekend is, voor dyslexie op te tellen bij het opgehoogde gewicht (voor mannen en vrouwen in de klasse 5-9 jarigen), wordt het nieuwe gewicht voor deze klasse bepaald.
Pas na deze optelling zal de uiteindelijke afronding op twee cijfers na de komma plaatsvinden.
3.4. Schaling naar MPB 2009
Om de normgewichten op te hogen van niveau 2008 naar niveau 2009 bepalen we een factor die gelijk is aan het totaal te verdelen MPB 2009 gedeeld door het ex ante verdeelde normbedrag 2008. Dit laatste bedrag is bepaald door alleen op leeftijd en geslachtsniveau het product te nemen van de normgewichten 2008 en de
verzekerdenaantallen 2008. De (afrondings) verschillen voor de overige vereveningscriteria in 2008 worden hier niet bij betrokken.
Omdat er een speciale verdeling voor dyslexie plaatsvindt zullen we twee factoren berekenen. De eerste factor is exclusief dyslexie en de tweede factor is inclusief dyslexie. De factor exclusie dyslexie wordt gebruikt voor de leeftijd en geslacht gewichten. De factor inclusief dyslexie wordt gebruikt voor de overige gewichten: normgewichten voor aantal personen per adres (PPA), psychische FKG’s, SES, AVI en de GGZ regio-indeling.
Na de vermenigvuldiging van de factor met het oude normgewicht voor leeftijd en geslacht wordt de afronding uitgevoerd. De afronding is op centen. Voor de overige criteria wordt nog niet afgerond. Voor de groep 5-9 jarigen wordt pas afgerond nadat het normgewicht is aangepast voor toevoeging van dyslexie.
3.5. Herschaling overige criteria
De herwogen gewichten vermenigvuldigen met de verzekerden aantallen 2009 leveren voor leeftijd en geslacht precies het MPB op inclusief dyslexie. Echter voor de overige vereveningscriteria (PPA, FKG’s, SES, AVI en regio) komt de schaling niet op nul uit. Dit
wordt veroorzaakt door de afwijking in de aantallen verzekerden per criterium 2008 tov 2009. Door het te veel of te weinig verdeelde bedrag te delen door het totaal aantal verzekerden wordt er een bedrag per verzekerde bepaald. Hiermee worden de gewichten aangepast. Dit bedrag per verzekerde wordt per vereveningcriterium (PPA, FKG’s, SES, AVI en regio) berekend, en is per vereveningscriterium verschillend. Door het bedrag per verzekerde per vereveningskenmerk op te tellen bij het gewogen bedrag wat in de vorige paragraaf berekend is, wordt een nieuw normgewicht per klasse bepaald. Wanneer dit bedrag vermenigvuldigd wordt met het aantal verzekerden in de klasse en per criterium wordt geëvalueerd, dan komt er nul uit. Echter moeten de normbedragen nog afgerond worden op centen. Hierdoor ontstaat bij deze laatste berekening een afrondingsverschil.
4. Resultaten en controle
4.1. Resultaten
De normgewichten zijn aangepast. Door de vermenigvuldiging uit te voeren van de normgewichten met de verzekerdenaantallen per vereveningscriterium wordt het
verdeelde bedrag berekend. Dit bedrag komt op leeftijd en geslacht niveau overeen met het MPB 2009 (op een afrondingsverschil na). De vermenigvuldiging van de overige criteria met de bijbehorende aantallen geeft een resultaat (per criterium) van nul, op een afrondingsverschil na. Hiermee is gevalideerd dat precies het MPB 2009 in de ex ante situatie wordt verdeeld.
In de berekeningen zijn op bepaalde punten met afwijkende gegevens gewerkt. Zo is voor de samenloop gebruik gemaakt van gegevens gebruikt voor de ex ante 2009. Beter zou zijn om hier gegevens tbv 2008 voor te gebruiken. Wegens een tijdsaspect en een beschikbaarheidsaspect is hier niet voor gekozen. De aanname waaronder het geen invloed heeft is dat de verhouding in de samenloop niet essentieel is gewijzigd. In dat geval zijn de gegevens 2009 even goed als de gegevens 2008.
Daarnaast zal voor 2009 het GGZ model wederom voor 100% worden nagecalculeerd. Dus mochten de aannames niet volledig recht doen aan de situatie in 2009, dan zal via de nacalculatie het effect volledig weggenomen worden.
4.2. Controle
Het model is via een Peer Review gecontroleerd. De hieruit voortgekomen bevindingen zijn verwerkt.
Er is gecontroleerd of het MPB 2009 wordt verdeeld via leeftijd en geslacht. Er is gecontroleerd of op een afrondingsverschil na de overige vereveningscriteria opgeteld op nul uit komen.
