• No results found

Het gehalte aan aflatoxine B1 in mengvoeders en grondstoffen in 1985

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het gehalte aan aflatoxine B1 in mengvoeders en grondstoffen in 1985"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Afd. Organische Contaminanten

Rapport 86.

zh

1986-02-03 Pr.nr. 404.0440

Onderwerp: Het gehalte aan aflatoxine B1 in mengvoeders en grondstoffen in 1985

Verzendlijst: direkteur, direktie VKA, Projektbeheer, AID Eygelshoven (dhr Valent/Boswijk), afdeling OCON (4x), sektorhoofd, LAG-Stuurgroep Zuivelverontreiniging (20x), LAG-Werkgroep Mycotoxinen (15x), circulatie

(2)
(3)

Afdeling Organische Contaminanten 1986-02-03

Rapport 86.25 Pr.nr. 404.04!10

Projekt: Inventariserend onderzoek naar het voorkomen van mycotoxinen. Onderwerp: Het gehalte aan aflatoxine B1 in mengvoeders en grondstoffen

in 1985.

Voorgaand verslag: 85.12

Doel:

Een overzicht te geven van de aflatoxine B1 besmetting van rundveevoe-ders, varkensvoerundveevoe-ders, pluimveevoeder en grondstoffen in 1985.

Samenvatting/Conclusie:

Met behulp van de HPLC screeningsmethode werd in acht van de geanaly-seerde monsters rundveevoeder (n

=

253) een gehalte groter dan 0,010 rog/kg aan aflatoxine B1 gemeten, zijnde de norm voor rundveevoeders. Het behulp van de EEG-methode \verd in drie van de acht monsters (ca. 1% van totaal) een gehalte groter dan 0,015 mg/kg vastgesteld zijnde de afkeurgrens op basis van de onzekerheid in de analysemethode. Overschrijding van normen in grondstoffen en andere veevoeders werden niet aangetoond.

De aflatoxine B1 besmetting in de rundveevoeders en grondnotenschroot was in 1985 ten opzichte van 1984 sterk verlaagd. De mediaan voor de aflatoxine B1 besmetting in rundveevoeders lag beneden de 0,002 mg/kg op produkt bij een vochtgehalte van 12% en in het grondnotenschroot beneden de 0,01 mg/kg op produkt.

Verantwoordelijk ir L.G.H.Th. Tuinstra ~

(4)

1. Inleiding

In onderstaand overzicht zijn voor de verschillende mengvoeders de normen vermeld.

Produkt

Enkelvoudige diervoeders

Volledige diervoeders voor runderen, schapen en geiten (met uitzondering van melkvee, kalveren en lammeren)

Volledige diervoeders voor varkens en pluimvee (met uitzondering van jonge dieren)

Andere volledige diervoeders (o.a. mestpluimveevoeders)

Aanvullende diervoeders voor melkvee

Aflatoxine B1

(mg/kg bij, een vochtgehalte van 12%) 0,050

0,050

0,020

0,010

0,010.

Voor grondnotenschroot geldt een norm van 1,0 mg/kg aflatoxine B1 op produkt.

Voor het verkrijgen van een totaal overzicht van de aflatoxine B1 be-smetting van mengvoeders en grondstoffen in 1985, zijn de resultaten van het onderzoek van rundveevoeders, varkensvoeders, pluimveevoeders en grondstoffen getabelleerd.

2. Monstermateriaal:

De monstername \.;rerd verzorgd door de Algemene Inspectiedienst en de Dienst Invoerrechten en Accijnzen in het kader van de controle op de Verordening Vvr Ongewenste Stoffen en Produkten 1975 en het Besluit Vvr Ongewenste Stoffen en Produkten 1975.

Door de Algemene Inspectiedienst \.;rerden voor onderzoek op aflatoxine B1 253 monsters rundveevoeder, 2 monsters varkensvoeder, 2 monsters legpluimveevoeder, 2 monsters grondnotenschroot en 2 monsters kokos aangeboden; door de Dienst Invoerrechten en Accijnzen werden 73 mon-sters grondnotenschroot aangeboden.

(5)

-- 2

-3. Analysemethode (HPLC):

De monsters werden onderzocht zoals beschreven in Intern Analysevoor-schrift A 225. Het gemalen produkt werd geëxtraheerd met chloroform en

het extrakt werd zonder clean-up direkt aan tweedimensionale dunne

-laagchromatografie onderworpen. Aflatoxine n1 '~ordt van de plaat

geëxtraheerd, drooggedampt en opgenomen in methanol. Een vloei stofchro-matografische scheiding lwrdt daarna uitgevoerd met behulp van een

reversed phase kolom, na post-column derivatisering met een

jodiumop-lossing wordt het aflatoxine B1 met een fluorescentiedetektor gemeten.

De recovery van aflatoxine B1 toegevoegd aan rundveevoeders op het

0,040 mg/kg niveau bedraagt gemiddeld 96%, range 76 - 148%). De

variatiecoëfficiënt voor de herhaalbaarheid bedroeg 17% (n=17). De

resultaten van deze methode zijn als een screeningsresultaat te be -schouwen. Bevestigingen van overschrijdingen werden uitgevoerd met de officiele analysemethode (EEG-methode nr. 76/372, Intern

Analyse-voorschrift A 227).

4. Resultaten/discussie:

In tabel 1 zijn de aflatoxine B1 resultaten verkregen met de HPLC

screeningsmethode in rundveevoeders in 1985 samengevat per maand en

over de totale verslagperiode.

Tabel 1. Het aflatoxine B1 gehalte van rundveevoeders in 1985 (mg/kg bij een vochtgehalte van 12%) (HPLC-screeningsmethode)

Naand Hediaan Nax. gehalte Aantal monsters Aantal monsters

(mg/kg~ (mg/kg)

>

0,010 mg/kg (n) Januari <0,002 0,011 1 36 Februari 0,002 0,014 2 31 Haart <0,002 0,008 0 31 April <0,002 0,008 0 26 Hei 0,003 0,008 0 13 Juni 0,005 0,010 0 6 Juli <0,002 0,025 1 12 Augustus 0,003 0,008 0 8 September <0,002 0, 02'• 1 25 Oktober <0,002 0,007 0 26 November <0,002 0,006 0 20 December 0,003 0,029 3 19

(6)

- 3

-In figuur 1 is de frequentieverdeling van de aflatoxine B1 besmetting van rundveevoeders in 1985 grafisch weergegeven. In deze

frequentie-verdeling zijn de gehalten groter dan 0,012 mg/kg (n=6) niet grafisch

weergegeven doordat het aantal per klasse te gering is. De

frequentie-verdeling in klassen is in tabel 2 gegeven.

Tabel 2. Frequentieverdeling aflatoxine B1 in rundveevoeders (n=253) Klasse (aflatoxine B1 i.n mg/kg) < 0,002 0,002 - 0,005 0,006 - 0,010 0,011 - 0,015 < 0,016 Aantal monsters 130 87 28 5 3 Cumulatieve frequentie 130 217 245 250 253 Percentage

(%)

51,8 85,8 96,8 98,8 100

De mediaan van de aflatoxine n1 besmetting van de rundveevoeders in

1985 (minder dan 0,002 mg/kg) is een faktor 2 lager dan in de voor

-gaande verslagperiode (0,005 mg/kg). In een 8-tal monsters werd een gehalte groter dan 0,010 rug/kg aflatoxine 81 aangetoond m.b.v. de

screeningsmethode.

Op basis van de onzekerheid in de analysemethode is er eerst sprake

van een overschrijding van de norm als met de EEG-methode een gehalte groter dan 0,015 mg/kg aflatoxine 81 wordt aangetoond. In 1985 werd

aldus met de EEG-methode in 3 van de 8 monsters, met een screenings-resultaat groter dan 0,010 mg/kg aflatoxine B1, een overschrijding

vastgesteld.

In tabel 3 wordt voor grondnotenschroot een overzicht gegeven van de

mediaan, range en aantal monsters naar herkomst voorzover deze vermeld was bij de aangeboden monsters.

Tabel 3. Overzicht van het aflatoxine B1 gehalte naar herkomst in grondnotenschroot in 1985 (mg/kg op produkt)

Herkomst t-lediaan (mg/kg) Range (mg/kg) Aantal monsters

Argentinie <0,01 <0,01-0,035 45 USA 0,07 <0,01-0,23 10 Senegal <0,01 <0,01-0,050 10 Soedan 0,23 <0,01-0,34 8 Totaal <0,01 <0,01-0,34 73 8625.3

-

4

(7)

--

4

-De aflatoxine B1 besmetting van de geanalyseerde monsters

grondnoten-schroot is t.o.v. de voorgaande jaren sterk afgenomen. In 1983 bedroeg de mediaan 0,4 mg/kg, in 1984 0,3 rog/kg en in 1985 minder dan 0,01 mg/kg.

De aflatoxine B1 besmetting van grondnotenschroot uit Argentinië en Senegal is laag (max. 0,05 mg/kg op produkt).

Uit de gegeven samenstelling op de AID relazen blijkt dat slechts in

ca. 10% van de monsters grondnotenschroot werd verwerkt. De aflatoxine B1 besmetting gemeten in de rundveevoeders zal dan ook veelal door

andere grondstoffen veroorzaakt zjn met name kokos, dat in ca. 50% van de monsters is verwerkt, is een belangrijke aflatoxinebron.

Samenvatting/Conclusie:

Net behulp van de HPLC screeningsmethode werd in acht van de geanaly-seerde monsters rundveevoeder (n

=

253) een gehalte groter dan 0,010 mg/kg aan aflatoxine B1 gemeten, zijnde de norm voor rundveevoeders. Het behulp van de EEG-methode werd in drie van de acht monsters (ca. 1% van totaal) een gehalte groter dan 0,015 mg/kg vastgesteld zijnde

de afkeurgrens op basis van de onzekerheid in de analysemethode.

Overschrijding van normen in grondstoffen en andere veevoeders werden niet aangetoond.

De aflatoxine B1 besmetting in de rundveevoeders en grondnotenschroot

was in 1985 ten opzichte van 1984 sterk verlaagd. De mediaan voor de

aflatoxine B1 besmetting in rundveevoeders lag beneden de 0,002 mg/kg

op produkt bij een vochtgehalte van 12% en in het grondnotenschroot

(8)

t, • r H relatieve frequentie (?ó)

t

I 70

+

I I I I 60

+

I I I

'****

50 ttttt ltttt ltttt ltitt I -tttt 40 tU=tt ltttt IH=tt lttt:t lll:~t:tt 30 tt:t=U ltl:tt ltttt ltttt tttt ltttt tttt 20 ttttt tttt ltttt tttt 1-Utt H=tt ltttt tttt I Utt tttt tttt 10 ttttt tttt tttt l:f:ttt tttt tttt ltttt tttt tttt tttt

Gehalten groter dan 0,012 mg/l<g (n=6) zijn niet grafisch weergegeven doordat het aantal per klasse te gering is.

llttt tttt tttt •••• tttt tttt ltttt tttt •••• tttt tttt tttt 0

+

--

--+----+--

-

-+--

--

+---

-

+

-

---+---

-

+----+----+----+----+--

-

-+

o.oo

0.40

o.so

1.20 1.60 2.00 2.40 Alfatoxine 81 x 10-2 (mg/kg)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In this report, a case of SCC is presented where intratumoral administration of carboplatin following surgical excision was used as treatment protocol, after tumor regrowth was

Immediately post- operatively, closed incision management with negative pressure wound therapy (NPWT) was applied to minimize the risk of postoperative complications.. The

Net als bij SSRI’s wordt het gecombineerd gebruik van TCA met andere medicatie, zoals monoamine-oxidase-inhibitoren, an- tipsychotische farmaca, zoals haloperidol en acepro-

In dit boek zijn 14 biografieën opgeno- men van dominees, bekende maar ook veel minder bekende, die in deze Nederlands Hervormde Kerk actief waren van de 17 de tot de 19 de

Using a wide variety of documents from Dutch, British and South African archives, real wages were calculated for the Cape Colony from its foundation in 1652 up to the unification

De proefvelden werden aangelegd op klei-, kleiveen- en zand- grasland met zowel lage als hoge P-toestand. In het voorjaar van 1958 werd vóór de bemesting een grondmon- ster genomen

De op deze wijze berekende gemiddelde werkdagetmaalfrequentie per 100 ha ontsloten landbouwgrond bedroeg voor T4 37»2 voertuigpassages (30 waarnemingen) en voor telpunt W1

selecties oogstgegevens verzameld. Uit deze gegevens blijkt dat esn aantal nummers een hoog percentage 1 + B sla hadden. Enkele van hen hadden bovendien weinig of geen