• No results found

Melkzuur voor gespeende biggen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Melkzuur voor gespeende biggen"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Melkzuur voor gespeende biggen

Mart Smolden, VPB-S en Marinus van Krimpen, PV

Uit onderzoek op het Varkensproefbedrijf te Sterksel blijkt dat de toevoeging van

I

,5% L-

melkzuur aan het drinkwater

of

aan het speenvoer geen effect heeft op de technische resultaten van gespeende biggen. De uitval ten gevolge van maagdarmaandoeningen (oe- deemziekte) daalt door de toevoeging van melkzuur, wat een positief effect heeft op het saldo per afgeleverde big.

N a het spenen van biggen kan speendiarree optre- den, met als mogelijk gevolg een hogere uitval van biggen en verslechterde technische resultaten. Eén van de mogelijke oorzalken van het ontstaan van speendiarree is de beperkte capaciteit van jonge biggen o m voldoende zoutzuur (HCI) in de maag t e produceren o m onder andere een goede pepsine- activiteit te bewericstelligen. Dit enzym speelt een. belangrijke rol bij de voorvertering van voedsel.

OOI<

is een lage p H vereist om ongewenste bacteriën, zoals Escherichia Coli, t e doden dan wel de ont- wiklkeling ervan in de maag en d a m t e remmen. Het verstrelkken van organische zuren via het voer o f drinlwater Ikan de p H in de maag mogelijlk verla- gen en de technische resultaten verbeteren. Eén van die organische zuren is mellauur.

O p het Varkensproefbedrijf t e Sterksel is nagegaan wat het effect is van het verstreltken van mellauur via het voer o f drinkwater op de technische resulta- ten en gezondheid van gespeende biggen.

Proefopzet

D e proef is uitgevoerd met in totaal 720 gespeen- de biggen. In de proef zijn drie behandelingen met elICaar vergeleICen:

l gespeende biggen kregen ad libitum standaard- speenvoer en drinlwater zonder mellauur. 2 gespeende biggen kregen ad libitum speenvoer

met I ,5% L-mellauur en drinlwater zonder mell<- zuur.

3 gespeende biggen Ikregen ad libitum standaard- speenvoer en drinlwater met I ,5% L-mellauur. Het mellauur werd uitsluitend de eerste twee welken na het spenen verstrekt. Hierna zijn alle big- gen overgeschakeld van speenvoer op standaard-

opfol<l<oowel en drinlwater zonder mekzuur. Alle in de proef gebruilte voeders bevatten antlmicrobiële groeibevorderaars

Technische en economische resultaten

In tabel I zijn de technische en economische resul- taten van opleg t o t het einde van de opfol<periode weergegeven. Uit deze tabel blijld dat tussen de die- ren uit de verschillende proefbehandelingen geen verschillen zijn gevonden in groei, EW-opname en

EW-conversie. OOI< de eerste veertien dagen na het spenen waren er geen verschillen in technische resultaten. Door het gebruil< van antimicrobiële groei- bevorderaars in alle voeders is een eventueel posi- tief effect op de technische resultaten van de toe- voeging van mellauur in het speenvoer of drinlwa- ter- mogelijlc gemaslkeerd. Deze antimicrobiële groei-

bevorderaars hebben namelijl< evenals mellauur een remmend effect op diverse micro-organismen in het maagdamlkanaal, waaronder E. coli-bacteriën, Het saldo per afgeleverde big was het hoogst bij de gespeende biggen die l

,5%

L-mellauur via het voer kregen toegediend en het laagst bij de gespeende biggen die standaard-speenvoer en drinlwater zon- der melkzuur Ikregen verstrekt. Het verschil in saldo werd voornamelijk veroorzaakt door een verschil in Ikosten voor uitgevallen biggen.

Uitval

en gezondheid

In tabel 2 zijn het aantal uitgevallen biggen en de redenen van uitval weergegeven. Ten aanzien van de uitval als gevolg van maagdamaandoeningen kwam een aantoonbaar verschil tussen de behandelingen naar voren. Het toevoegen van melkzuur aan het speenvoer o f het drinkwater leidde in vergelijlking

b

(2)

met het standaard-speenvoer en drinlwater zonder melkzuur tot een verlaging van het aantal dieren dat uitviel als gevolg van maagdamaandoeningen. Dit positieve effect op de uitval wordt in ander onder- zoek bevestigd. Bij maagdamaandoeningen was oedeemzielde de belangrijlde reden van uitval. Er zijn geen verschillen tussen de proefbehandelingen aangetoond ten aanzien van het aantal veterinaire behandelingen.

Conclusies

Uit het onderzoek blijkt dat toevoegen van I ,5 % L- mellauur aan het voer o f het drinkwater geen posi- tief effect heeft op de technische resultaten van gespeende biggen. D e uitval ten gevolge van maag- damaandoeningen (oedeemzielde) daalt door de toevoeging van melkzuur, waardoor het saldo per afgeleverde big in de proefbehandelingen met de toevoeging van melkzuur hoger is.

H

Tabel

I :

Technische en economische resultaten van opleg tot einde opfokperiode van gespeende biggen die controlevoer, speenvoer aangezuurd met melkzuur of drinkwater aangezuurd met melkzuur verstrekt kregen.

Controle Mellauur Melkzuur Significantiel

In

voer in water

aantal hokken 24 24 24

begingewicht (kg) 7,9 7,9 8,O

eindgewicht (kg) 20,6 20,8 20,7

groei (g/dag) 37

I

378 375 n.S.

EW-opname per dag 0,62 0,62 0,62 ns.

EW-conversie l ,68 I ,65 l ,67 n.S.

saldo (per afgeleverde big)

f

65,l8a

f

67,02b

f

66,45b *x

I Significantie: n.S. = niet significant,

**

= (p <

O,OI)

a,b gemiddelden met een venchillende letter binnen een rij zijn significant verschillend

Tabel 2 Uitval van gespeende biggen die controlevoer, speenvoer aangezuurd met melkzuur of drink- water aangezuurd met melkzuur verstrekt kregen.

Controle Mellauur Melkzuur Significantie2 In voer in water

aantal dieren opgelegd 240 240 240

aantal dieren uitgevallen 13 6 9 ns.

reden ukval (aantal dieren):

maagdarrnaandoeningen I l a streptococcen

O

diversen 2 2b 2 2

1 aantallen t e laag om behandelingseffecten t e toetsen

a,b gemiddelden met een verschillende letter binnen een rij zijn significant verschillend Significantie: ns. = niet significant;

*

= p <

0,05

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zorg voor congruentie in de (financiële) incentives voor alle zorgactoren die het continu, duurzaam en structureel werken aan kwaliteitsvolle zorg stimuleren Een

Door de verschuiving van de verantwoordelijkheden voor het natuurbeleid zullen provincies naast landelijke indicatoren ook provinciale indicatoren willen ontwikkelen om het

Gezien het verkeer tussen boerderij en land: het omrijden, zou men verwachten dat tijdens de werkweek bij de 48e en 24e laan hogere intensiteiten worden gemeten dan halverwege

[r]

De Rijksoverheid stimuleert met haar beleid de biobased economy in Nederland. De markt van biobased producten wordt steeds groter. Daarom wil het Rijk zelf ook biobased én

De bedrijven zijn geselec- teerd omdat de opbrengst van gras en maïs (in kg droge stof en stikstof per ha) duidelijk hoger is dan de opbrengsten waarop de gebruiks- normen

Vervolgens wordt ingegaan op de effecten van atmosferische stikstofdepositie op het habitattype (paragraaf 3) en op andere processen die de kwaliteit beïnvloeden (paragraaf

In voorliggend onderzoek is aan de hand van nieuwe gegevens over de ruimtelijke verspreiding en de kans op voorkomen van mosselen, de rol van zeesterren, en een habitatmodel,