• No results found

De twee verhalen van Nigella Lawson: Een casestudie naar beroemdheid

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De twee verhalen van Nigella Lawson: Een casestudie naar beroemdheid"

Copied!
60
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De twee verhalen rond Nigella Lawson

Een casestudie naar beroemdheid

Masterscriptie voor Master Redacteur/Editor

Tessa Stottelaar Studentnummer: 10874178

(2)

Inleiding

3

H.1 Theoretisch kader

5

1.1 Beroemdheid en massamedia 5

1.2 Gamsons eerste verhaal 8

1.3 Gamsons tweede verhaal 9

1.4 Uitgeverij als culturele intermediair 11

H.2 De biografie

15

2.1 Het belang van Lawsons achtergrond 15

2.2 Talent 18

2.3 Belang van familie en vrienden 19

2.4 How to Eat 22

2.5 Nigella Bites 23

2.6 How to be a Domestic Goddess 25

H.3 Het tweede verhaal

27

3.1 Cirkels van Coser 27

3.2 Agenten 29

3.3 Columnist 31

3.4 Familie-invloed 34

3.5 Naar de uitgever 36

3.6 Ontvangst 38

H.4 How to be a Domestic Goddess

42

4.1 Nigella Bites: een sexy televisiedebuut 42

4.2 Gastro Porn 47

4.3 Uiterlijk 50

4.4 How to be a Domestic Goddess 51

4.5 De ontvangst van How to be a Domestic Goddess 52

Conclusie

56

(3)

Inleiding

Een goed gevormde vrouw staat in de keuken een pollepel af te likken. In 2012 was ze 10 miljoen pond waard en in 2007 was 14% van de verkochte kookboeken in Engeland van haar. Deze bestsel1

-lerauteur, met inmiddels acht titels op haar naam, is Nigella Lawson. Ze is nu bekend van haar kookboeken en tv-programma’s, maar hoe is ze zo beroemd geworden?

Beroemdheid wordt volgens de vooraanstaande beroemdheidsonderzoeker Chris Rojeck tegenwoordig gedefinieerd als ‘een persoon met een verheven status’. Deze status wordt toegekend 2

door het publiek. Er zijn verschillende theorieën over hoe een persoon deze status bereikt. In de biografie over Nigella Lawson van Gilly Smith trekt de biografe al gauw haar conclusie: Lawson is een zeer getalenteerde vrouw die haar faam verdient omdat ze geboren is met talent. Met deze con-clusie ondersteunt Smith in haar biografie een van de visies van beroemdheidsonderzoeker Joshua Gamson. Volgens hem zijn er twee verschillende verhalen te vertellen over beroemdheden. In een daarvan wordt iemand beroemd vanwege een aangeboren talent. Om dit aangeboren talent te ver-helderen en om haar geloof daarin te onderbouwen schrijft Smith het scheppingsverhaal van Lawsons verheven status.

Smiths biografie is gebaseerd op interviews. Ze maakt geen analyse van de diepgang van deze interviews noch van hun context. Ook laat ze de samenleving buiten beschouwing en daarmee ook hoe deze mogelijk invloed heeft op onze denkwijze over een persoon. De keuze om enkel inter-views te gebruiken wordt niet verdedigd, noch is er een bronnenlijst. Hoewel de biografie dus een verzameling meningen over Lawson is, is er geen andere bron die het gehele verhaal van Lawson gedetailleerd weergeeft. Daarom kan deze biografie beschouwd worden als een hoofdtekst voor in-formatie over Lawson, maar het is uitermate duidelijk dat het één interpretatie van Lawson is.

Het is echter ook mogelijk om een nieuwe, tweede interpretatie van Lawson te maken. Jos-hua Gamson schrijft in The Assembly Line of Greatness: Celebrity in Twentieth-Century America, dat er twee ‘verhalen’ worden verteld over de weg naar roem en het bereiken en behouden van die roem. Het eerste verhaal vindt zijn oorsprong in een persoon met ongekend talent. Door dit talent zal hij als ‘een van de besten’ naar de top stijgen en beroemd worden. Hoewel hier ook promotie aan te pas komt, benadrukt Gamson: ‘[promotion] can do nothing to actually make the unworthy famous.’ Het is dus een kwestie van ‘waardigheid’. Het tweede verhaal van Gamson stelt dat het 3

‘publieke apparaat’ centraal staat en functioneert als een soort machine. Deze machine maakt geen onderscheid tussen mensen en hun talent. Door verschillende processen kan het namelijk van elk persoon een beroemdheid maken, ongeacht of deze persoon een talent heeft. Het is de samenwer-king tussen verschillende producenten die uiteindelijk de persoon tot beroemdheid maakt. Deze producent kan verschillende gedaanten aannemen: agent, medium of regisseur. Gamson maakt

Williams, Charlotte, and Phillip Stone. 'Nigella Breaks £50m Mark | The Bookseller.' The Bookseller, 14 dec. 2012.

1

Rojeck, Chris. Fame Attack: The Inflation of Celebrity and Its Consequences. London: Bloomsbury Academic, 2012.

2

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9, 1992.

3

(4)

tussen de verhalen geen onderscheid tussen ‘waar’ of ‘onwaar’; deze verhalen bestaan gewoon naast elkaar.

Gamson is overigens niet de enige die het bestaan van een producent voor beroemdheden postuleert. In vele theorieën komt dit begrip naar voren. In de theorie van Rojeck wordt het een ‘cultural intermediary’ genoemd. De standaardvoorbeelden hiervan zijn altijd producenten, regis4

-seurs, platenmaatschappijen en modemagnaten. De boekenwereld wordt hier niet vaak genoemd. Hoewel dat niet wil zeggen dat er geen onderzoek is gedaan naar beroemdheid in combinatie met het literaire talent, blijkt wel dat uitgeverij nog geen gevestigde of weids erkende rol als producent is toegewezen.

Deze scriptie wil een variatie bieden op het bestaande verhaal van Lawson. Belangrijk is dat deze variatie, aan de hand van Gamsons tweede verhaal, moet aantonen dat beroemdheden op een feitelijke manier te analyseren zijn en dat dit meer substantiële informatie biedt dan de bestaande meningen die voortkomen uit de interviews zoals Smith die gebruikt. Ook wil deze scriptie bewij-zen dat de uitgeverij een vormende rol speelt in het produceren van beroemdheden en daarmee wel tot de gevestigde orde van de culturele intermediairs zou moeten behoren.

Om dit allemaal te omvatten zal deze scriptie Lawson zo volledig mogelijke

analyseren aan de hand van Gamsons tweede verhaal en daarmee pogen aan te tonen dat er ook voldoende bewijs is om te stellen dat de beroemdheid Nigella Lawson gecreëerd is. Om dit te kun-nen doen zal het geheel aan mechanismen en producenten van de beroemdheidsmachine moeten worden geanalyseerd. Daarom is de hoofdvraag van deze scriptie: Door welke culturele intermedi-airs en naar aanleiding van welke keuzes is de beroemdheid Nigella Lawson geproduceerd?

Rojeck, Chris. Fame Attack: The Inflation of Celebrity and Its Consequences. London: Bloomsbury Academic, 2012.

(5)

H.1 Theoretisch kader

Zoals de introductie al aangaf is het hoofdthema van deze scriptie ‘beroemdheid’. Voor verdere analyse is het van belang een definitie van dit fenomeen te geven. In een standaardwerk over be-roemdheden, Fame Attack, geeft Rojeck de volgende omschrijving: ‘[… W]e still recognize certain individuals as possessing higher status, and society rewards them with privileges that are not given to the majority. We call these figures celebrities.’ ‘Beroemdheid’ heeft dus een belangrijk kenmerk: 5

de verheven status. Daarmee doelt Rojeck op het feit dat er personen zijn die wij, als samenleving, belangrijker achten en daardoor boven onszelf plaatsen.

Deze definitie omschrijft echter alleen de moderne beroemdheid. Hoewel dit het soort be-roemdheid is waarvan deze scriptie een analyse maakt, is voor het volledige begrip van deze term ook kennis nodig van het ontstaan ervan. Twee theorieën van bekende beroemdheidstheoretici, een van Graeme Turner en een van Fred Inglis, zullen in dit hoofdstuk schetsen hoe beroemdheid is ontstaan en wat de belangrijke factoren waren. Vervolgens zal dit hoofdstuk op deze basis voort-borduren en de theorie van Gamson behandelen. De twee verhalen van Gamson zullen verschillen-de visies op verschillen-de wijze waarop een beroemdheid tot stand komt belichten. Tegen verschillen-de achtergrond van het ontstaan van de beroemdheid zal duidelijk worden dat Gamson twee uitersten van de wording van de beroemdheid oppert.

Tot slot zal kort uitgewerkt worden wat de rol van de uitgeverij is met betrekking tot het boekenvak en zal er een verband worden gelegd met het ontstaan van beroemdheden. Ook zullen de kernwerkzaamheden van een uitgeverij worden omschreven.

1.1 Beroemdheid en massamedia

Volgens Fred Inglis vindt de term beroemdheid zijn oorsprong in de archaïsche Engelse term ‘renown’. Deze term werd gebruikt om enkele succesvolle mannen in prominente rollen in de sa-menleving te omschrijven. Een bijzonder verschil met de huidige beroemdheid is dat ‘renown’ zijn geen effect had op de persoon, maar op diegene voor wie of het bedrijf waarvoor hij werkte: ‘Renown brought honour to the office, not the individual, and public recognition was not so much for the man himself as of the significance of his actions for the society.’ Moderne beroemdheid 6

staat hier volgens Inglis lijnrecht tegenover en is een verheerlijking van de persoon (the

individual), zonder oog te hebben voor zijn toegevoegde waarde in de samenleving. De erkenning die wordt gegeven is dus nu enkel nog gericht op de persoon en niet op daden. Inglis omschrijft in een tweehonderd jaar omvattende studie hoe de term van renown veranderde in beroemdheid en hoe tegelijkertijd massamedia ontstonden.

Rojeck, Chris. Fame Attack: The Inflation of Celebrity and Its Consequences. London: Bloomsbury Academic, 2012.

5

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

(6)

Volgens Inglis vond de eerste verandering rond 1750 plaats toen het theater in Londen im-mens populair was. Het vermaak dat het theater bood was gebaseerd op de eigenschappen en ei7

-genaardigheden van de hogere klasse maar het was niet de hogere klasse die de aandacht kreeg; de acteurs kregen de meeste aandacht. Dit kwam doordat zij elke avond, letterlijk en figuurlijk, in de spotlights stonden. Deze aandacht leidde tot een extravagante levensstijl en het werd een gewoonte om ook te acteren als men niet op de planken stond. Zo werden acteurs al snel onderdeel van sap-pige verhalen en schandalen. Dit fenomeen was ook terug te zien in literatuur; in veel literatuur wordt er door de personages in het verhaal een stuk opgevoerd en geacteerd. Het acteren heeft dan vaak een onderliggende sensuele en seksuele laag. Hierdoor werden acteurs de eerste bekende mensen die door hun gedrag en vanwege de personen die ze waren meer aandacht kregen dan het normale volk. Dit was de start van de institutionalisering van beroemdheid zoals wij die tegen-woordig kennen. Inglis betoogt dat zich na deze eerste stap nog drie maatschappelijke ontwikke8

-lingen zich voltrokken die uiteindelijk leidden tot de moderne beroemdheid.

De eerstvolgende ontwikkeling was de opkomende consumptiemaatschappij in Londen aan het einde van de achttiende eeuw. Dit creëerde in zeer hoog tempo nieuwe, urbane vormen van vermaak. Niet alleen theater ontwikkelde zich verder, maar er ontstonden ook parken en ‘coffee 9

houses’. Deze luxueuze locaties bezocht men overdag. De baden in Bath wonnen ook aan populari-teit. Dit betekende dat de vrije tijd zich meer in het openbaar afspeelde dan voorheen. Het bezoe-ken van deze locaties had als doel dat de bezoeker ‘gezien’ werd. Het belang van enkel de aanwe-zigheid op een bepaalde locatie blijkt uit een intekenboek waarin genoteerd werd wie er wanneer aanwezig was. Deze boeken hadden ook als doel dat de bezoekers konden zien wie er al was ge10

-weest en in welk gezelschap. Deze vrijetijdsbesteding was enkel weggelegd voor de rijkere klassen, maar verscheen vaak in literatuur en journalisten begonnen ook de verhalen over dergelijke luxe plaatsen te verspreiden.

De derde ontwikkeling startte in Parijs; de reeds bestaande consumptiemaatschappij werd uitzonderlijk gestimuleerd. Dit kwam doordat ‘uiterlijk’ voor het eerst een belangrijk onderdeel werd van de beroemdheid. Men moest nog steeds op bepaalde plekken ‘gezien’ worden maar wat 11

men aan had werd belangrijker. Dit stimuleerde de koopdrift. De grote nieuwe winkelruiten in Pa-rijs, waar de haute couture getoond werd, droegen hier aan bij. In ‘zien en gezien worden’ kreeg mode een belangrijke rol. Men werd hierop beoordeeld en de goedgeklede mensen stegen in aan-zien bij het publiek.

Het uiterlijk, dat in Parijs zo belangrijk was, werd later, in New York, omgezet naar de laat-ste grote verandering: glamour en roddels. Door de afwezigheid van een valaat-ste leidende klasse, en de aanwezigheid van een mengelmoes van immigranten met nieuw verworven geld, bleken de rij-ken in New York een ongerij-kend aantrekkingskracht te bezitten. Er ontstonden bladen en speciale

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

7

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

8

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

9

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

10

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

(7)

segmenten in de krant die verslag deden van al deze rijke en modieuze mensen. De locaties en 12

kleding van deze personen werden uitgebreid besproken en daardoor verwierven die personen faam. Hierdoor groeide het segment van media die zich bezighielden met de beroemdheden aan-zienlijk. Daardoor ontstonden de eerste bladen gespecialiseerd in beroemdheden en werden ze (de bladen en daarmee ook de beroemdheden) een onderdeel van de massamedia.

De ontwikkelingen in de drie steden, Londen, Parijs en New York, gaven de moderne be-roemdheid echter alleen een kader: ‘[Celebrities] are then given mass and energy by two dramatic phenomena created by world war, its consequent technology, and its fabulous reorganisation of society.’ Tijdens en tussen de wereldoorlogen was het voornamelijk de ontwikkelende technologie 13

die de beroemdheid dichterbij de gewone man bracht in een tijd waarin het leven ‘anonymous and fragmentary’ was. Hier droeg aan bij dat in de bioscoop de beroemdheden getoond werden in meer dan levensgroot formaat. Men kon bij de intiemste momenten aanwezig zijn, terwijl men in werke-lijkheid in het donker zat zonder enige fysieke nabijheid van de mensen op het scherm. Ook de gro-te hoeveelheid publicigro-teit rondom films richgro-te zich op dit ‘realistische’ effect van de beroemdheid. Filmposters werden voorzien van foto’s waardoor het publiek de gezichten herkende en de roemdheid verscheen in alle bladen. Volgens Inglis is het geen wonder dat men in deze tijd de be-roemdheid als magisch zag en hem daarom zo vereerde. 14

De schijnbare nabijheid en ons verlangen naar die nabijheid staat volgens Inglis centraal in het begrijpen van de beroemdheid. Die nabijheid in combinatie met onze bewondering voor een beroemdheid creëert een schijnrelatie. Omdat men zich in wezen wel realiseert dat deze relatie nep is en men de ander alleen ‘kent’ vanwege zijn of haar status, ontstaat er ook een vorm van minach-ting voor de beroemdheid. De nabijheid is dus de reden dat wij hen vereren maar ook verachten. 15

Inglis weet dit geheel samen te vatten in de volgende uitspraak: ‘The invention of stardom and the instantaneous mass publicity it released by way of the new media from 1919 onwards twined to-gether in a strong rope of meaning some of the strongest and strangest passions of modern society.’ De media die Inglis aanhaalt, fungeren bij Turner als een belangrijke basis voor zijn definitie van een beroemdheid. ‘Modern celebrity, then, is overwhelmingly a product of media representation; understanding it demands giving close attention to the representational repertoires and patterns employed in this discursive regime.’ 16

In beide definities zijn massamedia van groot belang voor de vorming van de beroemdheid. Voor Inglis zijn de media cruciaal voor het ontstaan van de beroemdheid omdat zij het publiek voorzagen van informatie ten tijde van een groeiende noodzaak voor communicatie. Beiden, Inglis en Turner, bedoelen met ‘media’ het gehele scala aan digitale en analoge producten dat ons in de nabijheid van de beroemdheid brengt. Hieronder vallen niet alleen tv en roddelpers maar ook ra-dio, internet, kranten en boeken. Het brede scala van media waarin er geproduceerd kan worden

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

12

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 10.

13

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 10.

14

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

15

Turner, Graeme. Understanding Celebrity. London: SAGE, 2004. 8

(8)

(schriftelijke, auditief, digitaal en visueel) gecombineerd met de massale verspreiding ervan ligt ten grondslag aan de enorme invloed van massamedia. De producenten van deze producten hebben daarom uitzonderlijk veel invloed op wat het publiek ervaart. Het is dus wel duidelijk dat massa17

-media een belangrijke schakel zijn in de manifestatie van de beroemdheid.

1.2 Gamsons eerste verhaal

Het sterke geloof in de nabijheid van de beroemdheid dat Inglis omschrijft is een van de belangrij-ke onderdelen van de analyse van Gamson. Gamson benadrukt echter in zijn theorie van het eerste verhaal dat het in het begin, en dus in de basis, draaide om het unieke talent van een persoon (the gift). Vanwege de uniciteit bezit dus ook geen ander persoon eenzelfde talent als de (aankomend) beroemdheid heeft. Daarbij stelt hij zelfs dat: ‘Hard work […] could do nothing to actually create the qualities that might make one famous.’ Daarbij komt dat zelfs als men deze unieke kwaliteiten 18

bezat, dan moest men nog ‘ontdekt’ worden. Dit wordt ook wel de ‘lucky break’ genoemd. Door deze bijzondere omstandigheden concludeert Gamson: ‘Fame, based on an indefinable internal quality of the self, was natural, almost predestined.’ Hier voegt hij nog aan toe dat als men deze 19

kwaliteiten niet bezit men nooit beroemd wordt; dan is men ‘undeserving’. 20

In de optiek van het eerste verhaal is beroemdheid het uitvloeisel van een aangeboren kwa-liteit; men is altijd al een danser, acteur of kok geweest. Als deze persoon ontdekt wordt, en be-roemd wordt, dan is het feit dat hij bebe-roemd is geworden tegelijk ook het bewijs dat hij of zij altijd al deze speciale kwaliteit of talenten heeft gehad. Dit komt ook overeen met het idee van geboorte-recht. Gamson noemt dit ‘aristocracy’ en benadrukt daarmee nogmaals dat beroemdheid, in het perspectief van het eerste verhaal, is weggelegd voor een ‘select few’. Hierin ligt het verschil tussen Gamson en Inglis. Waar bij Inglis de ‘renownness’ niet aan de persoon maar aan de daad wordt toegekend, is bij Gamsons eerste verhaal de persoon dermate verweven met zijn unieke talent dat in de beroemdheid die hij of zij verwerft geen onderscheid kan worden gemaakt tussen daad en persoon. Omdat de persoon unieke kwaliteiten bezit, verkrijgt hij faam.

Gamson observeerde dat de samenleving veranderde en dat er daardoor ook verandering in de observatie van beroemdheden ontstond. Zoals Inglis ook schetst, werden rond 1930 de be-roemdheden niet meer afgeschilderd als verheven adellijken; de nadruk kwam te liggen op hun menselijkheid. Er werd een beeld geschetst van beroemdheden als mensen die om de hoek hadden kunnen wonen. Dit had volgens Gamson een expliciet doel: ‘Such ordinariness promoted a great sense of connection and intimacy between the famous and their admirers. Crucial to this process was the ubiquitous narrative principe of the “inside” journey into the “real lives” of celebrities, live

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 14.

17

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

18

1992. 1-24.

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

19

1992. 1-24.

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

20

(9)

much like the readers.’ Daarbij komt dat Inglis stelt dat de beroemdheid in stand wordt gehouden 21

door de drang van het publiek om nabij deze verheven personen te zijn. Gamson bouwt hierop voort en stelt dat dergelijke verhalen van ‘ordinariness’ de band tussen het publiek en de beroemd-heid vernauwt. Althans, zo lijkt het voor het publiek. Hoe ‘normaal’ de beroemdberoemd-heid namelijk ook lijkt, het onderscheid tussen het talent en de ‘normale mens’ blijft bestaan. 22

Deze analyse beheerste de kijk op celebrities in het begin van de twintigste eeuw maar is tot op de dag van vandaag nog terug te zien in onze omgang met beroemdheden. Zoals Gamson en In-glis beiden stellen, veranderde de perceptie van beroemdheden door de komst van film en televisie. Centraal voor het idee van het eerste verhaal van Gamson blijft echter dat, hoe deze personen ook beroemd werden, het alleen maar kwam doordat ze uniek waren en ‘the gift’ bezaten. Hij ontkent het effect van media niet, maar stelt wel dat in dit perspectief een persoon zonder een buitengewo-ne kwaliteit niet beroemd kan worden. Het onderscheid tussen mensen ligt, in dit verhaal, tussen ‘worthy’ en ‘unworthy’.

1.3 Gamsons tweede verhaal

Simpel gezegd kan men stellen dat het tweede verhaal haaks op het eerste verhaal staat. Talent en kwaliteit zijn geen vereiste voor faam; hard werken en de juiste publiciteit wel. Dit besef is geleide-lijk gegroeid. Met de komst van filmstudio’s werd duidegeleide-lijk dat er wel degegeleide-lijk werkzaamheden wa-ren die hielpen de laatste treden van de ladder van faam te beklimmen. Een relatief talentvol (maar zeker niet uniek) persoon werd ontdekt en ‘properly publicized’ en zo werd men beroemd. Het 23

talent speelde dus nog wel een rol, maar er was een belangrijk verschil opgetreden; faam werd ge-zien als maakbaar.

Deze maakbaarheid is een van de kenmerken die door de moderne beroemdheidstudies wordt ondersteund. De bekende teksten Blueprint for Fame en The Star System zijn hier voor-beelden van. Ook Gamsons, net als Fred Inglis, stelt dat de moderne beroemdheid maakbaar is. Inglis stelt dat het ontstaan van deze maakbaarheid kwam doordat het publiek zijn oordeel niet meer baseerde op de daden van een persoon maar dat ze de waardeschatting van de populariteit belangrijker ging achten. De moderne beroemdheid is dus een persoon die waarde toegekend krijgt door wie hij is en waar hij voor staat als individu, secundair hieraan zijn zijn werkzaamheden en talenten. Hierdoor is faam een kwaliteit die verworven wordt door een zelfbewuste creatie van het 24

individu, reëel of irreëel.

Het verschil tussen reëel of irreëel is van belang om te begrijpen hoe het publiek de be-roemdheid ziet. Een bekend voorbeeld hiervan is David Bowie. Hij was de reële vertegenwoordi-ging van zijn beroemdheid en populair door zijn zang en gedrag: hij was een rockster. Naast zijn

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

21

1992. 8.

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

22

1992. 1-24.

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

23

1992. 1-24.

Inglis, Fred. A Short History of Celebrity. Princeton: Princeton UP, 2010. 3-12.

(10)

eigen beroemdheid creëerde hij een personage: Ziggy Stardust. Deze androgyne verschijning was extreem excentriek. Hoewel het Bowie zelf was onder een dikke laag schmink, werd Stardust een los personage. Stardust werd ‘levensecht’ gemaakt door persconferenties te geven. Toen hij tot ie-ders verbazing in de laatste show van de tour van 1973 aankondigde dat hij nooit meer zou optre-den waren de fans ontredderd en de volgende dag was de ‘Rock ’n Roll suicide’ voorpaginanieuws. 25

Bowie had twee gezichten gecreëerd; een van hemzelf als rockzanger en een van een excentrieke androgyne man. Deze twee verschijningen waren beiden beroemd. Hieruit blijkt wel dat het pu-bliek vrijwel geen onderscheid maakt tussen reëel en irreëel bij het toekennen van faam. Hierin ligt volgens Boorstin ook de oorsprong van faam: ‘The celebrity develops their capacity for fame, not by achieving great things, but by differentiating their own personality from those of their competitors in the public arena. Consequently, while heroic figures are distinguished by their achievements or by “the great simple virtues of their character”, celebrities are differentiated “mainly by trivia of personality”.’ 26

Ziggy Stardust benadrukt ook de maakbaarheid van de beroemdheid. Chris Rojeck stelt zelfs dat het een ‘factory machine process’ is en daardoor ‘an industrial relationship because it in-volves a blueprint of fame to turn a naturally given, amorphous set of resources into a symbol of public approval, desire or, at the very minimum, recognition.’ De natuurlijke kwaliteiten worden 27

benut, maar enkel door het machinale proces te doorlopen kan men een beroemdheid worden. Net als bij Gamson zijn het dus factoren die buiten de persoon liggen die bepalen of hij of zij beroemd wordt en is er dus geen specifiek talent nodig.

Het effect van dit machinale proces wordt het best beschreven door Graeme Turner. Hij stelt dat de beroemdheid die gecreëerd wordt, tot object gemaakt wordt. Volgens Turner worden beroemdheden hierdoor een ‘commodity’ (een product) dat gemaakt, gepromoot en verhandeld kan worden en daarmee de investering kan terug betalen. Maar omdat het een mens is kan het 28

zelf ook bijdragen aan het verder ontwikkelen van het product door gedrag en uitspraken. Turner gebruikt de theorie van Rein et al. om dit proces te verhelderen. Zij stellen dat er zeven subindu-strieën bijdragen aan het ontwikkelen van de beroemdheid. Deze indusubindu-strieën bestaan niet alleen om de beroemdheid te vormen, maar hun werkzaamheden dragen op z’n minst bij aan de distribu-tie van het product:

The first industry […] is the entertainment industry, incorporating theatre, music halls, dance halls, sports arenas and movie studios. They differentiate these from the communications in-dustry, which encompasses newspapers, magazines, radio, television and film. The activities of both the entertainment and communications industries are promoted through the publicity industry, which comprises publicists, PR firms, advertising agencies and marketing research firms. The celebrities themselves are handled by the representation industry, which includes

Greene, Andy. "Flashback: Ziggy Stardust Commits 'Rock and Roll Suicide' at Final Gig." Rolling Stone, 22 Nov. 2012.

25

Turner, Graeme. Understanding Celebrity. London: SAGE, 2004. 5.

26

Rojeck, Chris. Fame Attack: The Inflation of Celebrity and Its Consequences. London: Bloomsbury Academic, 2012. 14.

27

Turner, Graeme. Understanding Celebrity. London: SAGE, 2004. 16.

(11)

agents, personal managers and promoters. The production of the celebrity image is coordinated through the appearance industry, which includes costumers, cosmeticians, hairstylists and other kinds of image consultants. The professional performance is dealt with by the coaching industry – music, dance, speech and modeling teachers. Finally, we have the endorsement in-dustry – souvenir manufacturers, clothing manufacturers and games and toys manufacturers among others – and the legal and business services industry, which provides legal, accounting and investment advice (Rein et al., 1997: 42–58). 29

Hoewel Turner aangeeft dat men niet hoeft aan te nemen dat al deze zeven industrieën altijd van invloed zijn, geeft deze opsomming wel een goed voorbeeld van de grote diversiteit aan culturele intermediairs. Gamson stelt dat, hoewel niet iedereen een vormende rol heeft, distributie, exploita-tie, etc. nog steeds een belangrijk onderdeel zijn van het fabrieksmatige proces dat de beroemdheid maakt. 30

Kenmerkend voor deze moderne beroemdheidstudies is dat de persoon los is komen te staan van de persoon die de beroemdheid is, terwijl het in wezen wel dezelfde persoon is. Dit komt door de procesmatige behandeling van de persoon die Rojeck, Turner, Inglis en Gamson voorstel-len. Gamson omvat alle theorieën als hij het proces als volgt omschrijft: ‘It is a cross between a va-cuum cleaner and a sausage maker. It sucks people in - it processes them uniformly - it ships them briskly along a mechanical assembly line - and it pops them out at the other end, stuffed tight into a shiny casing stamped ‘U.S. Celebrity’.’ Het machinale proces is het enige wat de beroemdheid 31

vormt. Sommige kwaliteiten van de persoon worden wel benut maar zijn niet meer verplicht. Om beter te begrijpen hoe dit proces precies werkt, moet men de werkzaamheden van de producenten bestuderen.

1.4 Uitgeverij als culturele intermediair

In de voorafgaande paragrafen is beschreven wat de functie is van een cultureel intermediair en in de komende paragraaf zal de intermediair besproken worden die het belangrijkst was voor de ont-wikkeling van Nigella Lawson. Deze paragraaf zal duidelijk maken waarom de uitgeverij behoort tot de culturele intermediairs en hoe deze functioneert. Zoals later zal blijken begon Lawson haar carrière schrijvend en was haar eerste boek haar eerste grote vormende moment. De rol van de uit-geverij was dus cruciaal in het vormen van haar beroemdheid. Daarom zal deze paragraaf de lite-raire beroemdheid en daarmee ook de werking van de uitgeverij nader bekijken.

Ook in de boekenwereld bestaat het machinale proces dat Gamson noemt. Via dit proces kan men een ‘literary celebrity’ worden. Turner schrijft hierover: ‘The literary celeb is at least partly produced by their own writing, as it intersects with other discourses produced through other

Turner, Graeme. Understanding Celebrity. London: SAGE, 2004. 17.

29

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

30

1992. 1-24.

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

31

(12)

al forms. An author such as Norman Mailer, for instance, is going to be read through a complex set of intertextual references, to which each successive book makes its own particular contribution. As a result, Moran insists, literary celebrity, “works as much through the sphere of textual representa-tion [in the actual literary text] as it does through the material processes of cultural producrepresenta-tion and consumption” (ibid.: 3).’ De productie waarover hier wordt gesproken is in eerste instantie het 32

werk van de uitgeverij.

De functie van de uitgeverij bestaat voor een groot deel uit een selectie maken uit manu-scripten. Het is haar taak om het proces van publicatie, dat wellicht leidt tot een beroemdheid, te vormen en sturen, maar dit begint allemaal met de keus van het manuscript. Het schaven, vormen en kneden van het manuscript (en de schrijver) komen later. De uitgeverij functioneert dus ten eer-ste als een soort poortwachter die selecties maakt uit alle manuscripten die worden aangeboden, 33

maar zoekt zelf ook naar nieuwe schrijvers. Het is de productie van het boek, hun tweede vormende rol, die de uitgeverij tot culturele intermediair maakt. Chris Rojeck verbindt aan die rol een speci-aal doel; faam verwerven. ‘Fame is planned, measured, set and burnished by the hands of trained strategists in image-making and dedicated media relations experts.’ Door te plannen, meten, 34

vaststellen en vormen probeert de uitgeverij haar boeken, en daarmee haar auteurs, groot te ma-ken.

Naast wat men selecteert is van groot belang in een uitgeverij hoe men selecteert. Coser poogt een universeel toepasbaar antwoord te geven op deze wijze van selectie. Hij stelt dat het net-werk van een uitgeverij de belangrijkste schakel is in de connectie naar het publiek. Dit netnet-werk functioneert als een ‘extended family’; iedereen kent elkaar en vormt een extreem hechte groep, 35

ook internationaal. Bijna iedereen in de wereld is verbonden met elkaar. Deze omgeving waarin dergelijke netwerken zich bevinden, wordt een ‘cirkel’ genoemd. In de cirkel van uitgeverijen wordt informatie uitgewisseld. Deze informatie bestaat voornamelijk uit boekprojecten en manuscripten.

Cirkels bestaan echter ook buiten de uitgeverij. Coser stelt dat de cirkel met de meeste in-vloed buiten de uitgeverij ligt. Dit is de cirkel van de auteurs en de lezers en dus de cirkel die de markt omvat. In een ideale situatie behoort de redacteur ook tot deze cirkel. De redacteur is dan 36

al bekend met de kwaliteit van de aangeboden manuscripten door zijn aanwezigheid binnen de cir-kel en kan op deze wijze de wensen van de schrijvers en het publiek gebruiken in de besluitvor-ming. Een belangrijke kanttekening is dat Coser hiermee een ideaalbeeld creëert. Het is namelijk 37

lang niet altijd zo dat elke redacteur zich in al deze cirkels bevindt. Ook daarom is het onderlinge netwerk tussen de uitgeverijen van groot belang voor het vinden van schrijvers.

Om dat gebrek aan aanwezigheid in de cirkels van lezers en auteurs op te vangen hebben vele uitgeverijen een ‘intellectueel’ in hun netwerk. In deze context is de definitie van een

Turner, Graeme. Understanding Celebrity. London: SAGE, 2004. 21.

32

Laan, Nico. 'De Eerste Poort: Over Uitgeverijen En Agentschappen.' Boekenwereld 28 (2012), 134-38.

33

Rojeck, Chris. Fame Attack: The Inflation of Celebrity and Its Consequences. London: Bloomsbury Academic, 2012. 14.

34

Coser, L. 'Networks, Connections and Circles.' The culture and Commerce of Publishing, New York; Basic books, 1982. 71-93.

35

Coser, L. 'Networks, Connections and Circles.' The culture and Commerce of Publishing, New York; Basic books, 1982. 71-93.

36

Coser, L. 'Networks, Connections and Circles.' The culture and Commerce of Publishing, New York; Basic books, 1982. 71-93.

(13)

tueel iemand die een opinieleider is met betrekking tot ideeën over het culturele, morele, politieke of sociale veld, en deze meningen (en de sociale velden die daarbij horen) deelt met de uitgeverij. 38

Hieronder vallen niet alleen wetenschappers of politici, zoals de term doet vermoeden, maar ook journalisten en freelance schrijvers. Het zijn voornamelijk de kenners van hun vakgebied. De cirkel van deze intellectuelen is trendgevoelig en wordt grotendeels beïnvloed door wat er ‘in’ is. Contact met een intellectueel is zeer waardevol, omdat hij inzicht kan geven in trends binnen een vakge-bied. Het contact is daarom niet alleen vaak persoonlijk maar ook vaak van zo’n grote waarde dat uitgeverijen proberen om een ‘huisintellectueel’ aan te nemen. 39

De cirkels die Coser schetst geven de structuur weer van het sociale leven in een uitgeverij. Het hebben van goede connecties binnen en buiten de uitgeverij is, in het bijzonder voor de redac-teur, zeer belangrijk. Uiteindelijk heeft het gehele netwerk rondom een uitgeverij invloed op de 40

boeken die er geproduceerd worden. Deze netwerken hebben ook een directe link met beroemd-heidstudies. Deze cirkels rondom een uitgeverij zijn namelijk niet alleen een soort vijvers waaruit de redacteurs vissen, maar het zijn ook vijvers waarin mensen opgenomen worden die beroemd willen worden, of beroemd gemaakt worden. Door je in deze cirkel te bevinden ben je namelijk een stap dichter bij de connectie met de uitgeverij, een cultureel intermediair.

Een derde functie van de uitgeverij werd door Daniel Weber onder de aandacht gebracht. Hij stelde dat de hoofdactiviteiten van een uitgever om een hoofdset van vormende besluiten draai-en die voortvloeidraai-en uit beoordelingdraai-en van waarde van wat mdraai-en publiceert. Uit zijn onderzoek 41

blijkt dat boeken binnen een uitgeverij geclassificeerd worden op basis van het genre waar ze bij horen. Dit kan een specifieke editoriale strategie zijn, zoals een tweede boek van een bestseller-au-teur, of het boek behoort tot een sociale of intellectuele trend. Door onderscheid hierin te maken 42

wordt een boek voorzien van een ‘label’ (ofwel: het juiste genre). Dit is uitermate belangrijk voor het commerciële succes van een boek.

De basis van deze ‘cruciale’ genres zijn echter de lezers. Het zijn namelijk de lezers die een genre onderhouden door er over te praten, op social media actief te zijn en de boeken te kopen. 43

Een uitgeverij zal daardoor altijd aan haar lezers denken bij het publiceren van een werk. Daardoor speelt de lezer dus ook een grote bepalende rol in de publicatie van een werk, en door deze invloed bepaalt de lezer grotendeels het waardesysteem waarmee een boek gekeurd wordt. Dit werkt dus hetzelfde als de culturele intermediair die zijn beroemdheid vormt naar de behoeftes van het pu-bliek.

Uit het bovenstaande blijkt dat de rol van de uitgever bestaat uit het selecteren, vormen en publiceren van manuscripten. Deze werkzaamheden zijn uitermate trendgevoelig en vergen kennis

Coser, L. 'Networks, Connections and Circles.' The culture and Commerce of Publishing, New York; Basic books, 1982. 71-93.

38

Coser, L. 'Networks, Connections and Circles.' The culture and Commerce of Publishing, New York; Basic books, 1982. 71-93.

39

Coser, L. 'Networks, Connections and Circles.' The culture and Commerce of Publishing, New York; Basic books, 1982. 71-93.

40

Weber, Daniel. 'Culture or Commerce? Symbolic Boundaries in French and American Book Publishing.' Rethinking Comparative Cul

41

-tural, 127-45.

Weber, Daniel. 'Culture or Commerce? Symbolic Boundaries in French and American Book Publishing.' Rethinking Comparative Cul

42

-tural, 127-45.

Weber, Daniel. 'Culture or Commerce? Symbolic Boundaries in French and American Book Publishing.' Rethinking Comparative Cul

43

(14)

van het literaire veld en van het netwerk rondom uitgeverijen. Het uiteindelijke doel blijft echter het publiceren en het verkopen van een product. Dit product is niet alleen het boek maar vaak ook de auteur. Het vormende vermogen van de keuzes die een uitgeverij maakt en de sociale impact van die keuzes zorgen ervoor dat de uitgeverij in lijn met Rojecks culturele intermediairs kan wor-den gebracht. De uitgeverij speelt dus ook een rol in de wording van een beroemdheid. Hoe de uit-geverij dit doet, met betrekking tot het verhaal van Nigella Lawson, zal in deze scriptie worden on-derzocht. 


(15)

H.2 De biografie

De biografie over Nigella Lawson van Gilly Smith, Nigella Lawson: A Biography, is de enige tekst die het leven van Lawson in zijn geheel beschrijft. Gebaseerd op interviews, maar vooral ook eigen interpretatie, schetst Smith een beeld van Lawson als talentvolle en gedreven vrouw. Het talent van Lawson is de leidraad voor het verhaal en ongeacht de tegenstrijdige uitingen van geïnterviewden richt Smith haar verhaal op het ‘wonder’ dat Lawson is.

Omdat talent een terugkerend thema is, sluit Smith zich duidelijk aan bij de theorie van het eerste verhaal van Gamson: om beroemd te worden moet men iets unieks bezitten: ‘Rather than for public virtue or action, the celebrity rose due to his or her authentic, gifted, self. […T]he celebrity rises, selected for his personality, an irrational but nonetheless organic ‘folk’ phenomenon.’ Door 44

een toeval (wat Gamson een ‘lucky break’ noemt) worden deze talenten dan bekend en ontwikkelt de persoon zich tot beroemdheid. Dit hoofdstuk zal uiteenzetten hoe het verhaal van Smith corre-leert met het eerste verhaal van Gamson en het zal ook weergeven dat er een psychoanalytisch ele-ment aanwezig is in Smiths redenering. Ook zal opgemerkt worden dat eleele-menten van het tweede verhaal van Gamson aanwezig zijn in de biografie.

Smiths verhaal verloopt chronologisch maar licht enkele (naar haar mening) belangrijke punten in het leven van Lawson toe. Aan de hand van interviews, die ze uitermate selectief behan-delt, vergaart Smith haar informatie. Dit hoofdstuk zal deze chronologische structuur tot aan de publicatie van het tweede boek volgen en het belang van psychoanalyse belichten om zo goed weer te geven hoe Smith haar betoog voor de ‘verdiende’ beroemdheid opbouwt.

2.1 Het belang van Lawsons achtergrond

Zoals het een ware biografe betaamt, begint Smith zo vroeg mogelijk in het leven van Lawson. Dit is in overeenstemming met de methode van analyse die Nico Laan in Biografie & Psychologie be-schrijft. Volgens Laan is de methode van vele biografen gebaseerd op de analyse waarmee Sigmund Freud bekend werd: psychoanalyse. Volgens Freud doorloopt ieder als kind dezelfde fasen en als 45

er in die ontwikkeling iets ontbreekt, wordt dit weerspiegeld in het verdere leven van de patiënt. Iemands jeugd en de mensen om hem heen zijn cruciaal voor hoe deze persoon opgroeit en denkt. Deze methode analyseert daarom het gehele leven van de persoon: de familiebanden, 46

vriendschappen en emotionele belevingen.

In het stuk van Laan wordt omschreven hoe psychoanalyse bij de biografen een grote rol bleef spelen terwijl het geleidelijk aan door de rest van de wetenschappelijke wereld als pseudo-we-tenschap werd gezien. Dit verschil ontstond doordat de wepseudo-we-tenschappelijke gemeenschap de psy-choanalyse gebruikte als behandelmethode voor mensen met een psychische aandoening. Voor de

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

44

1992. 8.

N.T.J. Laan (2007). 'De biografie, de psychoanalyse en de romantische opvatting van het kunstenaarschap'. In J. Dane & H. Renders

45

(Eds.), Biografie & psychologie (pp. 23-38). Amsterdam: Boom.

Freud, Sigmund. A General Introduction to Psychoanalysis. Ware: Wordsworth, 2012.

(16)

biografen was echter de wijze van analyse het bruikbaarst en niet het doel dat men daarmee kon bereiken. De psychoanalyse voorziet de biografen van de mogelijkheid het persoonlijke en emotio-nele leven van een persoon te gebruiken als uitleg voor een levensverloop. Met de focus hierop 47

hoeft men dan nauwelijks nog het zakelijke leven erbij te betrekken.

Hoewel er meerdere biografische uitwerkingen waren van de psychoanalyse lijkt Smith het meest overeen te komen met de door Laan genoemde Marie Bonaparte. In haar biografie over Ed-gar Allen Poe concentreert zij zich op de jeugd van deze grote schrijver en trekt daar haar (ver-gaande) conclusies uit. De belangrijkste personen in zijn leven waren directe familieleden en daarmee ‘[wekte ze de indruk] dat andere mensen - onder wie uitgevers, critici en collega’s - zich slechts aan de rand van zijn bestaan ophielden.' Deze vorm van analyse is vrijwel identiek aan die 48

die Smith gebruikt.

Ten eerste was Lawsons vader, Nigel Lawson, een bekend publiek figuur. Hij was de minis-ter van financiën onder Engelands eerste vrouwelijk premier Margaret Thatcher. Hij speelde een 49

grote rol in de privatisering die Thatcher invoerde. Thatcher wilde de Engelse economie herstellen door een grote economische hervorming door te voeren. Hiermee dupeerde zij de arbeidersklasse wat ervoor zorgde dat ze niet geliefd was (wellicht zelfs ronduit gehaat) bij het volk. Omdat het 50

om economische zaken ging, was de minister van financiën nauw verbonden met dit plan. Nigel Lawson verscheen op deze wijze vaak aan haar zijde, of individueel, in de media. Ook hij was door zijn connectie met deze hervorming niet bijzonder geliefd.

Van deze media-aandacht kreeg zijn dochter gedurende haar jeugd veel mee. Smith stelt daardoor dat dit soort aandacht normaal was voor Nigella Lawson. Dit onderbouwt Smith door een herinnering van Lawson aan te halen: Lawson kon zich wel herinneren dat Margaret Thatcher bij de familie thuis kwam, maar ze kon zich niet meer herinneren dat ze hier een bijzondere interesse in toonde. Hieruit zou blijken dat Lawson op jonge leeftijd al zo gewend was aan de media-aan51

-dacht voor haar familie en de kringen waarin zij verkeerde, dat het voor haar een zeer normale ma-nier van leven was. Dit zou later zeer gunstig voor haar blijken te zijn.

Nigella’s moeder, Vanessa Salmon, was ook geen vreemde voor de media, maar had een minder prominente rol. Zij was de erfgename van de familie die de markt-dominerende Lyons-ke-ten creëerde. Lyons was een grote producent van voedingswaren en heeft daarmee een grote in-vloed gehad op de markt en eetcultuur van Engeland. Het was een A-merk en lag in vrijwel alle 52

supermarkten. In de bloei-jaren van het bedrijf breidde het uit naar horeca. De Lyons theehuizen die ontstonden waren iconen van het Engeland van 1930. De populariteit en bekendheid van de

N.T.J. Laan (2007). 'De biografie, de psychoanalyse en de romantische opvatting van het kunstenaarschap'. In J. Dane & H. Renders

47

(Eds.), Biografie & psychologie (pp. 23-38). Amsterdam: Boom.

N.T.J. Laan (2007). 'De biografie, de psychoanalyse en de romantische opvatting van het kunstenaarschap'. In J. Dane & H. Renders

48

(Eds.), Biografie & psychologie (pp. 23-38). Amsterdam: Boom. 29.

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 8.

49

"Thatcher, Admired and Hated in Equal Measure." Herald Scotland. 8 apr. 2013.

50

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 8.

51

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 7.

(17)

theehuizen is te vergelijken met Starbucks nu. Ook tegenwoordig is Lyons nog een bekend Engels 53

merk. Het succes was echter niet eindeloos en uiteindelijk, in 1980, moesten de theehuizen sluiten. De familie Salmon was echter nog steeds een rijke familie en haar naam was zeer bekend vanwege het succes van de theehuizen. Smith omschrijft de jeugd van Vanessa als: ‘privileged […], surroun-ded by power and money.’ Dat de naam Salmon bekend bleef en voor altijd verbonden was aan 54

‘power’ en ‘money’ zorgde ervoor dat ook Nigella Lawson een bekende naam werd en werd gezien als erfgename van de ‘Lyons-dynastie’.

Het huwelijk van Vanessa en Nigel wordt door Smith omschreven als een ‘meeting of mo-neyed families’ , waarmee wordt gesuggereerd dat er getrouwd werd vanwege economische rede55

-nen. Smith stelt zelfs dat deze families dusdanig oud waren en dusdanig veel aanzien hadden dat ze ‘bijna’ tot de aristocratie behoorde. Uit het huwelijk van Nigel en Vanessa kwamen vier kinderen 56

voort; Thomisiana, Dominic, Horatia en Nigella, maar het was geen gelukkig huwelijk. In 1980 zijn ze gescheiden en beiden zijn ze uiteindelijk hertrouwd. Hoewel het dus vrij idyllisch wordt om-schreven, was het in werkelijkheid geen goed huwelijk.

In de periode na de scheiding begeleidde Nigella af en toe haar vader naar feesten en bij-eenkomsten. Hoewel Smith dit in de biografie aandraagt als nog een reden dat Lawson zich thuis 57

zou voelen in de schijnwerpers, is het onduidelijk welke bijeenkomsten Lawson heeft bijgewoond. Desondanks stelt Smith dat Lawsons aanwezigheid op deze bijeenkomsten, bijdroeg aan haar naamsbekendheid en haar ervaring met media.

Volgens Smith verleent Nigella’s herkomst haar onmiskenbaar een bepaalde vorm van be-kendheid. Niet alleen genoot ze een naamsbekendheid vanwege haar vaders werkzaamheden maar ook vanwege het aanzien van haar moeders familie. Vanessa was beroemd door de reputatie van haar familie en niet door een eigen prestatie en op diezelfde wijze gold dat ook voor haar dochter. Nigella’s vader is daarentegen wel beroemd door zijn daden als minister van financiën. In de fami-lie Lawson worden dus twee soorten beroemdheid gecombineerd en via de naam overgedragen op de kinderen. Dit blijkt vooral uit roddelpers in de tijd dat Nigella studeerde. Toen er foto’s werden gemaakt van een feest stond er (onder andere) bij: ‘And Nigella Lawson - wasn’t she something to with the Cabinet? - was snogging Guy Faber.’ Deze bekendheid van Lawson in haar jonge jaren 58

wist Smith met een quote van Julian Nott nog duidelijker te onderstrepen: ‘Hugh [Grant] and Ni-gella were certainly the most glamorous and well-known faces around.’ 59

Het belang van Lawsons ouders wordt nog op een andere manier door Smith bijzonder on-derstreept. Ze betrekt hierin het overlijden van Lawsons moeder op jonge leeftijd (Vanessa was 48). De relatie van Lawson en haar moeder is niet altijd goed geweest en juist in de periode van

Strong, Mark, and Nigella Lawson. 'Who Do You Think You Are: Nigella Lawson.' Who Do You Think You Are: Nigella Lawson. BBC.

53

11 okt. 2006. Youtube.

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 6.

54

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 8.

55

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 23.

56

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 39.

57

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 39.

58

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 41.

(18)

Vanessa’s ziekte waren de twee vrouwen elkaar beter gaan begrijpen. Het overlijden van Vanessa had volgens Smith een zeer grote impact op de jonge Lawson. Het zou een van de grote drijfveren worden achter de publicatie van haar eerste boek. 60

Wat Smith hier duidelijk maakt is dat Lawson al op weg was naar beroemdheid voordat ze zelfs aan haar carrière was begonnen. Dit baseert zij op de psychoanalyse: verworven faam van Lawsons ouders beïnvloedde haar als kind, maakte haar ook beroemd en stoomde haar klaar voor haar latere leven. Haar ouders, in bijzonder het overlijden van haar moeder, had een grote invloed op Lawson en zou ervoor gezorgd hebben dat Lawson ging schrijven.

2.2 Talent

Invloed van haar ouders is echter niet het enige wat Lawson tot beroemdheid zou hebben gemaakt. In lijn met het eerste verhaal van Gamson stelt Smith dat Lawsons ‘talent’ een zeer grote factor was. Zoals Smith schrijft in de biografie is talent een vereiste maar moet het op de juiste manier verwerkt worden: ‘Spoon a generous helping of opportunity on a bed of talent, making sure it doesn’t wilt before serving.’ Het voornaamste onderdeel van het talent van Lawson waar Smith op 61

focust is haar ‘culinaire gave’. De kennis en ervaring die Lawson uiteindelijk tot Nigella zouden maken, hadden namelijk alles te maken met eten. Ze schreef na haar opleiding tot journalist co-lumns in verschillende kranten, zoals: The Daily Telegraph, de Evening Standard, The Observer en The Times Literary Supplement. Haar columns gingen altijd over eten en over haar beleving hiervan en ze was bovendien restaurantcriticus.

Echter, nog veel belangrijker volgens Smith, is de oorsprong van deze interesse voor eten. Deze interesse ontstond al op jonge leeftijd, dankzij haar moeder. Zij kookte veel en voorname62

-lijk, voor die tijd, ongebruikelijke gerechten. Aan Lawson en haar oudere broer werd vaak gevraagd te helpen. Hierdoor ontwikkelde ze al op jonge leeftijd haar culinaire gevoel. Later zou Lawson hierover zeggen dat haar moeder een grote inspiratie voor haar was. Ook gedurende haar studen63

-tenjaren kwam deze culinaire aanleg naar voren. Ze woonde enkele maanden in Italië en ook was ze in haar studentenhuis zeer bedreven met koken. Hier kreeg ze al snel de titel ‘koningin van de ui-ensoep’. Ook op culinair gebied zou dus een van haar ouders grote invloed hebben gehad op haar 64

leven.

Volgens Smith is eten daarom Lawsons gehele leven zeer belangrijk geweest. Voornamelijk in haar carrière als schrijfster Al in de eerste zin van haar allereerste column voor Vogue wordt meteen duidelijk hoe Nigella over eten denkt. ‘There is nothing worse than going out for Christmas lunch and finding someone's done something interesting.’ Ze verdedigt in deze column het tradi65

-tionele kerstmaal van kalkoen en ‘glazed ham’ met aardappelpuree en spruitjes. Hiermee maakt ze

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 39.

60

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 121.

61

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 73.

62

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 73.

63

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 73.

64

Lawson, Nigella. 'Nigella's First Vogue Column.' Vogue UK. Vogue, Dec. 1995.

(19)

duidelijk dat koken vooral gaat om het gemak en genot van het eten. Ze benadrukt dat je het niet moeilijker moet maken voor jezelf dan nodig: ‘in food, as in life, it is better to be bored than to bore.’ Twee keer hetzelfde koken is dus geen probleem volgens haar, omdat het dan geheid lukt 66

en dus een hoop ellende bespaart. Het was deze ontspannen kijk op koken die Lawson zou ken-merken in haar veld.

Het starten van de culinaire columns was daardoor, volgens Smith, het moment dat Lawson haar ‘true voice’ vond. Deze voice was voor Smith hetgeen wat Lawson zo goed maakte. ‘Nigella 67

practiced the art of mentoring without patronising.’ Door aan te geven dat Smith Lawson als 68

mentor ziet op het gebied van eten, toont Smith aan dat ze gelooft in de superioriteit van Lawson. Daarbij komt dat Smith ook in de ban lijkt te zijn van Lawsons schrijfstijl: ‘It was the kind of evoca-tive and nostalgic writing that would characterise her bestselling books over the years.’ 69

Gamson haalt in zijn theorie een quote van Braudy aan over ‘paradoxical uniqueness’. De redenering hiervan gaat als volgt: ‘Praise me because I am unique, but praise me as well because my uniqueness is only a more intense and public version of your own.’ Dit stemt overeen met het 70

effect dat Lawson volgens Smith bereikte met haar columns. Omdat Lawson de focus legde op ge-mak tijdens het koken en niet op het resultaat ervan, zou ze veel lezers hebben aangesproken. Ech-ter met haar bekende naam en ook nog een talent voor schrijven en koken was ze toch van een an-dere klasse dan haar lezers. Haar unieke talent, het ‘simpel’ koken, was dus bereikbaar voor haar lezers, terwijl de persoon erachter onbereikbaar was. Juist omdat ze deze schijnbare tegenstelling toch geloofwaardig over kon brengen, werd ze geprezen en werd er in haar geloofd.

Smith ziet vervolgens het jaar 1998 als climax in het verhaal van Lawsons ontluikende ta-lent: ‘By 1998 she and made her class act into an art form. […] Nigella was set on a path to become the nation’s Jiminy Cricket, nudging, reinventing and becoming a style icon for the upper-crust ge-neration of foodies.’ Het talent van Lawson ligt volgens Smith dus voornamelijk in haar stijl van 71

schrijven (en spreken) over eten. Dit onderstreept ze door de uitspraak ‘The fascination about the goddess’s life, body and background fades into insignificance when she begins to talk about food.’ 72

2.3 Belang van familie en vrienden

Gamson benadrukt in zijn eerste verhaal dat de beroemdheid wel gecultiveerd kan worden, maar dat de beroemdheid nooit zal ontstaan tenzij hij het echt verdiend heeft. ‘Hard work was impor-tant; without it, one might never find out if one had the gift that would be demonstrated by the break. Hard work, however, could do nothing to actually create the qualities that might make one

Lawson, Nigella. 'Nigella's First Vogue Column.' Vogue UK. Vogue, Dec. 1995.

66

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 101.

67

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 102.

68

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 101.

69

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

70

1992. 3.

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 102-103.

71

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 142.

(20)

famous.’ Smith heeft al vastgesteld dat het talent aanwezig was in de jonge Lawson, maar dit was 73

nog niet voldoende. Het harde werken, dat het proces naar beroemdheid compleet zou maken, werd volgens Smith voor het grootste deel gestimuleerd door emotionele gebeurtenissen en haar toekomstige man, John Diamond.

Met de introductie van Diamond slaat Smith een nieuw pad in in haar analyse van Lawsons leven. Smith breidt Bonaparte’s categorieën van belangrijke invloeden uit met een belangrijk type relatie: de echtgenoot. Voor Smith wordt deze relatie gekenmerkt door de intieme nabijheid van twee personen en het leven dat zij delen. Zij stelt daarom dat een van de belangrijkste emotionele drijfveren voor Lawson haar toekomstige man was. Hij zou haar actief stimuleren maar ook zijn nabijheid zou haar stimuleren.

De stimulans die Diamond bood kwam voort uit zijn carrière en persoonlijkheid. Om die invloed te beargumenteren gebruikt Smith wederom psychoanalyse. Diamond was namelijk ook journalist maar begon zijn carrière heel anders dan Lawson. Na enkele jaren toneel te hebben ge-studeerd werd Diamond toneeldocent. Al snel werd hem duidelijk dat lesgeven niet zijn passie was. Hij stapte over naar de journalistiek toen The Sunday Times hem aannam. Hij schreef, net 74

als Lawson, columns. Hij is uiteindelijk bekend geworden van zijn werk bij de BBC voor de radio en televisie, maar dit was al enige jaren nadat hij Nigella had ontmoet.

Volgens Smith werd Diamond gekenmerkt door zijn drang om te groeien in zijn vakgebied en om zijn netwerk uit te breiden. Hij wist welke mensen hij moest bespelen en met zijn charme lukte hem dat vaak. Dit sterke besef van wie belangrijk voor hem kon zijn, gebruikte hij om zijn netwerk te vergroten. Een van zijn bazen bij The Sunday Times zei hierover: ‘I think John always knew who was useful to him. I was superior in the hierarchy, although he was never

sycophantic .’ Diamond bezat dus een bijzonder talent om de mensen om hem heen voor zich in 75 76

te zetten zonder dat ze dat als negatief ervoeren. Maar Diamond was niet enkel charismatisch. Hij was ook een harde man. Diezelfde baas zei over het redigeren van werk van Diamond: ‘You didn’t change John’s copy without a row. He was quite brittle and harsh.’ Smith omschrijft Diamond als 77

een zelfverzekerde man die mensen goed wist te bespelen.

Het meest kenmerkend aan Diamond zou echter zijn ziekte worden. In 1997 werd er keel-kanker geconstateerd. Na vele operaties werd uiteindelijk ook zijn tong verwijderd en verloor hij daarmee de mogelijkheid om te spreken en te eten. Volgens Smith werd door deze handicap zijn werk nog belangrijker. Hierdoor schreef hij zo lang hij kon columns bij Private Eye en The Times en twee boeken en hij was ook nog het onderwerp van een documentaire over zijn ziekte. Hij had altijd al de droom gehad beroemd te worden, maar dat hij ‘Mr. Celebrity Cancer’ zou worden was natuurlijk onverwacht. Volgens Smith benutte hij zelfs deze situatie zo goed hij kon. De combina78

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

73

1992. 3.

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006.

74

A person who attempts to gain advantage by flattering influential people or behaving in a servile manner.

75

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 73.

76

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 73.

77

Gerrard, Nicci. 'Topic of Cancer.' The Guardian. The Guardian, 14 mei 2000.

(21)

tie van deze terminale ziekte en het magere freelance bestaan, zou Diamond in ‘overdrive’ gezet hebben. Hij zou daardoor zijn bijzondere manier van mensen beïnvloeden ook op Nigella toege79

-past hebben.

Een van die grote invloeden van Diamond was volgens Smith te zien in het uiterlijk van zijn vrouw. Al ten tijde van hun vriendschap heeft Diamond opmerkingen gemaakt over Nigella’s, toen-tertijd onverzorgde, uiterlijk. Zelf zegt ze dat hij niet haar ‘image’ heeft hervormd maar wel dat het een mens goed doet om samen te zijn met iemand die je goed laat voelen over jezelf. Een oud-80

studiegenoot van Nigella zegt over deze invloed van Diamond: ‘John helped with the packaging of her [Nigella]. She continued with what she was doing and who she was, but I think he helped to build her confidence. He encouraged her greatly. They were both freelancers living together, and having him around all the time after being alone in her flat getting on with her work made her much more confident.’ Het is duidelijk dat Smith enkel uit deze quote haalt dat Diamond een 81

sterke invloed had op Lawson en het woord ‘packaging’ buiten beschouwing laat. Dit wijst namelijk op het machinale tweede verhaal van Gamson. Hieruit wordt duidelijk dat Smith sommige van de interviews zo interpreteerde zodat ze goed in haar visie van Lawson pasten.

Een andere invloed van Diamond had veel te maken met zijn talent als sociaal dier. Hoewel Nigella zelf al relatief bekend was in (en met) de journalistieke sferen van Engeland, zorgde Dia-mond voor een verbreding van hun kennissenkring. Smith: ‘John entertained London’s network with his endless oneliners while Nigella looked like a goddess and cooked like a dream.’ Op hun 82

bruiloftsfeest waren niet alleen uitgevers van bladen en journalistieke talenten aanwezig, maar ook tv-producers en beroemde schrijvers. Smith stelt, ook al kan ze het niet onderbouwen, dat ze ook 83

in hun vrije tijd veel aandacht besteedden aan netwerken door feesten te geven of door ze bij te wonen. Voor Diamond was het leven een ‘natural network exercise’. In deze periode groeide hun 84

netwerk van jonge en talentvolle mensen, van wie velen later posities met aanzien zouden verwer-ven. In het verhaal van Smith wordt dus gesuggereerd dat het stel al aan het voorprogrammeren was voor succes door de juiste mensen op te zoeken en dat de nabijheid van Diamond Lawson sti-muleerde om hierin mee te gaan.

Het enige, maar tevens wel krachtige, voorbeeld van het belang van het nieuwe netwerk was Ed Victor. Hij was de eigenaar van The Groucho Club. Dit was een van dé plekken waar jonge ta-lenten elkaar ontmoetten in Londen. Hij was een grote vooraanstaande naam onder de literaire agenten en zou voor Lawson de stap naar de uitgeverij vergemakkelijken. Hoewel de biografie wel duidelijk maakt dat Victor en Lawson vrienden waren, benadrukt Smith: ‘To imagine that just any-one could pick up an agent like Ed Victor is to misunderstand who Nigella already was in 1998.’ 85

Met deze uitspraak onderstreept ze dat men iets bijzonders moest bezitten om met een bekende

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006.

79

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 78.

80

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 95.

81

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 74.

82

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 82.

83

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 82.

84

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 113.

(22)

agent als Ed Victor in zee te gaan. Dit ‘bijzondere iets’ kwam bij Lawson voort uit haar talent en haar achtergrond, maar ook uit de connecties binnen het netwerk van haar en Diamond.

Het belang van een agent als Ed Victor diept Smith niet uit. Hiermee lijkt het wederom alsof het talent van Lawson voldoende was. In de theorie van Gamson is echter wel een uitleg te vinden voor het belang van een agent voor iemand met talent. Gamson haalt aan dat beroemdheid niet werkte als men enkel aandacht kreeg; er moest ook ‘geloofd’ worden in de persoon. ‘The ‘art’ was not simply getting attention (any publicity is good), but ‘getting believed in’ (only publicity that promotes the desired image is good).’ De rol van Victor werd het vormen van de expertise van 86

Lawson zodat het publiek het ‘desired image’ zou zien: culinaire godin. Daarmee maakte hij haar talent geloofwaardig.

In Smiths verhaal lijkt het alsof Diamond Lawson introduceerde in een nieuwe netwerk dat ze samen vervolgens uitbreidden. Diamond wordt daardoor neergezet als een soort talentscout. Hij zag het talent in zijn vrouw en hielp dat te ontwikkelen door gezamenlijk hun netwerk uit te brei-den en haar te stimuleren zich beter te klebrei-den. Dit was mogelijk door de speciale emotionele band die ze opbouwden. Ook benadrukt Smith dat Lawson door haar gegoede achtergrond en mooi ui-terlijk in de juiste kringen in de smaak viel. Het was dus niet zo dat Lawson een ‘tabula rasa’ was. 87

Hoewel haar talent aangeboren was, ze dit al bezat voordat ze haar man ontmoette, was het Dia-mond die haar stimuleerde meer uit zichzelf te halen. Daarom was DiaDia-mond, in Smith analyse, een belangrijk element in de wording van de beroemdheid Lawson.

2.4 How to Eat

Het is veelzeggend dat Smith geen aandacht besteedt aan de totstandkoming van Lawsons eerste boek. Ze omschrijft enkele randvoorwaarden (de stimulatie van Diamond en de ontmoeting met Ed Victor) maar bekijkt het proces van het boek niet. Hierdoor lijkt het alsof Diamond en Victor ge-noeg stimulans gaven en gewicht droegen in de literaire wereld om de publicatie van How to Eat mogelijk te maken. Het is dan ook voornamelijk hier dat het Smiths verhaal aan kracht ontbreekt. Dit ligt echter in lijn met de psychoanalytische analyse die zij gebruikt. In haar optiek, omdat Law-son aangeboren talent heeft dat gecultiveerd werd door haar omgeving, is het logisch dat ze is uit-gegeven, en daarom behoeft het geen uitleg.

Toch koppelt Smith bijzondere omstandigheden aan de publicatie maar valt in de uitleg er-van terug op de psychoanalyse. Ze zoekt de uitleg voor de publicatie niet in het professionele leven van Lawson, maar in het privéleven. Volgens Smith was de grote stimulans achter How to Eat na-melijk het vele leed dat Lawson had meegemaakt. Het vroege overlijden van haar moeder, en later van haar zus, zouden Lawson zeer bewust hebben gemaakt van haar herkomst. Omdat eten daar onlosmakelijk mee was verbonden, werd dat het onderwerp waarover ze ging schrijven. Smith ba-seert dit op een quote van Lawson: ‘I wouldn’t have written How to Eat if my mother and

Gamson, J. The Assembly Line of Greatness: Celebrity in twentieth century America. Critical Studies in Mass Communication, 9,

86

1992. 4.

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 96.

(23)

sina hadn’t died. It was a kind of memorial to them, a way of continuing my conversation with them.’ Het is een uitspraak van Lawson zelf, maar Smith hecht er toch teveel waarde aan. 88

In een van haar columns nuanceert Lawson deze uitspraak namelijk: ‘[I]t is hard for me not to idealise the particular relationship [between mother and daughter], one that for me is defined by loss. But writing the book helped; it answered that urgent need to remember, to name, to

celebrate.’ Waar Lawson haar drang om te schrijven nuanceert, geeft Smith het juist meer ge89

-wicht: ‘She [Lawson] could reinvent the kitchen of her youth, without the ‘atmosphering’ and with an idealized version of her mother this time, and allow herself to relive her childhood in the way she knew best - in books.’ Hieruit wordt duidelijk dat Smith Lawson niet alleen als verheven ziet, 90

maar haar ook bewondert en het emotionele leven van Lawson gebruikt als een basis voor haar professionele leven. Over How to Eat zegt ze dan ook: ‘And best of all, Nigella was there with us, a mentor guiding and advising and daring us to free our inner chefs.’ 91

Door Smiths grote bewondering voor Lawson en Lawsons emotionele leven ontbreekt het in de biografie regelmatig aan diepgaande analyse. Zo stelt Smith: ‘Nigella was probably never inten-ding to broaden her appeal beyond the middle-class, double income, urban types who shared her lifestyle of the time […]’ Hierdoor zou het voor de uitgever, Chatto & Windus, een ‘leap of faith’ 92

zijn geweest om haar de vrije hand te geven. Smith creëert hiermee een beeld van Lawson als een vrouw die alleen door zware persoonlijke omstandigheden wordt gestimuleerd om haar talenten te benutten en toevallig een zeer succesvol boek op de markt brengt. De beweegredenen achter Lawsons schrijven zijn dus alle psychoanalytisch te herleiden en de kans die ze kreeg bij Chatto & Windus was haar ‘lucky break’ waardoor ze beroemd zou worden.

2.5 Nigella Bites

Na het extreme succes van How to Eat was de volgende stap in Lawsons carrière een tv-program-ma. Volgens Smith was ze bijzonder gewild: ‘Producers had been trying to lure the “raven-haired beauty”, the “handsome” daughter of the Chancellor who had been reluctantly paraded by the press into the limelight since her mid-twenties.’ Bovendien was het volgens Smith een zeer gunstige tijd 93

om een tv-debuut te maken: ‘The table was laid for a new TV cook. TV is a barometer of British cu-linary trends, and TV producers, fed on a diet of nouvelle cuisine in the 1980’s, were coming up with a recipe for change: take an interest in food and a hole in a national soul, they prescribed.’ 94

Toch heeft het nog tien jaar geduurd voordat Lawson op tv zou komen. Naar eigen zeggen was een tv-programma namelijk ‘niks voor haar’. 95

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 115.

88

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 115.

89

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 117.

90

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 116.

91

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 116.

92

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 121.

93

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 121.

94

Smith, Gilly. Nigella Lawson: A Biography. Fort Lee, NJ: Barricade, 2006. 122.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar te zoeken... Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar

© Malmberg, 's-Hertogenbosch | blz 1 van 4 Argus Clou Natuur en Techniek | groep 7/8 | Je ziet het niet, maar het is er wel?. ARGUS CLOU NATUUR EN TECHNIEK | LESSUGGESTIE |

Onderzoek laat zien dat mensen met een laag inkomen minder maatschappelijk betrokken zijn, minder sociale contacten hebben en minder tevreden zijn met hun gezondheid.. De

Ja, er zijn plaatsen in de Bijbel waar “wereld” niet verwijst naar alle mensen, maar het is een ver- gissing te denken dat, omdat aan een woord een bepaalde betekenis kan

4 Neutraliseren hoort niet bij water (= 0pt) Slechte vraag 5 Significantie hier een probleem.. kregen we de vraag: Wat

Tijdens de commissievergadering van 15 juni 2021 kan de portefeuillehouder deze vraag beantwoorden.. 2.Er wordt een uitgang midden in het

Door de opmars in Irak van de re- bellen van de Islamitische Staat (IS) lijkt de vlakte van Nineve stilaan gezuiverd van christe- nen.. Tienduizenden christelijke

De Belgische wetgeving rond homohuwelijk, abortus en euthanasie is dus helemaal geen uiting van permissiviteit, maar kwam tot stand vanuit een moreel uitgangspunt: respect voor