• No results found

Antwoordbladen Screeningstoetsen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Antwoordbladen Screeningstoetsen"

Copied!
19
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag Antwoord 8 + 1 9 2 + 5 7 5 + 3 8 4 + 6 10

IT2

Vraag Antwoord 14 + 3 17 4 + 15 19 12 + 7 19 2 + 16 18

IT3

Vraag Antwoord 8 + 8 16 9 + 6 15 5 + 7 12 4 + 8 12

(2)

56 + 20 76 38 + 50 88 56 + 12 68 35 + 43 78

IT5

Vraag Antwoord 56 + 5 61 86 + 8 94 38 + 9 47 47 + 6 53

IT6

Vraag Antwoord 38 + 23 61 47 + 48 95 26 + 57 83 55 + 38 93

(3)

200 + 380 580 240 + 80 320 440 + 270 710 245 + 383 628

IT8

Vraag Antwoord 6400 + 2700 9100 6250 + 750 7000 2640 + 90 2730 4500 + 900 5400

IT9

Vraag Antwoord 14.200 + 1500 15700 67.500 + 130 67630 44.500 + 3700 48200 76.500 + 2300 78800

(4)

120.000 + 60.000 180000 676.000 + 15.000 691000 480.000 + 140.000 620000 685.000 + 115.000 800000

Aftrekken

IT11

Vraag Antwoord 8 - 2 6 9 - 8 1 7 - 5 2 9 - 6 3

IT12

Vraag Antwoord 15 - 3 12 16 - 5 11 19 - 6 13 18 - 5 13

(5)

15 - 6 9 16 - 9 7 13 - 8 5 14 - 6 8

IT14

Vraag Antwoord 86 - 30 56 77 - 50 27 65 - 13 52 86 - 33 53

IT15

Vraag Antwoord 65 - 6 59 86 - 8 78 34 - 7 27 52 - 9 43

(6)

76 - 37 39 85 - 47 38 95 - 58 37 82 - 66 16

IT17

Vraag Antwoord 500 - 180 320 260 - 90 170 430 - 240 190 934 - 252 682

IT18

Vraag Antwoord 7200 - 3500 3700 4300 - 2500 1800 3400 - 30 3370 8000 - 750 7250

(7)

43.200 - 1700 41500 31.800 - 150 31650 38.300 - 5500 32800 87.300 - 3200 84100

IT20

Vraag Antwoord 150.000 - 30.000 120000 375.000 - 28.000 347000 450.000 - 270.000 180000 775.000 - 250.000 525000

Vermenigvuldigen

IT21

Vraag Antwoord 4 x 3 12 7 x 2 14 6 x 4 24 8 x 5 40

(8)

7 x 7 49 8 x 6 48 7 x 8 56 6 x 9 54

IT23

Vraag Antwoord 45 x 10 450 10 x 26 260 50 x 5 250 6 x 80 480

IT24

Vraag Antwoord 8 x 17 136 9 x 85 765 60 x 70 4200 100 x 65 6500

(9)

30 x 65 1950 300 x 52 15600 8 x 600 4800 200 x 80 16000

IT26

Vraag Antwoord 60 x 200 12000 3 x 4000 12000 8 x 700 5600 60 x 3000 180000

Delen

IT27

Vraag Antwoord 45 : 9 5 42 : 7 6 54 : 6 9 72 : 8 9

(10)

420 : 6 70 225 : 5 45 240 : 60 4 4800 : 8 600

IT29

Vraag Antwoord 3500 : 5 700 4000 : 5 800 6290 : 10 629 5860 : 10 586

IT30

Vraag Antwoord 4200 : 70 60 2500 : 50 50 6200 : 100 62 3200 : 400 8

(11)

Vraag Antwoord

Wat is meer, 1/4 of 1/3 liter? 1/3

Wat is meer, 3/4 of 1/2 liter? 3/4

Wat is meer, 5/8 of 1/2 liter? 5/8

Wat is meer, 2/3 of 3/4 liter? 3/4

IT32

Vraag Antwoord 1/4 deel van 80 20 1/3 deel van 90 30 1/2 deel 140 70 1/5 deel van 200 40

IT33

Vraag Antwoord 3/4 deel van 120 90 2/3 deel van 150 100 3/5 deel 250 150 5/8 deel van 400 250

(12)

2/4 liter en 1/4 liter melk. Samen: ____ liter. 3/4

1/3 liter en 2/9 liter melk. Samen: ____ liter. 5/9

Van 4/5 liter melk drink je 2/5 liter op. Er is dan ____ liter over.

2/5

Van 9/10 liter melk drink je 1/5 liter op. Er is dan ____ liter over.

7/10

IT35

Vraag Antwoord

1/2 is hetzelfde als het kommagetal ____ 0,5

1/4 is hetzelfde als het kommagetal ____ 0,25

3/4 is hetzelfde als het kommagetal ____ 0,75

1/5 is hetzelfde als het kommagetal ____ 0,2

Procenten

IT36

Vraag Antwoord 1 % van 300 3 10 % van 400 40 5 % van 600 30

(13)

1/4 deel = ____ % 25 1/2 deel = ____ % 50 3/4 deel = ____ % 75 8/10 deel = ____ % 80

IT38

Vraag Antwoord 25 % van 400 100 30 % van 300 90 40 % van 500 200 75 % van 200 150

IT39

Vraag Antwoord 3 % van 300 9 6 % van 400 24 12 % van 600 72 15 % van 200 30

(14)

Een jas kost € 100,-. Ik krijg 20% korting, ik betaal € ____ 80

Een broek kost € 50,-. Ik krijg 10% korting, ik betaal € ____ 45

Een trui kost € 60,-. Ik krijg 15% korting, ik betaal € ____ 51

Een bloes kost € 20,-. Ik krijg 25% korting, ik betaal € ____ 15

Kommagetallen

IT41

Vraag Antwoord Wat is meer? 0,5 of 0,45 0,5 Wat is meer? 1,25 of 1,3 1,3 Wat is meer? 2,8 of 2,75 2,8 Wat is meer? 12,5 of 12,49 12,5

IT42

Vraag Antwoord 0,5 + 0,3 0,8 2,5 + 4,3 6,8 1,28 + 0,50 1,78 0,25 + 6,5 6,75

(15)

1 - 0,6 0,4 6,7 - 2,3 4,4 1 - 0,05 0,95 4,5 - 1,25 3,25

IT44

Vraag Antwoord 4 x 0,5 liter = ____ liter 2 3 x 1,2 liter = ____ liter 3,6 3 x € 0,25 = € ____ 0,75 4 x € 1,20 = € ____ 4,80

IT45

Vraag Antwoord 10 x 6,5 65 100 x 5,2 520 28,7 x 10 287 3,67 x 100 367

(16)

Vraag Antwoord

Hoeveel is het? 2 km is hoeveel m? 2000

Hoeveel is het? 4 m is hoeveel cm? 400

Hoeveel is het? 70 cm is hoeveel dm? 7

Hoeveel is het? 120 mm is hoeveel cm? 12

IT47

Vraag Antwoord Wat is meer? 0,5 km of 450 m 0,5 Wat is meer? 1,25 m of 130 cm 130 Wat is meer? 75 mm of 7,8 dm 7,8 Wat is meer? 12,5 cm of 124 mm 12,5

IT48

Vraag Antwoord

Hoeveel is het samen? 1,5 m en 25 cm is samen hoeveel cm?

175

Hoeveel is het samen? 0,5 km en 350 m is samen hoeveel m?

850

Hoeveel is het samen? 750 m en 2,5 km is samen hoeveel m?

3250

(17)

Vraag Antwoord

Hoeveel is het? 3 kg is hoeveel gram? 3000

Hoeveel is het? 6 liter is hoeveel cl? 600

Hoeveel is het? 40 cl is hoeveel ml? 400

Hoeveel is het? 14 gram is hoeveel mg? 14000

IT50

Vraag Antwoord Wat is meer? 0,7 kg of 750 g 750 Wat is meer? 1,75 l of 170 cl 1,75 Wat is meer? 50 cl of 4,8 dl 50 Wat is meer? 1,25 g of 1200 mg 1,25

IT51

Vraag Antwoord

Hoeveel is het samen? 2,5 kg en 500 g is samen hoeveel g? 3000

Hoeveel is het samen? 1,5 l en 350 cl is samen hoeveel cl? 500

Hoeveel is het samen? 450 ml en 45 cl is samen hoeveel ml?

900

Hoeveel is het samen? 500 mg en 2,5 g is samen hoeveel mg?

(18)

Vraag Antwoord Wat is de omtrek? De kamer is 5 m lang en 4 m breed,

hoeveel meter is de omtrek?

18

Wat is de omtrek? Het voetbalveld is 110 m lang en 70 m breed, hoeveel meter is de omtrek?

360

Wat is de omtrek? De tuin is 11 m lang en 7 m breed, hoeveel meter is de omtrek?

36

Wat is de omtrek? Het tafeltje is 80 cm lang en 60 cm breed, hoeveel cm is de omtrek?

280

IT53

Vraag Antwoord

Wat is de oppervlakte? De kamer is 8 m lang en 6 m breed, hoeveel m2 is de oppervlakte?

48

Wat is de oppervlakte? Het voetbalveld is 100 m lang en 60 m breed, hoeveel m2 is de oppervlakte?

6000

Wat is de oppervlakte? De tuin is 12 m lang en 8 m breed, hoeveel m2 is de oppervlakte?

96

Wat is de oppervlakte? Het tafeltje is 60 cm lang en 50 cm breed, hoeveel cm2 is de oppervlakte?

(19)

Vraag Antwoord Kijk naar de grafiek. Hoeveel meter is het hoogste gebouw? 45

Kijk naar de grafiek. Hoeveel meter is het laagste gebouw? 25

Kijk naar de grafiek. Hoeveel meter is het hoogteverschil tussen gebouw 3 en gebouw 4?

15

Kijk naar de grafiek. Hoeveel meter is het hoogteverschil tussen het hoogste en laagste gebouw?

20

IT55

Vraag Antwoord

Kijk naar de grafiek. Hoeveel mensen wonen er in plaats 1? 25000

Kijk naar de grafiek. Hoeveel mensen wonen er in plaats 2? 40000

Kijk naar de grafiek. Wat is het verschil in inwoners tussen plaats 3 en 4?

5000

Kijk naar de grafiek. Wat is het verschil in inwoners tussen plaats 1 en 3?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De hoge correlatie die gevonden wordt tussen de ophelderingspercentages enerzijds en de verwachte invloed die de diverse hierboven genoemde factoren op het ophelderingspercentage

Voor Limburg werden er voor 1996-1997 voor 1.510.200 frank beurzen begroot, maar werden er slechts voor 1.061.200 frank effectief toege- kend.. De commissie beheert 51 actieve

Hoeveel graden verschil was er tussen de hoogste en de laagste temperatuur op

Hoeveel graden verschil was er tussen de hoogste en de laagste temperatuur op

Bij de Europese is de opgave waarschijnlijk niet zo moeilijk, maar hoe zit het met de rest van de wereld.. Probeer de vraagstukken op

Echter doordat de meteorologische methode die door middel van de neerslaggegevens de MHG bepaald zijn uiteen lopende resultaten voor de hoogste grondwaterstanden oplevert is niet

Wanneer de basishuurprijs ook met 100 euro zou stijgen voor een huurder wiens huur- prijs begrensd wordt door de bovengrens van de normale huurwaarde (en ervan uitgaande dat de

Als de snelheid nul is, bevindt Lisa zich in het hoogste of in het laagste punt. Het hoogteverschil is dus gelijk aan de oppervlakte onder de grafiek tussen