cv Bibliotheek Proefstation Naaldwijk
A
06 ?STATION VOOR DE GROENTEN- EN FRUITTEEUT ONDER GLAS,
W TE NAALDWIJK. Weeuwensla in de vollegrond. door: W.P.van Winden Naaldwijk,1963.
WESTTiTSIISLA I2T DE V0LL3GR0IID
P.lîs IV - 10
Plaats: Proefstation Naaldwijk Jaar: Voorjaar 1963«
Inleiding
Deze proef werd opgezet om een aantal voor de glasteelten gese lecteerde nieuwe slarassen in een vroege vollegrondsteelt te "beproeven. Daarnaast werden ook enkele voor deze teelt gebruikelijke rassen als standaard in de proef opgenomen.
Opzet
De volgende rassen werden in viervoud in de proef opgenomen:
1. 1. leikoningin 9. Ko. 57 10. IIo. 47 11. l'ay Princess 12. Blondine 2. Kwiek 3. Delta 4. Rapide 5. llagiola 6. Ko. 39 7. Ampins 8. Aurora 13. Regina 14« Ancora 15« Deciso
Deze rassen werden volgens "bijgaande plattegrond over de "beschik bare ruimte verdeeld.
2.
Per vakje werden 64 planten uitgezet op een onderlinge afstand van 25 x 25 cm.
Uitvoering
De sla. werd in kistjes gezaaid op 28 december. Op 18 februari werden de plantjes in perspotten gezet, in kas 21. Deze opkweekruimte werd met een warmeluchtkachel vorstvrij gehouden. Op 27 maart werd de sla uitge-plant.
Op 27 mei werd er een gedeelte van de sla geoogst. Tijdens de op kweek van de planten in de kas en gedurende de maand april in de volle-grond werden dagelijks de maximum- en minimumluchttemperatuur opgenomen.
Waarnemingen a. temperatuur
De temperaturaa zijn gemiddeld per decade weergegeven in de grafiek op bijlage I« In de periode van opkweek zijn nooit temperaturen beneden nul graden Celcius voorgekomen omdat de ruimte vorstvrij werd gehouden. In de maand april daalde de temperatuur in de nachten van 1 op 2 april, van 4 op 5 april en van 16 op 17 april onder het vriespunt; in de nacht van 4 op 5 april zelfs tot 2°C onder nul. Deze nachtvorsten, maar meer nog de harde, droge wind die na het uitplanten optrad, zijn oorzaak ge weest van een slechte weggroei van de planten; het gevolg was dan ook dat er vrij veel planten zijn weggevallen.
b. oogstgegevens
Bij de oogst op 27 mei werd alle sla, die de A-kwaliteit bereikt had, geoogst. Op diverse veldjes kwam echter geen A-sla voor; hiervan werden geen oogstgegevens verzameld.
In tabel 1 zijn de oogstgegevens van de gezamenlijke parallellen per ras weergegeven.
Tabel 1. De geoogste hoeveelheid A-sla van verschillende rassen in een vollegrondsteelt.
Ras aantal stuks gewicht in g gemiddeld
krop^ewicht in m aantal^g^rallellei ooffstbare A-sla 1. Meikoningin 30 9220 307,3 3 2. Kwiek 32 9180 286,8 3 3« Delta 47 12840 273,1 4 4. Rapide 18 4780 265,5 3 5. Llagiola 17 3830 225,2 3 6. ITO. 39 17 4880 287,0 3 7. Amplus 21 5930 282,3 4 8. Aurore 32 7860 245,6 4 9. Ko. 57 23 6060 263,4 3 10. No. 47 25 6820 272,8 4 11. Llay Princess 28 7400 264,2 3 12. Blondine 30 852O 284,0 4 13. Regina 23 55OO 239,1 3 14. Ancora 7 I63O 232,8 2 15« Deciso 4 1270 317,5 2
Het grootste aantal geoogste kroppen A-sla werd bereikt bij het ras Delta, nl. 47« Daarna volgden Kwiek, Aurore, LIeikoningin, Blondine en Llay Princess met elk + JO stuks A-sla.
Het kleinste aantal kroppen werd verkregen van Deciso en Ancora nl. resp. 4 en 7 stuks.
De hoogste gemiddelde kropgewichten werden bereikt door Deciso (317
s)
> Meikoningin (307 g), No. 39 (287 g), Kwiek (286 g), Blondine (284 g) en Amplus (282 g). De overige rassen waren alle lichter dan4.
No. 39 slecht 17 kroppen sla geleverd.
De "beste totaal resultaten werden dus behaald met de rassen Mei koningin, Kwiek en Blondine, omdat deze rassen een hoog gemiddeld
krop-gewicht hadden en een groot aantal oogstbare kroppen leverden. Ook het ras Delta kan tot de beste gerekend worden, omdat dit ras het grootste aantal oogstbare kroppen leverde terwijl het gemiddeld kropgewicht niet eens zo veel lager was dan van de zojuist genoemde drie rassen.
Samenvatting
Bij een proef met weeuwensla in de vollegrond werden een vijftien tal rassen uitgezet. De sla werd uitgezaaid op 28 december en in een vorstvrije kas in perspotjes opgekweekt. Op 27 maart werd uitgeplant. Door ongunstige weersomstandigheden, zoals veel wind en lage tempera tuur, groeide de sla slecht en kwam veel uitval voor. Om deze reden werden de oogstgegevens slechts beperkt tot het aantal kroppen A-sla dat op 27 mei aanwezig was.
Uit de verkregen oogstgegevens kwamen de rassen Meikoningin, Kwiek en Blondine met het hoogste gemiddeld kropgewicht naar voren, terwijl het aantal geoogste kroppen groter was dan van de meeste overige rassen.
Het ras Delta leverde het hoogste aantal geoogste kroppen; het gemiddeld kropgewicht van dit ras was echter iets-lager dan van bovenge noemde rassen. 8 oktober 1963« AvG-vB Naaldwijk 14 augustus 1963-De Proefnemer, V.P. van Winden.