• No results found

De toekomst van Augmented Reality bij de Nederlandse ambulancedienst

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De toekomst van Augmented Reality bij de Nederlandse ambulancedienst"

Copied!
121
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

De toekomst van

Augmented Reality bij de

Nederlandse

ambulancedienst

Grounded Theory onderzoek naar de

mogelijkheden van Augmented Reality gebruik bij

ambulancepersoneel in Nederland

Arnout van Dael | 10802959

Bachelorscriptie Informatiekunde

Universiteit van Amsterdam, Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en

Informatica

Scriptie Supervisor: Vanessa Dirksen

Tweede Supervisor: Loek Stolwijk

(2)

2

Abstract

Er wordt in dit onderzoek gekeken naar mogelijke hulp die de technologische innovatie van Augmented Reality kan bieden onder Nederlands ambulancepersoneel. Met behulp van interviews is ambulancepersoneel ondervraagd. Hierna heeft een analyse betreffend de resultaten van de interviews plaatsgevonden, waarna verscheidene coderingsmethoden zijn toegepast op de data. Tot slot is er gereflecteerd op gecreëerde categorieën, om een basis te leggen voor een praktisch vervolgonderzoek. Er wordt namelijk, met behulp van

literatuuronderzoek, een basis gecreëerd voor mogelijke Augmented Reality

toepassingsmogelijkheden, met de verkregen data van het ambulancepersoneel. Meerde toepassingsmogelijkheden worden geschetst gebaseerd op gevonden categorieën uit het interview. Er kan in een vervolgonderzoek gewerkt worden met het in de praktijk uitvoeren van de onderzoeken, maar het is natuurlijk ook mogelijk om opnieuw de data op eigen of andere wijze te coderen en andere resultaten te krijgen.

(3)

3

Inhoudsopgave

1. Inleiding 5 1.1 Onderzoeksvraag 5 1.2 Aanpak 6 2. Methode 7 2.1 Data verzameling 7 2.2 Theoretische gevoeligheid 9 3. Bevindingen 10 3.1 Open/Axiaal coderen 10 3.1.1 Scholing 10 3.1.2 Triëren 12 3.1.3 Meekijken huisarts 13 3.1.4 Protocollen 14 3.1.5 Contact ziekenhuis 15 3.1.6 Patiëntinformatie 16 3.1.7 Situationele gegevens 17 3.1.8 Gegevens collegae 18 3.1.9 Gegevens voertuig 18 3.1.10 Omgevingsscan 19

3.1.11 Route naar locatie 19

3.1.12 Meekijken meldkamer 20 3.1.13 Digitale anamnese 21 3.1.14 Spraak 21 3.1.15 Ambulance informatie 22 3.1.16 Vertaling 22 3.1.17 Niet-reanimeren penning 23 3.1.18 Monteur 23 3.2 Selectief coderen 23 3.2.1 Bijzondere situaties 24 3.2.2 Zekerheid situaties 24

3.2.3 Versnellen medisch werk 24

3.2.4 Post-rit onderhoud 25

3.2.5 Assistent medisch werk 25

4. Reflectie 26 4.1 Bijzondere situaties 26 4.1.1 Scholing 26 4.1.2 Triëren 27 4.2 Zekerheid situaties 29 4.2.1 Niet-reanimeren penning 29

(4)

4

4.2.2 Omgevingsscan 30

4.2.3 Second opinion 32

4.3 Versnellen medisch werk 32

4.3.1 Situationele data & Patiëntinformatie 32

4.3.2 Routebeschrijving 32

4.4 Post-rit onderhoud 33

4.5 Assistent medisch werk 33

5. Conclusie 34 6. Literatuurlijst 35 7. Bijlage 37 8. Appendix 121

(5)

5

Inleiding

Augmented Reality creëert een digitale interface door de realiteit te combineren met virtuele objecten. Hierbij kan gedacht worden aan de toepassing van Augmented Reality op bijna alle technologische apparaten die in het bezit zijn van een interface en een camera. Deze vorm van technologie biedt veel toepassingsmogelijkheden voor het gebruik in de praktijk. Denk hierbij aan Augmented Reality binnen browsers, wanneer je een apparaat jouw omgeving laat herkennen en de gebruiker direct informatie bij de getoonde omgeving krijgt. Denk aan het welbekende spel Pokémon GO, waarbij je met je smartphone rondloopt en je een animatie aangepast aan de omgeving te zien krijgt.

Daarnaast kan Augmented Reality ook voor meer nuttige of praktische zaken gebruikt worden. Hierbij kan gedacht worden aan lesprogramma’s voor het leren van talen, waarbij alles in de omgeving herkend wordt en Augmented Reality een vertaling naar keuze bij bepaalde objecten levert. Of er kan gedacht worden aan gitaarlessen, waarbij door de bril wordt weergegeven waar de snaren aangeslagen moeten worden. Ook kan het op medisch gebied toegepast worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de weergave van interne problemen bij patiënten door de Augmented Reality bril (Fuchs et al, 1998).

Er zijn ronduit te veel toepassingsmogelijkheden voor Augmented Reality te bedenken. Mede dankzij dit feit heeft Augmented Reality nog geen sterke plaats gevonden in de huidige samenleving. Het valt eenvoudigweg niet te koppelen aan een specifieke actie of situatie, waardoor het gebruik ervan moeilijk te interpreteren is voor een groot deel van de bevolking. In dit onderzoek zal er een focus gelegd worden op Nederlands ambulancepersoneel binnen de categorie paramedici. Er wordt verwacht dat hier mogelijk ruimte ligt voor het gebruik van Augmented Reality dat ten goede kan komen voor het werk dat ambulancepersoneel levert. Met behulp van interviews en daarover uitgevoerde analyses zal er gekeken worden naar een mogelijke plaats voor Augmented Reality binnen het werkveld van ambulancepersoneel. Wellicht kan Augmented Reality ondersteuning bieden aan het personeel, waarbij het hun werk positief beïnvloedt.

Binnen het wetenschappelijke onderzoek dat er al is met betrekking op Augmented Reality gebruik bij ambulancepersoneel, in het Amerikaans beter bekend als EMS, draait het om ondersteuning bij lesgeven, niet om praktijktoepassingen (Rolland et al, 2003; Davis et al, 2002). Daarnaast zijn veel van de onderzoeken die op dit gebied gedaan zijn meerdere jaren oud, wat een rol speelt bij de beperktere mogelijkheden op technologisch gebied.

Een factor om ook rekening mee te houden is dat de bevoegdheden van de Amerikaanse EMS anders liggen dan de bevoegdheden van de Nederlandse ambulanceverpleegkundige. De EMS in de VS bestaat zowel privaat als publiek, waarbij de personeelseisen anders liggen dan die in Nederland, waardoor de bevoegdheden ook anders liggen (Atwood et al, 2005; Al-Shaqsi, 2010).

Er zal in dit onderzoek gekeken worden naar de Augmented Reality toepassingen bij ambulancepersoneel die er al zijn, en er zal gekeken worden welke mogelijke nieuwe

methoden ontwikkeld kunnen worden. Hierbij denkend aan het feit dat in het buitenland de eisen en Augmented Reality toepassingen mogelijk anders zijn dan in Nederland.

1.1 Onderzoeksvraag

Door het gebruik van Grounded Theory is de onderzoeksvraag bij welke mogelijke

toepassingsmethoden van Augmented Reality het Nederlands ambulancepersoneel baat zou hebben. De onderzoeksvraag kan als volgt gesteld worden; welke theorieën zou je kunnen creëren over de mogelijke toepassing van Augmented Reality voor het werk van Nederlands ambulancepersoneel?

(6)

6

1.2 Aanpak

Hoofdzakelijk is de Grounded Theory opbouw van Glaser en Strauss (1967) gevolgd. Echter is niet alles in de details gevolgd, aangezien dit onderzoek dient als een bachelorscriptie en er eenvoudigweg niet genoeg tijd was om een volledig onderzoek, met twintig participanten, uitgebreid en correct uit te voeren. Gedurende het onderzoek zal een aanzet worden gegeven tot theorieontwikkeling die zal aanbevelen waar de daaruit voortkomende gegevens de onderzoeksvraag kunnen beantwoorden (Glaser, 1978). Het gaat hier om een exploratief onderzoek, waarbij door tijdsrestricties niet de nodige iteratieve cycli van dataverzameling en analyse zijn doorlopen om te komen tot volwaardige theorievorming. Interview 18 en 20 zijn niet meegenomen in het onderzoek wegens de afwezigheid van toepassingsmogelijkheden.

(7)

7

Methode

Twee van de interviews zijn niet verder gebruikt in het onderzoek wegens de afwezigheid van ideeën. Daarnaast zijn binnen het onderzoek de interviews grammaticaal correct

geformuleerd, terwijl in de bijlage de letterlijke uitspraken van het personeel op papier staan. Grounded Theory wordt in dit onderzoek gebruikt om patronen in data boven water te halen en daaruit theorieën te kunnen creëren.

Personeel is op locatie geïnterviewd. Allereerst, wanneer onbekend met Augmented Reality, worden uitleg en voorbeelden gegeven over het begrip. Daarna is begonnen met de vraag of zij ideeën hadden over implementatie van Augmented Reality, denkend aan de mogelijkheid hen te ondersteunen in hun werk. In de analyse komen patronen binnen de verkregen data naar boven. Daaruit wordt verder gewerkt om een theorie, of theorieën tot stand te brengen. Bij Grounded Theory draait het om een onderzoeksmethode, die zorgt voor het

conceptualiseren van patronen en structuren in een gebied van interesse, door het proces van constante vergelijking. Uiteindelijk zullen eenvoudige Augmented Reality toepassingen getoond worden die hulp zouden kunnen bieden bij de gevonden problemen. Dit zullen simpele voorbeelden zijn die inzicht kunnen geven in het mogelijke gebruik. Denk aan uitwerkingen van ideeën in combinatie met schetsen, om zo een nog beter beeld te geven bij het mogelijke gebruik.

Met als doel te eindigen met een theorie over Augmented Reality gebruik onder Nederlands ambulancepersoneel. Om dit te verkrijgen werd begonnen met het afnemen van open interviews.

Het doel van Grounded Theory is het ontwikkelen van een theorie die een gedragspatroon uitlegt dat zowel relevant als problematisch is voor degenen die worden bestudeerd (Glaser, 1978). Het draait hier om theorieontwikkeling en een onbekend gebied, namelijk het gebruik van Augmented Reality bij Nederlands ambulancepersoneel. Grounded Theory leent zich daarom voor dit onderzoek. Het draait om het linken van verschillende niet gerelateerde feiten op een pragmatische manier. Het is een manier om het duidelijke, impliciete en niet-herkende en onbekende te ontdekken (Morse, 1994).

2.1 Dataverzameling

Allereerst werd met ambulancepersoneel werkend in Ambulancezorg Kennemerland te Haarlem een open interview gehouden. Op locatie in de gedeelde brandweer-en

ambulancekazerne in Haarlem aan de Zijlweg zijn in privéruimtes de één-op-één gesprekken afgenomen. Met de mogelijkheid van toegang tot de algemene kamer van het

ambulancepersoneel kon het personeel voor interviews gevraagd worden wanneer zij niet bezig waren. Dit gebeurde tussen hun ritten en andere werkgebonden taken door. Ondanks dat er altijd het risico was dat het personeel een rit kreeg en ervandoor moest is dit slechts één keer voorgekomen. Eén van de voordelen van interviewen op locatie is dat ze in hun werkomgeving zitten en makkelijk te bereiken zijn. Ook was er bijna altijd personeel op locatie. Daarnaast meegenomen het feit dat om de zoveel uren nieuwe diensten begonnen en dus ander personeel binnenkwam. Dit zorgde voor de continue mogelijkheid te interviewen. Wanneer het personeel in de privékamer aankwam werd het Grounded Theory principe verklaard en de vraag betreffend Augmented Reality gesteld.

‘ “…. met Grounded Theory, dat is een onderzoeksmethode dat ik eerst heel breed ga interviewen, dan analyseer, en dan iets dieper/specifieker ga interviewen als er resultaten uitkomen. En ik moet zeg maar kijken of er een plaats is voor AR bij ambulance personeel.” ‘ – Interview 2

(8)

8

Tevens werd gevraagd naar hun kennis over het blijkend veelal onbekende begrip van Augmented Reality. Per interview zijn er voorbeelden te geven over Augmented Reality toepassingen die niet in een directe relatie stonden met de gezondheidszorg of de ambulancezorg.

‘ “…. Augmented Reality is dus zeg maar, eh, gewoon een beeld van de realiteit en daar overheen wordt een ander beeld geplakt, en dat kan tekst zijn, dat kan een figuur zijn, het kan het herkennen van de omgeving zijn. Dat kunnen allerlei dingen zijn. U kent misschien Pokémon GO wel, die app, dat is een spel en dan…” ‘ –

Interview 5

‘ “…. tegenwoordig dat als je bijvoorbeeld een Spaanse tekst op de muur hebt, dan kijk je met de camera ernaar en dan heb je een Google Translate en dan vervangt hij de tekst met de Nederlandse variant en dan heb je de tekst in het Nederlands staan in plaat van in een andere taal. “ ‘ – Interview 5

Dit laatste zodat er geen invloed van buitenaf plaats zou vinden op hun denkbeelden bij de mogelijke toepassingen van Augmented Reality. Hoe minder beïnvloed hoe krachtiger de resultaten.

Daarnaast werd gedurende de interviews meermaals gevraagd naar eerder voorgekomen onderwerpen of persoonlijke aanvullingen op hun ideeën. Om niet te beïnvloeden is continu geweigerd eigen bijdrage te leveren aan ideeën die meer dan aanvullend zouden zijn. Dit gebeurde vooral zodra interviews stil vielen en participanten het gevoel hadden dat hun ideeën niets bijdroegen of dat ze überhaupt geen inbreng meer hadden. Met regelmaat is een nieuw voorbeeld naar voren gebracht, om zo weer aan de participanten van het interview te tonen dat het begrip van Augmented Reality meer mogelijkheden heeft dan zij zich op dat moment beseften. Wat meerdere malen tijdens de interviews naar voren is gekomen, is het ‘Defensie voorbeeld’. Dit voorbeeld werd gegeven om de ideeën van het ambulancepersoneel opnieuw op gang te brengen.

‘ “Dat is dan ook dat ze zo’n bril bij zich hebben en zij hebben ook camera’s bij zich.

En die kunnen de omgeving scannen en die kunnen bijvoorbeeld gevaren zien. Maar ook kunnen zij zien wat hun collega’s zien. Bijvoorbeeld wanneer er ergens in dat gebouw hier achter je in dat gebouw een collega staat en een vijand voor hem, dan kan jij door het gebouw heen zien waar zij staan en wat er gebeurd. Dat is een manier, een mogelijke toepassing.” ‘ – Interview 6

Eveneens wanneer participanten toonden dat zij ervan overtuigd waren dat hun voorbeelden en ideeën niet van belang waren is er naast het geven van een extra voorbeeld ook met regelmaat gekozen om aan te tonen dat de verkregen voorbeelden en ideeën in werkelijkheid wel ergens op sloegen, of volledig, of in zekere mate, mogelijk waren. Dit om er voor te zorgen dat ze zich nimmer in zouden houden of hun kennis in ideeën niet zouden delen uit angst voor het bieden van praktische en nuttige oplossingen die niet goed zouden zijn. Er is in een zo groot mogelijke mate geprobeerd een omgeving te creëren waarin de participanten zich op hun gemak voelden en zich daarnaast ook vrij voelden om zich volledig te kunnen uiten.

(9)

9

Zodra de participant volledig zonder ideeën leek te zitten werden de interviews gestaakt en werd gezegd dat als ze nog met ideeën kwamen ze altijd nog terug konden komen. Slechts één iemand heeft van deze mogelijkheid gebruik gemaakt.

2.2 Theoretische gevoeligheid

Theoretische gevoeligheid betreft hier de gevoeligheid van data die van belang zijn voor het creëren van de theorie, ofwel van de Grounded Theory. Het is van belang dat er betekenis wordt gegeven aan de verkregen data. Dit zal gebeuren met behulp van de codeermethode voor Grounded Theory zoals in 1967 geïntroduceerd door Glaser en Strauss. Waarbij open, axiaal en selectief gecodeerd wordt. De iteratieve cycli van dataverzameling en analyse zijn echter niet goed doorlopen om te komen tot een volwaardige theorievorming.

(10)

10

Bevindingen

Het betekenis geven aan de data kan plaatvinden door middel van coderen. Bij het coderen van de verkregen data is inductief te werk gegaan. Met de transcribeerwerken van de interviews met respondenten zijn de codes verkregen. Allereerst is er open gecodeerd, op deze manier is a posteriori kennis verkregen op de mogelijke wijze waarop Augmented Reality kan worden geïmplementeerd onder ambulancepersoneel in Nederland. Bij deze methode van open coderen is begonnen met het maken van een contextgevoelig schema. De codes zijn met behulp van ATLAS.ti verwerkt. Er is gebruik gemaakt van de taal van de respondenten om de codes te genereren. Dit is gedaan door datasegmenten die

overeenkwamen te blijven vergelijken en in te delen in bepaalde coderingen (Glaser & Strauss, 1967; Corbin & Strauss, 1990).

3.1 Open en axiaal coderen

Er wordt begonnen met open coderen. Dit is de beginfase waarbij de data voor het eerst eenvoudig gecodeerd worden. Veelal worden de datasegmenten pas meer samengevoegd onder dezelfde code in de fase van het axiaal coderen. In dit geval zijn de fasen van het open coderen en axiaal coderen bijna hand in hand gegaan. Door het langdurig werken met de verkregen data en het bijna volledig uit het hoofd kennen van interviews kon er redelijk snel in een continu proces op het zelfde moment zowel open als axiaal gecodeerd worden. Dit komt mede doordat het proces van over en weer gaan van meningen en ideeën tijdens het houden van interviews en het transcriberen al een proces was waar continu datasegmenten en codes bedacht werden en werden gespecificeerd.

Naast ATLAS.ti is met behulp van Excel een simpel contextgevoelig schema gemaakt waarin in het kort de code verklaard wordt en waar de kwantiteit van de code wordt aangeduid. Dit zijn de desbetreffende codes die uit de twintig interviews gekomen zijn. Kwantiteit houdt natuurlijk niet in dat de codes met de hoogste kwantiteit belangrijker zijn, het zegt echter wel wat over de mogelijke denkpatronen van het personeel. Nu volgt uitleg van de tot stand koming van de codes.

3.1.1 Scholing

Met regelmaat werd duidelijk dat de respondenten veel moeite hadden met het bedenken van Augmented Reality toepassingsmogelijkheden in de praktijk. Zo is het meermaals

voorgekomen dat voorbeelden die in de praktijk toepasbaar zijn werden gegeven als scholingsvoorbeeld.

‘ “Eh, dan denk ik eigenlijk als eerste aan, aan scholings.. voor scholing. Oefenen kan je het natuurlijk ook voor gebruiken. Maar dat is dan misschien Virtual Reality? Nou, eh, als voorbeeld? Hoe precies zie je dat voor je?

Nou kijk, dat je bij een ongeval komt en je moet triëren, je moet je slachtoffers bekijken en een bepaald nummer aangeven, dat noemen wij triëren. T1, T2, T3 slachtoffers, T1 zijn mensen die direct geholpen moeten worden en direct naar het ziekenhuis vervoerd moeten worden. T2 dat zijn mensen die zijn wel zodanig gewond dat ze naar het ziekenhuis moeten maar het kan heel even wachten. En T3 zijn mensen die rondlopen en ehh, nou goed die slachtoffers kunnen wel slechter worden. Van T3 kan je bijvoorbeeld naar T2 of zelfs T1 slachtoffer worden. Zo

(11)

11

probeer je bij een grootschalig ongeval een inschatting te maken van hoeveel slachtoffers met wat voor, eh, ja, eh, de ernst van de slachtoffers. En aan de hand daarvan, nou, in de praktijk kom je dat niet veel tegen, dus dat is goed als oefening te doen. Dat is voor ons vaak in oefensituaties, zo’n oefening is best ingewikkeld in elkaar te zetten. Je hebt ambu’s nodig, brandweer, politie, lotusslachtoffers….” ‘ – Interview 1

Zoals hier te zien is, werd er een praktijkvoorbeeld geleverd, maar uitgewerkt als

scholingsprincipe. Dit is vaker voorgekomen. Ook het argument “in de praktijk kom je dat

niet veel tegen, dus dat is goed om als oefening te doen” leek een struikelblok voor veel van

de participanten. Het is vaker voorgekomen dat gemeld werd dat een situatie waar ze het niet over wilden hebben toch niet vaak genoeg gebruikt zou worden, terwijl dit helemaal niet de relevantie weg zou moeten nemen van mogelijke hulp die een dergelijke toepassing zou kunnen bieden. Vaker kwam het voorbeeld van grootschalige ongelukken terug onder het kopje ‘scholing’. Toch is er voor gekozen deze voorbeelden zowel bij scholing als bij de specifieke actie die ze omschrijven te gebruiken.

‘ “Ik denk dat het bij trainingssituaties sowieso. … het idee van terrorisme is dat als je in een grote chaos komt… …. dus met oefeningen zou dat mooi zijn. Nou zou je daar natuurlijk ook bepaalde slachtoffers, kleuren, wat dan ook in kunnen geven, dan, het idee is natuurlijk dat als je zelf als eerste aankomt en je pakt de eerste maar dat het dan helemaal fout gaat. Je moet er dan, zeker als eerste auto, dat zou dan gelden niet alleen voor de ambulance maar juist ook voor de OVDG’s en dat soort dingen, een soort leidinggevende die het geheel moet kunnen overzien, een

inschatting maken, daar zou het mooi voor zijn.” – Interview 4

Bij voorgaand voorbeeld kan je zien dat er wederom wordt gepraat over een situatie die valt buiten het gebied waar het ambulancepersoneel zich volledig comfortabel voelt. Ze

omschrijven taken die ze, zoals ze zelf aangeven, moeilijk tot niet voor kunnen bereiden. Wat meerdere malen tijdens de interviews naar voren is gekomen, is het ‘Defensie voorbeeld’. Dit voorbeeld werd gegeven om de ideeën van het ambulancepersoneel opnieuw op gang te brengen op situaties die je in praktijk niet tot zelden meemaakt. Van grootschalige rampen met vliegtuigen tot terroristische aanslagen.

‘ “Ja, ik kom net van de scholing vandaan. Die zou je voor scholing heel mooi kunnen gebruiken denk ik. En dan met name, bijvoorbeeld, een eerste aanval met een

terroristisch gebied waar iets mis gegaan is, of bij een grote ramp waar

opgeschaald moet worden en waarbij iedereen zijn eigen rol heeft. Die zou je dan met zo’n virtuele realitybril inderdaad heel mooi als simulatie onderwijs kunnen gebruiken ja.” ‘ – Interview 5

Zoals te zien is, wordt door personeel nog steeds de tot voorheen veelal onbekende naam Augmented Reality door elkaar gehaald met de bekendere naam Virtual Reality. Wanneer zij echter voorbeelden geven, of wanneer voor hen voorbeelden worden geleverd, wordt er duidelijk gemaakt dat de wijze waarop het wordt toegepast de vorm van Augmented Reality aanneemt. Daarnaast wordt er over scholing gepraat zonder verdere diepere voorbeelden toe te voegen.

(12)

12

‘ “… mensen kunnen het zich niet inbeelden, dus er ligt daar een pop en lopen dus eigenlijk stuk op het feit dat de realiteit...” ‘ – Interview 9

‘ “Met die AR kan je het veel meer situatiegericht maken, het is ook echt op straat, het is een, je ziet een gevaarlijk voorwerp in de buurt staan. Om het realistischer,

betekenisvoller, te maken.” ‘ – Interview 11

Toch komt scholing vooral voor twee mogelijkheden terug. Allereerst het testen van de capaciteiten van het personeel, dus de controle van de kennis die het ambulancepersoneel moet bezitten. En ten tweede het trainen van casussen die in de praktijk niet zo vaak voorkomen, zodat er in die situatie op de automatische piloot gewerkt kan worden.

‘ “Ja, het is, het is, ja, scholing zelf wordt natuurlijk lastig, want, ja. Het is natuurlijk heel vaak dat ze dingen ook vaak moeten oefenen om het eigen te maken. Ja, ik zou het niet zo gauw weten ik daar mee zou moeten eigenlijk, om het eerlijk te zeggen.” ‘ - Interview 19

Naast deze twee scenario’s voor hulpverlening kan er bij scholing ook nog gedacht worden aan toepassingen in het verkeer.

‘ “Chauffeurs moeten natuurlijk ook opgeleid worden in het verkeer hier. Deels doe je dat echt op de weg, maar ik kan me misschien voorstellen dat ook daar voor dit systeem dingen voor kunnen worden gecreëerd, of zijn…” ‘ –Interview 13

Concluderend lijkt er dus zeker veel gedacht te worden aan scholingsmogelijkheden. Zowel scholing in het algemeen als scholing in uiterst bijzondere situaties. Het valt op dat er met tamelijk meer gemak gedacht kan worden aan scholingstoepassingen dan aan

praktijktoepassingen bij het gebruik van Augmented Reality. Dit zal hoogstwaarschijnlijk komen door het ongeloof van gebruik van deze, voor velen onbekende technologie, in de praktijk. Training is een makkelijkere wijze van implementatie voor de respondenten. Wat overeenstemt met alle voorbeelden is dat er per definitie gefocust wordt op een situatie die in zulke lage regelmaat voorkomt dat het personeel de mogelijkheid ziet voor Augmented Reality om te ondersteunen op de verschillende gebieden, in dit geval met de focus op scholing.

3.1.2 Triëren

Hierbij geldt het eerste voorbeeld als gegeven bij het onderdeel scholing. Het draait bij triëren om het categoriseren van slachtoffers, en het bij grootschalige onderzoeken creëren van overzicht. Zo zie je dat er grote behoefte is aan het hebben van overzicht. Zowel de locatie van de patiënt, als de waarden binnen het triëren.

‘ “…bijvoorbeeld grootschalig incident… je hebt een ruimte waar mensen liggen, die ga je hertriëren, zodat je die op een hele makkelijke manier ziet en dat je die redelijk makkelijk onder elkaar kan zetten. Dat je de plek weet waar de patiënt zit, dat je z’n ABC even snel gecheckt hebt, dat kan binnen 30 seconden, maar dat je dat in ieder geval, dat dat ergens opgeslagen wordt, heel snel en effectief.” ‘ – Interview 2

Dit wordt momenteel slecht bijgehouden. Zo is zelfs benoemd dat dit nu door iemand op een papiertje wordt opgeschreven. Er werd uitgelegd dat dit papiertje nog wel eens wegwaait, of

(13)

13

dat er een pen leeg is waardoor eerst een nieuwe gezocht moet worden. Terwijl, zoals te bedenken is, bij grootschalige incidenten efficiënt omgaan met tijd cruciaal kan zijn. Zo kan het in het voordeel werken van ambulancepersoneel wanneer antwoorden op onder andere de volgende vragen voor iedereen direct beschikbaar zijn.

‘ “…slachtoffers, dat is een T1 en dat en dat zijn, dat is de pols, dat de ademhaling, van die en die, weet je wel? Slachtoffer 2 ligt daar en daar, dat dat allemaal

automatisch bijgehouden wordt van hoeveel T1 slachtoffers hebben we? Hoeveel T2 slachtoffers hebben we? En hoeveel T3, en waar gaan die dan naartoe?” ‘ –

Interview 5

Een soepele overdracht van de verkregen informatie naar de ambulance en mogelijk zelfs naar ander assisterend personeel dat medische hulp kan verlenen kan van groot belang zijn.

‘ “Moet je zeg maar triëren, en dan ga je dus zeg maar, de eerste auto is bezig en in die loop van de tijd komen de volgende auto’s aan. En die willen weten van hoe zit het incident in elkaar, waar dealen we mee. En eh, die kunnen dan het veld in lopen en die zien gewoon van, van eh, als je zo’n bril hebt en als eerste auto kom je bij een slachtoffer, en dit is een T1, en de volgende T2, en dat benoem je dan. En de volgende komt eraan en die ziet gelijk op z’n bril dit zijn T1 en T2.” ‘ – Interview 15

Het valt op dat door bijna iedereen exact dezelfde situatie wordt geschetst. Allen willen weten waar iedereen zich bevindt, hoe ze gecategoriseerd zijn en waar ze naartoe moeten. Door iedereen wordt dezelfde behoefte naar overzicht en duidelijkheid gecreëerd. Dit is ook zeker een struikelpunt omdat meerdere hulpverleners die continu aanstromen allemaal ingelicht moeten worden. Daarnaast aangezien de situatie en inzichten voortdurend zullen veranderen zal de situatie constant ge-update moeten worden.

3.1.3 Meekijken huisarts

Het komt voor dat het voor het ambulancepersoneel gewenst is om meer informatie te krijgen over de staat van een patiënt en over zijn of haar medische geschiedenis. De huisarts beschikt vaak over veel informatie en heeft de mogelijkheid ambulancepersoneel bij te staan en te ondersteunen met kennis over de patiënt. Mogelijke wordt extra informatie gevraagd over een patiënt waar een huisarts bekender mee is dan het ambulancepersoneel. Ook kan het zijn dat de patiënt niet naar het ziekenhuis gaat, maar aan de huisarts wordt

overgedragen. De meest eenvoudige methode voor de huisartsen om een goed en duidelijk beeld te krijgen van de situatie is hem of haar mee te laten kijken. In meerdere gesprekken kwam naar voren dat er behoefte zou zijn aan het mogelijk meekijken van een huisarts.

‘ “je komt wel eens bij mensen thuis bijvoorbeeld, dat de klachten vrij vaag zijn, en eh, dat het wel prettig is als bijvoorbeeld een huisarts of iemand mee zou kunnen kijken.” ‘ – Interview 1

‘ “Of een videoconference met een huisarts” ‘ - Interview 15

Naast huisartsen wordt met meekijken in andere interviews ook verwezen naar het mee laten kijken van de meldkamer en het mee laten kijken van het ziekenhuis. Hier wordt op

(14)

14

teruggekomen bij het bespreken van de categorieën. Wat opvalt aan het meekijken van de huisarts is dat er hier door de participanten niet gedacht is aan de praktische toepassingen van Augmented Reality zelf, maar meer aan het gevolg ervan. Het is door het

ambulancepersoneel vaker geopperd dat het mee laten kijken van meerdere kanalen hulp kan bieden bij hun werk. Echter is dit zoals ook aan de participanten uitgelegd, geen direct

Augmented Reality gebruik. Desondanks is het zo vaak, door zo veel mensen als voorbeeld gegeven, dat er toch besloten is dit als code mee te nemen in het onderzoek. Ondanks dat dit geen op zichzelf staand Augmented Reality gebruik is, is het zeker wel een gevolg van

Augmented Reality gebruik, waaruit, als het aan ambulancepersoneel ligt, zeker voordeel behaald kan worden.

3.1.4 Protocollen

Augmented Reality toepassen voor het LPA, ofwel het Landelijk Protocol Ambulancezorg, is veruit de meest gedeelde mening gedurende de interviews. Er wordt veel gesproken over de situaties waarin het LPA 8.1 bij een melding erbij wordt gehaald om de kennis over een specifieke situatie op te frissen vóór aankomst bij het ongeluk.

Figuur 2. Pagina LPA 8.1

Ook opvallend is dat bij implementatie van het LPA binnen Augmented Reality wel met veel ideeën gespeeld werd vanuit de participanten. Er werd nergens uitgebreider over gesproken dan het LPA. Hier werden de meeste ideeën bij gevonden. Alleen al aan de voorbeelden hierna is te zien hoe uitgebreid erover gepraat werd. Dat zijn slechts de eerste drie voorbeelden.

‘ “… wanneer je bij iemand bent en het protocol, eh… bepaalde protocollen zitten er zo in die zijn, die heb je gewoon dagelijks, dagelijks, zo vaak gebruik je die dat je die uit je hoofd weet. Je hebt ook bepaalde protocollen die je echt even moet opzoeken om echt even op te frissen...” ‘ – Interview 1

(15)

15

‘ “. Er zijn bepaalde ziektebeelden waarbij je bepaalde verpleegkundigen ziet kijken welk protocol moet ik hier bij hebben, dat je zeg maar het protocol meeschiet. Dan zeg ik even protocol, met misschien een verwijzing naar, eh, het protocol zelf he. Want nu heb je wel de melding zeg maar. En je status kan je er op doen, op je scherm. Dus dat zou mooi zijn he, als je bijvoorbeeld een button krijgt van, oh ja dat is dit protocol, druk je op die button krijg je het protocol in beeld.” ‘ – Interview 3

Het is duidelijk dat elk personeelslid dezelfde ideeën en praktijkervaringen heeft met het LPA. Alleen uitgaande van de hoogste kwantiteit van een code, maakt de hoge kwantiteit een code niet de belangrijkste van allemaal. Desondanks is het belang van deze code duidelijk te herkennen door de uitgebreide wijze waarop er door de participanten over gesproken werd. Daarnaast is er ook weinig diversiteit in de geschetste situaties, waarbij het

ambulancepersoneel het huidige gebruik van het LPA toepast. Deze overlapping binnen de voorbeelden toont een probleem, of minstens een struikelblok, in de huidige methode aan, zoals ze zelf ook hebben aangegeven.

‘ “En het mooie is, deze protocollen zijn voor iedereen, voor heel Nederland gelijk, daar zou je dingen uit kunnen halen, dat zou al iets zijn. En of je het dan in de bril moet krijgen of dat je het op het scherm bij onze monitor krijgt. … Kijk, dit is een protocol met kindermedicatie. Dat is er dus al helemaal. Zoiets zou je dus ook in die bril kunnen verwerken. Op het moment dat je weet dat het om kinderreanimatie gaat.” ‘ – Interview 4

‘ “… het LPA. Het protocollenboek. Je komt binnen, je zegt wat er aan de hand is en je krijgt daar eigenlijk informatie binnen van, wat is je protocol.” ‘ – Interview 7

Het wordt heel snel duidelijk dat betreffende het LPA toch nog verbeterpunten worden gezien. Veelal wordt een Google-Glass systeem omschreven, waarbij de mensen de

protocollen te zien krijgen. Alle ideeën zijn een modernere variant van het nu nog gebruikte LPA boek. Mede door de overeenstemming van meningen over dit onderwerp valt er, ondanks dat het meeste erover is gedeeld, niet veel over te zeggen. Eenvoudig gezegd; het is duidelijk wat ze willen.

3.1.5 Contact ziekenhuis

Wat betreft contact met het ziekenhuis is er meer diversiteit in de mogelijke

toepassingsniveaus die Augmented Reality kan bieden binnen de code. Contact met het ziekenhuis wordt op meerdere wijzen voorgesteld. Dit gaat van videocontact, zoals ook bij eerdere categorieën aan bod kwam, tot het doorspelen van administratie. Zo kan de communicatie natuurlijk twee richtingen uit. Sommigen zagen voor Augmented Reality vooral de mogelijkheden aan de kant van het ziekenhuis. Dat zij verkregen informatie

doorsturen naar het ziekenhuis, waar zij zich dan op kunnen voorbereiden. De mogelijkheden die Augmented Reality biedt bij de geleverde situaties vallen veelal buiten het veld waarin de participant mogelijkheden kan zien. Terwijl deze problemen extreem veel mogelijkheden bieden.

‘ “…misschien kan dat ook, om een situatie als een soort digitale foto over te brengen naar het ziekenhuis waar je hem naar toe gaat vervoeren…” ‘ – Interview 11

(16)

16

‘ “Ja, en als wij zo’n ECG zien, zou je dat bijvoorbeeld ook al gelijk door kunnen sturen naar het ziekenhuis. …qua behandeling schat je in hoe lang moet het duren, en je moet ook overleggen met dat ziekenhuis. Dus als ik weet welk ziekenhuis, en ik zie die en ik kan die aanklikken en er mee bellen bijvoorbeeld, ik weet niet in

hoeverre je dat kan doen.” ‘ – Interview 4

Ook kan de communicatie met het ziekenhuis gezien worden als hulpmiddel om het ambulancepersoneel ter plaatse te ondersteunen. Hierbij kan bijvoorbeeld een specialist gebruikt worden om hulp te leveren op locatie.

‘ “…ik, verder kijkend zou het interessant vinden als een cardioloog met ons mee zou kunnen kijken. Dan praat je even echt op afstand met camera, dat zou wellicht interessant zijn, bij een ongeval, dat het ziekenhuis vast informatie meekrijgt die wij waarnemen.” ‘ – Interview 11

Het ziekenhuis kan als back-up werken, twijfels wegnemen of kennis over bepaalde

ongevallen of situaties delen. Daarnaast is meekijken van ziekenhuizen en het werk van het ambulancepersoneel volgen goed voor de overdracht. Hoe soepeler en sneller deze verloopt, des te sneller kan het ziekenhuispersoneel de patiënt van het ambulancepersoneel

overnemen en verder behandelen.

‘ “Dat je, dat ziet, en eh, met trauma’s is het natuurlijk ideaal dat het ziekenhuis kan meekijken wat je aantreft, dus dat je, ja, back-up hebt. Je mist nu eigenlijk, de

belangrijkste schakel is het verschil tussen de straat en het ziekenhuis waar je terecht komt. Je doet een verhaal, maakt een overdracht. Je moet zo goed mogelijk proberen uit te leggen wat je hebt aangetroffen, maar ja, als je zoiets hebt, zo’n GoogleGlass dat je kan laten meekijken. Dat in beeld het ziekenhuis mee gaat…” ‘ – Interview 17

Het valt op dat op vele wijzen contact valt te maken met het ziekenhuis. Echter, een overeenkomst is dat het hier draait om ondersteuning en eigenlijk toevoeging van zowel vraagstukken die het ziekenhuis heeft als het ambulancepersoneel. In de ambulance willen ze de juiste zorg leveren en de patiënt snel en zorgvuldig overdragen aan het ziekenhuis. En in het ziekenhuis willen ze dat de juiste zorg geleverd wordt en ze willen snel de patiënt overgedragen krijgen. Alle voorbeelden leveren hier een bijdrage aan.

3.1.6 Patiëntinformatie

Bij patiëntinformatie kunt u denken aan allerlei informatie die voor ambulancepersoneel van belang kan zijn voor de behandeling en/of overdracht van een patiënt. Denk aan

medicijngebruik, geschiedenis van alcoholmisbruik en voorgaande hartproblemen. Al deze vormen van informatie kunnen een belangrijke rol spelen voor een snelle en effectieve behandeling van een patiënt.

‘ “…ik krijg jou in de auto en vervolgens, eh, geef ik jou iets en daar schijn je allergisch voor te zijn. Jij kan het niet zeggen want je voelt je eigen niet heel erg lekker. En dan geef ik je terwijl ik het niet weet, dus wat je, tuurlijk wil je dat.” ‘ – Interview 2

(17)

17

Zo zou ook gewicht en leeftijd een belangrijke rol kunnen spelen wanneer deze informatie via bijvoorbeeld een GoogleGlass binnenkomt. Wanneer namelijk gerekend moet worden met hoeveelheden van een medicijn zijn deze gegevens van belang. Mede hierdoor is

patiëntinformatie een punt van belang dat mogelijk samen kan werken met andere ideeën waarvoor patiëntinformatie ook hulp bied. Wanneer bijvoorbeeld gewenst zou zijn dat

medicijnhoeveelheden automatisch worden uitgerekend. Zo kan er met behulp van bestaande patiëntinformatie, nieuwe patiëntinformatie gecreëerd worden.

Er is alleen gekeken naar de mogelijkheden en gebieden waarin door ambulancepersoneel mogelijkheden gezien worden. Er is geen rekening gehouden met mogelijke limitaties door bijvoorbeeld privacygevoeligheid. Zoals door een van de participanten omschreven NEN 7510, die de privacy van de data van de Nederlandse bevolking garandeert.

‘ “…de NEN 7510 is daar heel zwart-wit in, nee. Dus de databeveiliging van de patient, voor ons dan, maar ook alle gegevens van de Nederlander die zijn gewoon privacygevoelig, punt.” ‘ – Interview 2

‘ “… het dossier van de patiënt ook op te vragen is, wat normaal bij de huisarts bekend is...” ‘ – Interview 16

‘ “Ziektebeeld, persoonsgegevens, medicijngebruik, allergieën, en misschien eh, ja, dat gaat de toekomst wel worden denk ik.” ‘ – Interview 17

Bij alle voorbeelden gegeven door de respondenten komt duidelijk naar boven dat met behulp van meer, betere en snellere patiëntinformatie betere en snellere zorg geleverd kan worden.

3.1.7 Situationele gegevens

Situationele gegevens lijkt op patiëntinformatie maar omvat wat anders. Bij situationele gegevens draait het bijvoorbeeld om de temperatuur van de patiënt, de hoeveelheid patiënten bij een grootschalig onderzoek en de hartslag van de patiënt. Ofwel, alle informatie die alleen op locatie, bij de patiënt zelf, op dat moment te verkrijgen is.

‘ “een stethoscoop met versterker en de wat duurdere kunnen dat ook al naar je iPad, naar je iPhone sturen, om al die geluiden te herkennen enzo. Dat is bijvoorbeeld ook al zo. Zo zou je dat soort dingen ook al kunnen combineren. Als wij een ECG maken, dat, zo’n strookje. Kijk daar moeten we op beoordelen, ja misschien zou je daar ook iets mee kunnen doen.” ‘ – Interview 4

‘ “Nou ja, je hebt het hele monitor verhaal. Je hebt een ABCD moet je natuurlijk afnemen bij een patiënt. Misschien kan een camera, of een iets dat meteen geven, dat is de bloeddruk, dat je dat in één keer kan zien zeg maar.” ‘ – Interview 7

Net als het LPA is over situationele gegevens veel overeenstemming wat betreft het gebruik. Het draait hier om het vergemakkelijken van het tonen van belangrijke data waarvoor normaal een andere methode wordt gebruikt. Neem bijvoorbeeld het zien van de ECG, of in de gaten houden van de hartslag. Ambulancepersoneel zal minder afgeleid zijn en zich makkelijke kunnen focussen op primaire taken.

(18)

18

3.1.8 Gegevens collegae

Bij gegevens van collegae draait het erom dat je met collegae mee kunt kijken om voorbereid op locatie aan te komen, bijvoorbeeld wanneer je de tweede wagen bent bij een reanimatie. Wanneer je gebruik maakt van camera’s die verbonden zijn aan Augmented Reality

apparaten kunnen deze ook gebruikt worden om videomateriaal te versturen. Zo kan de tweede wagen bijvoorbeeld beelden van de collegae geprojecteerd krijgen in de voorruit of in een GoogleGlass apparaat tonen.

‘ “We komen bijvoorbeeld bij een reanimatie, dat je gewoon met een camera, dat ze gewoon mee kunnen kijken… doen.” ‘ – Interview 7

‘ … op afstand met camera, dat zou wellicht interessant zijn, bij een ongeval, dat het ziekenhuis vast informatie meekrijgt die wij waarnemen. Of die wij niet waarnemen maar er wel is zeg maar. Dat zou nog kunnen. Als in de toepassing dingen

beoordelen op afstand zou kunnen. Collega’s mee laten kijken misschien, bij situaties, maar goed je komt dan wel al snel op het gebied van privacy. Kan dat, is het veilig, is het verantwoord.” ‘ – Interview 13

Wat wederom opvalt, is dat er beperkt nagedacht wordt. Zo wordt er afgevraagd “Kan dat, is

het veilig, is het verantwoord”, ondanks dat er is uitgelegd niet in limieten na te denken

maar toekomstgericht blijft het natuurlijk moeilijk. Er wordt bij dit soort voorbeelden veelal gedacht aan alleen het doorsturen van camerabeelden. Er zijn echter ook Augmented Reality mogelijkheden aanwezig.

3.1.9 Gegevens voertuig

Ambulancepersoneel heeft, natuurlijk, veel te maken met ongelukken waarin voertuigen betrokken zijn. Veiligheid is ook voor groot belang voor ambulance personeel.

‘ “En dan kunnen ze, he, dan type je het voertuig in en dan krijg je meteen allerlei eigenaardigheden van zo’n voertuig. En waar kan ik knippen, waar kan ik niet knippen, wat kan ik ermee, waar zitten de airbags. Dat soort dingen, maar dat kan je natuurlijk ook op zo’n Glass doen of zo’n, eh, op ons systeem zetten natuurlijk.” ‘ – Interview 3

Voertuiggegevens kunnen zeker, waar het met regelmaat om gaat, de processen van hulpverlening versnellen. Neem nog een voorbeeld als gegeven in interview drie.

‘ “…bijvoorbeeld de eerste Tesla, he, die man die zich toen dood had gereden. Er is het eerste anderhalf uur niemand bij de auto geweest. Die man is gewoon, he, stel dat er nog leven in zat, niemand waagde zich eraan. Dat hele accupakket lag op straat, wij komen niet in de buurt.” ‘ – Interview 3

‘ “Ja, ehh, je zou het kunnen gebruiken. Nummerbord herkenning van waar airbags zitten. Gevaarlijke stoffen coderingen.” ‘ – Interview 11

Onder andere door de continu veranderende aard van voertuigen zou Augmented Reality hierbij volgens ambulancepersoneel hulp bij kunnen bieden.

(19)

19

3.1.10 Omgevingsscan

Een veilige werkomgeving geldt niet alleen voor situaties waar voertuigen bij betrokken zijn. Er kan om andere manieren ook in mogelijk gevaarlijke situaties gewerkt worden.

‘ “…check je je omgeving, zijn er gevaren. Daar zie ik echt wel heel veel mogelijkheden in.” ‘ – Interview 6

‘ “. Wat je zelf over het hoofd ziet. Hij ziet misschien wel gevaren, gevaarlijke componenten, vloeistoffen, of chemische stoffen. Dat bijvoorbeeld gelijk als hij zo’n oranje bord ziet met 33 erop een waarschuwing... Dat je dat gelijk in beeld krijgt weet je wel, en dat ie dan gelijk zegt, denk aan de windrichting. Wind komt naar je toe, oké, maak dat je weg komt, blijf op 100 meter afstand. Ja, dat zou je natuurlijk allemaal kunnen bedenken eigenlijk ja. Zo is het eindeloos denk ik wat je er mee zou kunnen doen.” ‘ – Interview 5

Wat bij de omgevingsscan herhaaldelijk voorkomt is de focus op gevaren waar niet op gelet kan worden of die moeilijk te herkennen zijn. Zo kan ambulancepersoneel met andere dingen bezig zijn of in hun hoofd zitten dan het controleren van de veiligheid van de omgeving. Terwijl ze soms eerder aanwezig zijn dan de politie en zij dit dus in zo’n desbetreffende situatie nog niet gedaan hebben.

3.1.11 Route naar locatie

Dit betreft de ondersteuning met het vinden van de locatie van het ongeluk. Dit wordt besproken van zowel de auto tot waar de auto tot stilstand komt, als waar tot de auto tot stilstand komt en je bij de patiënt aankomt. Zo zijn er vaak problemen met de routes die in de ambulance naar de locatie leiden. Zowel een routesysteem dat niet up-to-date is waardoor je verkeerd rijdt, als onhandigheid met de locaties die in het routesysteem staan waardoor verkeerd gereden wordt. De route naar de locatie met de auto wordt meerdere malen als voorbeeld naar voren gebracht.

‘ “Met het routeinformatiesysteem, daar schieten ze natuurlijk ook de melding in. Dus ik weet niet of je daar ook iets in kan meeschieten?” ‘ – Interview 3

‘ “We hebben met plaats locaties enz., natuurlijk als je ergens verder in een bos of weet ik veel wat weg moet, we hebben bijvoorbeeld wel eens ritten in het duinterrein, waar het heel moeilijk is om erachter te komen waar het is…” ‘ – Interview 4

Daarnaast komt het voor dat je zodra je op locatie aan bent gekomen met de ambulance je verder moet lopen, en dan nog steeds de route moet weten. Je kan echter het routesysteem niet meenemen uit de ambulance. Hier kan Augmented Reality wellicht ook hulp bij bieden. De routebeschrijving kan wellicht doorgaan na aankomst met de ambulance.

‘ “…zou je natuurlijk ook al een bepaalde route. Even kijken waar staat dat,

Saeftingen, dat is bijvoorbeeld in Schalkwijk, dan zet je je auto ergens neer en dan moet je nog een heel eind lopen en dan is het soms heel moeilijk om te vinden welke locatie dat is. Dus als je daar Google Maps op zou hebben, met de plek waar het is, tijdens het lopen, zou dat handig kunnen zijn” ‘ – Interview 4

(20)

20

‘ “Maar dat je dan ook het idee ziet waar je heen moet. Je ziet zeg maar de route maar ook de gebouwen zeg maar. Snap je? Niet 2D maar ook echt 3D en dan echt met ook alle gebouwen erop. En dat het gaat alarmeren van, oh, daar moet ik zijn.” ‘ – Interview 15

Ook zou het misschien kunnen dat er gedurende de rit extra informatie geleverd wordt naast de globale route. Er kan wellicht hulp geboden worden met de exacte route van de ambulance op de weg. Waar kan je strategisch het best rijden? Ook kan er gedacht worden om met behulp van Big Data te kijken naar wat statistisch gezien de snelste route is.

‘ “…als er bijna een ongeluk gebeurd dat je dan al erop kan anticiperen. En nu waar de weg vrij is, je komt op een stoplicht af er staan vier auto’s op linksaf, twee banen met één auto en drie auto’s. Welke baan pak je dan? Dat je een soort kansberekening krijgt, of, die hebben een ontsnappingsroute dus die komt eerder vrij?” ‘ – Interview 7

‘ “Je kan helemaal buitenom, dat rijdt sneller, je kan binnendoor met al die hobbels. Ja, waarom is zo’n ding niet zelflerend. Wat is nou echt de gunstigste route, wat wordt het meest gereden door ons.” ‘ – Interview 7

Daarnaast zou het ook kunnen zorgen voor minder afleiding tijdens het rijden. Wanneer je binnen de ambulance, van snelheidsmeter tot routesysteem afgeleid kan worden is het wellicht handiger hier een beter of ander systeem voor te gebruiken. Dit kan mogelijk al in tijd schelen wanneer de ambulancechauffeur informatie op een strategisch betere wijze ontvangt.

‘ “Ja, en misschien als je aan het rijden bent met de weg… ... Maar voor de weg moet je soms echt even twee, drie seconden op een beeldscherm kijken. En dat is eigenlijk best wel lang dat je je ogen van de weg afhoudt.” ‘ – Interview 14

Hier valt het wederom op dat zoals bij bijna elk onderdeel ‘tijd’ van groot belang is. De snelheid waarbij je aankomt, de snelheid van handelen op locatie, de snelheid van

overdracht. Dit alles om de overlevingskans van de, mogelijk in levensbedreigende situatie bevindende patiënt de beste hulp te kunnen verlenen.

3.1.12 Meekijken meldkamer

De meldkamer heeft behoefte aan informatie van het ambulancepersoneel. De meldkamer moet op de hoogte worden gehouden van de situatie door het ambulancepersoneel. Soms zal dit onmogelijk zijn en anders wellicht ongunstig. Wederom is tijd van groot belang. Ook over het Augmented Reality gebruik voor het meekijken van de meldkamer kwamen gelijke antwoorden. Er moet een statusrapport geleverd worden waar met regelmaat geen tijd voor is. Wanneer de meldkamer live feed heeft hoeft deze niet continu vragen te stellen en het ambulancepersoneel van hun werk af te houden. Het up-to-date leveren van informatie moet de stroom van vragen kunnen limiteren waardoor de aandacht van het ambulancepersoneel op andere zaken gericht kan worden.

(21)

21

‘ “Maar ik denk dat het ook leuk is als je bijvoorbeeld de meldkamer erbij betrekt, want die hebben dat natuurlijk ook. Die hebben helemaal geen beeld van wat wij te zien krijgen.” ‘ – Interview 4

‘ “… Soms heb je, moet je tien dingen tegelijkertijd doen en daar heb je dan helemaal geen tijd voor. Die traumahelikopter die wil informatie weten, die wil weten wat hij moet meenemen en wat hij kan verwachten. En de meldkamer wil informatie hebben. Iedereen wil informatie hebben en jij hebt net geen tijd...” ‘ – Interview 14

Daarnaast kan ook bij de grootschalige ongelukken een live feed naar de meldkamer doorgestuurd worden waardoor zij niet nog een tussenpersoon nodig hebben om hun informatie weer van te krijgen, waarna zij het weer door moeten sturen.

‘ “En dat zou bij een ramp bijvoorbeeld ook wel mooi zijn, als er een paar mensen mee kunnen kijken, dat je enig idee hebt, dat je op de meldkamer of als OVG een idee krijgt van wat er aan de hand is.” ‘ – Interview 4

3.1.13 Digitale anamnese

Digitaal kan er tegelijkertijd met het ambulancepersoneel ook digitaal een anamnese worden gesteld. Zodra symptomen bekend zijn kan er al statistisch berekend worden wat de

mogelijke oorzaken zijn van de problemen. Hoe meer informatie hier continu aan toegevoegd wordt des te meer zekerheid er berekend kan worden wat mogelijk een oorzaak zal zijn.

‘ “…je hebt bijvoorbeeld ook een paar Canadese sites, als je dan bepaalde

symptomen, dan geeft hij ook aan wat het allemaal zou kunnen zijn. Dat zou je er ook bij kunnen zetten. Dus dat je bijvoorbeeld..” ‘ – Interview 4

‘ “zoals met medicatie bijvoorbeeld, dat mensen die met, mensen die

zelfmoordpoging doen, dat is heel vaak met allerlei middelen, dan is het mooi als je dan gelijk al een schakeling hebt van welke middelen zouden dat kunnen zijn. Heb je die symptomen bijvoorbeeld, nou dan hebben ze dat geslikt. Of heel vaak weet je wel wat er geslikt is, omdat daar dan al die pillen liggen, maar weet je niet wat het allemaal doet. Dus zo zou je het ook verder uit kunnen breiden.” ‘ – Interview 4

Wederom is bij deze situatie een groter nut wanneer het toegepast wordt wanneer het ambulancepersoneel zich bevindt in een onbekend gebied. Waardoor de anamnese moeilijk af te nemen of te plaatsen is voor het personeel.

3.1.14 Spraak

Naast pure Augmented Reality toepassingen is er natuurlijk over het gebruik van de camera’s gepraat. Maar ook mogelijk het gebruik van spraak om met collegae te communiceren.

‘ “Ja, maar je zou hem ook als speakertje bij je oor kunnen hebben, dan zou je hem moeten uitbreiden maar, of zit dat ook al bij spelletjes brillen, of zit daar nog helemaal geen geluid op?” ‘ – Interview 4

(22)

22

‘ “…dat je eventueel nog een oortje hebt met een microfoontje ofzo en dan gelijk even een open verbinding hebt en gewoon zo kan praten. Als je dus praat laat je daarna de knop los, daarna kan hij praten, etc. Dan ben je daar dus de hele tijd mee bezig, terwijl als je je handen vrij hebt dan kan je gewoon blijven praten. En dat is misschien wel handig.” ‘ – Interview 14

Het gebruik van spraak is echter natuurlijk een gevolg van het bijdragen van bijvoorbeeld een Augmented Reality vorm als een GoogleGlass. Dit is geen implementatie van visuele beelden geprojecteerd in een omgeving. Desondanks een mogelijke toepassing na het mogelijk gebruik van andere vormen van Augmented Reality.

3.1.15 Ambulance informatie

Verschillende vormen van informatie kan over de staat van de ambulance zelf gegeven worden. Door de participanten is er hier gedacht aan de hygiëne van de ambulance.

Daarnaast ook aan het aanvullen van alle medicijnen en alle andere benodigdheden voor het ambulancepersoneel die aanwezig moeten zijn.

‘ “Nou ja, als je dan naar hygiëne kijkt, en dan gegevens van dat verhaal

bijvoorbeeld he, de auto wordt schoongemaakt en dat en dat is allemaal gedaan, en dat is bijgehouden in de computer en je zou dat ook op kunnen zoeken in een appje ofzo, en eh, die klik je aan. En eh, oh die is gisteren nog schoongemaakt, ik hoef dat niet schoon te maken terwijl we nu allemaal lijsten hebben met, we gaan nu allemaal elke dag dat en dat doen en elke week gaan we dat en dat doen. Wanneer is het voor het laatst gedaan, wie zaten er toen op? Weet je, dat allemaal in één keer kan

overzien.” ‘ – Interview 5

‘ “Het is wel mooi als je de auto instapt en je pakt de tas dat hij zegt, je mist dit, of je hebt dat niet aangevuld. Of eh..” ‘ – Interview 10

Ondanks dat deze voorbeelden elk slechts één keer voorbij zijn gekomen is het een nieuw idee die beide overeenkomen door het feit dat beiden nu handmatig met pen op papier moeten worden bijgehouden. Met behulp van Augmented Reality kan er wellicht makkelijker gezorgd worden voor een eenvoudigere ervaring voor het bijhouden van beide voorbeelden.

3.1.16 Vertaling

Ambulancepersoneel heeft logischerwijs niet alleen te maken met Nederlandse patiënten, maar ook buitenlandse. Daarnaast zijn er ook genoeg Nederlandse inwoners die de

Nederlandse taal niet beheersen. Wanneer er daardoor niet gecommuniceerd kan worden zal dit ten nadele werken voor de zorg die geleverd kan worden.

‘ “Nou ja, als je het dan over het vertalen hebt zou ik al denken, dat is een hele

handige toepassing. We hebben natuurlijk wel, of toeristen, of mensen uit Turkije en Marokko die totaal geen Nederlands spreken. Waar er ook niemand is om erbij te tolken af en toe. En dan is het heel handig om je anamnese in ieder geval af te kunnen nemen” ‘ – Interview 6

(23)

23

Vertalen kan op meerdere wijzen geïmplementeerd worden binnen het gebruik van

Augmented Reality. Denk bijvoorbeeld aan spraakherkenning en het leveren van de vertaling in tekst in een apparaat gelijk aan een GoogleGlass.

3.1.17 Niet-reanimeren penning

Door één van de participanten werd de situatie geschetst dat af en toe mensen die niet gereanimeerd willen worden toch gereanimeerd worden. Augmented Reality zou hier ook bij kunnen helpen.

‘ “Of, eh, wat ook nu nog wel eens gemist wordt. Als iemand een

niet-reanimerenpenning heeft en er wordt natuurlijk gereanimeerd en dat wordt gemist, dat ie dat leest. Nou iemand wil niet gereanimeerd worden.” ‘ – Interview 10

In deze situatie zou er een fout mogelijk voorkomen kunnen worden door het gebruik van Augmented Reality.

3.1.18 Monteur

Ambulances zijn van groot belang voor het ambulancepersoneel. Wanneer deze

buitengebruik gesteld worden is het van groot belang dat deze zo snel mogelijk terug in gebruik gesteld kan worden. Wanneer de auto naar de monteur moet zal deze voor langere tijd weg zijn. Wellicht kan Augmented Reality gebruikt worden om op afstand de ambulance te laten controleren.

‘ “Ik zou me voor kunnen stellen in dingen als onderhoud, weet je, wij hebben, wat wij, we kunnen onze voertuigen slecht missen. En dan moet er altijd een monteur komen, of de auto moet uit de sterkte terwijl er misschien iets is dat voor een

monteur op afstand te bekijken is ofzo. Nou ja. Wellicht kunnen we daar ook nog iets techniek mee waar we nu eigenlijk niets mee doen. Het is nu zo dat als je een storing meldt, die auto wordt uit de sterkte gehaald , gaat naar de garage op de brug, wordt bekeken, maar misschien kan dat ook nog wel anders. Weet ik niet. Virtuele

ondersteuning.” ‘ – Interview 13

Het snel wederom in werking laten stellen van een ambulance kan van groot voordeel zijn voor de ambulancezorg.

3.2 Selectief coderen

Verscheidene codes hebben gelijke achterliggende bestaansredenen. Daarmee bedoel ik dat sommige codes overlapping hebben in hun doel zoals hierna met de creatie van categorieën verklaard zal worden. Deze categorieën zullen gecreëerd worden door het kijken naar en vergelijken van de achterliggende bestaansredenen van de gevonden codes. De categorieën zijn als volgt.

(24)

24

Figuur 3. Categorisering

3.2.1 Bijzondere situaties

De categorie ‘Bijzondere’ slaat terug op het feit dat Augmented Reality ondersteuning biedt in de situaties waarvan het ambulancepersoneel mogelijk minder goed tot haar recht komt doordat zij niet gewend is in een specifieke situatie om te gaan met alles wat er in die omgeving op dat moment speelt. Hierbij kan gekeken worden naar scholing, waar de focus ligt bij onbekende of weinig voorkomende situaties, maar ook bij bijvoorbeeld het triëren van slachtoffers bij grootschalige incidenten. Het belang van deze categorie ligt bij het feit dat door het niet veel voorkomen van de situatie deze minder vaak behandeld wordt dan wellicht mogelijk.

3.2.2 Zekerheid situaties

Soms kan extra uitleg van een huisarts, of een beter beeld van de locatie waar je heen gaat meer helderheid geven over waar je terecht komt om zekerder een situatie in te gaan. Het wegnemen van onzekerheden is zonder twijfel een voordeel voor ambulancepersoneel. Zekerheid biedt in zekere zin veiligheid voor zowel de patiënt als het ambulancepersoneel. Neem hierbij ook als voorbeeld de ‘niet-reanimeren’-penning. Wanneer deze direct herkend wordt bestaat er ook geen twijfel meer over de acties die ondernomen moeten worden.

3.2.3 Versnellen medisch werk

Het versnellen van medisch werk staat bij veel codes centraal. Ook bij meerdere codes die anders gecategoriseerd zijn kan je je nog af vragen of zelfs direct of indirect ook niet bijgedragen wordt aan het versnellen van medisch werk. Er kan bij deze categorie gedacht worden aan het sneller verkrijgen van situationele data, of patiëntinformatie. Ook kan er gedacht worden aan het snel of automatisch leveren van informatie aan de meldkamer. Of automatisch rekenwerk voor het berekenen voor de hoeveelheid medicijnen die een patiënt behoeft. Vele mogelijke Augmented Reality toepassingen zullen bijdragen aan het versnellen van het medisch werk. Ook valt hieronder de routebeschrijving naar locatie om binnen de snelst mogelijke tijd de meest gunstige route te nemen.

(25)

25

3.2.4 Post-rit onderhoud

Hier kan gedacht worden aan het controleren van de schoonmaakroosters, bijhouden van het aanvullen van de wagens en het magazijn. Of de hulp met onderhoud van de wagen.

3.2.5 Assistent medisch werk

Hier kan gedacht worden aan een automatisch digitaal afgenomen anamnese. Deze zal geen 100% accuraatheid leveren en behoord daarom niet tot de categorie ‘Versnellen medisch werk’. Dat hoeft namelijk geen direct gevolg te zijn.

(26)

26

Reflectie

Nu zal er gekeken worden naar mogelijke Augmented Reality toepassingsmogelijkheden binnen de desbetreffende categorieën. Namelijk, binnen deze categorieën liggen de hoofdzaken, betreffende de oorzaken en gevolgen van problemen ondervonden door

ambulancepersoneel. Na de interviews is geconcludeerd dat er vijf categorieën zijn waar alles onder valt. Er zal gekeken worden naar Augmented Reality toepassingsmogelijkheden binnen de categorieën en niet naar toepassingsmethoden betreffend de codes. Wanneer echter wordt gekeken naar de belangrijke categorieën die ook de daadwerkelijke oorzaak/gevolgen

veroorzaken voor het personeel kan gerichter gekeken worden naar Augmented Reality toepassingen, echter zonder dat het specifiek voor de ambulance hoeft te zijn. Namelijk, wanneer communicatie een probleem veroorzaakt hoeft dit niet specifiek een vorm van communicatie te zijn die door niemand anders uitgevoerd kan worden dan

ambulancepersoneel. Er kan breder binnen de literatuur gekeken worden naar verscheidene toepassingsmogelijkheden specifiek gericht toepasbaar op de ambulance.

Met behulp van een literatuuronderzoek zullen er verscheidene methoden gegeven worden die toepassingsmogelijkheden van Augmented Reality bieden die de categorieën

ondersteunen. Op deze wijze wordt achterhaald hoe Augmented Reality Nederlands

ambulancepersoneel kan ondersteunen in de verscheidene taken waaraan zij moet voldoen. Hierop volgen de onderzoeken op de volgende categorieën.

4.1

Bijzondere situaties

Het belang van deze bevinding ligt bij het feit dat door het niet veel voorkomen van de situatie deze minder vaak behandeld wordt dan wellicht mogelijk. Aangezien ‘Bijzondere situaties’ wel enorm breed is zal het onderverdeeld worden in de kopjes ‘training’ en ‘triëren’.

4.1.1 Scholing

Scholing werd bij de data-analyse als het volgende gezien; wat overeenstemt met alle voorbeelden is dat er per definitie gefocust wordt op een situatie die in zulke lage regelmaat voorkomt dat het personeel de mogelijkheid ziet voor Augmented Reality om te ondersteunen op de verschillende gebieden, in dit geval met de focus op scholing. Zoals de heer K. Lee (2012) constateert zijn er verschillende wijzen waarop educatieve en trainingsmethoden voor specifieke informatie of vaardigheden verkregen kunnen worden. Augmented Reality heeft een sterke positie in een educatieve omgeving (Johnson et al, 2010), het creëert namelijk een leerervaring die informatie levert in de echte wereld. Ondanks het aantonen dat Augmented Reality van grote dienst kan zijn bij scholing komt het niet met regelmaat voor dat men in lesomgevingen Augmented Reality gebruikt. Volgens Shelton (2002) kan dit een gevolg zijn van een te kort aan financiële steun van de overheid in combinatie met een te kort aan de benodigdheid van Augmented Reality in de academische setting. Zo zou Augmented Reality kunnen helpen met het begrijpen van de werking van organen (Lee, 2012), of uit onderzoek van Liarokapis, et al (2004) bleek dat ingewikkelde mechanismen en ingewikkelde theorieën eenvoudiger begrepen werden door studenten met behulp van contextuele verrijking van interactie met Augmented Reality.

Aangezien de scholingsmethoden in oneindigheid te bedenken zijn zal er nog één breed voorbeeld gegeven worden, zo kunnen er vaste situaties geoefend worden. Van het aanleggen van infuus tot het hechten. Zo heeft hebben Schwald en De Laval onderzoek gedaan naar Augmented Reality gebruik in de wereld van de mechaniek. Sommige van de voorbeelden die zij leveren kunnen echter zo omgezet worden naar mogelijk gebruik voor de medische wereld.

(27)

27

In figuur 4 is te zien op welke wijze Augmented Reality onder andere geïmplementeerd kon worden voor het gebruik in de mechaniek.

Figuur 4. Gebruik Augmented Reality bij mechaniek (Schwald & De Laval, 2003)

Met deze methode kunnen protocollen in beeld komen. Daarnaast kan het hele object 3D zijn, zo kan er een patiënt in beeld geprojecteerd worden met daarnaast nog bijvoorbeeld protocollen.

4.1.2 Triëren

Zoals de participanten aangaven, wil je weten waar iedereen zich bevindt, hoe ze

gecategoriseerd zijn en waar ze naartoe moeten. Het werd gezien als een struikelpunt omdat meerdere hulpverleners die continu aanstromen allemaal ingelicht moeten worden.

Daarnaast werd geconstateerd dat, aangezien de situatie en inzichten voortdurend zullen veranderen, de situatie constant ge-update moeten worden. Een systeem zoals ontwikkeld door Diaz-Cortes of Vesto kan hier wellicht bij helpen. Het betreft een patiënt

identificatiesysteem, bestaande uit een data opslag waarin patiëntinformatie zich bevind, met daarbij patiënt identificerende informatie overeenkomend met een of meerdere

patiëntafbeeldingen. Ook een processor die aangepast is om identificatie van de patiënt te faciliteren. Daarvoor is de camera input nodig voor onder andere gezichtsherkenning. Het systeem koppelt informatie aan de herkenning van patiënten. Informatie in de dataopslag

(28)

28

kan worden weergegeven na herkenning (Diaz-Cortes, 2009; Vesto, 2011). Wanneer dit in de praktijk zou worden toegepast zou elke chauffeur of verpleegkundige kunnen zien hoe iedereen gecategoriseerd is, inclusief alle andere benodigde informatie. Wanneer informatie in de database wordt ge-update of aangepast is deze informatie voor iedereen beschikbaar. Wat Vesto onder andere nog als aanvulling heeft op Diaz-Cortes is het toevoegen van mogelijke informatie waarvan je al in bezit bent. Ofwel niet alleen creëren van een database bij het ongeval, maar al data in het systeem stoppen waar je mogelijk wat aan kunt hebben. Wat onder andere opviel bij het patent van Vesto was dat zijn verklaring van het nut van zijn systeem bestond uit statistische gegevens waaruit blijkt dat daar winst te halen valt, in plaats van dat hij gekeken heeft om welke reden het ambulancepersoneel hier problemen mee ondervindt.

Desondanks lijkt het hier bovengenoemde systeem enorm praktisch, echter blijft er nog steeds chaos ontstaan doordat bij een dergelijke grootschalige ramp zoveel patiënten kunnen zijn waarbij het niet mogelijk is een goed overzicht te krijgen, je zou nog steeds iedereen moeten checken om per persoon gezichtsherkenning toe te passen. Ondanks dat dit al een vooruitgang is op de huidige situatie zouden de locaties van de patiënten met daarbij informatie uit de database nog een handige extra stap zijn. Hier kan er gedacht worden aan een 3D positioneringssysteem. Een voorbeeld hiervan is van Border & Haddick (2012) met hun ‘3D positioning of Augmented Reality’. Border & Haddick beschrijven binnen hun patent een systeem en methode voor het leveren van informatielabels met perceptie van diepte in het gezichtsveld van de gebruiker. Deze methode maakt gebruikt van de fysieke locatie van de gebruiker en identificeert en bepaald de afstand tot één of meer objecten voor de interesse van de gebruiker. De processor bevonden in de Augmented Reality bril die op het hoofd geplaats wordt kan informatie verzamelen over elk object. De Augmented Reality bril zorgt voor een label van alle objecten die voor de gebruiker van belang zijn. Door het verkrijgen van de locaties en daarbij labels kan bij de gezichtsherkenning slechts éénmaal gebruikt worden waarna de locatie vast staat. Let wel dat men de objecten van interesse steeds weer opnieuw moet zien en de afstand moet bepalen wil je dat de locatie ge-update wordt. Wanneer dit echter in een algemene database gebeurd wordt dit voor iedereen ge-update. Wanneer je deze twee methodes van werken samenvoegt kom je tot een mogelijk nog beter systeem door het beste van beide te gebruiken. Zo is er al een gelimiteerd onderzoek gedaan naar het gebruik van de GoogleGlass bij een grootschalig ongeluk door Carenzo, et al. (2015) zoals te zien in figuur 5.

(29)

29

Figuur 5. Schema informatiebeweging. (Carenzo et al., 2015)

Het schema laat goed zien hoe in een mogelijk systeem de informatie tussen alle actoren zich verplaatst. Ook geven Carenzo, et al. als voorbeeld een mogelijke triëerapplicatie weer die zorgt voor het automatisch bijhouden van de triëercode die ze patiënten meegeven, inclusief locatie, en het voorkomen van overtriëren en ondertriëren. Ofwel het zorgen voor het

verkrijgen van de juiste hoeveelheid informatie die benodigd is. Er zal gekeken kunnen worden naar de hierboven voorgestelde punten van mogelijk gebruik om dit in de praktijk te testen.

4.2 Zekerheid situaties

Het wegnemen van onzekerheden is zonder twijfel een voordeel voor ambulancepersoneel. Zo biedt zekerheid in zekere zin veiligheid voor zowel de patiënt als het ambulancepersoneel. Neem hierbij ook als voorbeeld de ‘niet-reanimeren’-penning. Wanneer deze direct herkend wordt bestaat er ook geen twijfel meer over de acties die ondernomen moeten worden. Binnen deze bevinding komen drie verschillende Augmented Reality

toepassingsmogelijkheden voor, namelijk de niet-reanimeren penning, de omgevingsscan en de second opinion.

4.2.1 Niet-reanimeren penning

Bij de gedachte van de niet-reanimeren penning moet worden gedacht aan het bijdragen van een ‘zender’ dat door het ambulancepersoneel eenvoudig zichtbaar wordt met behulp van Augmented Reality. Hierbij kan gedacht worden aan een simpele RFID-tag die een individu bij zich kan dragen. RFID staat voor Radio-Frequency Identification, dit staat toe informatie op afstand op te slaan en af te lezen. RFID-tags kunnen op of in objecten of mensen zitten. Het zou dus ook nog mogelijk zijn de RFID-tag altijd bij je te hebben door het in een persoon te verwerken. Het liefst wil je dat de RFID-tag passief is, inhoudend dat deze zelf geen

(30)

30

energie vereist (Vogt, 2002). Het spreekt voor zich dat de afwezigheid van onderhoud voor de RFID-tag voordelig werkt voor de gebruikers. Ook toont Vogt in zijn onderzoek een efficiënte manier om een set RFID-tags te identificeren wanneer de hoeveelheid van te voren niet bekend is. Dit is enorm handig, echter kunnen RFID-tags met elkaar interfereren en wanneer deze elkaar overlappen kunnen ze moeilijk te lezen zijn. Echter kan collisie voorkomen worden met adaptieve binaire splitting (Myung & Srivastava, 2006). Zoals zij omschrijven is collisie van tags een grote factor in het tag identificatieproces van RFIDs. Hun ontwerp voor een verbeterde anti-collisie schema voor tags kan zeker van positieve invloed zijn door het voorkomen dat tags niet herkend worden wanneer er teveel bij elkaar in de buurt zijn. Wanneer het Augmented Reality systeem herkenning van RFIDs toestaat kan hier een melding van worden weergegeven wanneer die een niet-reanimeren penning bevat. Het gebruik hiervan zal getest moeten worden.

4.2.2 Omgevingsscan

Momenteel is er binnen Augmented Reality in beperkte mate de beschikking tot het verkrijgen van een applicatie die de omgeving scant en gevaren detecteert. Een onderzoek van Golparvar-Fard et al (2009) schetst een plan voor het gebruik van Augmented Reality binnen constructieprocessen. Ondanks de verschillen in gebruik bespreken ze in het

onderzoek de identificatieprocessen en hoe applicaties hiermee om kunnen gaan. Het betreft hier het herkennen van de omgeving en de herkenning van gebouwen, zowel scannen van gebouwen die al gebouwd zijn als die nog gebouwd moeten worden. Eerst worden ‘keypoints’ geplaatst binnen de input. Daarna wordt de scene gereconstrueerd, zoals te zien in figuur 6.

(31)

31

Wanneer de processor waarvan gebruik zal worden gemaakt objectherkenning ondersteund kan gezorgd worden voor de herkenning van malafide objecten en het geven van een

waarschuwing wanneer deze herkend wordt. Daarnaast wordt er al gewerkt aan een systeem, genaamd; Computer-Aided System for 360 degrees Heads Up Display of Safety/Mission Critical data. Dit systeem betreft de veiligheid van het werken onder mogelijk gevaarlijke omstandigheden. Dit systeem maakt gebruikt van de positie van de gebruiker, heeft een ingebouwd Total Collision Avoidance System, GPS, MRI Images, CAT scan Images, data van weer en veel meer andere mogelijkheden waarvan het apparaat een input kan

ontvangen(Varga et al, 2009). De softwareprocessen geven data die kritiek zijn voor de veiligheid weer in de driedimensionale omgeving van de gebruiker. Dit voor een versterking van de perceptie en bewustzijn van de omgeving. Zoals te zien in figuur 6 staat het ook nog open voor andere sensoren en vormen van input. Er zou gebruik gemaakt kunnen worden van sensoren naar keuze.

Figuur 6. Schema Computer-aided system for 360º heads up display of safety/mission critical data. (Varga et al, 2009)

Dit alles in combinatie met een database en een processor die gevaarherkenning toestaan levert een mogelijkheid voor Augmented Reality om ambulancepersoneel te ondersteunen in hun perceptie en bewustzijn.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Datsun, de meest gekochtejapanse auto in Europa, heeft de Nederlandse auto-.. mobilist de laatste jaren erg goed

Kwetsbaarheid tonen door te praten met elkaar of elkaar in de ogen kijken lijkt langzaam door ons intuïtieve brein geregistreerd te worden als iets gevaarlijks, Naar mijn idee

We kunnen stellen dat alle partijen op dit gebied wijzer zijn geworden en hun best doen om zo goed en snel als mogelijk het proces van bouwrijp maken te starten. Naar

Onderzocht wordt of er een natuureilandje in de Gouwzee gecreëerd kan worden, dat extra mogelijkheden biedt voor verbetering van de kwaliteit van natuur en water en aantrekkelijk

Op 19 december 2019 hebben de gemeente Waterland, Projectontwikkeling Galgeriet BV, Hoorne Vastgoed Ontwikkeling BV en gebiedsontwikkelaar Bouwfonds Property Development (BPD) de

Aangezien het Omgevingsplan Monnickendam- Galgeriet 2019 een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte is, opgesteld op grond van de Crisis- en herstelwet, zijn er in het

De planning is dat het definitieve omgevingsplan vóór het zomerreces door de gemeenteraad wordt vastgesteld, eind juni of begin juli 2019. Op 11 april heeft wethouder Astrid van de

Voor het opstellen en de behandeling van het bestemmingsplan en de afstemming binnen de samenleving en het bestuur van de gemeente Waterland moet ongeveer met een jaar