grootsche taak, sprak hij Diana voor het eerst van zijn plan, om haar bij zich te nemen.
Het arme kind was er onthutst over, meer dan verblijd; zij had den man wel lief, die
daar op eens bij haar was gekomen, en zich haar vader had genoemd, en die haar
vaderliefde en vaderzorg scheen te willen toonen; maar een geheim gevoel van vrees,
een opzien, dat haar niet op haar gemak bracht, een eerbiedige schroom, die bijna
huivering was, mengden zich in het gevoel van teedere dankbaarheid, dat hij in haar
had willen opwekken. Het was niet enkel, omdat hij de eerste, de eenige man was,
wiens meer krachtige gestalte en zwaardere stem zich in de
lijke afzondering voor haar vertoonde, die aan de zachte vormen en aan de eentoonige
weekheid der kloosterzusters was verwend geworden. Het was ook, omdat die gestalte
somber en statig was; omdat die oogen, welke haar weleer met een woest vuur hadden
tegengeflikkerd, nu eene kalme zwaarmoedigheid uitdrukten, die haar ontruste, en
dat de strengheid dier trekken, hoe bevallig ook, door geene glimp van vroolijkheid
werd verhelderd; omdat die stem zoo dof klonk, waarmede hij haar zachte woorden
toesprak; omdat in 't eind een kind de belangstelling, die hij opwekte, niet wist te
scheiden van schuw ontzag; omdat er nooit eene overwinning wordt behaald, waarbij
niet iets wordt gebroken, en omdat in de zegepralen op zich zelven, Francesco zijne
levendigheid, zijne blijmoedigheid en zijne aantrekkelijke gave der bevalligheid had
ten ondergebracht, totdat hij de Sieur François was geworden, dien wij hebben gezien.
Dat komt, omdat de opgeruimdheid van ons wordt weggenomen met de jeugd en de
onschuld, en dat het geene menschelijke macht gegeven is, terug te nemen, wat alzoo
is verloren gegaan; omdat de blijmoedigheid eene liefelijke gave Gods is, die de
mensch niet meer kan herkrijgen, al vermag hij op zich zelven het hoogste en het
meeste. Beschroomd en aan kloostertucht gewoon, gaf Diana echter van haar
geheimen tegenzin geen ander bewijs, dan door een zacht en droevig woord der
onderwerping, en vele maanden duurde het, eer hare schuwheid zich de rilling der
vreeze kon ontwennen bij zijne stem, als hij haar onvoorziens toesprak, en hare
blooheid het oog durfde opslaan naar zijn blik. En deze opvatting van Diana, hoe
diep zij François bij de eerste opmerking griefde, was hem tot groot voordeel bij zijn
werk; want ondanks zijn vast besluit, ondanks zijne ernstige voorbereiding, gaf het
genot, zijn kind bij zich te hebben, de zoete betoovering harer aanvalligheid, hare
zachte aandoenlijkheid, de opmerking van haar heerlijken aanleg, het bespieden harer
afhankelijke zwakheid, de overweging, dat hij haar alles moest vergoeden, gelijk zij
hem, haar een overwicht op zijn geest, of wel deed de liefelijke toon harer stem,
geheel die van de Prinses Orsini, een onwillekeurig gebaar, of de opslag van haar
oog, hem terugzinken tot dat verstrooide
gepeins, dat beide de oorzaken konden worden van groote fouten bij een opvoeder.
Het toeval, of liever de natuurlijke uitkomst der oorzaken, voorkwam ze hier. En
toen Diana haar schroom had afgelegd, was voor hem ook de nieuwheid harer
tegenwoordigheid afgesleten, en hij zich weder geheel meester. Maar ook toen zij
hem leerde begrijpen in die diepte van liefde, in dat onuitputtelijke geduld, in dien
rijkdom van teederheid, dien zij nog beter waardeerde uit hetgeen hij verborg, dan
uit hetgeen hij er van toonde; toen zij begreep, dat die man, die niet kalm, niet
geduldig, niet zacht en niet gelijkmoedig was, zich tot dat alles dwong, om harentwil
alleen; dat hij dagelijks een strijd streed met zich zelven, te haren nutte, en dat hij
tot de vroolijkheid toe bijwijlen voor haar bemachtigde, toen kreeg zij hem lief met
al de volheid der liefde en der hoogachting beide; toen betaalde zij met al de zachte
teederheid van haar hart, met al den overvloed van haar gevoel, met al de gulle
openheid van haar karakter; en toen de Sieur onder zijne hand dat heerlijk verstand
zich zag ontwikkelen, dien edelen geest rijpen, die kennis zich vormen, die schoone
ziel zich openen, en toch dien eenvoud bewaren, toen genoot hij eene zaligheid, eene
weelde, die hij niet had durven wachten, en dacht hij met een bitter medelijden aan
de moeder, die vergat dat zij moeder was, die intusschen Koningen bestierde, en die
de schoonste en edelste taak aan hem alleen overliet, juist die taak, welke der
goddelijkheid het meest nabij komt, en die hare zoetste voldoening vindt in zich
zelve. Hij was ter wille van Diana eenigszins afgeweken van de eerste eenvoudigheid
zijner leefwijze; hij wilde, dat zij zich gewennen zoude aan de genietingen van
rijkdom en weelde, waartoe zij zeker eenmaal zoude genoodigd worden, opdat die
niet te eeniger tijd met de verblinding der nieuwheid hare weinige ervaring verrassen
mochten, en haar glans haar niets meerder mocht toeschijnen, dan wat hij was, eene
flikkering, die niets degelijks aanbrengt. Hij wilde ook zoo veel mogelijk de poëzie
des levens voor haar bewaren, die het allersnelst wegschrikt voor de kleine zorgen
der bekrompenheid, en onder de angstige berekeningen der spaarzaamheid. Behalve
zijne goede huishoudster, nam hij eene jonge Italiane te harer bediening, en tegelijk
Rosa, eene
oudere Juffer van betere afkomst, om haar bij de kleine vrouwelijke talenten voort
te helpen, die niet tot zijne taak behoorden. De oude muziekmeester der naburige
kleine stad vulde ook een talent aan, dat de Sieur zelf niet in zijne macht had.
Lang duurde voor vader en dochter dit kalm vergenoegen, dat den laatste het geluk
In document
A.L.G. Bosboom-Toussaint, De prinses Orsini en Maria van Oosterwijk · dbnl
(pagina 151-154)