• No results found

4. Een Nederlandse zelfmeldregeling

4.3 De zelfmeldregeling in het licht van de juridische waarborgen

De concept-zelfmeldregeling is een manier om buitengerechtelijk een strafzaak af te doen. Hiermee wordt een onafhankelijk rechter ontzien om inhoudelijk de strafzaak te beoordelen, los van de voorgestelde rechterlijke toetsing, zoals hierboven geschetst. Worden dan de juridische waarborgen wel goed beschermd die bij een reguliere rechtszaak horen?

Conform artikel 6, eerste lid, van het EVRM heeft een ieder recht op een eerlijk proces. Uit de lezing van dit artikel houdt dit in dat een ieder recht heeft op een eerlijke en openbare behandeling van zijn zaak, binnen een redelijk termijn, door een onafhankelijk en onpartijdig gerecht. Verder is de onschuldpresumptie ex artikel 6, tweede lid, van het EVRM ook van belang. Ten slotte zijn de waarborgen die uit artikel 6, derde lid, van het EVRM volgen ook van belang. Denk hierbij aan het recht op rechtsbijstand en het verhoren van getuigen. Ook is van belang om te kijken naar de rechten van andere partijen, zoals slachtoffers/benadeelde partijen.

Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (hierna: EHRM) heeft in april 2014 een uitspraak gedaan inzake plea-bargaining, iets soortgelijks als een schikkingsovereenkomst. In deze zaak had de klager een overeenkomst geaccepteerd, waardoor hij niet meer vervolgd werd voor zijn daden (fraude en verduistering van fondsen). De rechter heeft deze overeenkomst bekrachtigd en de klager kreeg gedurende het gehele proces juridische bijstand. Klager stelt dat er sprake is van een schending van artikel 6 EVRM. Het EHRM stelt dat een overeenkomst als plea-bargaining acceptabel is. Dit kan volgens het EHRM worden gezien als een waiver. Volgens het EHRM moet een dergelijke overeenkomst aan twee eisen voldoen. Ten eerste moet de verdachte volledig vrijwillig de overeenkomst accepteren en zich bewust zijn van de juridische gevolgen. Ten tweede dient een rechter de eerlijkheid van de totstandkoming van de overeenkomst te kunnen waarborgen (lees: een rechterlijk toets).97

Gezien het voorgenoemde zijn de juridische waarborgen ook in de concept- zelfmeldregeling voldoende gewaarborgd. Er vindt namelijk een rechterlijke toets plaats, waarbij de vrijwilligheid van het verdachte bedrijf wordt gecontroleerd en de inhoud van de transactieovereenkomst wordt toegelicht. Verder verdient ook de opmerking dat het verdachte bedrijf zelf kiest om middels een buitengerechtelijke overeenkomst afstand te doen van een openbare rechtszaak bij een onafhankelijke rechter. Ten slotte worden de slachtoffers/benadeelde partijen ook meegenomen in het proces van de concept- zelfmeldregeling, omdat een component van het boetebedrag onder andere bestaat uit de

schadevergoeding. De concept-zelfmeldregeling is dus in lijn met de vereiste juridische waarborgen.

Alhoewel art. 12 Sv in hoofdstuk 2 kort is besproken, blijft het in dit onderzoek daarbij. Gezien de omvang en de focus van dit onderzoek blijft art. 12 Sv buiten beschouwing bij de concept-zelfmeldregeling.

4.4 Tussenconclusie

Het Nederlandse handhavingsbeleid op het gebied van corruptiebestrijding ‘amerikaniseert’ al meer dan dertig jaar en zoekt zo houvast bij de Amerikaanse wet- en regelgeving. Daarom is in dit onderzoek gekeken naar de Amerikaanse zelfmeldregeling om een Nederlandse variant te ontwerpen, omdat dit in Nederland nog mist. In de concept-zelfmeldregeling, welke in de vorm van strafvorderingsrichtlijn gegoten zal worden, is een regeling ontworpen om bedrijven aan te moedigen om vrijwillig zelf te melden bij de autoriteiten omtrent het begaan van onregelmatigheden. Er is gekeken naar de benodigde definities, zoals zelfmelden, en het puntensysteem is geïntroduceerd. Dit puntensysteem maakt duidelijk hoe bedrijven in aanmerking kunnen komen voor een strafkorting op het boetebedrag. Hierbij zijn ook stafverzwarende factoren bijgevoegd, die juist het boetebedrag kunnen verhogen. Verder is er gekeken naar de benodigde maatregelen die dienen te worden genomen na het betalen van het boetebedrag. Dit heeft tot doel van herstel en toekomstige preventie voor het bedrijf. Ten slotte is er een rechterlijke toets toegevoegd aan de concept-zelfmeldregeling. Dit is voor verschillende redenen gedaan, waaronder om het vooroordeel van klassenjustitie bij de samenleving te ontkrachten.

5. Conclusie

In dit onderzoek is gezocht naar een antwoord op de centrale vraag: “Is het Amerikaanse puntensysteem een goed model voor een zelfmeldregeling in het Nederlandse strafrecht, bezien vanuit efficiëntie en rechtshandhaving?”. Alvorens deze vraag wordt beantwoord, wordt er kort teruggeblikt op de bijbehorende deelvragen.

In de huidige gang van zaken krijgt een bedrijf die wordt vervolgd voor het begaan van onregelmatigheden meestal een (hoge) transactie opgelegd. Uit de praktijkvoorbeelden volgt dat deze transacties verschillen van enkele tonnen tot aan bijna een miljard euro. Het zelfmelden, wat centraal staat in dit onderzoek, is (nog) niet wettelijk geregeld in het Nederlandse strafrecht. Verder is het onduidelijk wat de gevolgen zijn wanneer een bedrijf een onregelmatigheid zelf meldt. Gezien de huidige situatie loopt een bedrijf dus een risico wanneer het zelf meldt. Duidelijk beleid hierover ontbreekt helaas.

Daarentegen hebben de Amerikanen wel een duidelijk beleid omtrent het zelfmelden. In de Amerikaanse schikkingspraktijk zijn er verschillende vormen van overeenkomsten, zoals een NPA en een DPA, om met een bedrijf te schikken. Bij deze buitengerechtelijke schikkingen speelt het zelfmelden ook een belangrijke rol bij het bepalen van de hoogte van het boetebedrag. Verder hebben de partijen bij deze vorm van buitengerechtelijke afdoening meer zekerheid en deze werkwijze is ook efficiënter. Corporate crime zaken worden sneller afgedaan en het boetebedrag wordt ook eerder betaald. Dit is anders met tijdrovende rechtszaken bij de rechter. Verder is het zelfmelden ook uitgebreider uitgewerkt in de Amerikaanse wet- en regelgeving. Zo is duidelijk gemaakt voor bedrijven wanneer zij in aanmerking komen voor een strafkorting en welke omstandigheden hierbij van belang zijn.

Het Nederlandse handhavingsbeleid op het gebied van corruptiebestrijding ‘amerikaniseert’ al meer dan dertig jaar en zoekt zo houvast bij de Amerikaanse wet- en regelgeving. Daarom is in dit onderzoek gekeken naar de Amerikaanse zelfmeldregeling om een Nederlandse variant te ontwerpen, omdat dit in Nederland nog mist. In de concept- zelfmeldregeling, welke in de vorm van strafvorderingsrichtlijn gegoten zal worden, is een regeling ontworpen om bedrijven aan te moedigen om vrijwillig zelf te melden bij de autoriteiten omtrent het begaan van onregelmatigheden. Er is gekeken naar de benodigde definities, zoals zelfmelden, en het puntensysteem is geïntroduceerd. Dit puntensysteem maakt duidelijk hoe bedrijven in aanmerking kunnen komen voor een strafkorting op het boetebedrag. Hierbij zijn ook stafverzwarende factoren bijgevoegd, die juist het boetebedrag kunnen verhogen. Verder is er gekeken naar de benodigde maatregelen die dienen te worden genomen

na het betalen van het boetebedrag. Dit heeft tot doel van herstel en toekomstige preventie voor het bedrijf. Ten slotte is er een rechterlijke toets toegevoegd aan de concept-zelfmeldregeling. Dit is voor verschillende redenen gedaan, waaronder om het vooroordeel van klassenjustitie bij de samenleving te ontkrachten.

Gezien het voorgenoemde kan het volgende worden geconcludeerd. Het Amerikaanse puntensysteem is een goed model voor een zelfmeldregeling in het Nederlandse strafrecht, bezien vanuit efficiëntie en rechtshandhaving. Een dergelijke zelfmeldregeling handelt sneller zaken af met bedrijven. Met een zelfmeldregeling kan een strafzaak met een rechtspersoon sneller en effectiever afgehandeld worden. De bijbehorende procedure zorgt ervoor dat de tijd tussen het zelfmelden van de onregelmatigheid tot het betalen van het boetebedrag veel korter is dan een reguliere rechtszaak bij de rechter. Verder moedigt een zelfmeldregeling bedrijven ook aan om hun onregelmatigheden vrijwillig zelf te melden, waardoor het recht uiteindelijk ook beter wordt gehandhaafd.

Bronnenlijst

Literatuur

Alexander & Cohen 2015

C.R. Alexander & M.A. Cohen, The evolution of corporate criminal settlements: An empirical perspective on non-prosecution, deferred prosecution, and plea agreements, The American Criminal Law Review 52/3, p. 537 – 593.

Arlen 2017

J. Arlen, Corporate Criminal Enforcement in the United States: Using Negotiated Settlements to Turn Potential Corporate Criminals into Corporate Cops (April 1, 2017), NYU School of Law, Public Law Research Paper No. 17-12, p. 1 – 18.

SSRN: https://ssrn.com/abstract=2951972

Binder 2016

G. Binder, The Oxford introductions to U.S. law. Criminal law, New York (NY): Oxford University Press 2016.

Brown, Turner & Weisser 2019

D.K. Brown, J.I. Turner, B. Weisser, The Oxford Handbook of Criminal Process, Oxford: Oxford University Press 2019.

Corstens AA 1997

G.J.M. Corstens, ‘Consensualiteit en strafsancties’, AA 1997, afl. 3, p. 133 – 139.

Doorenbos 2015

D.R. Doorenbos, Schets van het economisch strafrecht, Deventer: Kluwer 2015.

Felix TvS&O 2019

T. Felix, ‘De interne besluitvorming bij het Openbaar Ministerie in gevoelige zaken en hoge transacties: een geschikte procedure?’, TvS&O 2019, afl. 4, p. 139 – 145.

Garret 2017

B.L. Garret, The Public Interest in Corporate Settlements, Boston College Law Review 58/5 2017, p. 1483 – 1543.

Garret 2016

B.L. Garret, Too Big to Jail. How Prosecutors Compromise with Corporations, Harvard: Harvard University Press 2016.

Gillers 2012

S. Gillers, Speak No Evil: Settlement Agreements Conditioned on Noncooperation Are Illegal and Unethical, Hofstra Law Review 31/1 2012, p. 1 – 22.

Gold e.a. 2017

R. M. Gold e.a., Civilizing Criminal Settlements, Boston University Law Review 2017, p.1607 – 1660.

Gonzalez Bos TvS&O 2019/1

N. Gonzalez Bos, ‘ING: begin van het einde van de buitengerechtelijke afdoening?’, TvS&O 2019/1, p. 12 – 13.

Hajier & Sikkema TBS&H 2018/2

F. Hajier & E. Sikkema, ‘Amerikanisering van corruptiebestrijding’, TBS&H 2018/2, p. 68 – 77.

Keulen & Kessler 2008

B.F. Keulen & M. Kessler, De strafbeschikking, Deventer: Kluwer 2008.

Kerssies AA 2020

S. Kerssies, ‘Hoge transacties en de politieke verantwoordelijkheid voor het Openbaar Ministerie’, AA 2020/464, p. 464 – 474.

Kristen 2019

F.G.H. Kristen, Bijzonder strafrecht. Strafrechtelijke handhaving van sociaal-economisch en fiscaal recht in Nederland, Den Haag: Boom juridisch 2019.

Lindeman 2017

J.M.W. Lindeman, Officieren van justitie in de 21e eeuw (diss. Utrecht), Den Haag: Boom

juridisch 2017, p. 24 – 25.

Merckx 2003

D. Merckx, Sanctionering van economische criminaliteit. Een geïntegreerde beleidsmatige benadering, Antwerpen: Maklu 2003.

Nijboer 1992

J.F. Nijboer, The American adversarial system in criminal cases. De achterkant van L.A. Law, Recht en kritiek (18) 1992, p. 8 – 26.

Paardekoper & Stevens TvS&O 2019/4

M. Paardekooper & M. Stevens, ‘Corporate enforcement in het Nederlandse strafrecht’, TvS&O 2019/4, p. 146 – 149.

Perez 2020

M. Perez, ‘The rise and globalization of negotiated settlements: How an American procedure, the Deferred Prosecution Agreement (DPA), became a transnational key tool to fight transnational corporate crimes’, Rule of Law and Anti-Corruption Journal 2020:1.4

https://doi.org/10.5339/rolacc.2020.4

Rosing TvS&O 2015/4

M. Rosing, Over schikken in de Libor-affaire: tijd voor een tegengeluid, TvS&O 2015/4, p. 160 – 165.

Sikkema & De Zanger TBS&H 2019/1

E. Sikkema & W.S. de Zanger, ‘Rechterlijke toetsing van hoge transacties en ontnemingsschikkingen’, TBS&H 2019/1, p. 48 – 51.

Ter Stege 2006

I.C.A. ter Stege, Plea bargaining in Europa. Een rechtsvergelijkend onderzoek naar plea bargaining in Frankrijk, Italië alsmede de implicaties ervan voor Nederland, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2006, p. 7.

Van Asperen & Van Duijvenbode NJB 2014/521

C. van Asperen & M. van Duijvenbode, ‘Schikkingscultuur in fraudezaken ondermijnt de rechtsontwikkeling, NJB 2014/521.

Van Asperen & Van Duijvenbode NJB 2015/4

C. van Asperen & M. van Duijvenbode, ‘Openheid in schikkingspraktijk OM’, NJB 2015/4, alf. 1, p. 21 – 22.

Van Room & Verbruggen TBS&H 2015

T. van Roomen & A. Verbruggen, ‘Corruptie: status quo en de toekomst’, TBS&H 2015, p. 229

Van Swaaningen JV 2013/8

R. van Swaaningen, ‘Waarom kijken wij eigenlijk naar Amerika’, Justitiële Verkenningen 2013, nr. 8 p. 37 – 51.

Zivkovic TvS&O 2017

D. Zivkovic, ‘Omgaan met omkopingsincidenten: intern onderzoek en afdoening’, TvS&O 2017, p. 220-221

Wet- en regelgeving

Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens FCPA Corporate Enforcement Policy (zie bijlage 2)

Foreign Corrupt Practices Act 1977 (zie https://www.justice.gov/criminal-fraud/foreign- corrupt-practices-act )

Principles of Federal Prosecution of Business Organizations (zie https://www.justice.gov/jm/jm- 9-28000-principles-federal-prosecution-business-organizations)

United States Sentencing Commission Guidelines Manual 2018 (zie

https://www.ussc.gov/sites/default/files/pdf/guidelines-manual/2018/GLMFull.pdf ) Wet op de economische delicten

Wet op de rechterlijk macht

Wet op de Rechterlijke Organisatie

Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme Wetboek van Strafrecht

Wetboek van Strafvordering Parlementaire stukken Kamerstukken II 1996/97, 25392, nr. 3, p.23 Kamerstukken II 2001/02, 28079, 3. Kamerstukken II 2001/02, 28093, 8. Kamerstukken II 2001/02, 28093, nr. 20, p. 4. Kamerstukken II 2001/02, 28093, 21. Kamerstukken II 2018/19, 29279, nr. 4, p. 8 – 10. Kamerstukken II 2018/19, 35000, nr. 51. Kamerstukken II 2018/19, 35000 VI, 51. Strct. 2008, 209. Weblinks

Corporate Prosecution Registry, Data & Documents, 20 augustus 2020, https://corporate- prosecution-registry.com/browse/

Financieele Dagblad, Niet schikken, maar vervolgen!, 4 september 2018,

https://fd.nl/opinie/1267740/niet-schikken-maar-vervolgen

Financieele Dagblad, ‘Houston, you have a problem’, 8 december 2018,

https://fd.nl/achtergrond/1281271/houston-you-have-a-problem

Financieele Dagblad, Les uit de ING-affaire: laat advocaten geen onafhankelijk onderzoek doen, 13 december 2018, https://fd.nl/opinie/1282055/les-uit-de-ing-affaire-laat-advocaten- geen-onafhankelijk-onderzoek-doen

Financieele Dagblad, 'OM onderzoekt zeven zaken nalatigheid ABN', 21 november 2019,

https://fd.nl/beurs/1325335/om-onderzoekt-zeven-zaken-nalatigheid-abn

Financieele Dagblad, Rabobank noemt witwasaanpak niet effectief, 25 november 2019,

https://fd.nl/ondernemen/1325616/rabobank-noemt-witwasaanpak-niet-effectief Financieele Dagblad, ‘ING bereikt witwasschikking in Italië’, 5 december 2019,

https://fd.nl/ondernemen/1327103/ing-bereikt-witwasschikking-in-italie

Financieele Dagblad, Zalm kreeg als topman ABN Amro twee keer reprimande, 21 april 2020,

https://fd.nl/ondernemen/1341814/zalm-kreeg-als-topman-abn-amro-twee-keer-reprimande Financieele Dagblad, Top ABN Amro herhaaldelijk aangesproken op witwasproblemen, 20 april 2020, https://fd.nl/ondernemen/1341803/top-abn-amro-herhaaldelijk-aangesproken-op- witwasproblemen

Financieele Dagblad, Chinese bussenorder brengt vervoersbedrijf Keolis in het nauw, 25 mei 2020, https://fd.nl/ondernemen/1345902/chinese-bussenorder-brengt-vervoersbedrijf-keolis- in-het-nauw

Financieele Dagblad, ‘Zware druk op OM om ook ABN-bankiers te vervolgen in

witwasonderzoek’, 7 augustus 2020, https://fd.nl/ondernemen/1353187/zware-druk-op-om- om-ook-abn-bankiers-te-vervolgen-in-witwasonderzoek

Freshfields Bruckhaus Deringer, Corporate Crime. A global perspective, 17 augustus 2020,

https://www.freshfields.com/49f6ca/globalassets/services-page/disputes-litigation-and- arbitration/corporate-crime-a-global-perspective.pdf

K. van Loo, “Rechter toetst alsnog megaschikking ING in witwasaffaire”, 17 oktober 2019,

https://www.transparency.nl/nieuws/2019/10/rechter-toetst-alsnog-megaschikking-ing-in- witwasaffaire/.

Openbaar Ministerie, Hoe vaak wordt een hoge transactie aangeboden?, 21 juli 2020,

www.om.nl/hoge-transacties/vraag-en-antwoord/hoe-vaak-wordt-een-hoge-transactie- aangeboden

Openbaar Ministerie, Rabobank betaalt € 70 miljoen ter afwikkeling van LIBOR-onderzoek, 29 oktober 2013, https://www.om.nl/actueel/nieuws/2013/10/29/rabobank-betaalt-€-70- miljoen-ter-afwikkeling-van-libor-onderzoek

Openbaar Ministerie, SBM Offshore N.V. betaalt US$ 240.000.000 wegens omkoping, 12 november 2014, https://www.om.nl/actueel/nieuws/2014/11/12/sbm-offshore-n.v.-betaalt- ususd-240.000.000-wegens-omkoping

Openbaar Ministerie, Feitenrelaas Vimpelcom, 19 februari 2016,

https://www.om.nl/documenten/publicaties/fp-hoge-transacties/feitenrelaas/map/feitenrelaas- vimpelcom

Openbaar Ministerie, Transactie overeenkomst ING, 4 september 2018,

https://www.om.nl/documenten/publicaties/fp-hoge transacties/feitenrelaas/map/tranactieovereenkomst-ing

Openbaar Ministerie, ING betaalt 775 miljoen vanwege ernstige nalatigheden bij voorkomen witwassen, 4 september 2018, https://www.om.nl/actueel/nieuws/2018/09/04/ing-betaalt-775- miljoen-vanwege-ernstige-nalatigheden-bij-voorkomen-witwassen

Openbaar Ministerie, Feitenrelaas Telia Company, 21 september 2017,

https://www.om.nl/documenten/publicaties/fp-hoge-transacties/feitenrelaas/map/feitenrelaas- telia

Openbaar Ministerie, Internationale strijd tegen corruptie: Telia Company betaalt Nederland 274.000.000 US Dollar, 21 september 2017,

https://www.om.nl/actueel/nieuws/2017/09/21/internationale-strijd-tegen-corruptie-telia- company-betaalt-nederland-274.000.000-us-dollar

Openbaar Ministerie, Feitenrelaas Stern Groep N.V., 10 april 2020,

https://www.om.nl/onderwerpen/hoge-transacties/documenten/publicaties/fp-hoge- transacties/feitenrelaas/map/feitenrelaas-stern

Openbaar Ministerie, Stern betaalt boete van 200.000 euro voor fraude met Europese subsidies, 10 april 2020, https://www.om.nl/onderwerpen/hoge-

transacties/nieuws/2020/04/10/stern-betaalt-boete-van-200.000-euro-voor-fraude-met- europese-subsidies

Openbaar Ministerie, Hoe vaak wordt een hoge transactie aangeboden?, 3 augustus 2020,

https://www.om.nl/onderwerpen/hoge-transacties/vraag-en-antwoord/hoe-vaak-wordt-een- hoge-transactie-aangeboden

Openbaar Ministerie, Strafvorderingsrichtlijnen, 17 oktober 2020,

https://www.om.nl/onderwerpen/beleidsregels/richtlijnen-voor-strafvordering

R. Lamp, Outsourcing of investigations to lawyers of suspected companies: United States, 17 april 2020, https://www.debrauw.com/legalarticles/outsourcing-of-investigations-to-lawyers- of-suspected-companies-united-states/?output=pdf

United States Sentencing Commission, An Overview of the Organizational Guidelines, 20 augustus 2020, https://www.ussc.gov/sites/default/files/pdf/training/organizational-

guidelines/ORGOVERVIEW.pdf

United States Sentencing Commission, FINES UNDER THE ORGANIZATIONAL GUIDELINES, 20 augustus 2020,

https://www.ussc.gov/sites/default/files/pdf/training/primers/2020_Primer_Organizational_Fi nes.pdf

Virginia School of Law, Brandon L. Garrett and Jon Ashley, Federal Organizational Prosecution Agreements, University of Virginia School of Law, 17 augustus 2020,

http://lib.law.virginia.edu/Garrett/prosecution_agreements/home.suphp.

Overeenkomsten (NPA’s en DPA’s)

NPA US DOJ/JPMorgan Securities (Asia Pacific) Limited Criminal Investigation,

https://www.justice.gov/opa/press-release/file/911206/download.

DPA US DOJ/Rolls-Royce, case no. 2:16-cr-247,

https://www.justice.gov/opa/press-release/file/927221/download. NPA US DOJ/White Rock Distilleries Inc.,

https://www.justice.gov/file/984811/download. DPA USDOJ/Telia, case no. 1:17-cr-00581-GBD,

https://corporate-prosecution-registry.s3.amazonaws.com/media/agreement/telia.pdf. DPA USDOJ/HSBC, case no. 1:18-cr-00030-LDH,

https://corporate-prosecution-registry.s3.amazonaws.com/media/agreement/hsbc-2018.pdf.

NPA USDOJ/Fresenius Medical Care, case no. 19-290,

Jurisprudentie Rechtbank

Rb. Amsterdam 23 juli 2010, ECLI:NL:RBAMS:2010:BN2149, NJFS 2010/285.

Gerechtshof

Hof Den Haag 19 mei 2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:1204, NJFS 2015/136.

Hof Arnhem-Leeuwarden 6 september 2019, ECLI:NL:GHARL:2019:7248, NJFS 2019/234. Hof Den Haag 9 december 2020, ECLI:NL:GHDHA:2020:2347.

Hoge Raad

HR 17 december 1963, ECLI:NL:HR:1963:18, NJ 1964/385 (Joyriden II). HR 1 april 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF4161, NJ 2003, 348.

Hof van Justitie van de Europese Unie

HvJ EU 5 mei 2019, ECLI:EU:C:2019:670, NJ 2020/118.

Europees Hof voor de Rechten van de Mens

EHRM 29 april 2014, ECLI:NL:XX:2014:411, NJB 2014/1582 (Natsvlishvili en Togonidze/Georgië).

US Supreme Court

New York Central & Hudson River Railroad v. United States (zie

https://supreme.justia.com/cases/federal/us/212/481/ )

United States v. Fokker Service B.V. (Fokker I) (zie https://cases.justia.com/federal/appellate- courts/cadc/15-3016/15-3016-2016-04-05.pdf?ts=1459868481)

Afkortingen

Aanwijzing – Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties Art. – artikel

DOJ – Department of Justice

DPA – deferred prosecution agreement

EHRM – Europees Hof voor de Rechten van de Mens EVRM – Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens FCPA – Foreign Corrupt Practices Act

FCPA CEP – FCPA Corporate Enforcement Policy NPA – non-prosecution agreement

OM – Openbaar Ministerie

PDA – pretrial diversion agreements

Sr – Wetboek van Strafrecht

Sv – Wetboek van Strafvordering USSG – US Sentencing Guidelines

Bijlagen

2. FCPA CEP

9-47.120 - FCPA Corporate Enforcement Policy

1. Credit for Voluntary Self-Disclosure, Full Cooperation, and Timely and Appropriate Remediation in FCPA Matters

Due to the unique issues presented in FCPA matters, including their inherently international character and other factors, the FCPA Corporate Enforcement Policy is aimed at providing additional benefits to companies based on their corporate behavior once they learn of misconduct. When a company has voluntarily self-disclosed misconduct in an FCPA matter, fully cooperated, and timely and

appropriately remediated, all in accordance with the standards set forth below, there will be a presumption that the company will receive a declination absent aggravating circumstances involving the seriousness of the offense or the nature of the offender. Aggravating circumstances that may warrant a criminal resolution include, but are not limited to, involvement by executive management of the company in the misconduct; a significant profit to the company from the misconduct;

pervasiveness of the misconduct within the company; and criminal recidivism.

If a criminal resolution is warranted for a company that has voluntarily self-disclosed, fully cooperated, and timely and appropriately remediated, the Fraud Section:

• will accord, or recommend to a sentencing court, a 50% reduction off of the low end of the U.S. Sentencing Guidelines (U.S.S.G.) fine range, except in the case of a criminal recidivist; and • generally will not require appointment of a monitor if a company has, at the time of resolution,

implemented an effective compliance program.

To qualify for the FCPA Corporate Enforcement Policy, the company is required to pay all disgorgement, forfeiture, and/or restitution resulting from the misconduct at issue.

2. Limited Credit for Full Cooperation and Timely and Appropriate Remediation in FCPA Matters