In de vorige deelparagraaf zijn criteria bepaald voor een woonwensenconcept, alleen kunnen deze criteria niet zo worden overgenomen. Arbeidsmigranten zijn als woningzoekenden een aparte groep met specifieke wensen en eigenschappen. Bij woningen voor arbeidsmigranten wordt in dit onderzoek dus uitgegaan van een aantal specifieke aspecten. Het criterium woningtype is bij arbeidsmigranten niet heel anders dan bij een regulier woonwensenconcept. Het verschil zit bij dit punt in de woningtypes zelf. Over het algemeen wonen arbeidsmigranten niet in de traditionele woonvormen, maar wonen ze in verschillende soorten flexibele woonvormen. De arbeidsmigranten wonen over het algemeen ergens voor de korte termijn (Expertisecentrum Flexwonen, z.j.). Volgens het Expertisecentrum Flexwonen (z.j.) kan het voorkomen dat arbeidsmigranten die seizoensarbeid verrichten vaak uitkomen bij een pension of een logiesverblijf. Als de arbeidsmigranten langer blijven, dan wordt vaak gekeken naar een kamer of een zelfstandig woonverblijf. Zoals te lezen was in het citaat van de Inspectie SZW (2017) in paragraaf 3.1 kan het ook voorkomen dat arbeidsmigranten op het terrein van het bedrijf worden gehuisvest. Huisvesting op een vakantiepark komt ook regelmatig voor (Buit, 2020). De eigendomsvorm is in dit onderzoek al vastgesteld. In dit onderzoek wordt uitgegaan van de huursector. Voor arbeidsmigranten kan wel onderscheid worden gemaakt in de verhuurder. Aangezien veel werkgevers en uitzendbureaus zich bemoeien met de huisvesting kan dit voor veel arbeidsmigranten een punt van aandacht zijn. Bij dit punt kan vergeleken worden in hoeverre de werkgever of het uitzendbureau invloed heeft op het woonplezier. Het criterium prijs is niet anders dan bij een regulier woonwensenconcept, de huurprijs is hier het criterium. Het is niet ongebruikelijk dat arbeidsmigranten voorzieningen in een woning delen (Expertisecentrum Flexwonen, z.j.). Bij het criterium kamers kan worden bekeken in hoeverre arbeidsmigranten bereid zijn om voorzieningen te delen en zo ja welke voorzieningen. Bij dit criterium kan tevens gekeken worden naar of arbeidsmigranten graag bij elkaar willen wonen of juist helemaal niet, oftewel hoeveel privacy is gewenst. De oppervlakte verschilt niet van een regulier woonwensenconcept zoals beschreven in de deelparagraaf hiervoor. De buitenruimte wordt buiten beschouwing gelaten, aangezien dit in veel woongebouwen niet reëel is. De bouwstijl en het bouwjaar zijn voor arbeidsmigranten minder van toepassing. Dit komt doordat arbeidsmigranten meer uitgaan van bruikbaarheid en comfort dan uitstraling. Tevens wordt in dit onderzoek gekeken naar nieuw te ontwikkelen objecten, vandaar dat het bouwjaar niet relevant is. Deze twee criteria worden in dit woonwensenconcept dus niet gehanteerd. Als extra criteria wordt gekeken naar in hoeverre onder arbeidsmigranten behoefte is aan een aanspreekpunt op de woonlocatie en in hoeverre behoefte is aan extra voorzieningen zoals bijvoorbeeld wifi of televisiekanalen uit het herkomstland.
Voor het aspect locatie gelden ook een aantal specifieke eisen voor arbeidsmigranten. De stedelijkheid verschilt niet wezenlijk van wat normaal in een woonwensenconcept staat. Hierin wordt een onderverdeling gemaakt of de arbeidsmigranten het liefst in een dorp, aan de rand van de stad of in de stad wonen. De groenvoorzieningen worden in dit woonwensenconcept buiten beschouwing gelaten. In dit woonwensenconcept wordt meer de nadruk gelegd op functionaliteit en minder op esthetiek vandaar dat de groenvoorzieningen buiten beschouwing worden gelaten. Het criterium contacten verschilt niet van het reguliere woonconcept, het criterium wordt alleen gespecificeerd voor de doelgroep arbeidsmigranten. Parkeergelegenheid en voorzieningen worden samengevoegd. Ook deze criteria verschillen niet veel van het reguliere concept. De soorten voorzieningen kunnen hierin wel verschillen, aangezien het zou kunnen dat de arbeidsmigranten behoefte hebben aan voorzieningen uit het thuisland, zoals bijvoorbeeld een supermarkt of een café. Daarnaast kan afstand tot werk worden toegevoegd als criterium, arbeidsmigranten komen voornamelijk naar Nederland om te werken. Dit maakt dat wonen en werken onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Vandaar dat de afstand tot werk een belangrijk criterium is.
Pagina | 31
3.3 Conclusie
In dit hoofdstuk is antwoord gegeven op deelvraag 2 ‘Welke criteria zijn van belang bij het bepalen van woonwensen voor arbeidsmigranten?’. Om antwoord te geven op deze deelvraag is het eerst van belang om het begrip arbeidsmigranten nader te definiëren. Onder arbeidsmigranten wordt in dit onderzoek verstaan: ‘Een persoon in loondienst bij een in Nederland gevestigd bedrijf, die laaggekwalificeerd werk verricht, in Nederland woont en alleen een buitenlandse nationaliteit heeft.’. Arbeidsmigranten zijn van grote waarde voor de Nederlandse economie, alleen de huisvesting is op dit moment niet op orde. Om een woonwensenconcept voor arbeidsmigranten samen te stellen zijn criteria bepaald aan de hand van de aspecten woning en locatie. Deze criteria zijn vervolgens concreet gemaakt voor de doelgroep arbeidsmigranten. De criteria die hieruit zijn gekomen zijn weergegeven in onderstaande tabel.
Tabel 3.2 Criteria woonwensenconcept arbeidsmigranten (Eigen bewerking, 2020)
In het volgende hoofdstuk wordt antwoord gegeven op deelvraag 3 ‘Op welke wijze kan een vragenlijst voor een woonwensenconcept met huurwoningen gericht op arbeidsmigranten worden opgesteld voor een projectontwikkelaar die ontwikkelt voor een belegger?’.
Woning Locatie Woningtype Stedelijkheid Verhuurder Contacten Huurprijs Voorzieningen Privacy Werk Oppervlakte Aanspreekpunt Voorzieningen
Pagina | 32
4 Vragenlijst voor het woonwensenconcept
In hoofdstuk vier wordt deelvraag 3 ‘Op welke wijze kan een vragenlijst voor een woonwensenconcept met huurwoningen gericht op arbeidsmigranten worden opgesteld voor een projectontwikkelaar die ontwikkelt voor een belegger?’ behandeld. In dit hoofdstuk wordt aan de hand van hoofdstuk twee en drie de vragenlijst voor de enquête opgesteld. In paragraaf 4.1 worden allereerst de belangrijkste resultaten uit hoofdstuk twee en drie op een rijtje gezet. Deze paragraaf is opgedeeld in twee deelparagrafen, namelijk ‘Projectontwikkeling voor beleggers’ en ‘Criteria woonwensenconcept arbeidsmigranten’. In paragraaf 4.2 wordt vervolgens de vragenlijst opgesteld. Deze paragraaf is ook opgedeeld in twee deelparagrafen, ‘Opbouw vragenlijst’ en ‘Vragenlijst voor de enquête’.
4.1 Uitkomsten theoretisch onderzoek
In deze paragraaf worden de uitkomsten van het theoretisch onderzoek behandeld. Deze paragraaf is opgedeeld in ‘Projectontwikkeling voor beleggers’ en ‘Criteria woonwensenconcept arbeidsmigranten’. In de deelparagraaf ‘Projectontwikkeling voor beleggers’ worden de resultaten uit hoofdstuk twee op een rij gezet. Vervolgens worden deze uitkomsten geconcretiseerd naar onderwerpen voor de vragenlijst. In deelparagraaf ‘Criteria woonwensenconcept arbeidsmigranten’ wordt hetzelfde gedaan als in de eerste deelparagraaf, alleen is deze deelparagraaf ingericht voor de resultaten van hoofdstuk drie.