• No results found

Wind op waterkering

In document Eindadvies basisbedragen SDE+ 2019 (pagina 35-38)

5.Bevindingen windenergie

5.2 Wind op waterkering

5.2.1 Uitgangspunten en rekenmethode

Voor de categorie Wind op waterkering zijn wij uitgegaan van windturbines die geplaatst worden in een waterwerk, binnen een beschermingszone van een voorliggende waterkering of waterwerk, en van windturbines die geplaatst worden in de zeewaartsgerichte bescher- mingszone van een primaire waterkering of de harde of zachte zeewering van Maasvlakte 2. Hogere investeringskosten voor Wind op waterkering

Het plaatsen van een windturbine in de categorie Wind op waterkering leidt ten opzichte van de categorie Windenergie op land tot de volgende extra kosten:

• Funderingskosten: het plaatsen van een windturbine mag geen dijkverzwakking tot ge- volg hebben. Hiervoor moeten in sommige gevallen extra damwanden geplaatst worden. De kosten van het ontwerp en de fundering zelf zijn hierdoor hoger.

• Civiele werken: voor de kraanopstelplaatsen en toegangswegen kunnen eveneens dam- wanden nodig zijn.

• Netaansluitingen: de parkbekabeling zal veelal in het water liggen en de aansluitingsmo- gelijkheden voor wind op primaire waterkeringen bevinden zich vaak op grotere afstand. Bovendien moeten vaak extra boringen onder het wateroppervlak gedaan worden. Door de daling in de turbineprijzen (zie hoofdstuk 5.1) is evenals voor wind op land ook een aanpassing in de totale investeringskosten gedaan. De turbineprijzen worden voor deze cate- gorie gelijkgesteld aan de turbineprijzen voor de categorie Wind op land; voor de extra inves- teringskosten wordt een opslag genomen vanwege bovengenoemde extra kosten. Voor Wind op waterkering worden de investeringskosten verlaagd naar 1335 €/kW.

Tabel 5.6 toont de technisch-economische parameters voor Wind op waterkering. Deze para- meters zijn, op de investeringskosten na, gelijk aan die van de categorie Wind op land. Een toelichting hierop volgt in onderstaande tekst. Voor een toelichting op de overige parameters (en de rekenmethode) wordt verwezen naar hoofdstuk 5.1 over Wind op land.

Tabel 5.6: Technisch-economische parameters voor Wind op waterkering

Parameter Eenheid Advies SDE+ 2019

Installatiegrootte [MW] 50,0

Investeringskosten [€/kW] 1335

Vaste operationele kosten [€/kW/jaar] 12,3

Variabele operationele kosten [€/kWh] 0,0121

Opslag op variabele operationele kosten

5.2.2 Overzicht basisbedragen

De resulterende basisbedragen voor Wind op primaire waterkering staan in tabel 5.7 en moeten gelezen worden in combinatie met figuur 5.1, waarin de Nederlandse gemeenten ge- differentieerd zijn naar windsnelheidscategorieën. Voor deze categorie is namelijk, evenals voor wind op land, winddifferentiatie van toepassing. De windkaart bepaalt tot welk basisbe- drag mag worden ingediend voor een project in een bepaalde gemeente.

Tabel 5.7: Basisbedragen Wind op waterkering

Categorie Vollasturen (uren/jaar) Basisbedrag (€/kWh) Wind op waterkering, ≥ 8,0 m/s 3500 0,059 Wind op waterkering, ≥ 7,5 en < 8,0 m/s 3130 0,064 Wind op waterkering, ≥ 7,0 en < 7,5 m/s 2770 0,070 Wind op waterkering, ≥ 6,75 en < 7,0 m/s 2630 0,073 Wind op waterkering, < 6,75 m/s 2430 0,078

In tabel 5.8 zijn het basisbedrag en enkele andere subsidieparameters weergegeven. De ba- sisbedragen voor Wind op waterkering zijn gedaald ten opzichte van 2018 ten gevolge van lagere investeringskosten, O&M-kosten en grondkosten.

Tabel 5.8: Overzicht subsidieparameters Wind op waterkering

Eenheid Advies SDE+

2019

Basisbedrag SDE+ 2019 [€/kWh] 0,059 – 0,078

Looptijd subsidie [jaar] 15 jaar

Economische levensduur [jaar] 20 jaar

Basisprijs SDE+ 2019 [€/kWh] 0,025

Voorlopig correctiebedrag 2019 [€/kWh] 0,039

Berekeningswijze correctiebedrag APX x “profiel- en onbalansfactor”

5.3 Wind in meer, water ≥ 1 km

2

5.3.1 Uitgangspunten en rekenmethode

Wind in meer is de categorie voor windturbines geplaatste in het water van een meer van minstens één vierkant kilometer. Voor Wind in meer is gerekend met een parkgrootte van 150 MW. Door de grootte van het park zijn de zogverliezen, de effecten van windschaduw, hoger dan bij het referentiepark van 50 MW. In deze categorie wordt gerekend met een to- taal van 17% opbrengstverliezen in plaats van de 13% die geldt voor de categorie Wind op land (veroorzaakt door zogverliezen, niet-beschikbaarheid, elektrische verliezen, turbine per- formance, environmental losses en curtailment). Er is gerekend met een windsnelheid van 8,5 m/s, omdat aangenomen is dat projecten voor Wind in meer geplaatst worden in water waarboven een relatief hoge gemiddelde windsnelheid heerst. De opbrengst voor het bepalen van de basisbedragen voor Wind in meer is in dit eindadvies opgehoogd ten opzichte van de aanname voor het conceptadvies. Het indienen van een project gebeurt, net als bij de ove- rige windcategorieën, tegen een projectspecifiek maximum aantal vollasturen.

garantie- en onderhoudskosten voor de turbines wordt veranderd naar 0,0119 €/kWh, waar- bij rekening is gehouden met de verlenging van de beschouwde operationele periode. Hier bovenop komen grondvergoedingen van 0,0029 €/kWh, conform de beschrijving in paragraaf 5.1.1, zodat de totale variabele O&M-kosten op 0,0148 €/kWh uit komen.

De vaste kosten bestaan uit de verzekeringskosten, netinstandhoudingskosten, kosten voor eigenverbruik, OZB, kosten voor beheer en kosten voor onderhoud van het resterende deel van de installatie. Voor Wind in meer zijn de kosten voor het onderhoud van de Balance of Plant hoger dan voor Wind op land, wat ook geldt voor de verzekeringskosten en de OZB door de hogere investeringskosten. De vaste kosten worden gesteld op 24 €/kWh. Tabel 5.9 toont de technisch-economische parameters voor Wind in meer.

Tabel 5.9: Technisch-economische parameters Wind in meer

Parameter Eenheid Advies SDE+ 2019

Installatiegrootte [MW] 150

Vollasturen [uren/jaar] 4050

Investeringskosten [€/kW] 2380

Vaste operationele kosten [€/kW/jaar] 24,0

Variabele operationele kosten [€/kWh] 0,0148

Opslag voor transactiekosten, basisprijspremie [€/kWh] 0,0027

5.3.2 Overzicht basisbedragen

Het resulterende basisbedrag voor Wind in meer en enkele andere subsidieparameters staan in tabel 5.10. Het basisbedrag is gedaald ten opzichte van 2018 ten gevolge van lagere in- vesteringskosten, O&M-kosten en grondkosten en omdat de opbrengstverwachting voor Wind in meer is opgehoogd.

Tabel 5.10: Overzicht subsidieparameters Wind in meer

Eenheid Advies SDE+ 2019

Basisbedrag SDE+ 2019 [€/kWh] 0,086

Looptijd subsidie [jaar] 15 jaar

Economische levensduur [jaar] 20 jaar

Basisprijs SDE+ 2019 [€/kWh] 0,025

Voorlopig correctiebedrag 2019 [€/kWh] 0,039

6.Bevindingen

In document Eindadvies basisbedragen SDE+ 2019 (pagina 35-38)