• No results found

Wij gaan nu verder om het voorstellen aan Christus van hen, die zich rein hebben bewaard, te beschouwen

In document 1 GELOOFSVERTROUWEN OP DE HEERE 3 (pagina 84-87)

In verband hiermee wil ik enkele dingen noemen.

(1) De tijd wanneer zij zullen worden voorgesteld, zal de grote dag zijn. Wanneer Christus als Rechter zal komen tot anderen, zal Hij als een Bruidegom komen tot de Zijnen. In hun dood zijn zij aan Hem voorgesteld en in de heerlijkheid ontvangen.

Maar in de grote dag des Heeren zullen beide, lichaam en ziel worden verheerlijkt.

Zij, en zij alleen, die rein zijn bewaard, zullen ten huwelijk worden voorgesteld aan Christus, als aan een Bruidegom. De hogepriester onder de wet, mocht geen vrouw nemen die een hoer was. Zij, die hier Christus hebben verlaten, zullen in die dag gedwongen worden Hem te verlaten. "En in haar zal niet inkomen iets dat ontreinigt, en gruwelijkheid doet en leugen spreekt, maar die geschreven zijn in het boek des levens des Lams." Nu, de reine maagden zullen in gestikte klederen tot de Koning geleid worden. En het kan niet anders zijn, want het is onbestaanbaar met Zijn eer anderen te nemen. Het is onbestaanbaar met zijn trouw hen te verloochenen.

(2) Het huis waaruit de bruid zal treden zal het graf, de wereld of deze aarde zijn.

Sommigen, die nog levend zullen zijn, wanneer de bruidegom komt, zullen veranderd worden. Zij, die in de graven zijn, zullen worden opgewekt. Zij zullen uit het gevangenhuis gaan om te regeren.

(3) De bruid zal haar bruidsjonkers hebben. Een heerlijk gezelschap zal bij haar zijn, wanneer zij aan de Bruidegom wordt voorgesteld. Engelen zullen haar geleiden. Zij waren getuigen bij haar ondertrouw, zij zullen ook getuigen zijn bij haar huwelijk. En

o wat een blijde dag zal het zijn, wanneer de leraars, Christus' dienstknechten, zullen zeggen: Zie hier wij en de kinderen, die Gij ons gegeven hebt!

(4) Van de plaats waar de bruid zal worden voorgesteld aan den Bruidegom, lezen wij:

"Dat wij, die levend overblijven zullen tot de toekomst des Heeren, niet zullen vóórkomen degenen, die ontslapen zijn. Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem des Archangels en met de bazuin Gods nederdalen van den hemel, en die in Christus gestorven zijn, zullen eerst opstaan; daarna wij, die levend overgebleven zijn, zullen tezamen met hen opgenomen worden in de wolken, den Heere tegemoet in de lucht; en alzo zullen wij altijd met den Heere wezen", Thess. 4:1517. Christus zal dus meer dan halverwege haar tegemoetkomen. O, wat een blijde ontmoeting zal dat zijn!

(5) Wij noemen u nog de plaats waar het huwelijksfeest zal worden gevierd. Dat is het huis van de Vader van de Bruidegom, het is de hemel. "Dan zullen zij altijd met den Heere wezen." O, gezegend zijn zij, die ondertrouwd zijn aan Christus!

(6) Maar er is een groot verschil tussen de ondertrouw en het huwelijk. Wij zullen u enkele verschillen noemen.

• De ondertrouw heeft plaats op aarde, maar het huwelijk wordt gesloten in de hemel. Zij worden in de tempel die beneden is ondertrouwd, maar het huwelijk wordt gesloten in de hemel, die boven is.

• Hier beneden is een gemengd gezelschap van ondertrouwden, wijze en dwaze maagden, maar niet alzo bij het huwelijk. Velen, die niet gescheiden zijn van haar andere minnaars, nemen de pen in de hand en tekenen het contract. Maar daar is de deur gesloten en alleen reine maagden worden binnengelaten.

• De Bruidegom verschijnt in Zijn schoonheid bij de ondertrouw, maar veel schoner bij het huwelijk, want daar zullen zij Hem zien zoals Hij is en zij zullen zeggen: De helft was mij niet aangezegd.

• De bruid tekent hier het contract met Hem in een droevige staat. Zij geeft zich aan Hem weg, opdat Hij haar reinige. Maar op de huwelijksdag zal de bruid versierd zijn, niet alleen met een volmaakte toegerekende gerechtigheid, maar ook met een volmaakte inklevende gerechtigheid. Op die dag zal dit lied gehoord worden: "Laat ons blijde zijn en vreugde bedrijven en Hem de heerlijkheid geven; want de bruiloft des Lams is gekomen en Zijn vrouw heeft zichzelf bereid. En haar is gegeven dat zij bekleed worde met rein en blinkend fijn lijnwaad. Want dit fijn lijnwaad zijn de rechtvaardigmakingen der heiligen" Openb. 19:7 en 8. Er zal geen vlek of rimpel op de bruid zijn. Zij zal heilig wezen, zonder enige smet.

• Vaak geeft de bruid zichzelf weg aan Christus met droefheid in het hart, en met tranen in de ogen. Vaak tekent zij het contract met een bevende hand, uit vrees dat zij niet getrouw zal blijven, of dat de Bruidegom haar niet zal aannemen. Maar op die dag zullen al deze dingen voorbij gegaan zijn. "De vrijgekochten des Heeren zullen wederkeren en tot Sion komen met gejuich, en eeuwige blijdschap zal op hun hoofd wezen; vrolijkheid en blijdschap zullen zij verkrijgen, maar droefenis en zuchting zullen wegvlieden."

• Bij de ondertrouw krijgt de bruid soms kleine geschenken om haar hart te verblijden. Maar dan zal zij een volheid van vreugde ontvangen, die ze hier niet kan dragen.

• Na de ondertrouw is de bruid in gevaar. Hier doen velen een aanslag op haar reinheid, maar na het huwelijk zal zij nooit meer in gevaar zijn.

• Houdt in gedachtenis, dat ik u heb ondertrouwd aan Christus en dat u nu niet meer van uzelf bent, maar van Christus. Op de vorige Sabbatdag hebben wij hier een plechtige dag van ondertrouw aan Christus gehad en toen hebben wij u ondertrouwd aan onze Meester.

Laat ons hier een weinig op terugzien:

(1) Was er niet een aanbod van Christus aan alle Avondmaalgangers en hoorders op die dag, in de kerk van Simprin? Is u niet gezegd, dat Hij gewillig was en dat het contract zou worden gesloten, als u ook gewillig was?

(2) Was er iemand in de samenkomst, die zei dat hij Hem niet wilde aannemen? Was er iemand onder ons, die zei: ik heb mijn afgoden lief en ik wil ze niet verlaten?

Hebt u daar gezeten en gestaan als Zijn volk?

Is zo een groot getal van u binnengekomen om tegen Christus te getuigen? Wij hebben dat niet gehoord. Wat meer is, heeft uw hart niet in uw binnenste gezegd, dat u Hem aannam?

(3) Hebben wij u het contract niet voorgelegd? Hebben wij het u niet voorgelezen, opdat u zou weten wat u deed? Hebt u niet de artikelen gehoord, dat u moest afscheid nemen van zonde en van de wereld?

En na dit alles heeft niemand van u gezegd, dat u tegen de overeenkomst bent.

(4) Gaven wij niet aan velen van u de pen in de hand, gevende u het brood en de wijn, de typen van Christus' lichaam en bloed? Christus werd vertoond in dat sacrament.

Waartoe was het anders, dan dat u het contract zou ondertekenen?

(5) Zagen wij niet dat u het contract ondertekende, dat u zichzelf weggaf aan Christus en dat u daarop het sacrament van Zijn lichaam en bloed nam?

Getuig dan o hemelen! Getuig o aarde! Getuig o engelen! Wees getuigen, o stenen en hout van Simprin's kerk! En wijzelf zijn getuigen, dat wij op de tweede dag van Februari 1707, dit volk ondertrouwden aan onze Meester Christus!

En nu heb ik nog één verzoek aan u. Gedraag u zó, dat u in de grote dag aan Christus de Bruidegom mag worden voorgesteld als een reine maagd. "Kinderkens bewaart uzelf van de afgoden." Bewaart de voornaamste plaats in uw hart voor Christus en laten uw klederen niet weer bevlekt worden. Bedenk, dat u de vorige Sabbatdag een werk bent begonnen voor de eeuwigheid. Waarom hebt u toegestemd in de ondertrouw, als uw hart niet is voor het huwelijk?

En zeker u kunt niet voornemen van uw ondertrouwde Man af te hoereren, tenzij u meent nooit aan Hem te zullen worden voorgesteld tot het huwelijk.

Helaas! Ik vrees, dat wij sommigen zullen verliezen, waarop wij hadden gerekend, wanneer de dag van het voorstellen van de bruid zal komen.

Veronderstel dat u op die dag hoorde dat Christus tot ons zou zeggen: Wat! Hebt u niet meer dan deze aan Mij ondertrouwd? Waarop wij zouden moeten antwoorden:

Heere, wij ondertrouwden veel méér aan U, maar zij zijn daarna teruggekeerd tot hun begeerlijkheden. Nu worden zij gemist en wij durven hen niet aan U voorstellen, omdat zij zich niet hebben rein bewaard.

Als u zou tegenwerpen: Helaas, het is onmogelijk voor mij, mij vrij van zonde te houden.

Dan antwoord ik u: u zult niet om iedere struikeling onrein verklaard worden. Laat het de volstandige begeerte van uw ziel zijn, trouw aan Christus te blijven. Worstel tegen zonde en als u dat doet, hoewel ze de overhand krijgt, zal ze uw aanneming niet beletten, als u de toevlucht neemt tot het bloed van Christus. U mag dan zeggen met David: "Ongerechtige dingen hadden de overhand over mij; maar onze overtredingen,

die verzoent Gij."

Amen.

In document 1 GELOOFSVERTROUWEN OP DE HEERE 3 (pagina 84-87)