• No results found

Van de vruchten, boomen en gedierten, die op het Eyland Espagnola gevonden worden

HET Eylandt Espagnola is seer vruchtbaer in allerhande vruchten, men vind daer

groote vlacktens van vijf of ses mijlen in 't rondt, waer van sommige geheel met

+

Groote quantiteyt van Orangie en Limoen bomen.

soete, en andere met suure Oranje boomen beset zijn. Even al+

eens is het met de Limoen boomen, maer zijn sulcken slagh niet, als hier uyt Espagne gebracht worden, de grootste zijn niet grooter als een kloecke hoender ey, en zijn suurder;

+

Van de Palmitte boomen.

men vind daer oock seer groote pleynen van Palmite boomen, de welcke seer hoogh+

zijn, en vermaekelijck om te aen schouwen: dese boomen zijn omtrent van hondert en vijftigh tot twee hondert voeten hoogh sonder tacken, ende boven hebben sy een struyck, van materie en smaeck als een witte kool, daer spruyten de bladeren ende het zaet uyt; yder boom heeft niet meer als twaalf blaederen, ende alle maenden valt 'er een bladt af, en om de maendt groeyt een ander in de plaets; het zaet komt eens 's jaers uyt de struyck dat ick gesegt heb als een kool van smaek is, en is seer goedt om te eeten, wanneer dat het by vleesch gekoockt is, smaeckt het soo wel als witte Warmoes kool, het zaet is dienstigh tot voedsel de wilde swijnen; de steelen van de bladeren, zijn omtrent drie of vier voeten breedt, en seven of acht voeten langh, dit zijn oock wel van de kloeckste, en werden gebruykt om huysen mede te decken, en geroock vleesch in te packen (als ick hier na verhalen sal) de steelen van dese bladeren

+

Stelen van Palmiste bladeren seer dienstig.

zijn van buyten groen, ende+

van binnen seer wit, soo dat men van het binnenste een seker vel af kan schille, omtrent de dickte van een parkement, daer men soo op schryven kan als op papier, men hoeft by

achtigh weder, in het bosch niet nat te worden, als men die bladeren bekomen kan, ende nochmael dienen sy om water te vangen om te drincken, in tijdt van noodt, want men kan der emmeren van maecken, daer men water in dragen kan, maer en dueren niet langer als seven of acht dagen. Dese boomen zijn seer hart, ende van binnen is seecker specy die men met een mes snyden kan, het hout is niet dicker als drie of vier duym, en de boomen zijn omtrent twee vadem dick, ende over al meest even dick, dese boomen vallen in platte Landen, in de bracke gronden; men kan oock van dese boomen wijn maecken op volgende manier. Als de boom afgekapt is, omtrent drie of vier voeten van de wortel, soo wordt dan vier-kante holligheyt gemaeckt

+

Wijn van Palmiste boom.

boven in de struyck,+

daer sachtjes met'er tijdt de wijn komt indruypen, ende wort soo sterck dat men daer van droncken kan worden.

Dese Palmiste boomen worden by de Franse genaemt Palmiste Frans.

Behalven dese Palmiste boomen, zijn daer noch vierderhande Palmisten, ende worden aldus genaemt Latanier, Palmiste epinu, Palmiste a vin, ende Palmiste a chapelat, ou Palmist de montagne. Deze Palmist genaemt Latanier en wast soo hoog niet als de Palmiste vin, ende hoe wel dat hy de selve gedaente heeft, behalven de blaederen die de gedaente hebben van een wayer, ende zijn seven of acht voeten in 't ront, met punten rontom, omtrent van een halve voet langh: dese boom werpt zijn zaedt als de andere boomen boven genoemt, maer is grooter en dicker, en dient mede tot voedsel voor de Wilden, de blaederen van dese boom worden alleen gebruyckt, om huysen mede te decken. Dese boom wast selden in goede gronden, maer altijdt in santachtige ende klipachtige plaetsen.

De Palmiste Epinu wordt soo genaemt, om dat hy van de wortel af tot boven aen de bladeren vol doornen is, die omtrent drie of vier duymen langh zijn: seeker natie van Indiaenen in het zuydelijcke dal van America, gebruycken dese doorne, om haer

+

Groote wreetheyd van Indiaenen aen haer Vyanden.

Oorloghs+

gevangens te tormenteren of te pynigen als op dese manier: Sy maecken de gevangens vast aen een boom, ende nemen desen doorne en maecken aen yder een poppetje van Catoen, gedoopt

in oly Palm, ende steken dat in 't vlees van den patient, soo dicht, als de doorns wassen aen de boomen, ende daer na steken sy daer de brant in, ende soo de Patient singht, soo wordt hy geacht als een genereus Soldaet, die zijne vyanden te kleyn acht om hem seer te doen, maer soo hy klaeght of kermt, soo wordt hy geacht, als een flaeuwhertigh mensch. Dese historye heb ick van een Indiaen, die het selve dickwils aen zijne vyanden gedaen heeft; het is oock gesien van Christenen die by haer gewoont hebben: doch om ons verhael te vervolgen, sal ick seggen dat dese Palmist niet verscheelt, in de hooghte van de Latanier, maer de blaederen zijn even als die van de Palmiste Vrancks, behalven dat sy geen steelen en hebben als die andere; van deselve Palmist wert oock goede wijn gemaeckt, op de manier als booven. Dese Palmist werpt zijn zaet als d'andere, maer is een ander slagh van zaet, het is ront, en soo dick als een duyt, van binnen heeft het een karn die seer hart is, ende soo goet van smaeck als een Spaense noot. Dese boom vindt men aen de Zee-kant op laege

+

Palmiste a vijn.

gronden. De Palmiste a vyn, wordt soo genaemt, omdat hy wijn in groote meenighte+

geeft, en wast niet hooger dan veertigh of vijftigh voeten, ende is van een

wonderlijcke groeysel, want onder dicht aen de wortel, tot omtrent de helft of meer van de hooghte, is hy niet dicker als drie of vier spannen, ende boven de helft, of de twee derden van de hooghten, is hy soo dick als een oxhooft, en dese dickte is vol van seecker specye, als in de struyck van een Kool, maer seer vol sap, dat lieflijck van smaeck is, ende wanneer dat gegest heeft, is het soo sterck als wijn, het sap wordt aldus uytgeparst, als de boom afgekapt is, 't geen mackelijck geschiet, want men kan hem kappen met een groot mes dat Machete genoemt wordt: en is van gedaente als een pastey-backers mes. Als de boom dan afgekapt is, soo maeckt men een vierkante openingh, in 't midden van de dickte (die ton genoemt wordt) en men stampt het in tot dat het heel sacht is geworden, en dan parst men het sap met de handen daer uyt, men vindt aen de boom alle gereetschap daer toe van nooden, want men suyvert het sap door de blaederen, ende van d'onderste van de blaederen maeckt men vaeten om de wijn in te doen, en oock om mede te drincken;

dese boom draeght zijn vrucht even als d'andere Palmiste boomen, maer van een ander fatsoen, en van kouleur en dickte als Carssen, en is oock goedt om te eeten, maer veroorsaeckt een seere keel, de selve boom wast op hooge ende klippachtige bergen.

+

Palmiste a chapelet.

+

De Palmiste boomen, Palmiste a chapelet genaemt, om dat de Spanjaerden Roose, Kransen, ofte Pater-nosters van het zaet maecken, dat van dese boom komt, dat kleyn ende seer hard is: dese Palmiste wassen seer hoogh en dun met weynigh blaederen, op de toppen van de hooge bergen.

+

Abelkoosen boomen.

+

Op dit Eylandt worden oock gevonden groote en hooghe boomen, die een vrucht draeght soo dick als een gemeenen Meloen (die hier in 't Landt wast) ende heeft in 't midden een karn, soo dick als henne ey, en het vlees is van kouleur als een Meloen, en buyten graeuw, ende van smaeck als een Abrikoos, ende wordt oock van de Franse Abricos genaemt, de wilde zwijnen worden seer vet van die vrughten te eeten.

+

Vrucht genoemt Cayomiete.

+

Men vindt oock andere boomen, van gewas als een Peere-boom, die seecker vrughten draegen, die Cayemiete genoemt worden; dese vrught is van gedaente als groote swarte Pruymen, als mede van die kouleur, en is vol van sap als mellick, dat seer soet van smaek is, binnen in zijn vijf en sommige drie karnen, van grootte als turckse boonen, de wilde zwijnen eten die oock, maer ten wordt in alle plaetsen niet gevonden.

+

Van de Genipas.

+

Daer wassen oock groote boomen die een vrucht draeght die men Genipas, noemt, dese boom wast soo hoogh als een kriecke boom, en heeft zijn blaederen op de selve manier, maer spreydt zijne tacken seer breedt uyt, de vrucht is van gedaente als een Slaep-bol, maer omtrent soo dick als twee vuysten, graeuw van kouleur, ende in 't midden vol kleyne karnen, met een vlies dat alleen de karnen in sluyt, dit vliesken is seer scharp, soo dat wanneer de vruchten met het vlies gegeten worden,

veroorsaecken verstoptheyt in 't lijf ende groote pijn in de stoel-gangh: als de vrucht onrijp is, ende dat het sap geparst wordt, werdt het soo swart als roet, men kan daer oock mede schrijven als op papier, maer in de tijdt van negen daegen gaet het uyt, en 't papier blijft of daer niet op geschreeven was geweest, het hout

van dese boom wordt gebruyckt om te bouwen, alsoo het vast en schoon hout is, het sou goedt wesen om Schepen te timmeren, want het duurt wel in het water.

Het sou goed wesen om schepen te timmeren.

+

Van de Canos.

Daer zijn veel meer andere vrucht-boomen, daer van men+

de beschrijvingh is verscheyde Autheuren van vindt; daer zijn veel Ceder - boomen, by de

Spaenjaerden Cedros genoemt, en by de Franse Acajou, dese boomen zijn seer bequaem om Scheepen te timmeren, en Canos mede te maecken. De Canos zijn seecker

Vaertuygen van een boom gemaeckt, sonder eenige inhouten als de Zitbancken, en

+

d'Indianen kunnen Vaertuygen maecken sonder ysere Instrumenten.

konnen zeylen tegens de beste Boot of Sloep+

die daer is. D' Indiaenen konnen dese Canos maken sonder eenige ysere Instrumenten; als op dese maniere, branden de boomen by de wortel af, en weeten het vuur soodanigh te regeeren dat 'et niet verder brandt als sy het hebben willen, ende als de boom neder gevallen is, soo maecken sy een groot vuur daer op, staen en daer rontom met water om te dempen, andere hebben steene bylen, ende schrapen het verbrandt hout af, ende weten soo het fatsoen te geven aen haer Canos, en konnen met die Canoos twintigh, tachentigh ja hondert mijlen toe Zeewaert in roeyen. Men vindt daer groote menighten van andere boomen, soo vruchtboomen als die bequaem zijn tot het bouwen van Huysen

+

Medicinalle en verw houten.

en Schepen, als Mapou boom Acoma, Eyck-boom, Brisillet, of stockvis+

houdt, Mancinille-boom, de boom die de Gom. Elem draegt met seer groote quantiteyt van pocken houdt, ende meer andere medicinale boomen, als Lignum-aloes de drie santale houten, Cassia Ligna, als mede de Radix Chinae, maer soo goedt niet als die uyt Oost-Indien komt, de Rookou soude daer oock wel wassen.

+

Van de Mapou.

+

De Mapou is een boom die geweldigh dick groeyt, ende wordt mede gebruyckt om Canoos van te maecken, maer is soo goedt niet als de Acajou of Ceder-boom, want dit hout is seer voos ende wordt in korten tijdt swaer van het water dat daer in dringht.

+

Van Acoma.

+

Het hout Acoma genoemt is een seer swaer hout, en van kouleur gelijk Palmhoudt, dat hier in 't Landt gebruyckt wordt, en is seer dienstigh tot het timmeren, ende om wieken tot suycker Moolens te maecken, om dat het seer hardt is.

+

Van Eyckeboom.

+

D'eycke-boom wordt gebruyckt als tot het timmeren, aen huysen, maer het soude seer dienstigh wesen om Scheepen te timmeren: want dit hout is seer durabel in het water, ende wat meer is, is de Zee-wormen niet onderworpen, gelijck als andere houten.

+

Brisillet

+

Het Brisillet-hout is hier genoegh bekent, ende wordt genoemt stockvis houdt, het is seer bequaem, en word oock veel gebruyckt tot het verwen: dit wast daer in groote quantiteyt aen de Zuydt-kant van het Eylandt, in een plaets genaemt Jackmel,

ende noch in een ander plaets genaemt Jaquine, dese twee plaetsen zijn bequaem om groote Scheepen te komen.

Het hout Acoma is een seer swaer hout.

+

Marcinille - boom vergiftight.

De Mancinille-boom, wast aen de Zeekant,+

soo dat de tacken hangen op het water, draeght een vrucht die even gelyck is van ranck als de Reynette appelen dese vrucht is seer vergiftigh, soo drae als ymandt daer van gegeten heeft, die wordt brandigh, dorstigh, verandert van kouleur, ende wordt krancksinnigh, en daer nae sterft hy: wat meer is, de visschen die van dese vrucht eeten, zijn vergiftigh: dese boom geeft een sap als m e l c k die uyt de

boomen komt, ende als iemandt die aen raeckt, koomen daer voort blaeren op, als of het gebrandt was, en veroorsaeckt een groote pijn; het is my gebeurt dat ick een tackje van dese boom nam, om de Mosschieten van mijn aengesicht af te jaegen, ende mijn aengesight waer 's anderendaeghs seer ontsteeken, ende vol blaeren, ick was drie dagen sonder te konnen sien. Daer wassen oock aen de strandt seeckere boomen die een vrught draeght als Pruymen van Damast, ende hebben mede een steen als die Pruymen, daer zijn tweederhande witte en swarte, de wilde zwijnen koomen aen de strandt als dese boomen haer vrughten geven, en eeten die, en worden seer vet daer van; dese boomen wassen in het sant en spreyden haere tacken op het selve, en zijn niet hooger van gewas als Kreupel-bosch, dat op de Duynen hier te

+

Abelkoose boomen.

Lande wast: dese boomen worden van de Spaenjaerden Icacos+

genaemt: daer zijn andere Vrught-boomen genaemt Abelkoose-boomen, die haer vrught geven als d'Icacos boomen niet meer geven; dese soort van boomen zijn heel hoogh en dick, de blaederen zijn als de blaederen van een Peer-boom, de vrughten zijn soo groot als een Meloen, met een steen in 't midden ontrent soo groot als een ey, het vlees is geel, en omtrent soo hardt als van een Meloen, met een lieffelijcke reuck en smaeck, de Franse Kockilders eeten dese vrucht tot vleesch, in plaets van broodt.

Nadat wy een korte beschryvinge gegeven hebben van de Bomen en Vruchten die op het Eylandt Espaniola wassen, sullen wy oock hier spreecken van d'ongedierten die daer op sijn, hoe wel dat 'er geen fenynige gedierten, op het gantsche Eyland

+

Van Musculo.

gevonden+

word: doch zijn hier driederhande muggen die de mensche sodanig plagen, dat men het qualijk harden kan, uytgesondert voor de nieuwe aenkomelingen: de eerste slagh van muggen zijn soo groot als de muggen die wy hier te Lande, by soomer dagh hebben, en komen op het lijf ende suygen het bloet tot dat sy vol zijn, en dat sy niet meer vliegen konnen, soo dat men in die plaetsen daer sy soo abondant zijn, genootsaekt is een tackjen van een boom te nemen, en geduurigh mede te speelen als een Koe met haer start om de vliegen te jagen, de tijdt dat sy de menschen meest plagen is smorgens ende savonds, en het geen dat

het meest verdriet, is, dat sy een geraes aen de ooren maecken dat men niet duuren kan; dese muggen werden van de Spanjaerden Masquitos genoemt, ende van de

+

Tweede slagh van Masquitos.

France Maringuins. De tweede+

slagh van muggen is een seecker specie die niet grooter zijn als sant, en geven geen geluyt, soo dat sy noch slimmer zijn als de Musquitos, want sy konnen door het Linne kruypen, de Jagers die in 't Bosch zijn smeeren haer aengesicht met verkens reusel, om haer te bevryden van dit verdrietig goet, des avonts branden sy Toeback in hare Tenten, of anders en souden sy niet kunnen rusten, haer tijdt is smorgens ende savonds, en de geheele nacht, maer by dagh is men daer vry van, als het maer een weynigh waeyt; want de minste koelte drijft se wegh. De derde slagh van Musquitos, zijn van gedaente als een mostert zaet, ende zijn root, sy steken niet, maer bijten een stuck van de huyt af, soo dat 'er een roofje blijft ter plaets daer sy gebeten hebben, het aengesicht swelt soodanigh daer van, dat een persoon heel mismaeckt daer door wordt, die dueren de gantsche dagh, van het opgaen tot het ondergaen der Zon, maer men is de gantse nacht daer vry van, dese werden by de Spanjaerden Calarodes genaemt ende by de Franse Rogados. Daer

+

Ongedierte van Kever Wormen.

is noch seker ongedierte,+

van kouleur en gedaente als een Kever Worm, behalven dat sy wat kloecker ende wat langer zijn, die hebben twee stippeltjes aen het hooft, die by nacht licht geven, dat wanneer sy met hun drie of vieren by malkanderen zijn in een Boom, niemant anders soude konnen oordeelen of het was een vuur. Ick heb 'er drie gehadt in een Tent, ende ick konde mackelijck, door het licht dat sy van hun gaven, in een boeck leesen, ick heb van dese vliegen willen in Europa brengen, maer sy zijn in de kou gestorven, ende soo dra sy doot zijn of geparst worden, verdwijnt het licht terstondt, dit ongedierte wordt by de Spanjaerden genaemt Moscas

+

Van Krekels.

de Fulgo, daer zijn oock veel van die vliegen die men noemt krekels,+

als 'er ymandt voorby passeert schreeuwen sy tot dat sy borsten. Daer zijn oock veelderhande kruypende dieren als Slangen, maer niet venynigh, die doen alleen schaden aen de Hoenders, Duyven ende andere Vogelen, die sy begaen konnen, andere zijn oock seer dienstigh om een huys van rotten en muysen te suyveren,

+

Van Slange.

ende sy zijn soo snoot dat sy piepen als een rot die genepen wordt,+

om de rotten des te beter te konnen locken, sy en knauwen geen pitten, maer suygen het bloedt eerst van alle gedierten, ende daer na swelgen sy 't geheele lichaem op, ende het blijft