• No results found

5 Conclusie

5.1 Vergelijking

Zou het samenwerkingsverband Noordoost Nederland anders georganiseerd zijn, als één organisatie, dan zou gesteld kunnen worden dat bestrijders makkelijker van het ene waterschap in het andere waterschap geplaatst kunnen worden. Hiermee wordt het probleem ondervangen dat teamleiders niet hun bestrijders willen uitlenen, immers is er op deze manier één organisatie in plaats van vier. Het voordeel van de huidige structuur is echter dat wanneer bestrijders hun beroep niet meer kunnen beoefenen, het waterschap gemakkelijk vervangend werk kan vinden. Het onderbrengen van muskusrattenbestrijders in hun eigen waterschap leidt niet alleen tot een hogere betrokkenheid (door gezamenlijke uitvalsbasis) maar leidt ook tot een duurzame inzetbaarheid van een bestrijder. Wanneer de bestrijders zijn onder gebracht in één organisatie dan is dit lastiger te bewerkstelliggen.

5.1.1 Regionaal Coördinator

Eén organisatie heeft tot gevolg dat er één persoon eindverantwoordelijke is. Dit is nu niet het geval waardoor beslissingen altijd in overeenstemming met anderen moeten worden gemaakt en daardoor moeilijk, of niet, tot stand komen. Wanneer er sprake zou zijn van één organisatie dan heeft deze een makkelijkere overlegstructuur, wat leidt tot het gemakkelijker maken van beslissingen wat de efficiëntie ten goede komt. Naast dat de besluitvorming bemoeilijkt wordt in het samenwerkingsverband Noordoost Nederland, ervaart de regionaal coördinator dit ook als een probleem:

“Ik voel mij wel verantwoordelijk voor het samenwerkingsverband, maar ik ben het uiteindelijk niet.”

Dit gevoel bemoeilijkt het werk en leidt er toe dat de regionaal coördinator vaak het gevoel heeft dat hij politiek moet bedrijven om tot een besluit te komen in plaats van dat er een constructief besluit op tafel komt en hekelt de stroperige beslissingsweg die nodig is in het samenwerkingsverband.

32

5.1.2 Afdelingshoofden

Verschillende afdelingshoofden benadrukken de voordelen van het samenwerkingsverband:

“Door middel van het samenwerkingsverband staat er een grote groep mensen achter je wanneer je wat gedaan moet hebben bij het Dagelijks Bestuur.”

Waarmee bedoeld wordt dat een waterschap ook echt invulling moet geven aan de afspraken die zijn gemaakt bij het opstellen van het samenwerkingsverband. Wanneer een waterschap hier geen gehoor aan geeft dan kan vanuit de andere drie waterschappen druk worden uitgeoefend om het dwarsliggende waterschap te overtuigen van de noodzaak van het samenwerkingsverband. Dit werkt uiteraard ook andersom. Er kan redelijkerwijs niet zomaar een beslissing worden gemaakt door één waterschap die het gehele samenwerkingsverband beïnvloed. De samenwerkingsovereenkomst waarin het samenwerkingsverband Noordoost Nederland is vastgelegd legt geen verplichtingen op aan de waterschappen, waardoor in theorie waterschappen geen enkele verplichting aan elkaar hebben. Uit de verschillende gesprekken is gebleken dat er veel verschillende meningen zijn bij de waterschappen in het samenwerkingsverband Noordoost Nederland, wat de efficiëntie van het samenwerkingsverband niet ten goede komt. Wanneer er sprake zou zijn van één organisatie dan kunnen duidelijke afspraken worden gemaakt met de waterschappen waarvoor bestreden wordt. Hierdoor ontstaan voor beide partijen geen onrealistische verwachtingen en weet men waar men aan toe is.

Afdelingshoofden geven verder aan dat de RCC van toegevoegde waarde is om de stand van zaken te bespreken op het gewenste niveau en dat zij het fijn vinden dat zij ook verantwoordelijk zijn voor de muskusrattenbestrijding in het waterschap als zij er ook verantwoording over af moeten leggen tegenover hun burgers. Dit is niet het geval wanneer er sprak zou zijn van één bestrijdingsorganisatie. De harde grens van het waterschap wordt echter als nadeel ondervonden door de afdelingshoofden. Het blijkt op dit niveau toch moeilijk te zijn om te bestrijden over de grenzen van het waterschap heen. Als teamleiders desondanks aangeven dat zij het wenselijk achten om gezamenlijk te bestrijden dan vertrouwen de afdelingshoofden op hun teamleiders en staan zij veelal achter die beslissing. Dit wordt onderstreept door een teamleider die stelt dat:

“Ik krijg van mijn afdelingshoofd alle ruimte en beslissingsbevoegdheden, ook financieel ondersteunt hij mij.”

Wanneer er sprake zou zijn van één organisatie dan speelt hetzelfde tussen de teamleiders en afdelingshoofden, er hoeft dan echter niet overlegd te worden met andere waterschappen met

33 betrekking tot de uitvoering van de bestrijding. Dit leidt tot een flexibelere inzet van personeel,13 maar ook het feit dat er geen harde grenzen zijn is hier aanleiding toe. Wanneer er sprake is van één organisatie dan wordt er logischerwijs ook gezamenlijk ingekocht wat kan leiden tot efficiëntie voordelen. Er is dan echter geen mogelijkheid tot gezamenlijk inkopen voor de verschillende afdelingen van de waterschappen met de tak muskusrattenbestrijding (die is immers uitbesteed).

De voor- en nadelen van de twee organisatievormen zijn schematisch weergegeven in tabel II.

Overzicht voor- nadelen organisatievorm

Samenwerkingsverband Noordoost Nederland Rivierenland

Voordelen - Duurzame inzetbaarheid bestrijders - Verantwoordelijkheid en

betrokkenheid

- Betrokkenheid binnen waterschap

- Gezamenlijk inkopen (kosten efficiency)

- Overlegstructuur

- Gemakkelijk beslissingen maken - Flexibele inzet van personeel

over het gebied - Geen harde grenzen

- Duidelijke verplichtingen naar elk waterschap

Nadelen - Overlegstructuur - Trage besluitvorming - Geen gezamenlijke inkopen - Verschillende wensen van de

waterschappen

- Geen flexibele inzet van personeel - Harde grenzen

- Geen verplichtingen t.o.v. andere waterschappen

- Bestrijders gefocust op één aspect

- Minder betrokken binnen waterschap

- Verantwoordelijkheid en betrokkenheid uit elkaar

- Minder duurzame inzetbaarheid

Tabel II – Voor- en nadelen van de organisatievorm in de twee genoemde organisatievormen.

Er kan worden geconcludeerd dat elk jaar dat er bestreden wordt, de muskusrattenbestrijding €1.479.076,- meer kost dan noodzakelijk is wanneer de populatie onder controle is. In het kader van kostenefficiëntie dient de piekbestrijding dan ook zo snel mogelijk terug te dringen. Er kan bijvoorbeeld aan gedacht worden om het budget voor piekbestrijding van de komende vier jaar in één keer te gebruiken om zo te voorkomen dat muskusratten zich vier jaar lang kunnen voortplanten en op die manier de populatie sneller terug te kunnen dringen als dit volgt uit de scenario analyse.14 Daarnaast maakt het terugdringen van de muskusrattenpopulatie het bestrijden makkelijker in latere jaren

13 In dezen gaat flexibele inzet van bestrijders enkel om de bestrijding van muskusratten.

34 waardoor oudere bestrijders langer het vak kunnen blijven volhouden. Op de vraag of het wetterskip Fryslân ook tegen problemen aanloopt bij oudere bestrijders antwoordden zij:

“Nee. Dat is totaal niet aan de orde. Kijk als de populatie onder controle is hoef je ook minder vaak sloot in – sloot uit. Dat maakt het beroep veel makkelijker.”

Een scenario analyse zou uitkomst kunnen bieden in wat de meest goedkope of meest invloedrijke strategie is om de (piek)bestrijding in het samenwerkingsverband Noordoost Nederland te organiseren. Er dient dan rekening gehouden te worden met de grote van de populatie, het aantal velduren, kostenefficiëntie bij de aanschaf van materialen of het stationeren van personeel in verschillende vanggebieden.

Concluderend kan op basis van de vergaarde informatie uit interviews, interne en externe documenten en observaties worden gesteld dat uitbesteding naar de markt niet wenselijk is gezien het economische motief. Daarnaast blijkt dat de methode van muskusrattenbestrijding een strategie is die werkt, maar waarin wel ruimte is voor verbetering op verscheidene punten. Zo valt op te maken dat vooral de harde waterschapsgrenzen een belemmering vormen voor de muskusrattenbestrijding (waardoor er niet gezamenlijk kan worden ingekocht en de uitwisseling van personeel moeilijk gaat). Om deze, en andere belemmeringen weg te nemen, wordt geconcludeerd dat de muskusrattenbestrijding in Noordoost Nederland efficiënter en effectiever kan door op te gaan in één organisatie. Voor deze punten worden aanbevelingen aangedragen in het volgende hoofdstuk.

GERELATEERDE DOCUMENTEN