4. Discussie
4.2 Verbetering en aanbevelingen
Tijdens dit onderzoek zijn er een aantal beperkingen die invloed kunnen hebben op de kwaliteit en de resultaten van het afstudeerproject. Er had een overzicht gemaakt moeten worden van alle GRZ- instellingen per regio, waardoor mogelijk meerdere participanten geïncludeerd konden worden. De enquêtes die gehouden zijn onder GRZ-instellingen staan niet in verhouding met de informatie uit de interviews. In dit onderzoek zijn alleen revalidatiecentra geïnterviewd en daardoor kunnen de resultaten niet geheel gegeneraliseerd worden.
Twee interviews zijn gestart via Skype, wegens een slechte verbinding zijn beide interviews bellend voortgezet. Een beperking van bellen is het missen van non verbale communicatie, waardoor de interviewer zich meer moest concentreren op wat gezegd werd. Hierdoor kon de interviewer zich minder kon focussen op de vragen die van belang waren tijdens het interview. Dit kan invloed hebben op de verkregen informatie. Voor de kwaliteit van het afstudeerproject had het interview beter op locatie kunnen plaatsvinden.
Door tijdsduur van het afstudeerproject zijn de transcripten niet direct geanalyseerd waardoor geen nieuwe inzichten ontstonden voor de topiclijst. In toekomstig onderzoek wordt de kwaliteit verhoogd door direct na het interview te reflecteren en te analyseren.
Om kwalitatief advies te geven over de haalbaarheid van mCIMT in de GRZ moet meer en beter onderzoek worden gedaan naar de frequentie, intensiteit en het lange termijneffect om een werkbaar protocol te vormen binnen de GRZ.
30
5. Conclusie
In dit afstudeerproject is de volgende hoofdvraag onderzocht: ‘Heeft het geven van (m)CIMT een waarde binnen de GRZ van de afdeling Ergotherapie bij Amaris Gooizicht met als doel het functioneel handelen van cliënten met een paretische arm- en hand ten gevolge van een CVA te verbeteren?’ Hiervoor is een literatuuronderzoek en kwalitatief praktijkonderzoek uitgevoerd.
Uit de resultaten kan geconcludeerd worden dat mCIMT een meerwaarde heeft binnen de GRZ. Uit onderzoek is gebleken dat de mCIMT een effectieve behandelmethode is om de inzet van de paretische arm en hand te verbeteren tijdens het uitvoeren van functionele handelingen. De beste verbeteringen worden gemeten als de mCIMT wordt gestart in de subacute fase van het CVA. In deze fase speelt neuroplasticiteit een belangrijke rol en kan in combinatie met therapie leiden tot verhoogd herstel. Er moet meer onderzoek komen naar het langere termijneffect van mCIMT. Op dit moment kan alleen gesuggereerd worden dat mCIMT een positief effect heeft op de langere termijn. Het is belangrijk bij de implementatie van mCIMT om met alle componenten rekening te houden voor een optimaal mogelijk resultaat. mCIMT wordt op verschillende manieren toegepast met een heterogeniteit ten aanzien van inhoud en intensiteit. De GRZ kan hierdoor een eigen vorm van mCIMT ontwikkelen die haalbaar is voor de cliëntengroep. Er moet nog onderzoek gedaan worden naar welke frequentie, intensiteit en componenten het effectiefst zijn binnen de GRZ. In de praktijk komt naar voren dat cliënten en professionals positieve ervaringen hebben met mCIMT. De cliënten geven aan dat zij mCIMT waardevol vonden voor hun herstel. De professionals zagen de cliënten vooruitgaan in hun herstel door middel van mCIMT.
Wanneer Amaris Gooizicht mCIMT wilt toepassen binnen het re validatietraject moet rekening gehouden worden met het feit dat mCIMT een intensieve behandelmethode is. Daarnaast moet er gekeken worden of het financieel haalbaar is en het is belangrijk dat de cliënten gemotiveerd zijn om actief aan hun eigen herstel te werken. De verkregen informatie vanuit het literatuuronderzoek en het kwalitatief praktijkonderzoek worden gebruikt voor de aanbevelingen voor Amaris Gooizicht. De aanbevelingen zijn opgenomen in bijlage 11.
31
6. Literatuurlijst
Amaris Gooizicht. (2015). Behandelplanbespreking (BPB) GRZ. Werkinstructie. Hilversum: Amaris Gooizicht.
Amaris Zorggroep. (z.d). Zorg & Diensten. Geraadpleegd op 16 februari 2017, van http://www.amaris.nl/zorg-diensten/
Arteveldehogeschool. (2015). Canadian Occupational Performance Measure. Geraadpleegd op 4 mei 2017, van https://www.arteveldehogeschool.be/elpa/ergotherapie/baps/wp_ meetinstrumenten/ wp-content/uploads/2015/04/Canadian-Occupational-Performance Measure.pdf
Baarda, B., Hulst, M. van der, & Goede, M. de. (2012). Basisboek interviewen: Handleiding voor het
voorbereiden en afnemen van interviews (3e druk). Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers.
Bakker, J.J. (2013). Studietekst Neurologie: Algemene neurologie. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam Domein Gezondheid.
Bakker, J.J. (2014). Studietekst Neurologie: Cerebrovasculair Accident. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam Domein Gezondheid.
Beweegkuur. (z.d.). Motivational Interviewing. Geraadpleegd op 4 mei 2017, van http://www.beweegkuur.nl/downloadpool/reader-mi-voor-zorgprofessionals.pdf Blanton, S., Wilsey, H., & Wolf, S.L. (2008). Constraint-induced movement therapy in stroke
rehabilitation: Perspectives on future clinical applications. NeuroRehabilitation, 23, 15-28. Boake, C., Noser, E., Ro, T., Baraniuk, S., Gaber, M., Johnson, R., . . . Levin, H. (2007). Constraint
Induced Movement Therapy During Early Stroke Rehabilitation. Neurorehabilitation and
Neural Repair, 21, 14-24.
Boeije, H. (2014). Analyseren in kwalitatief onderzoek: denken en doen (2e druk). Den Haag: Boom Lemma uitgevers.
Brogårdh, C., & Lexell, J. (2010). A 1-year follow-up after shortened constraint-induced movement therapy with hand without mitt poststroke. Archives of physical medicine and rehabilitation, 91, 460-464.
BTSG bibliotheek (2017). DBC. Geraadpleegd op 4 mei 2017, van https://www.btsg.nl/ infobulletin/DBC.html
Critical Appraisal Skills Programme. (2013). CASP Checklists. Geraadpleegd op 16 maart 2017, van http://www.casp-uk.net/#!checklists/cb36
Dahl, A., Askim, T., Stock, R., Langorgen, E., Lydersen, S., & Indredavik, B. (2008). Short- and long term outcome of constraint-induced movement therapy after stroke: a randomized controlled feasibility trial. Clinical Rehabilitation, 22, 436-447.
Daniel, L., Howard, W., Braun, D., & Page, S.J. (2012). Opinions of Constraint-Induced Movement Therapy Among Therapists in Southwestern Ohio. Topics in Stroke Rehabilitation, 19(3), 268 275.
El-Helow, M.R., Zamzam, M.L., Fathalla, M.M., El-Badawy, M.A., El Nahhas, N., El-Nabil, L.M., . . . Von Wild, K. (2015). Efficacy of modified constraint-induced movement therapy in acute stroke.
European journal of physical and rehabilitation medicine, 51(4), 371-379.
Ensie. (2017). Geriatrische revalidatiezorg. Geraadpleegd op 18 februari 2017, van https://www.ensie.nl/verzekeringen/geriatrische-revalidatiezorg
Ergotherapie Nederland. (z.d.) Regionaal ergotherapeutisch netwerk. Geraadpleegd op 4 mei 2017, van https://ergotherapie.nl/vereniging/regionaal-ergotherapeutisch-netwerk/
Etten-Jamaludin, F. van, & Deurenberg, R. (2012). Praktische handleiding PubMed: Hét boek om snel
en doeltreffend te zoeken in PubMed (4e herziene druk). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
Fysiotherapie Douma Hilversum. (2017). Orthopedische Revalidatie. Geraadpleegd op 14 mei 2017, van https://www.fysiodouma.nl/fysiotherapie/orthopedische-revalidatie/
Fysiotherapie Houtwal. (z.d.). Orthopedische Revalidatie. Geraadpleegd op 14 mei 2017, van http://www.fysiohoutwal.nl/fysiotherapie/orthopedische-revalidatie/
32 Glossarium Kwaliteit van Zorg (z.d.). Huishoudelijke dagelijkse levensverrichtingen (HDL).
Geraadpleegd op 26 mei 2017, van http://glossarium.zorginstituutnederland.nl/ Huishoudelijke_ dagelijkse_levensverrichtingen.html
Granse, M. le, Hartingsveldt, M. van, & Kinébanian, A. (Red.). (2012). Grondslagen van de
ergotherapie (3e druk). Amsterdam: Reed Business.
Hartingsveldt, M. van, & Piškur, B. (2012). Het Canadian Model of Occupational Performance and Engagement (CMOP-E) en het Canadian Performance Process Framework (CPPF). In M. le Granse, M. van Hartingsveldt, & A. Kinébanian (Red.), Grondslagen van de ergotherapie (pp. 411-429). Amsterdam: Reed Business.
Hartingsveldt, M. van. (2012). Handelingsgebieden. In M. le Granse, M. van Hartingsveldt & A. Kinébanian (Red.), Grondslagen van de ergotherapie (pp. 305-311). Amsterdam: Reed Business.
Hartstichting. (2016). Na een beroerte: zichtbare en onzichtbare gevolgen. Brochure. Den Haag: Opmeer bv.
HBO-raad vereniging voor hogescholen. (2010). Gedragscode praktijkgericht onderzoek voor het hbo:
Gedragscode voor het voorbereiden en uitvoeren van praktijkgericht onderzoek binnen het Hoger Beroepsonderwijs in Nederland. Geraadpleegd op 3 april 2017, van
https://www.yumpu.com/nl/document/view/22384140/gedragscode -praktijkgericht onderzoek-voor-het-hbo-vereniging-
Heijkers, J., & Kruijne, R. (2012). Wonen en zorgen. In M. le Granse, M. van Hartingsveldt & A. Kinébanian (Red.), Grondslagen van de ergotherapie (pp. 313-331). Amsterdam: Reed Business.
Henderson, C., & Wendt, P. (2010). Score a hit with the mitt: Implementing a Constraint Induced Movement Therapy program. Occupational Therapy Now, 12(2), 17-19.
Hersenstichting. (2017). Niet-aangeboren hersenletsel. Geraadpleegd op 7 mei 2017, van
https://www.hersenstichting.nl/alles-over-hersenen/hersenaandoeningen/niet-aangeboren hersenletsel
Hersenwerk (2017). Workshops en cursussen 2017. Geraadpleegd op 4 mei 2017 van, http://www.hersenwerk.nl/scholing/workshops-en-cursussen-
2017/#kinder_ergotherapeuten
Hoeve, A.M., Rigter, J., & Vermeer, G. (2013). Historie en ontwikkeling NDT(Bobath)-concept in
Nederland (Afstudeeropdracht). Fysiotherapie, Hogeschool van Amsterdam, Amsterdam.
Joanna Briggs Institute. (2016). Critical Appraisal Tools. Geraadpleegd op 22 maart 2017, van http://joannabriggs.org/research/critical-appraisal-tools.html
Kwakkel, G., Veerbeek, J.M., Wegen, E.E.H. van, & Wolf, S.L. (2015). Constraint-induced movement
therapy after stroke. The Lancet Neurology, 14, 224-234.
Leidraad oefenen (2013). Functiegericht oefenen. Geraadpleegd op 4 mei 2017, van
http://www.ifv.nl/kennisplein/Documents/handleiding_leidraad-oefenen_2013.pdf Limburg, M., Voogdt, H., & Werkgroep Zorgstandaard CVA/TIA. (2012). Zorgstandaard CVA/TIA.
Maastricht: Drukkerij Walters.
Logister-Proost, I., & Steensels, M. (2012). Methodisch handelen. In M. le Granse, M. van Hartingsveldt, & A. Kinébanian (Red.), Grondslagen van de ergotherapie (pp. 503-528). Amsterdam: Reed Business.
Meetinstrumenten in de zorg (2011). Mini-Mental State Examination (MMSE). Geraadpleegd op 30 mei 2017, van https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/test-
documents/Instrument365/MMSE%20form.pdf
Meetinstrumenten in de zorg (2011). Modified ashworth Scale (MAS). Geraadpleegd op 26 mei 2017, van https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/test-documents/
Instrument123/123_1_N.pdf
Meetinstrumenten in de zorg (2014a). Erasmus MC Modificatie van de (revised) Nottigham Sensory
33 https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/test
documents/Instrument374/494_1_N.pdf
Meetinstrumenten in de zorg (2014b). Visual Analogue Scale (VAS). Geraadpleegd op 26 mei
2017,
https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/testdocuments/Instrument41/VAS%20form.pdf
Meetinstrumenten in de zorg (2016). Functional Ambulation Categories (FAC). Geraadpleegd op 26 mei 2017, van https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/test
documents/Instrument10/ FAC%20form.pdf
Meetinstrumenten in de zorg. (2010). Action Research Arm Test (ARAT). Geraadpleegd op 7 april 2017, van https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/testdocuments/ Instrument123/123_1_N.pdf
Meetinstrumenten in de zorg. (2013). Berg Balance Scale. Geraadpleegd op 23 mei 2017, van https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/test
documents/Instrument2/2_1_N.pdf
Meetinstrumenten in de zorg. (2014). Motricity Index. Geraadpleegd op 19 mei 2017, van https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/test
documents/Instrument79/79_1_N.pdf
Meetinstrumenten in de zorg. (2017). Fugl-Meyer Assessment (FMA). Geraadpleegd op 7 april 2017, van https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/testdocuments/
Instrument75/FMA% 20form.pdf
Mens en Gezondheid. (2017). Herstellen na een beroerte (CVA). Geraadpleegd op 4 mei 2017, van http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoeningen/148020-herstellen-na-een-beroerte- cva.html
Morris, D.M., Taub, E., & Mark, V.W. (2006). Constraint-induced movement therapy: characterizing the intervention protocol. Europa Medicophysica, 42(3), 257-268.
Myint, J.M.W.W., Yuen, G.F.C., Yu, T.K.K., Kng, C.P.L., Wong, A.M.Y., Chow, K.K.C., . . . Wong, C.P. (2008). A study of constraint-induced movement therapy in subacute stroke patients in Hong Kong. Clinical Rehabilitation, 22(2), 112-124.
Nederlandse hartstichting. (z.d.). Feiten en cijfers over beroerte. Geraadpleegd op 13 februari 2017, van https://www.hartstichting.nl/hart-vaten/cijfers/beroerte
Nijland, R., Kwakkel, G., Bakers, J., & van Wegen, E. (2011). Constraint‐induced movement therapy for the upper paretic limb in acute or sub‐acute stroke: a systematic review. International
Journal of Stroke, 6(5), 425-433.
Nijland, R., Wegen, E. van, Krogt, H. van der, Bakker, C., Buma, F, Klomp, A., . . . Kwakkel, G. (2013). Characterizing the Protocol for Early Modified Constraint-induced Movement Therapy in the EXPLICIT-Stroke Trial. Physiotherapy Research International, 18, 1-15.
Page, S.J., Boe, S., & Levine, P. (2013). What are the “ingredients” of modified constraint-induced therapy? An evidence-based review, recipe, and recommendations. Restorative Neurology
and Neuroscience, 31, 299-309.
Peppen, R.P.S. van, Kwakkel, G., Harmeling-van der Wel, B.C., Kollen, B.J., Hobbelen, J.S.M., Buurke, J.H., . . . Dekker, J. (2004). KNGF-richtlijn Beroerte. Leusden: Springer Uitgeverij.
PRPP.nl. (2017). Het PRPP-systeem. Geraadpleegd op 7 mei 2017, van http://www.prpp.nl/hetprppsysteem.html
Satink, T., & Velde, D. van de. (2012). Kerndomein van de ergotherapie. In M. le Granse, M. van Hartingsveldt & A. Kinébanian (Red.), Grondslagen van de ergotherapie (pp. 73-94). Amsterdam: Reed Business.
Schippers, P. (2014). Verlamming. Geraadpleegd op 21 februari, van https://www.gezondheidsplein.nl/aandoeningen/verlamming/item42684
Sint Lucas Andreas Ziekenhuis. (z.d). Revalidatie na beroerte en/of neurologische problemen. Geraadpleegd op 26 mei 2017, van https://www.sintlucasandreasziekenhuis.nl/onderzoek behandeling/ revalidatie-na-beroerte-en-neurologische-problemen
34 Sint Maartenskliniek (2017a). Forced Use : Stimuleren van de aangedane arm. Geraadpleegd op 4
mei 2017, van https://www.maartenskliniek.nl/behandelingen/revalidatie/forced_use/ ?view=Print
Sint Maartenskliniek. (2017b). Stroke Upper Limb Capacity Scale (SULCS). Geraadpleegd op 7 mei 2017, van https://www.maartenskliniek.nl/kenniscentrum-rde/innovaties/Sulcs/ Society for Cognitive Rehabilitation Nederland (z.d.). Certified in the Practice of Cognitive
Rehabilitation Therapy level 1 en 2. Geraadpleegd op 4 mei 2017, van
http://www.cognitieverevalidatie.nl/cpcrt-certificaat/
Sonneburgh. (z.d.-a). Langdurige opname verpleeghuis, psychogeriatrie. Geraadpleegd op 7 mei 2017, van http://www.sonneburgh.nl/zorgarrangementen/langdurige-opname-verpleeghuis psychogeriatrie.html
Sonneburgh. (z.d.-b). Langdurige opname verpleeghuis, somatiek. Geraadpleegd op 7 mei 2017, van http://www.sonneburgh.nl/zorgarrangementen/langdurige-opname-verpleeghuis
somatiek.html
Steultjens, E., & Graff, M. (2012). Ergotherapie en wetenschappelijk onderzoek. In M. le Granse, M. van Hartingsveldt, & A. Kinébanian (Red.), Grondslagen van de ergotherapie (pp. 621-641). Amsterdam: Reed Business.
Steultjens, E.M.J., Cup, E.H.C., Zajec, J., Hees S. van. (2013). Ergotherapierichtlijn CVA. 2.3.3.e
Abilhand. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen/ Ergotherapie Nederland, Nijmegen/Utrecht. Steultjens, E.M.J., Cup, E.H.C., Zajec, J., Hees S. van. (2013). Ergotherapierichtlijn CVA. 2.4.1
Activiteitenweger. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen/ Ergotherapie Nederland,
Nijmegen/Utrecht.
Takebayashi, T., Koyama, T., Amano, S., Hanada, K., Tabusadani, M., Hosomi, M., . . .Domen, K. (2012). A 6-month follow-up after constraint-induced movement therapy with hand without transfer package for patients with hemiparesis after stroke: a pilot quasi-randomized controlled trial. Clinical Rehabilitation, 27 (5),418-426.
Taub, E., McCulloch, K., Uswatte, & Morris, D. (2011). Motor Activity Log (MAL) Manual. Geraadpleegd op 7 april 2017, van
https://www.uab.edu/citherapy/images/pdf_files/CIT_Training_MAL_manual.pdf The College of St. Scholastica. (2017). Nursing Research Resources: Evidence-Based Practice.
Geraadpleegd op 28 maart van http://libguides.css.edu/nursing/ebp
Thrane, G., Askim, T., Stock, R., Indredavik, B., Gjone, R., Erichsen, A. & Anke, A. (2015). Efficacy of Constraint-Induced Movement Therapy in Early Stroke Rehabilitation: A Randomized Controlled Multisite Trial. Neurorehabilitation and Neural Repair, 29 (6),517-525. Thrane, G., Friborg, O., Anke, A., & Indredavik, B. (2014). A meta-analysis of constraint-induced
movement therapy after stroke. Journal of Rehabilitation Medicine, 46(9), 833-842. Treger, I., Aidinof, L., Lehrer, H., & Kalichman, L. (2012). Modified constraint-induced movement
therapy improved upper limb function in subacute poststroke patients: a small-scale clinical trial. Topics in stroke rehabilitation, 19(4), 287-293.
Veerbeek, J.M., Wegen, E.E.H. van, Peppen, R.P.S., van, Hendriks, H.J.M., Rietberg, M.B., Wees. J. van der, … Kwakkel, G. (2014). KNGF-richtlijn Beroerte. Houten: Tertius.
Viana, R., & Teasell, R. (2012). Barriers to the Implementation of Constraint-Induced Movement Therapy Into Practice. Topics in Stroke Rehabilitation, 19(2), 104-114.
Wessels, R., Spelthann, I., & Joeris, S. (2011). Uitgebreide toelichting van het meetinstrument: Nine
Hole Peg Test (NHPT). Geraadpleegd op 7 mei 2015, van
https://meetinstrumentenzorg.blob.core.windows.net/testdocuments/Instrument130/130_ _N.pdf
WoonZorgcentra Haaglanden. (2017). Waar staat Somatiek voor?. Geraadpleegd op 7 mei 2017, van https://www.wzh.nl/somatiek/waar-staat-somatiek-voor
Wouters, E., Zaalen, Y. van, & Bruijning, J. (2015). Praktijkgericht onderzoek in de (para)medische
35 Wu, C. Y., Chen, C. L., Tsai, W. C., Lin, K. C., & Chou, S. H. (2007). A randomized controlled trial of
modified constraint-induced movement therapy for elderly stroke survivors: changes in motor impairment, daily functioning, and quality of life. Archives of physical medicine and
rehabilitation, 88(3), 273-278.
Zwieten, M. van, & Willems, D. (2004). Waardering van kwalitatief onderzoek. Huisarts en
36
7. Afkortingenlijst
(m)CIMT (Modified) Constraint Induced Movement Therapy
AOU Amount of Use (zie onder begrip MAL)
ARAT Action Research Arm Test
ADL Activiteiten van het Dagelijks Leven
BBS Berg Balance Score
COPM Canadian Occupational Performance Measure
CVA Cerebro Vascular Accident
CIMT Constraint Induced Movement Therapy
DBC Diagnose Behandeling Combinatie-uren
EmNSA Erasmus Nottingham Sensory Assessment
EBP Evidence-Based Practice
FMA Fugl-Meyer Assessment
FAC Functional Ambulation Categories
GRZ Geriatrische Revalidatie Zorg
HDL Huishoudelijke Dagelijkse Levensverrichtingen
mCIMT modified Constraint Induced Movement Therapy
MeSH Medical Subject Headings
MAS Modified Ashworth Scale
MI Motivational Interviewing
MAL Motor Activity Log
MMSE Mini–Mental State Examination NDT Neuro Development Treatment
NAH Niet Aangeboren Hersenletsel
NHPT Nine Hole Peg Test
PRPP Perceive, Recall, Plan and Perform
REN Regionale Ergotherapeutische Netwerken
SAFE Shoulder Abduction, Finger Extension
SULCS Stroke Upper Limb Capacity Scale
VAS Visueel Analoge Schaal
37
8. Begrippenlijst
ABILHAND
De ABILHAND meet de problemen vanuit de cliënt tijdens het uitvoeren van activiteiten waarbij de handen gebruikt worden. Het is een vragenlijst die als een interview afgenomen wordt. De vragenlijst bestaat uit 23 bilaterale hand activiteiten. Voor de scores wordt gebruik gemaakt van een driepuntsschaal: 0 is onmogelijk, 1 is moeilijk en twee is gemakkelijk. De activiteiten moeten uitgevoerd worden zonder hulp van andere of van een hulpmiddel. Activiteiten die de afgelopen drie maanden niet door de cliënt zijn uitgevoerd hoeven niet gescoord te worden, hierbij wordt een vraagteken geplaatst. De items van de ABILHAND worden in diverse volgordes afgenomen om systematische fouten te kunnen voorkomen, hiervoor zijn tien vragenlijsten beschikbaar met verschillende volgordes van de gevraagde items. De afnameduur van de ABILHAND is gemiddeld vijftien tot twintig minuten. De ABILHAND is een valide meetinstrument met voldoende betrouwbaarheid om de arm- en handvaardigheid in kaart te brengen vanuit de cliënt (Steultjens, Cup, Zajec & Van Hees, 2013).
Action Research Arm Test (ARAT)
De ARAT is gericht op het evalueren van de arm- en handvaardigheid bij mensen die een functionele beperking hebben aan de bovenste extremiteit ten gevolge van een neurologische aandoening, zoals een CVA. De test wordt uitgevoerd met negentien verschillende voorwerpen. Gekeken wordt hoe de persoon de objecten hanteert op vaardigheid en snelheid. Deze score wordt vastgelegd op een vierpuntsschaal (0,1,2,3 punten). Hoe hoger de score op deze test, hoe beter de handvaardigheid van de persoon. Deze test is valide en betrouwbaar (meetinstrumenten in de zorg, 2010).
Activiteiten van het Dagelijks Leven (ADL)
Activiteiten van het dagelijks leven of dagelijkse levensverrichtingen worden onderverdeeld in basisactiviteiten (BADL), ook wel persoonlijke activiteiten van het dagelijks leven genoemd (PADL) en instrumentele activiteiten van het dagelijks leven (IADL). BADL of PADL bevatten de basale taken, zoals het zorgen voor jezelf, toiletgang, aan- en uitkleden, eten, mobiliteit, persoonlijke hygiëne en verzorging, slapen en rusten. IADL bevatten de activiteiten in interactie met de omgeving, zoals de zorg voor het huishouden, de zorg voor andere mensen en de mobiliteit buitenshuis. (Heijkers & Kruijne, 2012).
38
Amaris Gooizicht
Amaris Gooizicht is een woon-, zorg- en revalidatiecentrum in Hilversum. Er zijn verschillende soorten afdelingen; een somatische, psychogeriatrische, neurologische en orthopedische revalidatie afdeling. Amaris Gooizicht behoort tot Amaris Zorggroep. Amaris Zorggroep biedt deskundige zorg aan ouderen in de regio’s Gooi & Vechtstreek en Eemland. Amaris Zorggroep heeft diverse zorglocaties en seniorenwoningen. Daarnaast biedt Amaris Zorggroep zorg aan huis aan binnen deze regio’s. Ook biedt Amaris Zorggroep geriatrische revalidatiezorg aan. De zorg wordt afgestemd op de persoonlijke situatie en behoefte van de cliënt (Amaris Zorggroep, z.d).
Behandelplan bespreking
Bij Amaris Gooizicht vindt een Behandelplanbespreking plaats bij iedere revalidant. Deze bespreking vindt ongeveer anderhalve week na opname plaats. Tijdens deze bespreking is de cliënt met zijn familie aanwezig, alle betrokken behandelaren, de evv’er (eerstverantwoordelijke verzorgende) of zoco (zorgcoördinator) van de cliënt en de Specialist ouderengeneeskunde. Tot aan de bespreking hebben alle disciplines een periode van inventarisatie gehad en eventueel een start gemaakt met het werken aan de revalidatiedoelen. Het doel van deze behandelplanbespreking is om het vervolg van het revalidatietraject te bespreken met de cliënt en zijn familie. Iedere discipline vertelt aan welke doelen gewerkt gaat worden, op welke wijze dit gebeurt en welke tijdsplanning hiervoor staat. In vele gevallen wordt een inschatting gemaakt in welke week de cliënt met ontslag kan gaat ( Amaris Gooizicht, 2015).
Belasting - belastbaarheid
Door veranderende fysiologische, emotionele, sociale, gedragsmatige en cognitieve processen zijn cliënten met een CVA vaak minder belastbaar. Het hebben en ervaren van vermoeidheid leidt tot veranderingen in de levensstijl en participatie in de maatschappij. Het gevolg is dat de kwaliteit van leven afneemt en de afhankelijkheid toeneemt waardoor een langer verblijf in een instelling genoodzaakt kan zijn. Daarnaast correleert vermoeidheid ook vaak met depressieve gevoelens en sociale isolatie. Er zijn momenteel nog onduidelijkheden over de oorzaak van de vermoeidheid ten gevolge van het CVA en het leren omgaan met deze vermoeidheid in het dagelijks leven. Er is bekend dat vermoeidheid een grote invloed heeft op het dagelijks leven van cliënten. Het is voor therapeuten, naaste en de cliënt zelf vaak lastig inzicht te krijgen op de vermoeidheid. Er zijn diverse instrumenten beschikbaar om de vermoeidheid in relatie tot het handelen en het dagelijks leven in kaart te brengen. Middels deze instrumenten kan inzicht en duidelijkheid worden verkregen over de cliënt, zijn persoonlijke situatie en ervaringen met betrekking tot de vermoeidheid en hoe te handelen in het
39 dagelijks leven met de vermoeidheid. Het afstemmen van de vermoeidheid in relatie tot de activiteiten op de dag noemt men de ‘belasting-belastbaarheid’ (Steultjens et al., 2013).
Berg Balance Scale (BBS)
De BBS is een inventariserend meetinstrument die veertien items bevat waarmee het evenwicht tijdens sta- en transfervaardigheden worden gemeten met een vijfpuntsschaal. Tijdens de test wordt het handhaven van het evenwicht vereist in verschillende uitgangshoudingen met verschillende opdrachten. De test meet de functies van de onderste- en bovenste extremiteit. De test is geschikt voor CVA-cliënten en mensen met een evenwichtsstoornis. Van dit instrument is een Nederlandse