• No results found

Alleen de vakgroep gedragskundigen heeft gekozen voor een onderverdeling in sec-ties (vanwege het grote aantal). Alle vak-groepen hebben aangegeven voor een flexibele themagerichte samenwerkings-vorm te kiezen. De thema’s zullen jaarlijks worden afgestemd (beleidscyclus).

In september wordt met alle vakgroepen verder gesproken over de organisatie en de werkwijze van de vakgroepen. Dan zal ook het onderwerp ‘benodigde onder-steuning’ nader worden uitgewerkt (veel groepen hebben aangegeven met name behoefte te hebben aan procesondersteu-ning).

In het najaar zal tevens bekeken worden welke multidisciplinaire expertgroepen onderdeel een selectie van de inhoud kan zien, die is afgestemd op haar of zijn voorkeuren.

Marion Kersten

Aandachtsfunctionaris Kennisbeleid

I n l e i d i n g / a a n l e i d i n g

De VGN wil het kennisbeleid van de lidinstellingen faciliteren om daarmee de professio-naliteit binnen de gehandicaptenzorg te bevorderen, waardoor de kwaliteit van de zorg en ondersteuning toeneemt en daarmee de kwaliteit van bestaan van de cliënten. Daarbij gaat het er zowel om dat kennis meer en beter wordt gedeeld als om het ontwikkelen van kennis (richten).

Om dit te bereiken is onder meer besloten om een kennisportal te bouwen die via internet een toegangspoort wil bieden tot kennisbronnen en die een platform wil vormen voor kennis-deling in de gehandicaptenzorg (inrichten).

Deze kennisportal, www.kennisportalgehandicaptenzorg.nl, bevat diverse onderdelen, name-lijk links, communities12, nieuws, zoekfunctionaliteit (minigoogle), een dbase specialistische opleidingen en een ‘digitaal prikbord’ (verrichten).

Dit laatste onderdeel, showcase genoemd, biedt de mogelijkheid om good practices (zoals het opzetten van een kenniskring) en kennisproducten (zoals recent ontwikkelde meetinstru-menten of een toolkit) te delen. Sleutelwoorden hierbij zijn: trots, laagdrempelig, etalage, bijdrage aan professionalisering.

Het digitale prikbord bestaat uit een invulvak waarin een korte beschrijving kan worden gegeven van een good practice en/of een kennisproduct. Daarnaast kan ook extra documen-tatie in de vorm van een powerpointpresendocumen-tatie, pdf- of wordbestand worden opgenomen.

Met de uitrol van de kennisportal is begonnen in juni 2007.

B e o o g d r e s u l t a a t

Het digitale prikbord (showcase) op de VGN-kennisportal waarmee good practices en kennis-producten gedeeld kunnen worden is bekend bij medewerkers van

gehandicaptenzorginstel-12 Een community is een netwerk van personen die gericht met elkaar kennis uitwisselen op een bepaald terrein.

Het op geslaagde wijze een community via internet vormen wordt bevorderd als een groep al samenwerkt rond kennisdeling. De praktijk leert namelijk dat internet-communities ondersteunend kunnen zijn aan bestaande vormen van samenwerking, maar fysieke bijeenkomsten niet volledig vervangen. Communities hebben door-gaans een tijdelijk bestaan.

96

lingen en van stakeholders en wordt ook gebruikt voor kennisdeling. Dit blijkt uit:

• het regelmatig publiceren van nieuwe showcases en van reacties op showcases;

• pageviews van de showcases;

• mondelinge en schriftelijke verwijzingen naar de showcases.

D o e l g r o e p ( e n ) / e i n d g e b r u i k e r s

Hoger opgeleide professionals van de lidorganisaties van de VGN, namelijk (para)medici, gedragskundigen, vaktherapeuten, geestelijk verzorgers, staffunctionarissen (zoals kwali-teitsmedewerkers, opleidingsfunctionarissen, beleidsmedewerkers) en managers van exper-tisecentra en stakeholders, zoals de kennisinstituten, IGZ, het ministerie van VWS, CCE Nederland.

We r k w i j z e e n a c t i v i t e i t e n

Werkwijze

De doelgroep en haar leidinggevenden worden geïnformeerd (= berichten -> B) en gemoti-veerd (-> M) tot gebruik van de kennisportal en daarbinnen ook van het digitale prikbord.

Daarbij wordt gestart met een gebruikersgroep van maximaal dertig personen. Wat betreft de samenstelling gaat het bij voorkeur om medewerkers met verschillende soorten functies, die werkzaam zijn bij diverse soorten instellingen (lichamelijk gehandicaptenzorg, verstande-lijk gehandicaptenzorg en zintuigverstande-lijk gehandicaptenzorg), waarin actief met intranet wordt gewerkt. Gezocht wordt naar mensen die hun ervaringen ook kunnen uitdragen (ambassa-deurs).

De gebruikersgroep wordt gevraagd een online enquête in te vullen over hun internetgebruik en hun kennisbehoefte. Vervolgens krijgt men toegang tot de kennisportal. Het is de bedoe-ling dat deze actief wordt gebruikt: dat showcases worden toegevoegd en bekeken enzovoort.

Gevraagd wordt om feedback op de ervaringen. Dit gebeurt via digitale enquêtes en recht-streeks met de webmaster.

De webmaster zal verder samen met de aandachtsfunctionaris kennisbeleid een aanjaag-functie vervullen zowel in werkveld als binnen het VGN-buro. Deze is gericht op het verwerven van nieuwe showcases en op het bekijken van de showcases.

Op een later moment volgt de lancering van de kennisportal.

Uitgevoerde activiteiten

(B) Benoemen van de kennisportal en showcases in de gespreksronde van het Programma Professionalisering najaar 2006; belangstelling is gepeild -> opgenomen in Programma Professionalisering (bestuur voorjaar 2007, ledenbrief).

• (B en M) Presentatie van de kennisportal in wording en daarbinnen van het onderdeel showcases op de Open sessiedag NGBZ december 2006 – met een oproep voor het aanle-veren van showcases door het uitreiken van ‘groene blaadjes’.

(B) Berichten over de kennisportal in Markant, in de flyer bij de werkconferentie Samen werken aan leren (samenwerkingsverbanden werkveld en beroepsonderwijs op het gebied van opleiden)en in de Opleidingsspecial van de Nieuwsbrief Arbeidszaken van de VGN maart 2007.

ALV van 26 april 2007; dit is vervolgens gepubliceerd op www.vgn.org.

• (B) Presentatie van de kennisportal in wording en het onderdeel showcases op bijeenkom-sten, zoals van het Platform Kwaliteitsfunctionarissen.

• (B en M) Mondelinge sondering binnen het eigen netwerk van functionarissen die werk-zaam zijn bij gehandicaptenzorginstellingen of er interesse is in medewerking aan de uitrol en aan het publiceren van showcases -> positief.

T i p s v o o r e e n k e n n i s p o r t a l

• Om een rol te spelen in een kennisinfrastructuur, zal een kennisportal moeten aansluiten bij het kennisbeleid van een organisatie.

• Eerst in kaart brengen van de kennisbehoefte en daarmee de leerbehoefte. Vervolgens ontwikkelen van een dienstenpakket dat past bij deze behoeften en past bij de organisatori-sche spelregels.

• Het slagen van de kennisportal moet eerder beoordeeld worden op de outcome in de sector (gerealiseerde verbeterslagen in de gehandicaptenzorg) dan in termen van aantal hits of downloads. Hierover kunnen de gebruikers bevraagd worden.

T i p s v o o r s h o w c a s e s

• Goede omschrijving geven van de verwachtingen ten aanzien van een showcase (minimale kwaliteit, interessant voor andere professionals) en wat het beoogt (trots, graag opbou-wende kritiek, maar ook dat je er anderen iets van wilt laten opsteken). Eventueel voor-beelden geven!

• Aandacht geven aan het motiveren van de brengers van showcases (bijvoorbeeld wijzen op positieve aandacht voor de instelling).

• Attendering op nieuw toegevoegde kennisitems (abonnement) en/of via publicatie in andere media (appetizer).

• Beheer en zoekfunctie op de eerder geplaatste showcases (via een database).

Va l k u i l e n v o o r d e k e n n i s p o r t a l e n v o o r s h o w c a s e s

• Gebrek aan bekendheid en aan bruikbaarheid.

• Kennis wordt gezien als monopolie.

• Het kost te veel tijd en/of energie om de kennisportal op te gaan en om showcases te plaatsen en/of te bekijken.

De kennisproducten en best practices zijn niet interessant want not invented here.

Harm Frederik Snijder Management trainee

A a n l e i d i n g

Tijdens het traject naar HKZ-certificering werd duidelijk dat meer zicht op de gevolgde opleidingen, cursussen en hun rendement mogelijk en wenselijk is. Naar aanleiding van dit inzicht is besloten een online-cv op te stellen waarin iedereen zijn eigen opleidingen, cursussen en trainingen kan bijhouden.

( B e o o g d ) r e s u l t a a t

Het beoogde resultaat betrof een systeem voor het bijhouden van de gevolgde opleidingen en trainingen van medewerkers, maar werd als snel verder uitgebreid.

Er is ingezet op het ontwikkelen en implementeren van een systeem waarmee het mogelijk wordt kennis te vinden en te delen.

De doelstelling van het project is uitgebreid tot een systeem dat een overzicht biedt van de opleidingen en trainingen van medewerkers, aangevuld met specifieke casuïstiek.

Middels dit systeem komt kennis beschikbaar voor collega’s.

D o e l g r o e p

Alle medewerkers van de organisatie kunnen van dit systeem gebruikmaken. Het is de bedoe-ling dat iedereen zijn profiel invult en up-to-date houdt. Er is een mogelijkheid om bepaalde informatie af te schermen voor de buitenwereld, zodat er voor niemand een reden hoeft te zijn om iets niet in te vullen.

We r k w i j z e e n a c t i v i t e i t e n

Er is gebrainstormd over de werking van het systeem en de doelstellingen die we ermee willen halen. Hieruit is naar voren gekomen dat het systeem de volgende werking zou moeten hebben:

• Bijhouden van een algemeen beschikbare kenniskaartenbak.

• Het uitwisselen van kennis door een vraag-en-antwoordsystematiek.

• Het kunnen bijhouden van een volledig online-cv van en voor voor de medewerkers.

100

Op basis van deze eisen is op zoek gegaan naar een leverancier die dit voor ons kon reali-seren. Met deze leverancier zijn we gaan kijken naar de technische uitwerking van dit systeem. Allereerst is het concept opgesteld, waarna een functioneel ontwerp in details is neergezet. In deze fase bevindt het project zich op het moment van schrijven.

T i p s e n v a l k u i l e n

Tijdens de ontwikkeling zijn verschillende aandachtspunten naar voren gekomen. Enkele hiervan zijn inmiddels opgepakt, voor andere wordt nog naar een oplossing gezocht. Daarbij kwamen onderstaande vragen naar voren:

• Hoe zorg je dat het systeem wordt gevuld?

• Hoe zorg je dat de gegevens actueel blijven?

• Hoe zorg je dat de medewerkers gebruikmaken van het systeem?

• Hoe zorg je dat medewerkers bereid zijn een vraag te stellen?

• Hoe zorg je dat medewerkers bereid zijn een vraag te beantwoorden?

Er zijn dus nogal wat vragen die een antwoord behoeven. De tip is om hieraan goed aandacht te besteden.

Het blijkt soms lastig om binnen de organisatie de juiste kennis te vinden. Het is de bedoe-ling dat het systeem hierin voorziet en daarom een reden een dergelijk systeem op te zetten.

Daarbij is het belangrijk om gericht te kunnen zoeken naar de juiste inhoud.

Een belangrijke tip is het beperken van de kennisgebieden waar het systeem zich op richt.

Bij een overdaad aan kennisgebieden raakt de bezoeker snel de weg kwijt en zal het juiste antwoord moeilijk gevonden kunnen worden.

In dit project is vooral uitgegaan van wat mogelijk is. Er worden mogelijkheden geschapen voor kennisdeling. Het is van belang om hierbij een balans te vinden tussen wat mogelijk is (het kunnen), het moeten en (vooral) het willen. De motivatie van medewerkers om hun kennis te delen is de belangrijkste succesfactor van een dergelijk project.

Anne Marie Bakker

Sectormanager Zorgondersteuning

A a n l e i d i n g

De Zijlen wil als onderdeel van het kennisbeleid een toegankelijke digitale kennisinfrastruc-tuur realiseren voor medewerkers. Het doel hiervan is om aan de medewerkers een platform te bieden waar ze kennis kunnen halen en brengen door het stellen van vragen, het delen van ervaringen vanuit de beroepspraktijk en het opperen van ideeën.

Om dit te bereiken is een heldere en toegankelijke digitale kennisinfrastructuur gewenst.

Dit vraagt om een eenduidig programma van eisen. Bij de totstandkoming hiervan wordt gebruik gemaakt van ervaringen van werkgroepen die betrokken zijn bij het kennisbeleid van De Zijlen. Dit zijn onder andere de werkgroepen opleiding en ontwikkeling, competentiema-nagement en onderzoek & kenniskringen.

B e o o g d r e s u l t a a t

De digitale kennisinfrastructuur voorziet in de behoefte van medewerkers om op een makke-lijke manier vragen aan elkaar te kunnen stellen, ervaring te delen en ideeën op te doen. De digitale kennisinfrastructuur sluit aan op het (kennis)beleid van de organisatie en biedt plaats aan theorieën en literatuur, netwerken en communities op de te onderscheiden kennisdo-meinen.

De infrastructuur verwijst naar medewerkers en hun beschikbare kennis (kennis van kennis-dragers), cv’s van medewerkers en naar de producten in de productenwinkel die intern of via het netwerk kunnen worden benut.

Medewerkers die ervaringsdeskundig zijn kunnen zich aanmelden als kennisdrager.

D o e l g r o e p e n e n e i n d g e b r u i k e r s Dit zijn alle medewerkers van De Zijlen.

We r k w i j z e e n a c t i v i t e i t e n

De volgende stappen worden doorlopen:

1. Het analyseren/bespreken van de behoefte aan en toegankelijkheid van een digitale kennisinfrastructuur met de participanten uit de verschillende werkgroepen.

102

2. Het vertalen van de behoefte aan een digitale kennisinfrastructuur in een programma van eisen.

3. Een haalbaarheidsinschatting:

- financieel (hard en software);

- in tijd (uren onderhoud en toegankelijkheid);

- in formatie (inzet kwaliteitsfunctionarissen).

4. Realiseren van draagvlak (toelichten van het project en voorstel).

5. Projectuitwerking, inbedding en borging.

T i p s e n v a l k u i l e n

Tips voor het opzetten van een digitale kennisinfrastructuur

1. Inventariseer behoeften van medewerkers uit verschillende organisatieonderdelen en werkgroepen die deel uitmaken van het kennisbeleid. Vanuit de Masterclass

Kennismanagement is aangegeven om daarbij expliciet te vragen naar nut en noodzaak met betrekking tot vragen stellen, ervaringen delen, uitwisselen en ideeën toepassen. Een gestructureerde inventarisatie hiervan is wenselijk. Behulpzaam hierbij is om de ‘kennis-collectie’ vast te stellen. Het gaat hierbij om het vaststellen van het geheel aan kennis (bijvoorbeeld op het gebied van autisme) die ‘in mensen zit’, in documenten en proto-collen is vastgelegd en is gekoppeld aan functies en competenties. Dit kan worden vastge-legd in zogenaamde kenniskaarten, waarmee wordt aangegeven waar specifieke kennis zit.

2. Zorg voor een goede en samenhangende weerslag en presentatie van de resultaten uit het behoefteonderzoek. Deze informatie is zinvol in het realiseren van draagvlak bij het MT en vergroot mogelijk hun bereidheid tot het doen van investeringen. Daarbij helpt het om de meerwaarde van de digitale kennisinfrastructuur te vertalen in termen van kennisproduc-tiviteit. Dit betreft de mate waarin de infrastructuur bijdraagt aan het slimmer en handiger toepassen van kennis door medewerkers (optimaliseren van taakvolwassenheid).

3. Ga na wat de haalbaarheid (gekeken naar benodigde kosten en gewenste tijdsinvestering) is van een digitale kennisinfrastructuur die wordt ontwikkeld op basis van de wensen van medewerkers. Kijk daarbij zowel naar de korte als naar de lange termijn.

4. Neem ruim de tijd voor besluitvorming over de realisatie.

Va l k u i l e n v o o r b o t t o m u p r e a l i s e r e n v a n e e n d i g i t a l e k e n n i s i n f r a s t r u c t u u r

1. Gebrek aan tijd of aan prioriteit is een grote valkuil. Het werken aan een digitale kennis-infrastructuur vraagt tijd. In de waan van de dag zijn er altijd weer andere activiteiten-gebieden die voorrang krijgen (HKZ-toets en materiële controle, begroting, aanvraag extreme zorg, cliënttevredenheid, aanbestedingskwestie, etc.), waardoor het nadenken over en werken aan een digitale kennisinfrastructuur vertraagt.

Een valkuil daarbij is om aan de slag te gaan met het inrichten van een digitale omgeving, zonder goed te hebben nagedacht over de meest gewenste en passende oplossing. Deze infrastructuur zou achteraf bezien wel eens niet of slecht kunnen functioneren.

2. Een tweede valkuil betreft het ontbreken van draagvlak. Bij onvoldoende draagvlak en dus ook bij onvoldoende investering in hard/software en menskracht (Fte’s) voor onderhoud is elke investering eigenlijk “kapitaalvernietiging”.

afdeling Communicatie is inmiddels ook in het proces betrokken, waardoor er samen met de participanten vanuit de werkgroepen extra input is van waaruit enthousiasme ontstaat waar-door ook allerlei innovatieve ideeën geopperd worden en de betrokkenheid toeneemt.

Mijn verwachting als portefeuillehouder van het Kennisbeleid is dat we in het najaar flinke stappen zullen zetten om in 2008 uitvoering te geven aan de digitale kennisinfrastructuur.

Ik bericht u graag over de voortgang en uitdagingen in dit proces en de instrumenten uit de Masterclass die hierin effectief zijn gebleken.

Gemiva-SVG Groep

Contactpersoon: Mw. A.W.M. (Astrid) Bakker Postbus 604

2800 AP GOUDA Telefoon 0182 - 57 59 60

E-mail Astrid.bakker@gemiva-svg.nl

Ons Tweede Thuis

Contactpersoon: Mw. M.C. (Mirjam) Wouda Voordoornstraat 11

1431 RM AALSMEER Telefoon 0297 - 35 38 00

E-mail m.wouda@onstweedethuis.nl

De Hartekamp Groep

Contactpersoon: Mw. M.J.A. (Marie-Jose) Driessen Orionweg 77

2023 TB HAARLEM Telefoon 023 - 541 45 58

06 - 46 24 52 05

E-mail m.j.driessen@dehartekampgroep.nl

LKNG/Vilans

Contactpersoon: Dhr. H.J.C.M. (Hilair) Balsters Catharijnesingel 47

3503 RE UTRECHT Telefoon 030 – 789 23 82 E-mail h.balsters@vilans.nl

106

Nieuw Unicum

Contactpersonen: Mw. G.L. (Gerla) Kolthof Dhr. J. (Joep) van de Meer*

* Joep van de Meer volgde 10 mei en 7 juni de VGN kenniskring i.p.v Gerla Kolthof

Carante Groep

Contactpersoon: Dhr. G.J. (Hans) van Wouwe Postbus 121

3360 AC SLIEDRECHT Telefoon 0184 – 49 12 00

E-mail hvwouwe@asvzzuidwest.nl

Reinaerde

Contactpersonen: Mw. M.J.J. (Marian) van Dorst Mw. H. (Helmiek) de Goede De Heygraeff 3

3931 MK WOUDENBERG Telefoon 033 - 286 88 82 E-mail mvdorst@reinaerde.nl Mw. H. (Helmiek) de Goede Postbus 33

3502 GJ UTRECHT Telefoon 033 – 286 88 41 E-mail hdegoede@reinaerde.nl

SEIN

Contactpersoon: Mw. J. (Jacomien) de Jong Postbus 540

2130 AM HOOFDDORP Telefoon 023 - 558 84 42 E-mail jdjong@sein.nl

Telefoon 0592 - 39 47 77 E-mail m.vierhout@deleite.nl

De Brink

Contactpersoon: Mw. L.J. (Loes) Hogenhuis Veenweg 20

9481 TJ VRIES

Telefoon 0592 - 39 38 88 E-mail lhogenhuis@debrink.nl

Het Gors

Contactpersoon: Mw. H. (Hennie) van Rijn Postbus 2160

4460 MD GOES Telefoon 0113 - 27 33 33 E-mail hvanrijn@gors.nl

Talant

Contactpersoon: Dhr. F.J.M. (Fred) van Leeuwarden Postbus 303

8440 AH HEERENVEEN Telefoon 0513 – 64 39 10

E-mail f.van.leeuwarden@talant.nl

Dichterbij

Contactpersoon: Dhr. H.T.J.M. (Harm) van Vugt Postbus 14

6580 AA MALDEN Telefoon 06 - 53 47 27 45 E-mail h.vanvugt@dichterbij.nl

VGN

Contactpersoon: Mw. M.C.O. (Marion) Kersten Oudlaan 4

3515 GA Utrecht

Telefoon 030 - 273 93 00 E-mail mkersten@vgn.org

108 Aveleijn

Contactpersoon: Dhr. H.F. (Harm Frederik) Snijder Grotestraat 260

7622 GW BORNE Telefoon 074 - 255 66 00 E-mail h.f.snijder@aveleijn.nl

De Zijlen

Contactpersoon: Mw. A.M.E. (Anne-Marie) Bakker Postbus 25

9356 ZG TOLBERT Telefoon 0594 - 85 01 72

E-mail Annemarie.bakker@dezijlen.nl

Koraal Groep

Contactpersoon: Dhr. X.M.H. (Xavier) Moonen Valkstraat 14

6135 GC SITTARD Telefoon 046 - 477 52 67

E-mail xmoonen@koraalgroep.nl

’s Heeren Loo

Contactpersonen: Mw. H. (Hester) de Graaf

Dhr. J.W. (Jan-Willem) Woensdregt Postbus 647

3800 AP AMERSFOORT Telefoon 033 - 460 18 37

E-mail Hester.de-graaf@sheerenloo.nl Telefoon 0341 - 55 59 11

E-mail Jan-willem.woensdregt@sheerenloo.nl

SDW

Contactpersoon: Dhr. G.J.M. (Gerrit) Gianotten Postbus 33

4700 AA ROOSENDAAL Telefoon 0165 - 59 30 28 E-mail g.gianotten@sdwzorg.nl

De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) is de branchevereniging voor organisa-ties die professionele zorg en ondersteuning bieden aan mensen met een of meer handicaps.

De bij de VGN aangesloten instellingen bieden zorg, ondersteuning en dienstverlening aan cliënten met een verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke en/of communicatieve handicap en aan hun directe omgeving.

De VGN ondersteunt en faciliteert haar leden via onder meer informatieverstrekking en -uitwisseling en biedt haar leden een platform voor kennisontwikkeling, onderzoek en uitwis-seling. De primaire rol van de VGN in de kenniscyclus is die van facilitator van kennisbeleid in de lidinstellingen en stimulator van kennisgebruik. Dit gebeurt onder meer door het in beeld brengen wat er al gebeurt, het makelen en schakelen en het bevorderen van innovatieve activiteiten. Op basis van efficiëntie en effectiviteit kiest de VGN in situaties ook voor een programmerende, organiserende, dan wel (mede)financierende rol.

Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland Postbus 413

3500 AK UTRECHT www.vgn.org t: 030 - 273 93 00 e: info@vgn.org

110

Het Landelijk KennisNetwerk Gehandicaptenzorg (LKNG) is een actief kennisnetwerk in de zorg voor mensen met een beperking. Het LKNG bundelt bestaande kennis en verspreidt deze om zo de zorg- en dienstverlening en het beleid op het gebied van gehandicaptenzorg te verbeteren. Door middel van overzichtstudies, werkplaatsen en themanetwerken wordt nieuwe en reeds bestaande kennis gebundeld.

Doelgroepen zijn onder andere: professionals, beleidsmedewerkers, managers en onderzoe-kers in de zorg voor mensen met een lichamelijke of verstandelijke handicap. Daarnaast richt het LKNG zich op mensen met een handicap en hun ondersteuners, zoals familie en mantel-zorgers.

Het LKNG positioneert zich in toenemende mate als netwerk, waar betrokkenen op een laag-drempelige en professionele wijze kennis kunnen halen en brengen.

Landelijk KennisNetwerk Gehandicaptenzorg Postbus 8228

3503 RE Utrecht www.lkng.nl t: 030 - 789 23 82 e: info@lkng.nl

Het NGBZ is een vereniging die zich richt op deskundigheidsbevordering van professionals in de gehandicaptensector. Het doel van het NGBZ is om professionals uit de gehandicap-tensector te stimuleren tot kennisontwikkeling en kennisoverdracht om op die manier een bijdrage te leveren aan de kwaliteit van bestaan van mensen met een verstandelijke beper-king. Dit gebeurt onder andere door het uitwisselen van ervaringen uit de professionele praktijk. Binnen NGBZ functioneren netwerken. Daarnaast worden tal van activiteiten geor-ganiseerd (algemene studiedagen, studie(mid)dagen van secties, cursussen, activiteiten van platforms en werkgroepen).

NGBZ Postbus 8228 3503 RE Utrecht www.ngbz.nl t : 030 - 789 23 05 e: info@ngbz.nl

De deelnemers aan de masterclass wordt de mogelijkheid geboden om verder te gaan als permanent uitwisselingsplatform ‘kennismanagement gehandicaptensector’ onder de vlag van NGBZ.

In dat licht worden bijeenkomsten georganiseerd met uitwisseling en een inhoudelijk programma.

Ook kan hier de voortgang van de eigen activiteiten, zoals beschreven in deze publicatie, worden besproken en gedeeld.

Voor deelname is een lidmaatschap van NGBZ vereist.

Voor meer informatie:

www.ngbz.nl