• No results found

Trekken aan een dood paard tot

Veel historici plaatsen het keerpunt van de Reconstructie niet in 1868. Volgens hen gaf de verkiezing van de Republikeinse president Grant de zuidelijke Republikeinen een kans om te overleven. Ook zou de verdeeldheid in de Republikeinse partij, zoals de politieke strijd tussen gouverneur Warmoth en de Custom House-factie in 1872, de Republikeinen grote schade hebben berokkend. Daarbij zou de paniek van 1873 roet in het eten van de Republikeinen hebben gegooid. Bovendien zou de rechterlijke dwaling in de nasleep van de Colfax

moordzaak de rechterlijke macht hebben ondermijnd. Eveneens schreven sommige historici dat de Democratische zege bij de Amerikaanse congresverkiezingen van 1874 de

verhoudingen in het congres op zijn kop zette, waardoor de legeruitgaven omlaag gingen en de zuidelijke Democraten de laatste zet naar de overwinning kregen. Al deze oorzaken voor het mislukken van de Reconstructie hebben een impact gehad op de sterkte van de

Republikeinse partij in het zuiden. Echter, feit bleef dat de Republikeinse partij in drie staten de numerieke meerderheid had, dankzij de stemmen van de Afro-Amerikanen. De ex-slaven stemden massaal op de Republikeinse partij, waardoor in South Carolina, Mississippi en 138 On the Conduct of the Late Elections, XL.

Louisiana bij eerlijke verkiezingen de zege altijd naar de Republikeinse partij zou gaan. De economische crisis, de corruptie van sommige Republikeinen en de rechterlijke dwalingen deden niets af aan het feit dat de Afro-Amerikanen consequent op de Republikeinse partij stemden. Dit betekende dat als de Afro-Amerikanen zouden stemmen, dan zou de

Republikeinse partij in Louisiana winnen. Alleen geweld, intimidatie en fraude kon de Afro-Amerikanen beletten om hun stem uit te brengen voor de Republikeinen. Alle andere aangedragen oorzaken van het mislukken van de Reconstructie vallen in het niet ten opzichte van de oorzaak geweld. In hoofdstuk vier zal het verhaal van de Reconstructie worden opgepakt in 1869. Vervolgens zullen de gebeurtenissen in Louisiana tot en met het einde van de Reconstructie worden langsgelopen.139

Rustige jaren 1869-1871

Drie belangrijke oorzaken zorgden voor de relatief rustige periode tussen 1869 en 1871. Als eerste trad de staatsregering op tegen het geweld. Ook de nationale regering kwam met wetten tegen de uitbraak van geweld in het zuiden. Daarnaast hield het leger de blanke bevolking in de gaten. Na de gebeurtenissen van 1868 nam de Republikeinse gouverneur Warmoth

meerdere maatregelen om de Republikeinen de macht te geven om het Democratische geweld aan banden te leggen. Als eerste werd een staatsmilitie opgericht. Probleem was wel dat Afro-Amerikanen in uniform boze reacties losmaakten bij blanken en te weinig blanken wilden dienen in de militie. Als tweede wilde Warmoth toezichthouders en bewakers aanstellen bij de verkiezingen. In gebieden waar Democraten de controle hadden over de sheriff en/of de stembus bleef fraude mogelijk. Bovendien richtten de Republikeinen acht nieuwe parishes op, waaronder Grant en Red River. In de nieuwe gebieden werden

Republikeinen aangesteld op de belangrijkste functies. Bovendien zorgden de extra parishes voor een Republikeinse meerderheid in het congres van de staat. De gouverneur kreeg bovendien de mogelijkheid om ambtenaren te vervangen, zodat hij banen kon vergeven aan zijn politieke medestanders. Deze patronage kon blanken aan de Republikeinse partij binden. In het patronagesysteem vond bijvoorbeeld de ex-rebel James Longstreet nieuw werk.

Daarnaast kon de gouverneur de politiemacht uitbreiden en zouden de onrustige streken rond New Orleans, zoals Jefferson en Saint Bernard, door één politiemacht worden gecontroleerd. Het achterliggende doel was om de staat meer verantwoordelijkheid over de parishes te geven, waardoor de gouverneur in geval van onrust kon ingrijpen. De belangrijkste maatregel van de Republikeinen was de oprichting van het Returning Board. Na afloop van de

verkiezingen konden de leden van het Returning Board besluiten welke uitslagen van welk gebied geldig waren. Indien zij vermoedden dat geweld en intimidatie een Republikeinse zege in de weg had gestaan, kon de uitslag uit een parish worden vervangen door een geschatte stemverhouding, op basis van het aantal stemgerechtigden van elke partij en de voorgaande verkiezingen. In de praktijk betekende dit, dat de parishes met een Afro-Amerikaanse meerderheid altijd naar de Republikeinen gingen. Tenminste zolang geen geweld en intimidatie plaatsvond en het Returning Board door de Republikeinse partij kon worden ingezet.140

Warmoth wilde bovendien Democraten op zijn hand krijgen met het aanleggen van spoorwegen en het omlaag brengen van de staatsschuld. Ook het terugdraaien van de

stemrechtbeperking van de ex-rebellen was een poging om meer steun voor het beleid van de Republikein te creëren. Warmoth kende weinig succes om nieuwkomers aan te trekken voor 139 Foner, A Short History of Reconstruction, 254-256; Tunnell, Crucible of Reconstruction, 214-217; Dawson, Army Generals and Reconstruction, 119-126.

140 Rable, No Peace, 106; Tunnell, Edge of the Sword, 133-136; Tunnell, Crucible of Reconstruction, 157-161; Lonn, Reconstruction in Louisiana, 181.

de Republikeinse partij. Immigranten, ex-Whigs en blanke mannen, die de unie in de

burgeroorlog hadden gesteund, stemden massaal op de Democratische partij. De Democraten trokken met succes de kaart van de blanke suprematie, waardoor de blanken een overstap naar de Republikeinen als verraad zagen. Zo werd senator Twitchell in Bienville met de nek aangekeken na zijn stem op de Republikeinen. Warmoths beleid bleek op sommige punten een succes. Vooral het Returning Board bleek een machtig Republikeins wapen. Alleen juist dit wapen keerde zich in 1872 tegen de Republikeinen.141

De tweede reden voor de relatieve rust moest worden gezocht in de handelingen van de federale overheid. De verkiezing van de Republikein Grant werd algemeen ervaren als een steun voor het Reconstructieplan van de Republikeinse partij. De president en zijn politieke vrienden waren vastberaden om herhalingen van de massale geweldsuitbraken in het zuiden, zoals in 1868, te voorkomen. Het Amerikaanse congres reageerde door middel van drie Enforcement Acts. De eerste wet moest de Afro-Amerikanen beschermen bij verkiezingen door middel van federale troepen. De tweede wet zorgde voor federaal toezicht op de zuidelijke verkiezingen. De derde wet, Ku Klux Klan Act, werd in 1870 ingevoerd om de mensen aan te klagen, die de Afro-Amerikanen het stemrecht wilden afpakken. Die laatste wet gaf de federale aanklager de mogelijkheid om de Ku Klux Klanleden in South Carolina voor het gerecht te brengen. Ondanks enkele veroordelingen, ontsnapten de meeste leden aan een straf. Onder anderen lokale rechters en juryleden weigerden blanke zuiderlingen te bestraffen voor hun geweld tegen de Republikeinen.142

De derde reden is het optreden van het leger. Historicus Dawson gaf veel krediet aan generaal Mower en kolonel Charles Smith. De legerleiders grepen snel in bij mogelijke onlusten en beschermden Republikeinse officials, indien nodig. Natuurlijk waren de meeste soldaten gelegerd rondom New Orleans en waren in oktober 1870 slechts 598 soldaten in de Pelikaanstaat aanwezig. Echter, de Democraten wilden het federale leger niet provoceren. Wanneer een gebied als onrustig werd gezien, kon Warmoth aan Mower verzoeken om soldaten naar het betreffende parish te sturen om de orde te herstellen. Daarnaast zou een massale geweldsuitbraak Grant dwingen om de troepenmacht in de Pelikaanstaat te vergroten en dat was het laatste wat de Democraten wilden. Een voorbeeld van de rol van het leger onder Mower kan worden gegeven over de situatie in Opelousas. In de hoofdplaats van Saint Laundry heerste grote politieke spanning. De Democraten hadden de Republikeinen bedreigd en de situatie was explosief. Warmoth verzocht Mower om hulp, waarna de generaal kapitein Frank Coxe naar Saint Laundry stuurde. Hij trof een onrustige gemeenschap aan, waar de meeste blanken de Afro-Amerikanen haatten. Mede door de aanwezigheid van het leger kon de orde worden hersteld en keerde de rust terug. Dawson merkte op: “Having persuaded Mower to send troops to one town, Warmoth was emboldened to ask for similar assistance in other places.”143

De vraag die vervolgens gesteld moet worden is: betekenden de rustige jaren

1869-1871 dat de problemen van het rampjaar waren opgelost? Het klopt dat in 1870 relatief eerlijke verkiezingen werden georganiseerd in de Pelikaanstaat.144 Enerzijds had dit te maken

met de acties van Warmoth en de nationale overheid. Anderzijds zorgde de aanwezigheid van het federale leger voor enige rust.145 Toch gebruikten de Democraten intimidatie en geweld in

sommige gedeeltes van Louisiana om de Republikeinen angst aan te jagen. Onder anderen in Saint Laundry was de situatie gespannen. Het geweld was in de jaren tussen 1869-1871 grotendeels afwezig, maar de Democraten waren zeer ongelukkig met de ontstane situatie. Zij 141 Tunnell, Crucible of Reconstruction, 157-166, 171.

142 Rable, No Peace, 101, 106-109; Paul S. Boyer, e.a., The Enduring Vision. A History of the American People

(Boston 2008), 474.

143 Dawson, Army Generals and Reconstruction, 99-100. 144 Ibidem, 106.

wisten dat het inzetten van geweld en intimidatie hen de verkiezingszege en daarmee de macht in de Pelikaanstaat kon opleveren. Zij wachtten alleen het juiste moment af. Rable beschreef deze gedachte als: “The ability of any people to participate fully in a political or social crusade is sharply limited by time. (…) Historians have overemphasized the

weaknesses of northern policy and ideology in explaining the failure of Reconstruction and have overlooked the persistence and strength of southern resistance.”146 De reden dat het

geweld afnam na 1868 tot 1872 moet worden gezocht in de maatregelen van de overheden en de noodzakelijke tijdelijke verandering van de Democratische tactiek om de Republikeinen te verslaan.147

Verdeeldheid in 1872

Louisiana was in de Reconstructie een verdeelde staat. Niet alleen was de scheiding tussen de Democraten en de Republikeinen in het hedendaagse leven zichtbaar, ook de verdeeldheid in de Republikeinse partij was groot. Sommige historici wezen op het belang van de machtsstrijd in de verschillende Republikeinse facties. Met een grotere eenheid, had volgens die historici, het einde van de Reconstructie voorkomen kunnen worden. Maar dit valt te betwijfelen.148

De verdeeldheid in de Republikeinse partij werd eind 1871 zichtbaar. De Custom House-factie wilde gouverneur Warmoth uit zijn ambt zetten. Zo liet Custom House-lid Packard de gouverneur arresteren en zocht hij de steun van het federale leger, wat sinds november 1871 onder leiding stond van William Emory. De dienstdoende generaal aarzelde, probeerde zich afzijdig te houden, maar stuurde wel soldaten naar New Orleans om de orde te handhaven. Uiteindelijk keerde de rust terug in de hoofdstad van Louisiana. Warmoth bleef gouverneur en Emory hoefde niet in te grijpen. Alleen achter de schermen werkte Packard aan de val van Warmoth, wat de Republikeinse partij sterk verdeelde. Historicus Dawson

onderscheidde in oktober 1872 zes facties, die zich verenigden achter gouverneurskandidaten Kellogg of John McEnery. De eerste groep werd beschouwd als de Republikeinse partij. Deze groep bestond onder anderen uit leden van de Custom House-factie. Deze Republikeinen, zoals George Carter, Packard, Kellogg en Casey, steunden Grant en waren in conflict met gouverneur Warmoth. Ook Pinchback en zijn Afro-Amerikaanse aanhangers besloten zich te voegen bij deze groep. Zelfs Longstreet en oud-aanhangers van de gouverneur sloten zich aan bij de nominatie van Kellogg. De tweede groep werd gezien als de fusiepartij of de

Democratische partij. Die groep bestond uit Warmoth en zijn aanhangers, de Democraten en de hervormers. Deze vernieuwers waren blanke mannen die ontevreden waren over het optreden van president Grant en zijn aanhangers in het Custom House. De interne spanning in de Republikeinse partij werd mede veroorzaakt door het patronagesysteem. Warmoth had tijdens zijn gouverneurschap zichzelf in de positie geplaatst waar hij gunsten kon verlenen aan medestanders, door banen toe te kennen. Aangezien alle Republikeinen en Democraten aasden op de baantjes in New Orleans, had de gouverneur veel macht. Deze macht werd betwist door leden van het congres van Louisiana. Deze Custom House-leden wilden zelf de banen, die Warmoth aan onder andere Democraten toekende. Niet alleen vonden Republikeinen zoals Carter en Packard dat de banen binnen de Republikeinse partij moesten worden gehouden, ook waren ze afhankelijk van de banen voor hun sociale positie en inkomen.149

De verdeeldheid van 1872 leidde niet tot een slagveld bij de verkiezingen voor het gouverneurschap en de Amerikaanse president. Als eerste stonden soldaten opgesteld bij de stembus. Generaal Emory voorzag problemen en hij had bij veertien posten federale soldaten 146 Rable, No Peace, 32, 187-191.

147 Ibidem, 101, 106-109; Boyer, The Enduring Vision, 474. 148 Dawson, Army Generals and Reconstruction, 118, 129-131. 149 Dawson, Army Generals and Reconstruction, 118, 129-131.

geplaatst. Ten tweede vond het geweld en de intimidatie plaats voor de verkiezingen. Afro-Amerikanen zouden hun werk verliezen, wanneer zij voor de Republikeinse partij stemden. Ook zat het slagveld van 1868 nog vers in het geheugen van alle Republikeinen die destijds in de Pelikaanstaat aanwezig waren. Zoals historica Lonn aantoonde, het geweld was minder erg dan in 1868 maar maakte de Republikeinse stemmers wel bang. Als derde hadden de Democraten goede hoop dat Warmoth hen met behulp van de, door Warmoth aangestelde, partijdige registrators en het Returning Board de verkiezingszege zou schenken. Toch wisten Kellogg en Packard de situatie voor de Republikeinse partij te redden. De Republikeinen richtten een eigen Returning Board op en kregen in 1873 de steun van president Grant. De tegenkandidaat van Kellogg, McEnery, gaf zich niet over zonder slag of stoot en werd door de Democraten ingehuldigd. De gespannen situatie werd nauwlettend gevolgd door generaal Emory, die een massale geweldsuitbraak in New Orleans voorkwam. De Democraten waren immers woedend en eisten gerechtigheid. Met moeite kon McEnery zijn volgelingen in New Orleans in bedwang houden.150

Colfax moordzaak in 1873

McEnery kon de slachting in Colfax op paaszondag 1873 niet stoppen. Het is onbekend of hij de moord op de Republikeinen had willen voorkomen, als hij dit had gekund. Feit is wel dat de Colfax moordzaak één van de bloederigste affaires was in de hele Reconstructieperiode. De Democraten vermoordden een groot aantal Republikeinse Afro-Amerikaanse stemmers en wisten in Grant parish de Republikeinse meerderheid letterlijk te vernietigen. Deze

gewelddadige acties zijn terug te voeren op de nederlaag van McEnery en zijn aanhangers. De Democraten in Grant parish waren furieus en eisten het bestuur van het parish op, anders zouden ze geweld gebruiken. De Republikeinen in Grant parish weigerden te zwichten voor de Democratische bedreigingen en namen uiteindelijk bezit van het gerechtsgebouw in Colfax, hoofdplaats van Grant parish. Terwijl de blanke Republikeinse leiders naar New Orleans vertrokken om steun te vragen bij gouverneur Kellogg, besloten de

Afro-Amerikaanse achterblijvers om het gerechtsgebouw voor te bereiden op een mogelijke stormloop. De achtergebleven Republikeinen groeven een gracht, verstevigden het

gerechtsgebouw en probeerden vrouwen en kinderen naar een veilig onderkomen te brengen. Op paaszondag 13 april 1873 verzamelde ongeveer vijfhonderd Democraten zich aan de rand van Colfax. Onder leiding van Christopher Colombus Nash, die als Democraat een gooi had gedaan naar de positie van sheriff, trokken de blanke Democraten de stad binnen. De blanke mannen waren afkomstig uit de omliggende streken, zoals Natchitoches, Bienville, Caddo, Bossier en Red River. De Democraten hadden zelfs een kanon geregeld om het

gerechtsgebouw te beschieten.151

De afloop van het treffen tussen de Republikeinen en de Democraten was bekend. Nash leidde zijn volgers in de charge op het gerechtsgebouw. Drie blanken lieten uiteindelijk het leven, allen door ammunitie van de Democraten. Minimaal zestig en maximaal honderd Afro-Amerikanen lieten op paaszondag het leven in en nabij Colfax. De doorgaans

ongewapende Afro-Amerikanen kwamen om in het in brand gestoken gerechtsgebouw, bij de wanhopige vlucht naar de bossen of ze werden na hun gevangenneming in koelen bloede

150 Lonn, Reconstruction in Louisiana, Appendix II; Tunnell, Crucible of Reconstruction, 157-175; 42nd

Congress, 2nd session, House of Representatives, Testimony Taken by the Select Committee To Investigate the Condition of Affairs in the State of Louisiana (New Orleans 1872); Dawson, Army Generals, 132-139; 42nd Congress, 3rdsession, Senate Report 457, Louisiana Investigation (Washington: 1873, 2 volumes); John Y. Simon, The Papers of Ulysses S. Grant, Volume 24, 1873 (Carbondale 2000).

vermoord.152 Gouverneur Kellogg richtte zijn pijlen voor de schuldvraag meteen op de

Democraten: “Is a party that can raise no voice of indignation against the barbarous massacre of Colfax (…) fit to govern a people composed in half at least of the race massacred, or is it entitled to the consideration and sympathy of good men, to whatever race they may

belong?”153

De gebeurtenissen van april 1873 staan niet op zichzelf. Zo werd de Republikein Delos White in 1871 vermoord en kon rechter William Phillips ternauwernood aan de dood ontsnappen. Historicus Lane beschreef de situatie in Grant parish als chaotisch. De

Democraten gebruikten geweld en bedreigingen om de Republikeinen bij de verkiezingen bang te maken en de Democratische partij te laten winnen. Deze periode van chaos startte in 1868, omdat vanaf die tijd de Democraten alles over hadden voor het verdrijven van de Republikeinen uit Louisiana.154

De Amerikaanse aanklager in Louisiana, James Roswell Beckwith, besloot om de moordenaars van minimaal zestig Afro-Amerikanen te vervolgen. Hij vaardigde

opsporingsbevelen uit voor tientallen inwoners van Colfax en de omliggende gebieden. Nash werd niet opgepakt, maar negen andere daders werden door het federale leger naar New Orleans gebracht. Deze moordenaars werden aangeklaagd door Beckwith voor het overtreden van de Enforcement Acts, die de Afro-Amerikanen beschermden tegen geweld. Onder andere sommige Ku Klux Klanleden in South Carolina waren door de federale rechters veroordeeld tot gevangenisstraffen voor het overtreden van de Enforcement Acts. Beckwith voerde een verbeten strijd in het gerechtsgebouw in New Orleans om tot veroordelingen te komen. Hij stuitte op meerdere problemen. Zo moest een jury het oordeel vellen. Deze jury bestond grotendeels uit blanken, die medeblanken niet wilden veroordelen. Ook Afro-Amerikanen gingen soms niet over tot veroordelingen, wegens bedreigingen en intimidatie van de

tegenpartij. Bovendien was één tegenstem al voldoende om een verdachte niet te veroordelen. Daarnaast waren weinig getuigen te vinden die de blanke lokale leiders wilden aanwijzen als de daders van verschillende moorden. De getuigen, die wel tegen de Democraten wilden getuigen, werden doorgaans tegengesproken door een hele batterij getuigen, die de

Democraten juist vrijspraken of van een alibi voorzagen. Ook de publieke opinie was niet blij met het veroordelen van blanken, die claimden te handelen uit zelfverdediging. De ervaren Democratische advocaten vormden een groot obstakel. Zij wisten hoe veroordelingen konden worden voorkomen en haalden wettelijke trucs boven water om vrijspraken af te dwingen. Tevens speelde de partijdigheid van de rechters een rol. De lokale rechters konden elke vervolging afwijzen of de verdachten vrijspreken. Al deze factoren zorgden ervoor dat Beckwith geen van de moordenaars van Colfax veroordeeld kreeg.155

De zaak werd uiteindelijk voor het Amerikaanse hooggerechtshof gebracht. Onder de naam Verenigde Staten vs Cruickshank behandelden de negen opperrechters de zaak. Zij baseerden zich vooral op een eerdere uitspraak van rechter Samuel Freeman Miller. De laatstgenoemde rechter had in de Slachthuiszaak, die ging over het recht van de slagers om hun dieren op verschillende plaatsen te doden en niet op één plek. Miller oordeelde dat het

GERELATEERDE DOCUMENTEN