• No results found

Toezicht en handhaving Landelijk beleid

In document Werk maken van eigen bodem (pagina 106-110)

Uitvoering Bodemsanering

14 Toezicht en handhaving Landelijk beleid

Handhaving zorgt dat de wettelijke regels worden nageleefd of dat de overtredingen van de regels worden bestraft en/of hersteld. De wetgever heeft daarvoor een aantal instrumenten beschikbaar gesteld.

Om tot bestuursrechtelijke dan wel strafrechtelijke handhaving te komen, is toezicht en opspo- ring noodzakelijk. Toezicht is het controleren of men volgens de wettelijke voorschriften handelt. Opsporing is het door gericht zoeken vaststellen van strafbare feiten. Om te contro- leren en/of te constateren dat er sprake is van overtreding van de wettelijke voorschriften, beschikt het bevoegd gezag over toezichthoudende ambtenaren. Voor de strafvervolging zijn er ook algemene en buitengewone opsporingsambtenaren aangesteld. Aan deze ambtenaren zijn wettelijk vastgestelde bevoegdheden toegekend voor het houden van toezicht en de opsporing Effectieve en efficiënte handhaving vraagt om professionele mensen binnen een organisatie. De tekortkomingen bij het toezicht en de handhaving van de milieuwetgeving in het algemeen hebben geresulteerd in een professionaliseringsslag. Deze operatie loopt al vele jaren maar heeft met de komst van de nieuwe kwaliteitscriteria van de Wabo een nieuwe impuls gekregen. Alleen op die manier kan men ervoor zorgen dat men de juiste zaken doet en dat men die zaken juist doet. Ieder bevoegd gezag heeft, in het kader van de professionalisering, het handhavingsproces voor haar milieutaken beschreven.

De handhavingstaak die voortvloeit uit de Wbb is zeer divers van aard en stelt enkele speci- fieke eisen aan de programmering en organisatie. Om daaraan tegemoet te komen zijn in de “Handreiking adequate bestuurlijke handhaving Wbb”, de kwaliteitscriteria voor het professio- neel handhaven van de Wbb nader uitgewerkt. De “Handreiking adequate bestuurlijke handha- ving Wbb” gaat in op het strategisch/ organisatorische kader van de handhaving van de Wbb. Ter ondersteuning bij de verdere ontwikkeling van de kwaliteit van toezicht en handhaving bij bodemsaneringen heeft de SIKB de “Handhavings-uitvoeringsmethode Wbb (HUM Wbb)” gemaakt. Hierin zijn alle relevante ervaringen en ontwikkelingen van de afgelopen jaren verwerkt. Deze HUM Wbb is een uitwerking van het operationele beleid en gaat uit van oplossingsrichtingen en ontwikkelingen rondom afspraken over samenwerking tussen diverse toezichthouders en handhavers en/of sanctiestrategieën.

De HUM Wbb is bedoeld voor iedereen die vanuit de bestuursrechtelijke of strafrechtelijke handhaving betrokken is bij de uitvoering van de Wbb en over voldoende kennis van de regel- geving, expertise en ervaring beschikt om handhavingstaken goed zelfstandig uit te voeren. Toezicht en handhaving zijn ook de kritische succesfactoren voor het Bbk. Voor de ontwikke- ling van de kwaliteit van toezicht en handhaving van het Bbk is de Handhavings Uitvoerings Methode Bbk (HUM Bbk) ontwikkeld. De HUM Bbk is één van de instrumenten die moet bijdragen aan een betere beheersing en handhaving van de verschillende stromen grond, bagger- specie en bouwstoffen, maar ook van de toepassing daarvan. Deze HUM levert een bijdrage aan de verbetering van de kwaliteit van het bodembeheer.

De “Handreiking adequate bestuurlijke handhaving Wbb” en de HUM Wbb zijn documenten die gerelateerd zijn aan de SIKB normbladen 8001 en 8002, de normbladen (land)bodembeheer voor zowel het provinciaal bevoegd gezag als het gemeentelijk bevoegd gezag.

De behoefte aan ketengerichte benadering in de handhaving neemt toe. Ketenhandhaving is door relevante toezicht- houders op elkaar afgestemd toezicht/handhaving op een branche, keten, locatie of object. Voor grond geldt dit omdat grond typisch een voorbeeld is van een (risicovolle) stof die door opeenvolgende partijen wordt be- en verhandeld. Ketenhandhaving is gericht op het handhaven van de wet- en regelgeving op deze overdrachtsmomenten.

Toezicht en handhaving Wbb en Bbk en ketenhandhaving behoort tot het basistakenpakket van de RUD.

Drents beleid

Wij sluiten aan bij het landelijke beleid met navolgende Drentse aanvullingen.

Bodemsanering kenmerkt zich door hoge kosten. De belangen bij het desbetreffende onroerend goed zijn meestal groot. Het is verleidelijk om de kosten te ontlopen door regels niet na te leven. Toezicht en handhaving bij bodemsa- nering vinden wij daarom belangrijk.

Als hulpmiddel bij het toezicht en handhaving wordt de zogenaamde HUM-Wbb gehanteerd.

Toezicht

Vanuit onze rol als bevoegd gezag Wbb voeren wij toezicht uit op de naleving van verplich- tingen van deze wet. Concreet gaat het hierbij om de volgende taken:

• toezicht uitvoering bodemsaneringen (beschikkingen of BUS); • toezicht naleving monitorings- en rapportageverplichtingen; • toezicht naleving gebruiksbeperkingen;

• toezicht aanpak zorgplichtgevallen; • toezicht illegale saneringen.

In het geval bij overtredingen en of het constateren van illegale saneringen gaat toezicht over in handhaving. Wij werken samen met andere handhavende organisaties, zoals de Inspectie Leefomgeving en Transport, Regionaal Milieuteam Drenthe (RMT), Arbeidsinspectie, water- schappen en gemeenten.

Uitvoering bodemsanering

In algemene zin ziet de toezichthouder er op toe dat de werkzaamheden worden uitgevoerd volgens het saneringsplan en de beschikking (reguliere sanering) of de melding in het kader van BUS. Hierbij zal worden gecontroleerd of de uitvoering in overeenstemming is met landelijke wet- en regelgeving en ons beleid op het gebied van bodem zoals in deze bodemnota is verwoord. De focus van het toezicht van de provincie ligt op controle tijdens de saneringsuitvoering op locatie en administratieve controle. Het beleid van de provincie is om iedere saneringslo- catie minimaal één keer te bezoeken tijdens de uitvoering. Voorzover al niet opgenomen in de beschikking op het saneringsplan kunnen voorafgaand en tijdens de sanering ook afspraken worden gemaakt bij kritische momenten in de uitvoering. Zoals:

• Het diepste punt van de ontgraving (voordat er aanvulling plaatsvindt); • De plaatsing van een drain of scheidende folie;

Naleving diverse maatregelen

Wij hebben de mogelijkheid om maatregelingen/verplichtingen op te leggen op het gebied van monitoring en/of rapportage (zie ook hoofdstuk 8). Het controleren op het monitoringstraject valt onder de verantwoordelijkheid van de toezichthouder evenals ook andere maatregelen/ verplichtingen opgenomen in de beschikking.

Naleving gebruiksbeperkingen/nazorgverplichtingen

De in de beschikkingen (ernst en spoed, evaluatierapport of nazorgplan) opgelegde gebruiks- beperkingen/nazorgverplichtingen moeten door de eigenaar en/of gebruiker van de locatie worden nageleefd.

De controle op de in de beschikking opgelegde voorschriften wordt programmatisch aangepakt.

Aanpak zorgplichtgevallen

De aanpak van zorgplichtgevallen is beschreven in hoofdstuk 9. Controle op zorgplicht herstel/ saneringen valt onder verantwoordelijkheid van toezicht.

Illegale saneringen

Het saneren van een ernstig geval van bodemverontreiniging is alleen toegestaan op basis van een saneringsplan waarmee wij hebben ingestemd. Dit geldt ook voor andere handelingen in of op de bodem waardoor de verontreiniging wordt verplaatst of verminderd. Het uitvoeren van saneringswerkzaamheden zonder instemming op het saneringsplan wordt gezien als een illegale sanering. De taak van toezicht is deze illegale saneringen te signaleren.

Bij bekendwording van de illegale sanering bezoekt de toezichthouder de locatie en verzoekt zonodig de overtreder de werkzaamheden te staken. Hoewel de opdrachtgever van de sanering in eerste instantie verantwoordelijk is, wordt ook de verantwoordelijkheid van de betrokken adviseur/bodemkundige beoordeeld aangezien die wegens zijn rol en deskundigheid deelge- nomen kan hebben aan het strafbare feit. De wijze van handhaven hangt af van verschillende factoren, zoals het wel/niet doelbewust begaan van de overtreding en de ernst van de overtre- ding. Uitgangspunt is dat de illegale situatie zo spoedig mogelijk dient ter worden opgeheven en dat ontstane milieuschade wordt hersteld. Waar nodig zal de buitengewoon opsporingsamb- tenaar optreden en proces verbaal opmaken. Daarnaast wordt veelal melding gedaan van de overtreding bij het RMT en de inspectie L&T. Het zogenaamde bodemsignaal.

Ketenhandhaving

Ketenhandhaving op grondstromen (het volgen van grondstromen in de keten (aannemerij, transportbedrijven, verwerkers)) blijft een belangrijk aspect bij het toezicht en handhaving op bodemsaneringen en illegale saneringen.

Hiervoor gaan wij samen met andere handhavingspartners beleid ontwikkelen.

Bestuurlijke strafbeschikking milieu (BSBm).

In de provincie Drenthe zijn tussen de handhavings- en opsporingspartners afspraken gemaakt over de aanpak van milieudelicten. Deze afspraken zijn vastgelegd in de Handhaving en gedoog- strategie Fysieke Leefomgeving van Provincie Drenthe. Het hierin beschreven stappenplan bij ‘grijze’ milieudelicten (waaronder Wbb, Bbk etc. valt) wordt ook bij de toepassing van de BSBm gehanteerd.

Vanaf 1 januari 2014 wordt de toezicht en handhaving uitgevoerd door de RUD Drenthe. De bevoegdheden voor de BSBm ligt bij de directeur van de RUD Drenthe.

In document Werk maken van eigen bodem (pagina 106-110)