• No results found

D. RETRIBUTIES EN RECHTEN

III. TOESTAND DER GEMEENTESCHULD A. Leningen met constante annuïteiten

Geldschieter 1. - Voor de algemene diensten :

Toonder obligaties Stedelijke Pensioenkas Gemeentekrediet

2. r Voor de bedrijven en daarmede gelijkgestelde diensten :

a) Bedrijf voor G. E. W.-B. : Stedelijke Pensioenkas Gemeentekrediet

b) Stedelijk Slachthuis : O. M. O.B.

c) Handelshaven :

Stedelijke Pensioenkas Gemeentekrediet

d) Vissershaven : Gemeentekrediet e) Thermaal Instituut :

Stedelijke Pensioenkas O. M. O. B.

Gemeentekrediet

Totaal :

Bedrag der leningen

25. 172.500 2. 832.737 240. 317. 753

2. 027.363 52.960.997 1. 096.900 502.900 3.340.000 3.681. 100 637.000 403. 100 . 17.265.700

350.238.050

Nog te verrichten delging van kapi-taal op 31. 12. 1965

12.

106.

500

169.877

130.424. 551

121.579 30.750.631 658.491 30. 159 1. 849. 346 2. 213. 148

38.200

241.989

9.802.049 188.406.520

-

54

-B. Leningen met jaarlijkse schijven

Geldschieter 1. - Voor de algemene diensten :

N. M. K. N.

Gemeentekrediet

2. - Voor de bedrijven en de daarmede gelijkge-stelde diensten :

a) Bedrijf voor G. E. W. B. : Gemeentekrediet

b) Stedelijk Slachthuis : Gemeentekrediet c) Handelshaven :

Gemeentekrediet

d) Vissershaven ;

Gemeentekrediet e) Thermaal Instituut :

Gemeentekrediet

f) Stedelijke Werkhuizen :

Gemeentekrediet

Totaal :

Bedrag der leningen 59.000.000 399. 281. 574

93.430.065 10. 099.. 701 14.031. 700 19.694.800 13. 519.000 1. 848. 300 610.905. 140

Nog terug te betalen bedrag

op 31. 12. 1965 28.997.500

320.952.093

72.044.913 7. 746. 675 11.677.058 13.856. 861 11.659. 875 979. 807 467.914.782

Hoofdstuk V - Bezoldigingen en Pensioenen

1. BEZOLDIGINGEN A; Schalen

1. Raadsbesluit van 18. 12. 1964 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 18. 3. 1965)

a) Ingevolge een kaderwijziging wordt het barema van conciërge-hovenier geschrapt

en aan de nieuwe functie van "aangestelde openluchtcentrum" wordt het barema 1/76.000 - 109.000 gehecht.

b) Art. 28 c van het geldelijk statuut wordt toepasselijk gemaakt op de geschoolde werklieden die tot vakkundig toeziener bevorderd worden.

2. Raadsbesluit van 25. 1. 1965

a) Hierdoor worden twee stelsels ingevoerd, ni. de. zuivere compensatieschaal-regeling en de compensatieschaalcompensatieschaal-regeling naar het principalaatstelsel. Deze schikkingen laten toe aan een groot deel van het personeel toegang te verkrij-gen tot hogere schalen dan deze verbonden aan de graden waartoe zij benoemd werden mits het vervullen van bepaalde voorwaarden, dit met terugwerkende kracht op 1. 1. 1964 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 7. 5. 1965).

b) Vanaf 1. 1. 1965 worden alle barema's met 2 % verhoogd, zonder dat deze op-voering lager is dan 3.400 F (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 18.2. 1965).

c) Met terugwerkende kracht op 1. 7. 1962, kunnen :

a) de typisten, mits het vervullen van zekere voorwaarden de schaal 301 volgen ; b) de conducteur, architect en technisch ingenieur, na 12 jaar anciënniteit in de

schaal 242, de schaal 252 bekomen (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 18. 2. 1965)

55

-3. Raadsbesluit van 26. 2. 1965 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 1-3.5. 1965) Art. 16 bis wordt aan het geldelijk statuut van het personeel bedoeld bij de wet van 3. 6. 1957 toegevoegd, waardoor de diensten als dokmeester gepresteerd sedert 1. 5. 1948 beschouwd worden als behorende tot weddegroep III.

4. Raadsbesluit van 5.4. 1965 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 21. 5. 1965) De schalen van secretaris-ontvanger vismijn en hallchef vismijn worden met terugwerkende kracht op 1. 1. 1964 opgevoerd en respectievelijk vastgesteld als

^°**' * 11/122. 400 - 205. 200 H/112. 200 - 188. 100

Enkele functies (kashoudster badkom, contrôleuse en linnenvrouw) bekomen eenzelfde compensatieschaal als deze verbonden aan evenwaardige betrekkingen.

De rangnummers gehecht aan verscheidene barema's worden gewijzigd.

Enige nieuwe of gewijzigde schalen worden met 2 % en minstens 3.400 F opgevoerd vanaf 1. 1. 1965.

5. Raadsbesluit van 28. 5. 1965 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 27. 10. 1965) Met ingang van 1. 1. 1965 bekomen de bijzondere agenten de schaal 222.

6. Raadsbesluit van 27. 8. 1965

a) Bij de laatste herziening van de schaal van Havenkapitein-Directeur Vismijn, was een barema voorzien voor de huidige titularis, doch geen voor de latere titularis. Thans werd dit laatste barema bepaald op 111/245. 820- 369. 240

(goedgekeurd Hr. Gouverneur op 30.9. 1965).

b) Ingevolge het voorzien in het kader van een adjunct-vleeskeurder en een plaatsvervangende adjunct-vleeskeurder werd de vergoeding voor hun prestaties vastgesteld op 105 F (100 %) per uur of op 606 F (100 %) per dag (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 20.4. 1966).

7. Raadsbesluit van26. 11. 1965 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 23. 2. 1966) Met ingang van 1. 1. 1965 werd de diplomavergoeding van de bijzondere agenten van 2. 500 F op 2. 000 F per jaar teruggebracht.

Tevens werd art. 27 van het geldelijk statuut betreffende de diplomatoeslagen, aangepast.

De functie van schepen-bode bekwam een nieuw barema (1/72. 000 - 102. 000) met ingang van 1. 7. 1962 en een compensatieschaal (1/76. 000 - 109. 000) met ingang van 1. 1. 1964, mits dat zij geen vergoeding voor overwerk meer zullen verkrijgen.

De werkvrouw-ploegleidster van het Thermaal Instituut verkrijgt een vergoe-ding van 3. 000 F (100 %) per jaar, buiten het barema van werkvrouw.

Met ingang van 1. 1. 1965 wordt de forfaitaire uniformvergoeding van het politiepersoneel, dat het uniform bestendig draagt, vastgesteld op 5. 000 F per jaar zonder onderscheid van graad.

Jvlet ingang van 1. 1. 1965 wordt de jaarlijkse forfaitaire vergoeding voor overwerk van 4. 000 F en 3. 000 F toegekend aan de sluismeester en sluis-knechten afgeschaft.

8. Raadsbesluit van 24. 12. 1965 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 23. 2. 1966) Hoofdstuk III, nr. 5 van het raadsbesluit van 22. 1. 1965, betreffende de compensatieschalen wordt gewijzigd. Hierdoor wordt toegelaten dat het personeelslid dat het "zuiver compensatieschaalstelsel" volgt de vergoeding voor het uitoefenen van een hogere functie mag bekomen.

56

-B. Vergoedingen

1. Raadsbesluit van 22. 1. 1965 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 1.3. 1965) Art. 29 van het Organiek Reglement, handelend over de vergoeding voor overwerk wordt aangepast. Bij raadsbesluit van 25. 10. 1963 (overwerk) werd voorzien dat prestaties 's zaterdags geleverd als overwerk moeten beschouwd worden. Deze wijziging werd nu in de desbetreffende tabel opgenomen.

2. Raadsbesluit van 22. 10. 1965 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 1. 12. 1965) De Ie mecanograaf, die het diploma van toeziener technicus bezit, kan een diplomavergoeding bekomen.

3. Raadsbesluit van 26. 11. 1965 (goedgekeurd Hr. Gouverneur op 26. 11. 1965) De vergoeding voor het personeel dat de gebouwen- en woningtelling zal verrichten wordt vastgesteld op 58, 50 F.

C. Mobiliteit der bezoldiging en

De indexverhogingen van de weddeschalen, waarvan de nieuwe 100 % overeenstemt met de vroegere 117, 5 %, werden als volgt toegepast :

+ 10 % .vanaf 1. 1. 1965 + 12, 5 % vanaf 1. 8. 1965.

' Bezoldigingen of vergoedingen, die niet werden geherwaardeerd, werden uitgekeerd aan 129, 25 %, zij 10 % op 117, 5 % op 1. 1. 1965 en 132, 1875 % , zij 12,5 % op 117,5 % vanaf 1. 8. 1965.

D. Vergoedingen

1. De haard- en standplaatsvergoedingen, waarvan de grondbedragen respec-tievelijk 5. 000 F voor de bezoldiging tot 105.400 F (100 %), 2. 500 F voor de bezoldiging tot 129.400 F (100 %). en 2. 500 F voor de bezoldiging tot

105.400 F (100 %) en 1.250 F voor de bezoldiging 129.400 F (100 %) belopen volgden dezelfde mobiliteitsverhoging als de bezoldigingen.

2. Het bedrag van het individueel verlofgeld bleef ongewijzigd en bedroeg 4. 000 F, 3^ De coïïipensatiekas heeft de geboortetoeslagen uitgekeerd tegen de volgende

tarieven:

Kinderen Ie 2e

3e en volgende

vanaf 1. 1. 1965 7. 780 5.365 2.887

4. De gezinsvergoedingen werden als volgt vereffend : Kinderen vanaf 1. 1. 1965

vanaf 1.8. 1965 7.957 5.488 2.953

vanaf 1. 8. 1965

Ie 2e 3e 4e

5e en volgende

Grondbedrag 523,50 733 1.047,50 1.098,50 1.098,50

127 127 131 157 167

Grondbedrag 535,25 749,50 1.071,25 1. 123,25 1. 123,25

. 57

-Verhoging wegens leeftijd niet toe te kennen aan het jongste kind : van 6 tot 10 jaar : 115 117,50

van 10 tot 14 jaar : 201,75 van meer dan 14 jaar : 300

206,25 306,75

Het bijzonder tarief voor onbekwame.en-minder valiede kinderen bedraagt vanaf 1. 1. 1965 : 1. 500 F per maand en per kind

vanaf 1. 8. 1965 : 1. 534 F per maand en per kind.

Voor kinderen die studeren (geldige dagcursussen) wordt kinderbijslag betaald tot de leeftijd van 25 jaar.

E. Het totaal beloop der bezoldigingen en vergoedingen uitgekeerd over het het dienstjaar 1965 bedroeg :

187. 562. 239F en was als volgt ingedeeld : 1965 Werkliedenpersoneel :

Bedienden-politie- en brandweerpersoneel : Leerkrachten vakscholen : Andere leerkrachten o. a.

bewaar- en lagere scholen : wedden, bijwedden en

vergoe-dingen:

43.036.627 73.911.861 39.099.313

28.586.274 (x) 184. 634.075

achterstallen vorige dienstjaren

. 937.338 934.465 328.449

727.912 2.928. 164

(x) Hier dient opgemerkt dat het onderwijzend personeel van de lagere en de bewaarscholen, met ingang van 1. 4. 1965, hun hoofdwedde betaald werd door ons bestuur in plaats van door het ministerie. '

F. De pensipenbijdragen

Ingevolge het K. B. van 24-. 11. 1962 blijven de persoonlijke pensioenbijdragen dezelfde als deze afgehouden in 1964 :

Deze bijdragen belopen : 6 % indien de bezoldiging 88. 000 F en minder beloopt ;

6,5% indien de bezoldiging meer dan 88. 000 F bedraagt.

De werkgeversbijdrage beloopt 22 %.

G. De bijdrage aan de compensatiekas voor gezinsvergoedingen beliep per persoon 883, 75 F per maand of 35, 35 F per dag.

H. De verplichte verzekering tegen geneeskundige verzorging

Werd door het K. B. van 22. 3. 1965 ingevoerd voor alle benoemde personeelsleden.

-

58

-De werknemers- en werkgeversbijdrage bedraagt elk 2,5% van de bezoldiging beperkt tot 11.000 F (+ index) per maand. Bijdragebons worden aan het personeelslid afgeleverd, die ze moet indienen bij een mutualiteit.

De bijdragen moeten overgemaakt worden aan de Rijksdienst voor Maatschappelijke Zekerheid.

II. PENSIOENEN

*' * r*

Ingevolge de indexschommelingen ondergingen de rust- en

overlevings-pensioenen, evenals de pensioenen welke opgevoerd werden tot het gewaarborgd minimum bedrag van het ouderdoms- en overlevingspensioen volgende

wijzigingen :

+ 10 % vanaf 1. 1. 1965 + 1Z,5 % vanaf 1.8.1965.

De achterstallige pensioenen, over het tijdperk van 1. 7. 1962 tot 31. 12. 1963, welke voortvloeien uit de perekwatie vanaf 1. 7. 1962, werden vereffend.

Aan gepensioneerde leden van het lager onderwijs werd een bedrag van 1. 334. 526 F uitgekeerd, hoofdens aanvullende rustpensioenen voortvloeiende uit bijwedden.

De verplichte verzekering tegen geneeskundige verzorging werd ingevolge het K.B. van 22. 3. 1965 met ingang van 1.4. 1965 ook ingevoerd voor de gepensioneer-den. Alleen eenpersoonlijke bijdrage van 1,5 % is verschuldigd.

Deze inhouding is begrensd tot 11. 000 F (+ index) per maand en is anderzijds niet verschuldigd voor de pensioenen van minder dan 6. 250 F (+ index) per maand.

De afhouding wordt maandelijks aan de Schatkist overgemaakt.

A. Pensioenen betaald op stadsfondsen.

Gedurende het jaar 1965 genoten 48 personen een rustpensioen en 109 personen een overlevingspensioen.

De uitgekeerde bedragen van deze pensioenen met inbegrip der achterstallen over de periode van 1. 7. 1962 tot 31. 12. 1963 : beliepen respectievelijk

1. 121. 361 F en 2.622.990 F.

B. Overzicht der werking van de Stedelijke Pensioenkas.

'Rekening 1965

Ontvangsten: 54.058.595 F Uitgaven : 51.072. 286 F Overschot

2.986.309 F

Aantal gepensioneerden : Titelvoerders : 266 Weduwen : 233 Weeskinderen :

Hulpontvangenden : 2^

Totaal : 501

59

-Betaalde pensioenen aan : Titelvoerders

Anderen Totaal Bijdragen :

29.693.406 F 14.373.742 F 44.067. 148 F

9.729.690 F

33.803.881 F 1.577.539 F 45. 111. 110 F Korting op de bezoldigingen

Bijdrage der stad

Tussenkomst in deficiet Totaal

Aantal aangeslotenen : 1. 027

Gemiddeld bedrag van : pensioenen 87. 958 F korting 9.472 F bijdrage 32.915 F Opbrengst van kapitalen en grond : 1.216.911 F Bezit der kas

a) Beschikbaar op rekening op 31. 3

b) Titels : nominale waarde : 14.991. 365 F aankoopwaarde : 12. 801. 336 F beurswaarde :

c) Onroerende goederen :

777.661 F

13.945.645 F

Ligging

Oostende West Koksijde

Oostduinkerke Overijse (Genval)

Keerbergen (Mechelen)

(x) gemiddelde aankoopt

Oppervlakte

1,979563 Ha 2,603600 Ha 5,596400 Ha 6,218800 Ha 4,882652 Ha 21,281015 Ha aarde per ca.

Aankoopprijs . Totaal

994. 190 F 437.610 F 1.012.253 F 1.533.782 F 959.441 F 4.937.276 F

Per ca.

50,22 16,80 18,09 24,66 19,65 23,20 (x)

Hl. MAATSCHAPPELIJKE ZEKERHEID

In 1965 werden de bijdragen als volgt berekend

^-! *

îa;

-gy:A. Begrensd loon tot

%- 8. 800 F per maand X (9.000 F vanaf 1.7.65)

4! a) voor ziekte en :^; invaliditeit

!;? b) voor verzekering

!:*"' tegen werkloosheid

grB. Begrensd tot 12. 100 F

^ per maand (12. 375 F g- vanaf 1. 7. 1965)

g/ a) voor ziekte en

!'^ invaliditeit

^ b) gezinsvergoeding

'. Op onbegrensde be-zoldigingen

a) voor pensioenen b) voor betaald verlof

c) aanvullend betaald verlof

4:

t.r'

!</*'

. Begrensd tot 9. 225 F Per*maand (9. 450 F vanaf 1. 7. 1965)

Volgens voormelde tarieven werden volgende bijdragen aan R. M. Z.

gestort : ^

Werklieden

B e dienden

Werknemèrs bijdrage 653. 777 F

190.078 F

843.855 F

61

-Werkgever s bijdrage 1. 930. 228 F

495.532 F

2;425.760 F

Bedrag der bezoldiging waarop de bijdragen berekend worden.

6.488/256 F (begrensd tot 8. 200,

8.400, 8.600, 8. 800 & 9. 000)

6.389.520 F (begrensd tot 11.275,

11.550, 11.825, 12. 100 en 12. 375 vanaf 1. 10. 1962) 6.491. 123Anbegrensd.

2. 126. 079F(begrensd tot 8. 200, 8.400, 8.600, 8. 800 en 9. 000) 2.377. 755F(begrensd tot 11.275,

11.550, IL 825,'12. 100 en 12.375) .

2. 229. 260F(begrénsd tot 8. 600, 8.800, 9.025, 9. 225 en 9.450)

IV. AANTAL PERSONEELSLEDEN IN STADSDIENST (ZONDER-HET PERSO-. * NEEL VAN HET BEDRIJF GPERSO-. EPERSO-. WPERSO-. B J ;

Onderstaande tabel duidt aa.n hoeveel personeelsleden er op het einde van ieder kwartaal :

1) Aangesloten waren bij de Stedelijke Pensioenkas en de Kas voor Weduwen en Wezen (voor deze laatste kas betreft het personeel der technische en

lagere scholen) ;

-2) Onderworpen waren aan het stelsel der Rijksmaatschappelijke Zekerheid ; 3) Aan geen enkele kas aangesloten waren (tijd. en interimair onderwijzend

personeel) ; 4) In dienst waren :'

Tijdstippen

Einde Ie kwart.

Einde 2e kwart.

Einde 3e kwart.

Einde 4e kwart.

Aangesloten bij de Stedelijke Pensioen-kas, Kas voor

We-duwen en Wezen.

P. K.' 752

Onderworpen aan het stelsel der

Maatschappelijke

Tijd. en interim,

'''.^

Hoofdstuk VI - Verzekering A.' WERK- EN SCHOOLONGEVALLEN

1. Bezoldigingen :

Werklieden en werkvrouwen : Tewerkgestelde werklozen : Ander verzekerd personeel : Totaal : 2.. Betaalde premie :

3. Aantal ongevallen :

48. 107. 394 F 63.247.685 F 111.355.079 F

2. 475. 754 F (1)

Met niet bestendige werkonbekwaamheid ; 397 Met bestendige werkonbekwaamheid :

Dodelijke : -T otaal

4. Verloren werkdagen : 1. 170 5. Ontvangen vergoeding :

6.. Aantal verzekerden :

Werklieden en andere : Onderwijzend personeel : Leerlingen : Totaal :

B. BRAND

1. Verzekerde waarde : 2. Betaalde premie : 3. Aantal ongevallen : 2 4. Ontvangen vergoeding :

397

389.692 F

776 439 6.547 7.762

1. 122.652.350 F 386.768 F (2)

13.816 F

C. VOERTUIGEN : BRAND EN BURGERLIJKE VERANTWOORDELIJKHEID 1. Verzekerde waarde :

Brand en materiële schade Burgerlijke aansprakelijkheid 2. Betaalde premie :

3* Aantal ongevallen : 33 4. Ontvangen vergoeding :

29. 134.200 F onbeperkt

632.202 F (3)

97.805 F

63