• No results found

Toekomstperspectieven

In document Waterschappen in woelig water (pagina 56-60)

Hoofdstuk 4 Op weg naar een regionale waterautoriteit

4.5 Toekomstperspectieven

Naar aanleiding van de verkiezingsprogramma‟s die door de politieke partijen gepresenteerd zijn, ligt afschaffing van de waterschappen als vierde bestuurslaag in de lijn der verwachting voor de nabije toekomst. De meeste politieke partijen streven naar het samengaan van provincies en waterschappen in landsdelen. Dit middenbestuur krijgt grote invloed op de ruimtelijke ordening en

Hoofdstuk 4 Op weg naar een regionale waterautoriteit

57 daarmee ook op water. Door waterschappen en provincies samen te voegen kunnen kosten worden bespaard, maar zal er nog steeds veel overleg nodig zijn. Het overleg zal dan niet extern plaatsvinden, maar intern. Ook de grondwetwijziging die nodig is om tot landsdelen te komen, maakt het vormen van landsdelen gecompliceerd. Uit gesprekken met diverse medewerkers van waterschappen komt ook de vrees naar voren dat de Nederlandse bedrijven in de watersector een klap krijgen. Het internationale aanzien van de Nederlandse waterbeheersector zou dalen als gevolge van de afschaffing van waterschappen. Ten slotte zijn de koersen die politieke partijen varen aan verandering onderhevig en is het goed mogelijk dat de standpunten over afschaffing van de waterschappen nog worden aangepast.

Er bestaan dan ook andere toekomstperspectieven dan afschaffing, bijvoorbeeld nog verdere schaalvergroting. Aangezien alle belanghebbenden (UvW en politieke partijen) vóór schaalvergroting van de waterschappen lijken te zijn, lijkt niets dit toekomstscenario nog in de weg te staan. De huidige indeling van waterschappen is gemaakt op basis van regionale stroomgebieden. Door schaalvergroting kan deze praktische indeling veranderen, wat de doelmatigheid van waterschappen niet ten goede zou komen. In het rapport van de Werkgroep Brede Heroverweging „Openbaar Bestuur‟ wordt schaalvergroting van waterschappen genoemd als mogelijkheid voor de toekomst. De werkgroep ziet in schaalvergroting een goede mogelijkheid voor kostenbesparing. Doordat de rijksbegroting een groot tekort kent, zal schaalvergroting van de waterschappen de komende tijd zeker serieus worden bekeken.

Malenstein (1993) ziet mogelijkheden voor de ontwikkeling van waterschappen in de richting van natuurschappen of zelfs milieuschappen. Reden hiervoor is dat waterschappen steeds meer met ecologie, natuur en milieu te maken krijgen. Malenstein geeft wel aan dat waterschappen mogelijk zelf niet deze kant op willen ontwikkelen. Een reden hiervoor is dat de waterschappen hun waardevolle functionele karakter verliezen (Havekes, 2008).

Waterschappen zien voor zichzelf een toekomst als „regionale waterautoriteit‟, dit blijkt uit de verschillende beleids- en toekomstdocumenten (beheerplannen) van waterschappen, maar ook uit de toekomstvisies die door de UvW zijn opgesteld (UvW en PWC, 2008, en UvW, 2010). In deze eigen koers die de waterschappen varen, wordt gestreefd naar meer openheid, bekendheid en zeggenschap over alles dat met water of de belangen van het waterschap te maken heeft op regionaal niveau. Een medewerker van waterschap Noorderzijlvest benadrukt dat de waterschappen niet alleen meer openheid, bekendheid en meer zeggenschap proberen te bereiken met het worden tot een regionale waterautoriteit: “De waterschappen richten zich met

het worden tot een regionale waterautoriteit ook op het besparen van kosten, bijvoorbeeld door intensievere samenwerking met andere (overheids)organisaties.” Waterschappen willen de status van regionale waterautoriteit bereiken door middel van professionalisering (doelgerichtheid en kwaliteit), betrouwbaarheid en het in huis halen van meer kennis op verschillende gebieden

58

(UvW, 2010). De waterschappen hopen door deze veranderingen door te voeren, ook dat de kloof tussen burgers en overheid kleiner wordt. Dit lijkt hard nodig te zijn: “Burgers hebben vaak

geen idee waar waterschappen zich mee bezig houden”, zo stelt de projectleider van gebiedsontwikkeling De Scheeken. Waterschappen zien deze rol als „regionale waterautoriteit‟ voor zichzelf weggelegd, omdat zij “democratisch gelegitimeerd zijn, professioneel en

bedrijfsmatig werken en uitvoeringsgericht zijn” (UvW, 2010, p. 4). Uitgangspunt van de waterschappen blijft wel dat effectiviteit uiteindelijk belangrijker is dan bekendheid. De waterschappen willen dus ten eerste effectiever en efficiënter werken en ten tweede meer kennis inbrengen in projecten en kwalitatief betere adviezen geven aan gemeenten en provincies. Hiermee probeert het waterschap zowel gehoor te geven aan de vraag naar kostenbesparing, als de vraag om het waterbelang te blijven behartigen door inbreng van kennis en kwaliteit in tijden van klimaatverandering. Deze oplossingen komen samen in de vorm van één regionale waterautoriteit (zie figuur 4.3). Omdat de waterschappen anno 2010 nog niet gezien worden als regionale waterautoriteit, blijft het dilemma nog voortbestaan.

Figuur 4.3 De regionale waterautoriteit als product van het dilemma tussen kostenbesparing en de vraag naar meer kennis en expertise

Deze ambitie van de waterschappen kan samengaan met schaalvergroting van de waterschappen. Schaalvergroting kan immers worden aangegrepen om de bekendheid van de waterbeheerder te vergroten. Wanneer provincies en waterschappen worden samengevoegd tot landsdelen en de waterschappen dus worden opgeheven, zullen waterschappen de strijd om een „regionale waterautoriteit‟ te worden moeten opgeven. De waterbelangen worden dan behartigd door een brede organisatie, waar naast de waterbeheertaak ook tijd en geld wordt gestoken in andere taken.

Het politieke klimaat is daarmee van groot belang voor de toekomst van waterschappen. De huidige politieke context maakt het waterschappen ook lastig om te blijven streven naar de wording tot een „regionale waterautoriteit‟, omdat de toekomst van het waterschap in de politiek hevig wordt bediscussieerd. Bovendien zijn er diverse mogelijkheden voor hervorming van het waterschapsbestel. Onzekerheid viert hoogtij als het gaat om de toekomst van waterschappen.

Hoofdstuk 4 Op weg naar een regionale waterautoriteit

59

4.6 Resumé

In dit hoofdstuk is de context waarin waterschappen zich bevinden behandeld. In paragraaf 4.2 is het begrip waterschap behandeld, een korte ontstaansgeschiedenis van waterschappen geschetst en het huidig takenpakket dat waterschappen hebben, omschreven. In paragraaf 4.3 is vervolgens ingegaan op vier recente ontwikkelingen in de waterschapswereld die grote gevolgen hebben gehad voor het huidige takenpakket van het waterschap. De vier ontwikkelingen die behandeld zijn, zijn: veranderend takenpakket, stroomgebiedbenadering, opschaling en water als ordenend principe. In paragraaf 4.4 is de politieke context uiteengezet. Er worden veel discussies gevoerd over de strijd tussen waterveiligheid en kostenbesparing. Deze discussies lijken voorlopig nog niet op te houden. In paragraaf 4.5 zijn drie mogelijke toekomstperspectieven van waterschappen geschetst: opschaling, afschaffing en het worden tot een „regionale waterautoriteit‟. De toekomst van waterschappen is weliswaar niet voorspelbaar, maar het is waarschijnlijk dat waterschappen in een andere vorm verder gaan, aangezien alle betrokkenen op één van de drie toekomstscenario‟s richten.

Nu de context waarin waterschappen zich bevinden uiteen is gezet, kan in de volgende hoofdstukken worden ingegaan op de casestudies van gebiedsontwikkelingsprojecten in de beheergebieden van de waterschappen Noorderzijlvest, De Dommel en Hunze en Aa‟s.

60

Hoofdstuk 5 Case: Dwarsdiep

In document Waterschappen in woelig water (pagina 56-60)