• No results found

TNS NIPObase CAWI

In document Hoezo luistert de overheid (niet)? (pagina 101-105)

Directe democratie kan aanvullen

Bijlage 2: TNS NIPObase CAWI

TNS NIPObase CAWI is een database van huishoudens die over een pc en internettoegang beschikken en die zich bereid hebben verklaard met enige regelmatig aan onderzoek mee te werken. Bij CAWI (Computer Assisted Web Interviewing) werken respondenten via hun eigen (multimedia) pc mee aan allerlei soorten onderzoek. Via een e- mailbericht worden respondenten uitgenodigd om aan het online onderzoek deel te nemen. De respondent kan de online vragenlijst vervolgens via een link in de e-mail starten op een moment dat het hem uitkomt, zonder tussenkomst van een enquêteur of interviewer.

TNS NIPObase CAWI onderscheidt zich op het punt van de werving van de respondenten van andere grootschalige (internet)panels van collega-onderzoeksbureaus. Wervingseffecten kunnen leiden tot een selectiebias. Om wervingseffecten te minimaliseren wordt veel aandacht besteed aan de manier waarop respondenten geworven worden voor TNS NIPObase CAWI. Bijna de helft van het actieve bestand is afkomstig via het werven via de traditionele datacollectiemethoden. Bij de diverse monde-linge en telefonische omnibussen van het NIPO wordt de bereidheid voor deelname aan TNS

NIPObase CAWI getoetst. Bij al deze onderzoeken is sprake van random sampling: ieder persoon uit de samenleving heeft in principe een even grote kans om in de steekproef te komen. Dit geldt niet voor panels waarbij de leden zichzelf kunnen aanmelden. Zelfaanmelding bij TNS NIPObase is niet mogelijk.

Naast de traditionele datacollectiemethoden is bijna eenderde geworven via aangekochte databestan-den. Dit om extra effort te kunnen steken in het verwerven van ‘moeilijke’ doelgroepen zoals allochtonen of personen waar de pc-penetratie laag is (zoals ouderen en lager opgeleiden). Om deze

‘moeilijk’ groepen te bereiken wordt tevens gebruik gemaakt van de zogenaamde ‘sneeuwbalmetho-de’. Hierbij worden respondenten gevraagd of zij anderen kennen die mee zouden willen doen aan onderzoek. Of wordt in een onderzoek de vraag gesteld of de respondent als vast lid van het panel zou willen optreden. Dit ter voorkoming van een selectiebias, die op kan treden bij zelfaanmelding.

Panelbeheer

Er zijn binnen TNS NIPO verschillende afdelingen die ervoor zorgen dat de kwaliteit van de database en het veldwerk gewaarborgd worden. Zo is er een aparte afdeling die zich bezighoudt met steekproef-trekking (afdeling sampling). Daarnaast zorgt de afdeling CAWI voor het klaarzetten en uitsturen van de onderzoeken, zorgt de afdeling Technical Support voor alle benodigde technische ondersteuning voorafgaand aan en tijdens het veldwerk en is er de afdeling Planning & Control die zich bezighoudt met de monitoring en coördinatie van alle onderzoeken.

De verschillende afdelingen maken gebruik van een database-beheerprogramma dat aangeeft wie, wanneer over welke onderwerpen heeft meegewerkt. Dit om een evenwichtige belasting van de panelleden te waarborgen en eventuele beïnvloeding van het één en door het andere onderzoek uit te sluiten. Bovendien geldt deze uitsluiting voor het hele huishouden. Het streven is dat respondenten maximaal één keer per maand worden ingezet voor onderzoek.

Respondenten kunnen met hun vragen en opmerkingen terecht op de speciale respondentenwebsite (met onder andere antwoorden op FAQ’s en met informatie en resultaten van onderzoeken), ze kunnen e-mailen of telefonisch contact zoeken met de helpdesk.

Panelleden worden per onderzoek beloond en wel afhankelijk van de duur van de vragenlijst. De beloning bestaat uit een systeem waarmee men tegoeden opbouwt voor cadeaubonnen die te besteden zijn bij Bol.com, Free Record Shop of Blokker. Verder kan men Airmiles sparen of de gift doorgeven aan een goed doel. Een indicatie: een vragenlijst van 15 min levert een tegenwaarde op van circa € 2,50.

De respons per onderzoek ligt gemiddeld rond de 80%.

Omvang en samenstelling van het panel

Inmiddels telt TNS NIPObase CAWI ruim 144.000 respondenten, verdeeld over 59.000 huishoudens. In onderstaande tabel zien we een weergave van de achtergrondkenmerken waarop voor het campagne-effectonderzoek wordt gestratificeerd en gewogen en de samenstelling van TNS NIPObase CAWI voor die kenmerken.

5 | Samenstelling steekproef TNS NIPObase CAWI in vergelijking met landelijke gegevens

Landelijk (bron: Gouden standaard) TNS NIPObase CAWI

% %

Geslacht

Man 49,1 49,3

Vrouw 50,9 50,7

Leeftijdsklassen

18-34 29,2 26,9

35-49 30,2 34,5

50+ 40,6 38,7

Opleidingsklassen

Lager 23,3 13,9

Middelbaar 48,4 57,0

Hoger 28,0 28,5

Nielsen

Drie grote steden 15,4 12,2

Rest West 28,9 31,7

Noord 10,5 11,0

Oost 20,8 20,9

Zuid 24,4 24,1

Gezinsgrootte

1 persoon 19,2 8,6

2 personen 36,0 38,3

3 personen 16,8 16,7

4 personen 18,4 24,6

5+ personen 9,5 11,8

Landelijk (bron: NOM Print Monitor,

november 2004 t/m oktober 2005) TNS NIPObase CAWI

% %

Internetgebruik

Laag of niet (t/m 90 minuten per week) 29,5 22,8

Midden (91 minuten t/m 6 uur per week)

31,9 27,2

Hoog (meer dan 6 uur per week) 38,6 50,0

Type internetverbinding

Analoge telefoonbinding Niet bekend 3,1

ADSL of andere DSL Niet bekend 54,1

Kabel Niet bekend 39,8

Overig Niet bekend 2,9

In de tabel zien we dat voor geslacht, leeftijd en Nielsen regio het panel zeer representatief is. Ook voor opleiding en gezinsgrootte zijn er geen grote afwijkingen. Opvallend is de internetfrequentie:

zoals te verwachten bij een access panel, zien we een oververtegenwoordiging van heavy users. Deze oververtegenwoordiging is echter niet bijzonder groot (50% in het panel versus 39% in de werkelijk-heid). Hierdoor is het voor TNS NIPO geen probleem om een steekproef te trekken die ook representa-tief is naar mate waarin men van internet gebruik maakt.

Ook het NOPVO (juni 2006) ondersteunt de evenwichtige samenstelling van TNS NIPObase CAWI. Daaruit bleek dat, zonder te quoteren vooraf, de ongewogen netto steekproef van TNS NIPObase CAWI de werkelijk-heid bijna perfect benaderde op de vier meegenomen criteria (geslacht, leeftijd, voltooide opleiding en Nielsen regio).Daarnaast bleek het gemiddeld aantal uur waarin de respondenten per week gebruik maken van internet, behoorlijk lager dan het gemiddelde.

Allochtonen

De CBS / MOA definitie van niet-westerse allochtonen luidt: de hoofdkostwinner en/of één van beide ouders is in een ander (niet-westers) land geboren. In onderstaande tabel zijn de aantallen niet-wes-terse allochtonen in TNS NIPObase CAWI naar achtergrondkenmerken weergegeven.

Hierbij worden volgens de CBS definitie weergegeven:

• Landelijk cijfers (bron: Gouden standaard)

• Aandelen allochtonen in TNS NIPObase CAWI

6 | Aantallen allochtonen naar achtergrondkenmerken in TNS NIPObase CAWI

Landelijk (bron: Gouden standaard) TNS NIPObase CAWI

% %

Turks 2,0 0,8

Marokkaans 1,7 0,4

Surinaams 1,9 0,8

Antilliaans 0,8 0,4

Overig niet-westers 3,1 1,4

Op dit moment zijn ‘de allochtonen’ niet voldoende vertegenwoordigd in TNS NIPObase CAWI. Deze groep blijkt een moeilijke doelgroep om te selecteren voor onderzoek. Dit wordt ondermeer veroor-zaakt door taalproblemen, lage internet penetratie, lage penetratie vaste telefoon en onbekendheid met marktonderzoek.

In document Hoezo luistert de overheid (niet)? (pagina 101-105)