• No results found

Therapieën en methodes .1 BOX en FIKS

4.1 Resultaten literatuurstudie

4.2.2 Therapieën en methodes .1 BOX en FIKS

Om de leesproblemen van PMA te ondersteunen en te verbeteren gebruiken de logopedisten therapieën en methodes. Eén logopedist geeft aan FIKS te gebruiken en drie logopedisten gebruiken het programma BOX. Eén logopedist die BOX gebruikt, geeft aan dit niet vaak te doen: “Het komt weleens voor dat we oefeningen uit BOX gebruiken, maar we proberen dit programma zo min mogelijk in te zetten.” De logopedist geeft als reden hiervoor dat BOX bewezen effectief is in de stoornisgerichte fase tot ongeveer een halfjaar na het krijgen van de taalstoornis afasie, terwijl er in de afasiecentra “functioneel getraind wordt. Hier zitten PMA in de participatiegerichte fase.” Vijf logopedisten geven aan dat ze wel ideeën of therapieën gebruiken uit de literatuur, maar dat ze deze zelf aanpassen: “We gebruiken wel gedachtegoed die uit de literatuur afkomstig is, maar ik zou nooit een werkboek gebruiken wat je stap voor stap doorloopt. Dat komt omdat de ontwikkeling van de cliënten gewoon grillig is en bij

41 iedereen anders is.” De logopedisten die BOX gebruiken, geven om die reden aan dat ze de oefeningen aanpassen: “We gebruiken wel oefeningen van bijvoorbeeld de BOX methode en vaak kun je dan wel het idee van de oefeningen gebruiken, alleen sluit ik liever qua woorden aan bij de interesse van de cliënten. Je kunt wel de soort oefening gebruiken, alleen pas ik dan meestal de inhoud van de woorden aan, zodat het aansluit.” Op deze manier zetten de logopedisten BOX als een middel in: “We willen de oefeningen zo praktisch mogelijk maken door een koppeling te maken met het dagelijks leven.”

4.2.3 Strategieën

Logopedisten gebruiken naast methodes en therapieën ook strategieën om PMA te

ondersteunen met het bereiken van hun persoonlijke doelen Zoals al eerder vermeld is, is een strategie een manier om met het leesprobleem om te gaan. In Tabellen 5 en 6 is een overzicht te vinden van de gebruikte strategieën die zijn geëvalueerd aan de hand van de criteria.

4.2.3.1 Woordspin

Drie logopedisten stellen dat een woordspin een handige strategie is om mee te werken op zinsniveau: “Begrijpend lezen doen we door een woordspin te maken aan de hand van een aantal korte zinnen.” Met de woordspin kunnen PMA associaties en verbanden leggen tussen woorden. De PMA maken dan bijvoorbeeld een woordspin vanuit het woord ‘school’.

Hierdoor activeren ze ook andere woorden die bij ‘school’ horen, zoals ‘leraar’ of ‘boeken’.

De woordspin wordt door de logopedisten gebruikt voor het begrijpen van korte zinnen, maar kan ook gebruikt worden op woordniveau.

Bij de evaluatie van de woordspin aan de hand van de criteria valt op dat de woordspin vooral traint in het ophalen van de woordbetekenis, omdat de PMA moeten begrijpen met welk woord ze een woordspin maken. Het ophalen van de woordbetekenis is daarbij

42 noodzakelijk, want anders kunnen de PMA geen associaties maken met gerelateerde woorden.

De woordspin oefent ook met het herkennen van grafemen van het woord waar PMA de woordspin van moeten maken. De logopedisten hebben zelf invloed op de voorstelbaarheid en frequentie van de woorden waarmee PMA een woordspin moeten maken, omdat de

logopedisten de woordspin aan kunnen passen met voorspelbare en frequente woorden.

Hierdoor kan de strategie in moeilijkheid variëren. Voor het gebruiken van de woordspin is geen visuele ondersteuning of hulpmiddel nodig, maar PMA moeten wel in staat zijn om woorden te kunnen schrijven. De woordspin is individueel het gemakkelijkst om uit te voeren.

Het is mogelijk om de woordspin te maken in kleine groepjes. PMA kunnen dan overleggen waarmee ze het woord associëren. Het is niet bekend of de strategie effectief is voor PMA.

4.2.3.2 Woorden segmenteren

Twee logopedisten noemen het segmenteren van woorden als strategie. Ze geven aan dat het segmenteren plaatsvindt door het “afdekken van bepaalde woorddelen wat kan leiden tot spellend lezen”. Het idee erachter is dat PMA meer aandacht richten op het lezen van de grafemen door het segmenteren. Dat kan PMA helpen, omdat ze volgens een logopedist “een deel van het woord soms niet zien of overslaan”. Of het segmenteren zorgt voor meer

aandacht voor het woorddeel is niet bewezen, maar het zorgt er in ieder geval voor dat PMA oefenen met het herkennen van grafemen. Uiteindelijk zullen PMA wel het woord moeten herkennen en de woordbetekenis van het woord moeten ophalen na het segmenteren, maar dit is niet de kern van de oefening. De focus ligt op het herkennen van grafemen. Logopedisten kunnen zelf kiezen welke woorden PMA segmenteren, waardoor ze PMA kunnen laten oefenen met voorstelbaarheid en frequentie van woorden. Hierbij kan ook rekening gehouden worden met de persoonlijke relevantie van woorden voor PMA. De strategie is afkomstig uit het onderwijs. PMA kunnen woorden afdekken met papier of met hun hand, dus visuele

43 ondersteuning of een elektronisch hulpmiddel is voor deze strategie niet nodig. Het is het meest praktisch als de strategie individueel wordt uitgevoerd, omdat het segmenteren voor iedere PMA anders kan werken.

4.2.3.3 Matchen van woord en afbeelding

Vier logopedisten geven aan dat zij het matchen van woorden en afbeeldingen als strategie gebruiken om PMA te ondersteunen met het leesprobleem: “Dan heb je heel veel

afbeeldingen en heel veel woorden en die moet je dan aan elkaar koppelen. Dat is natuurlijk ook woordbegrip, maar het is niet echt een methode.” Door het matchen van een woord aan een afbeelding leren PMA een visueel concept te maken bij het woord. Ze moeten de

grafemen van het geschreven woord kunnen herkennen om vervolgens een betekenis op te kunnen halen. Daarna kunnen ze de afbeeldingen aan het woord koppelen. Eén logopedist geeft aan dat de afbeeldingen PMA een extra steuntje in de rug geven om een beeld te vormen bij het woord. Om met het koppelen van woorden en afbeeldingen te oefenen zijn er online oefenbladen beschikbaar, maar logopedisten geven aan dat ze de oefeningen ook zelf maken zodat ze de afbeeldingen en woorden kunnen aanpassen op relevantie (zie Tabellen 5 en 6).

Bij evaluatie van deze strategie valt op dat de moeilijkheidsgraad van de oefening kan worden opgebouwd door het gebruik van voorstelbare en hoogfrequente woorden. Voor de

oefeningen is visuele ondersteuning met afbeeldingen nodig. Er hoeft geen elektronisch hulpmiddel gebruikt te worden bij deze strategie. Het matchen van een woord aan een

afbeelding is niet bewezen effectief voor PMA. Logopedisten geven aan dat PMA individueel oefenen met deze strategie.

44 4.2.4 Hulpmiddelen

4.2.4.1 Luidsprekerfunctie

Om het lezen te vermijden gebruiken logopedisten hulpmiddelen zoals een luidsprekerfunctie:

“Ze kunnen dan op de computer woorden laten uitspreken.” Deze strategie vermijdt het lezen, maar kan er wel voor zorgen dat PMA de tekst of woordenreeks kunnen begrijpen. Het herkennen van grafemen is hier niet voor nodig, omdat de luidsprekerfunctie de woorden auditief aanbiedt. Het ophalen van de woordbetekenis is wel van belang, waarbij

voorstelbaarheid en woordfrequentie een rol spelen. Dit is echter op auditief begrip en niet op leesbegrip. PMA kunnen zelfgekozen relevante woorden of zinnen laten uitspreken. Het is daarom praktisch als het hulpmiddel individueel wordt gebruikt. Er is een elektronisch apparaat nodig om de functie te gebruiken, omdat “de luidsprekerfunctie bijvoorbeeld op de iPad zit.”. Om de woorden of zinnen in te voeren, moeten PMA woorden goed kunnen spellen en intypen. Het hulpmiddel is niet bewezen effectief voor leesbegrip van PMA en het is ook niet bekend uit welke discipline het hulpmiddel afkomstig is. Er zijn applicaties die luidsprekerfuncties aanbieden, zoals Storytell. Hier leest de applicatie boeken voor. Dit is niet op woordniveau, maar kan wel uitkomst bieden voor PMA die graag de inhoud van een boek willen begrijpen.