• No results found

Er volgen nu een aantal vragen over de tekst die je net gehoord hebt. Schrijf op- of vul in wat jij denkt dat het beste antwoord is.

In hoeverre heb je de inhoud van de tekst begrepen?

In hoeverre vond je het leuk om de tekst proberen te begrijpen?

Schrijf hieronder op in 1 zin wat volgens jou de kernboodschap van de tekst is:

We willen nu kijken hoeveel je van de tekst hebt begrepen. Klik bij de volgende vragen telkens op het antwoord dat volgens jou juist is.

Het oordeel dat “de zon morgen niet opgaat” is:  Een feitelijk verband

 Een ideële relatie

 Een denkbeeldige verhouding  Een reële samenhang

Het oordeel dat “de zon morgen wel opgaat”  kan niet logisch bewezen worden

 kan wel logisch bewezen worden

Het oordeel “dat drie maal vijf gelijk is aan de helft van dertig” is  Een ideële relatie

 Een feitelijk verband

 Een denkbeeldige verhouding  Een reële samenhang

Het oordeel dat “het vierkant op de schuine zijde van een driehoek gelijk is aan de som der vierkanten op de rechthoekzijden” is waar…

 Tenzij in de natuur geen driehoeken of vierkanten zouden voorkomen  Ook als er in de natuur geen driehoeken of vierkanten zouden voorkomen Alle redeneringen die feitelijke verbanden betreffen, lijken gebaseerd te zijn op  De relatie van oorzaak en gevolg

 Ons geheugen en onze zintuigen  Wezenlijke relaties

 Fundamentale samenhang

Warmte en licht zijn volgens de tekst begeleidende effecten van  Menselijke aanwezigheid

 Vuur  De zon  De natuur

36 Geometrie, algebra en rekenkunde behoren tot wetenschappen gebaseerd op..

 Ideële relaties  Feitelijke verbanden  Reële samenhang

 Denkbeeldige verhouding

De wetenschap Psychologie zou volgens de tekst gebaseerd zijn op..  Feitelijke verbanden

 Ideële relaties  Reële samehhang

 Denkbeeldige verhouding

Fillertaak

Je krijgt nu een deel van de ingesproken tekst te lezen. Het is belangrijk dat je de tekst goed doorleest. Na 2,5 minuut gaat de pagina automatisch naar de volgende pagina.

Alle objecten van rationeel menselijk onderzoek laten zich gemakkelijk in twee soorten verdelen, namelijk ideële relaties en feitelijke verbanden. Geometrie, algebra en rekenkunde behoren als wetenschappen tot de eerste soort. Trouwens elke bewering die intuïtief of na een inzichtelijke bewijsvoering onomstotelijk vaststaat behoort hiertoe. “Dat het vierkant op de schuine zijde van een driehoek gelijk is aan de som der vierkanten op de rechthoekzijden” is een oordeel dat een relatie uitdrukt tussen deze figuren. “dat drie maal vijf gelijk is aan de helft van dertig” drukt een relatie uit tussen deze getallen. Oordelen van deze soort komen tot stand louter door de werking van het denken, onafhankelijk van wat er in het heelal werkelijk bestaat. Al zou er nooit een cirkel of driehoek in de natuur voorkomen, dan zouden de waarheden, die door Euclides zijn bewezen, hun zekerheid en evidentie blijven behouden.

Feitelijke verbanden, die het tweede soort objecten van het menselijke denken vormen, worden niet op dezelfde wijze vastgesteld; en onze zekerheid omtrent de waarheid ervan is niet van gelijke aard, hoe groot die ook is. Het tegenovergestelde van elk feitelijk verband is immers altijd mogelijk, omdat het nooit een tegenspraak inhoudt en door de geest met eenzelfde gemak en scherpte bedacht kan worden alsof het eveneens met de werkelijkheid overeenkomt. “Dat de zon morgen niet opgaat” is een oordeel dat niet minder begrijpelijk is en niet meer tegenspraak bevat dan de bevestiging “dat zij wel zal opgaan”. Een poging de onwaarheid hiervan logisch te bewijzen zou daarom tevergeefs zijn. Zou het inzichtelijk onwaar zijn, dan zou het een tegenspraak bevatten en nooit scherp door de geest gedacht kunnen worden.

Opletvraag

Dit is een heel ander type vraag. Je moet deze vraag overslaan. Deze vraag is alleen bedoeld om ervoor te zorgen dat je oplet en de instructies leest. Geef dus geen antwoord op de vraag over hoe jij je vandaag voelt in vergelijking met een normale dag. Je moet dus doorgaan naar de volgende vraag zonder deze vraag te beantwoorden.

In hoeverre voel jij je vandaag slechter of beter dan op een doorsnee-gewone dag? ______ Plaats de slider op de plek die aangeeft in hoe jij je voelt

Manipulatiecheck

37 Viel je iets op gedurende het luisteren naar de tekst?

 Ja  Nee Wat viel je op?

Viel je wat op aan de manier waarop de tekst werd voorgelezen?  Ja

 Nee

Wat viel je op aan de manier waarop de tekst werd voorgelezen?

Wat vond je het meest opvallend aan de manier hoe de tekst werd voorgelezen?  De stem van de spreker

 Het volume van het geluidsfragment

 De snelheid waarmee de tekst werd voorgelezen  Iets anders, namelijk…

Was er iets dat je opviel aan de stem van de spreker?  Ja

 Nee

Wat viel je op aan de stem van de spreker?

Hoe sympathiek vind je de persoon die het fragment heeft ingesproken?

Vond je dat de persoon die de tekst voorlas een bepaalde emotie uitte?  Ja

 Nee  Geen idee

Als je terugdenkt aan de stem van de spreker, welk van onderstaande opties kenmerkt het beste de stem van de spreker?

 Blij  Boos  Verdrietig  Bang

 iets anders namelijk… In hoeverre vond je de stem blij?

In hoeverre vond je de stem neerslachtig?

In hoeverre had de stem van de lezer een invloed op hoe jij je voelde?

In hoeverre voelde jij je beter of slechter als gevolg van de stem van de lezer?

38 Heb je al eerder aan een onderzoek deelgenomen waarbij je naar deze tekst moest luisteren?

 Ja  Nee

 Weet ik niet meer zeker

Debriefing

Beste Deelnemer,

Bedankt voor je deelname aan dit onderzoek. We zullen je nu nog het een of ander vertellen over dit onderzoek. Niet alles hebben we van tevoren kunnen mededelen omdat dit ongewenste gevolgen had kunnen hebben op de uitkomsten. Het doel van dit onderzoek is om te kijken hoe mensen tijdens een moeilijke taak (het begrijpen van een filosofische tekst) reageren op incidentele positieve signalen. Alle deelnemers hebben naar dezelfde tekst geluisterd. Bij sommige deelnemers was de tekst ingesproken met een licht vrolijke stem en bij andere deelnemers met een neutrale/licht verdrietige stem. We willen graag weten of deelnemers zich beter gaan voelen als zij de vrolijke stem hebben gehoord. Dit onderzoek is bedoeld om beter te leren begrijpen hoe mensen tijdens moeilijke situaties (bijvoorbeeld tijdens moeilijke taken) hun stemming reguleren. Als onze verwachtingen uitkomen zou dat betekenen dat incidentele positieve signalen een bron zijn om zich beter te gaan voelen.

We willen je vriendelijk vragen om niet over dit onderzoek met anderen te praten terwijl het

onderzoek nog gaande is. Als de deelnemers op de hoogte zijn van de positiviteit van de stem zou dat de resultaten negatief kunnen beïnvloeden. Hartelijk dank voor je begrip en medewerking.

Wanneer je nog vragen hebt, twijfel dan niet om deze te stellen aan de uitvoerende onderzoeker, Geerte van Kesteren (student Mastertrack Psychologie van Gezondheidsgedrag; e-mail:

geerte.vankesteren@student.uva.com) of aan de verantwoordelijke hoofdonderzoeker, Dr. Nils Jostmann (e-mail: N.B.Jostmann@uva.nl).

Voor eventuele klachten over dit onderzoek kan je je wenden tot Dr. Mark Rotteveel (e-mail: M.Rotteveel@uva.nl) van de Commissie Ethiek van de afdeling Psychologie van de Universiteit van Amsterdam.