• No results found

SWOT-analyse

In document Arbeid in Zorg en Welzijn (pagina 107-111)

Ten behoeve van de diagnose van de arbeidsmarkt in zorg en WJK is een SWOT -analyse uitgevoerd. De SWOT--analyse is een van oorsprong bedrijfskundig model dat vier elementen bevat: Strengths, Weaknesses, Opportunities & Threats (sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen). De resultaten van de SWOT-analyse zijn te gebruiken als input voor het strategievormingsproces. Kern van de SWOT is om vanuit een brede analyse van de arbeidsmarkt (top-down) via de sterkten en zwakten te komen tot aan kansen en bedreigingen gelieerde oplos-singsrichtingen voor arbeidsmarktknelpunten op sectoraal niveau. Voor de stra-tegische personeelsplanning (bottom-up) van individuele instellingen geldt een omgekeerde volgorde. Daarbij is het juist de bedoeling om eerst vanuit de eigen situatie kansen en bedreigingen te definiëren en daaraan dan - gekoppeld aan de eigen sterkten en zwakten - een plan van aanpak te koppelen.

De tabel hieronder bevat de resultaten van de ten behoeve van de diagnose van de arbeidsmarkt in zorg en WJK uitgevoerde SWOT-analyse.

Tabel B5.1 SWOT-analyse arbeidsmarkt zorg en WJK

Sterkten Zwakten

Zorgvraag/arbeidsvraag/arbeidsproductiviteit

Zorg: over (en op) langere termijn gezien ba-nenmotor + veel werkzekerheid (groeisector + weinig conjunctuurgevoelig)

Zorgvraag/arbeidsvraag/arbeidsproductiviteit

Zorg: tijdelijk groeisector af en minder werkzekerheid (bezuinigingen)

WJK: krimpsector + weinig werkzekerheid (bezuinigin-gen)

Arbeidsaanbod Arbeidsaanbod

Potentieel aanbod

Potentieel aanbod

Krimp potentiële beroepsbevolking Zittend personeelsbestand

Werknemers steeds later met pensioen

Zittend personeelsbestand

Weinig allochtone werknemers

Sterke vergrijzing personeel

Relatief veel ziekteverzuim en AO-instroom (wel dalende tendens)

'Honkvast' personeel (weinig interne en externe ar-beidsmobiliteit; weinig geografische arbeidsmobiliteit), nog versterkt door conjunctuur

Nieuw aanbod voor Z&W vanuit onderwijs

Vaak positief imago Z&W-opleidingen, nog ver-sterkt door conjunctuur

Hoog studie- en sectorrendement Z&W-opleidingen

Z&W-gediplomeerden vinden vaak bij eigen ni-veau, richting e.d. passende baan

Nieuw aanbod voor Z&W vanuit onderwijs

Minder positief imago Z&W-opleidingen onder vmbo'ers

Minder positief imago Z&W-opleidingen onder allochto-nen

Te weinig stageplaatsen voor sommige Z&W-opleidingen

Te klein aanbod van gediplomeerden van sommige Z&W-opleidingen, te groot aanbod van sommige andere oplei-dingen

Reserves voor Z&W

Veel (mogelijkheden voor) zij-instroom

Tijdelijk reservoir van direct inzetbare werkzoe-kenden met Z&W-opleiding

Reserves voor Z&W

Beperkt deel AO’ers en WSW’ers toe te leiden naar sec-tor

Pullfactoren

I.h.a. positief werkgeversimago

I.h.a. positieve beleving arbeidsinhoud

Objectief gezien gunstige loonontwikkeling

Veel mogelijkheden voor deeltijdwerk

Doorgroei- en carriéremogelijkheden (in tegen-stelling tot traditionele beeld dat hiervan bestaat)

Positieve beleving – alles overziend - van het werk (personeel is m.n. intrinsiek gemotiveerd)

Pushfactoren

Minder positief werkgeversimago sommige Z&W-branches (m.n. ouderenzorg en gehandicaptenzorg)

Minder positieve beleving arbeidsinhoud Z&W door 'Gene-ratie Y' (laag modern technologisch gehalte; weinig moge-lijkheden voor tijd- en plaatsonafhankelijk werken)

Objectief en subjectief gezien minder gunstige beloning (‘rechterrijtje’)

Minder gunstige beleving lonen/loonontwikkeling

Toename flexibele schil (afname vaste dienstverbanden)

Zwaar werk, onregelmatige werktijden, hoge psychoso-ciale belasting (hoge werkdruk en gebrek aan sopsychoso-ciale veiligheid), risico op burn-out

Omgevingsfactoren

Groot maatschappelijk (en economisch) belang en daardoor veel politieke en beleidsmatige aandacht voor Z&W

Veel bestaande structurele vormen van over-leg/samenwerking/afstemming

Omgevingsfactoren

Sterke afhankelijkheid (werkgelegenheid in) van (bud-gettaire) beslissingen Rijk, gemeenten en zorgverzeke-raars

Kansen Bedreigingen

Zorgvraag/arbeidsvraag/arbeidsproductiviteit

Afremmen zorgvraag: preventie/ gezondheidsbe-vordering, zelf- en samenredzaamheid, informele zorg, versterking kostenbewustzijn, vermindering overbehandeling en praktijkvariatie

Verhoging arbeidsproductiviteit/arbeidsbesparing:

sociale innovaties, technologische innovaties, verbetering logistiek en ‘verhuizen’ van activitei-ten (verticale substitutie, concentratie en specia-lisatie, ketenzorg, afstoten van niet-corebusiness)

Verplaatsing zorgaanbod naar andere re-gio’s/landen

Uitbreiding (core-)business in geval van (tijdelij-ke) personeelsoverschotten: zorgmarketing (pro-filering), acquisitie/creëren extra vraag, uitbrei-ding portfolio, integratie werkzaamheden met die in andere branches

Zorgvraag/arbeidsvraag/arbeidsproductiviteit

Op langere termijn m.n. in zorg weer personeelstekorten

Tijdelijke personeelsoverschotten in zorg en WJK als ge-volg van stelselwijzigingen en bezuinigingen

Arbeidsaanbod Arbeidsaanbod

Potentieel aanbod: stijging omvang beroepsbevol-king; individualisering beroepsbevolking (inzet zzp'ers); feminisering en verkleuring beroepsbe-volking (toename aanbod vrouwen en allochto-nen); toename opleidingsniveau beroepsbevolking

Zittend personeelsbestand Z&W: scholing perso-neel; verbreding inzetbaarheid; optimaliseren

Nieuw aanbod voor Z&W vanuit onderwijs: verbe-tering Z&W-opleidingen (qua inhoud, opzet en aansluiting op arbeidsmarkt); beperking in-stroom/doorstoom minder kansrijke Z&W oplei-dingen en bevordering instroom/doorstoom kans-rijke Z&W opleidingen; begeleiding/ondersteuning studenten; begeleiding/ ondersteuning gediplo-meerden; actieve benutting social media in ar-beidsmarktcommunicatie en werving

Reserves voor Z&W: bemiddeling direct inzetbare werkzoekenden met Z&W-opleiding;

re-integratietrajecten; zij-instroom; grenspendel;

arbeidsmigratie

Potentieel aanbod: vergrijzing zet door

Zittend personeelsbestand Z&W: afnemend werkver-mogen door vergrijzing; door uitstroom babyboomers verlies van kennis en kunde (keerzijde: instroom 'nieuw bloed' met andere houding/skills)

Nieuw aanbod voor Z&W vanuit onderwijs: ontgroening en veranderingen in studiekeuze; langer doorleren (jon-geren later op arbeidsmarkt); steeds meer concurrentie om hoger opgeleiden met aanvullende (gedragsmatige) competenties

Reserves voor Z&W: bron van stille reserves droogt op (minder potentiële herintreders door toename participa-tie vrouwen)

Pullfactoren

Verdere verbetering arbeidsinhoud (meer ruimte voor professionals); nieuwe doorgroei- en carriè-remogelijkheden door taakherschikking; verdere aanpak psychosociale belasting (hoge werkdruk en gebrek aan sociale veiligheid); bij laagconjunc-tuur Z&W geliefder als werkgever

Pushfactoren

Bij omslag economie naar hoogconjunctuur Z&W minder kansen als werkgever; loonmatiging (maar geen dreiging meer van nullijn)

Kansen Bedreigingen

Omgevingsfactoren Omgevingsfactoren

Z&W-beleid: stelselherzieningen care en onder-handelaarsakkoorden cure

Onderwijsbeleid: nieuwe beroepsprofielen; nieuwe mbo-kwalificatiestructuur mbo; macrodoelmatig-heidsbeleid; deel mbo 4-opleidingen van 4 naar 3 jaar; structureel karakter ad-opleidingen

SZ- en overig beleid: verhoging AOW-leeftijd;

Wet Werk en Zekerheid (versoepeling ontslag-recht en meer zekerheid voor flexwerkers); aan-scherping verplichtingen uitkeringsgerechtigden

Randvoorwaarden: voldoende middelen voor ar-beidsmarktbeleid (extra middelen voor sector-plannen; extra middelen voor stagefonds zorg);

gezamenlijke arbeidsmarktagenda; arbeidsmarkt-onderzoek; evaluatie arbeidsmarktmaatregelen;

verspreiding good practices; meer aandacht voor SPP

Z&W-beleid: discontinuïteit in Z&W-beleid als gevolg van 'beperkte houdbaarheid' regeringscoalities; bezuinigin-gen en stelselherzieninbezuinigin-gen Z&W-branches (bedreiging voor aanbodkant)

SZ- en overig beleid: vermindering re-integratiebudget;

afschaffing werkbonus 61-64 jarige; lagere bijdrage sta-gekosten door omzetten

Bron: Panteia

In document Arbeid in Zorg en Welzijn (pagina 107-111)