• No results found

Stroomschema topiclijst

In document Sociale Participatie: Wat te doen? (pagina 36-46)

Voor het uitvoeren van interviews i.h.k.v. afstudeerproject Onderbouwing:

Tijdens de interviews worden de vragen semi-gestructureerd gesteld. Hierbij wordt de introductie (deel 1) en de afronding (deel 3) in vaste volgorde uitgevoerd. De topics van het onderzoek zelf (deel 2) kunnen door elkaar aan bod komen, na aanleiding van [afhankelijk] hoe het gesprek loopt.

Binnen deel 1 is de bewuste keuze gemaakt om eerst algemene informatie over het project te geven en algemene gegevens van de participant te ontvangen alvorens door te gaan naar deel 2. Hierdoor kan tijdens het tweede deel ingespeeld worden op de situatie van de participant. Ook heeft de onderzoeker meer handvatten om de participant gepast te benaderen, bijvoorbeeld wanneer een partner overleden is of iemand een sterk gevoel van eenzaamheid ervaart. Daarnaast wordt op deze manier geprobeerd verkeerde aannames te voorkomen.

Ondanks dat er vooraf kennis van de algemene informatie van de participant is, zijn de vragen in deel 2 zo

gefo ulee d dat deze ee u i e seel ka akte he e . E e tueel ku e age , a ee deze iet aa sluite op de situatie a ee pa ti ipa t, el a hte ege o de gelate . O het gesp ek loeie d e spo taa te late verlopen kunnen de vragen uit dit deel door elkaar gevraagd worden. Hierdoor kan de onderzoeker aansluiten op de vertelwijze en het verhaal van de participant waardoor de kwantiteit als de kwaliteit van de informatie verhoogd wordt. Afhankelijk van hoe het gesprek loopt stelt de onderzoeker de vragen zo veel mogelijk in volgorde. Deze zijn georganiseerd.

Voor de start

- Aandachtspunten (met dank aan VP-studente)

- Doe geen aannames na aanleiding van de verkregen in formatie

o Gebruik dezelfde termen als de cliënt (gebruikt de clië t ij a of ij pa t e

o Zorg dat je weet of partner een man of een vrouw is en of er überhaupt een partner is. Misschien is de participant wel gay.

- Co se ue t i oo dge uik; altijd u ge uike , te zij de pa ti ipa t a de s aa geeft. - Zorg dat je goed voorbereid bent en de vragen niet hoeft voor te lezen.

o Dit aakt het geheel ook loeie de e atuu lijke , oo ko t eel uh, h , uuuh …. . o Heb desnoods een back-up zin om dit te voorkomen. Vat samen om verder te kunnen of - Heb geen vooroordelen!

o Vragen stellen zonder giechelen/lachen, anders lijkt het net of je de participant niet serieus neemt. o Ook niet non-verbaal. Kijk de cliënt aan en niet alleen naar je tablet.

- Ga schuin tegenover de cliënt zitten.Zo kun je de cliënt aankijken, maar dan de cliënt desgewenst wegkijken bij emotionele punten of bij nadenken.

o Niet onderuitgezakt, geen armen over elkaar, etc.

o Niet té actief zitten, geeft de cliënt ruimte om te praten. komt opdringerig over. o Slaap genoeg en drink koffie, niet gapen!

- Denk goed na over je kleding; o Geen lage hals, naveltruitjes. o Geen bouwvakkersbroek o Dezelfde sokken

o Schoon, zonder gaten/slijtplekken/verkleuring of onaangename geurtjes o Geen hele korte rokjes/broekjes.

o Geen afgetrapte gympen.

o Geen bril met vieze vingervlekken

o Geen opvallende (provocerende?) sieraden/make-up/haardracht. Zorg dat je haar ook niet voor je gezicht valt.

37 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

- Ben tijdens het gesprek niet meer met je uiterlijk bezig, dit is irritant, leidt aandacht af.

- Doe de avond van tevoren uitgedroogde theezakjes in je schoenen, zo geuren deze de volgende dag minder.

o GEEN kauwgom in!

o Niet huilen als iemand emotioneel wordt

o Maak geen notities, daar is de tweede persoon voor. o Tweede persoon: praat niet!

o oorzaken

o Tweede persoon is verantwoordelijk voor opname apparatuur bedienen. Benodigdheden

Om het interview te houden zijn een aantal benodigdheden vereist. Hieronder staat een overzicht met welke apparatuur en materialen tijdens het interview aanwezig moeten zijn en wie hier verantwoordelijk voor is.

Tweemaal voicerecorder

Interviewer specificatie: De interviews worden met twee voicerecorders opgenomen. Zo is er een betere garantie dat het interview opgenomen wordt mocht één van de apparaten uitvallen.

Aandachtspunten: De voicerecorders worden de dag van te voren getest en volledig opgeladen.

Pen en papier Notulist Specificatie: De notulist maakt notulen van het gesprek zodat de

interviewer zich volledig op de participant kan richten. Voorkeur van papier voor laptop zodat de participant kan zien wat er opgeschreven wordt (een computer/laptop kan verbonden zijn met internet of ook opames maken e.d.). Geeft ook een persoonlijkere sfeer.

Aandachtspunten: Neem een (aantal) reserve pen(nen) mee. Informed-

consent formulier.

Notulist Specificatie: Om de informatie van de participant te mogen gebruiken, moeten zowel de participant als de interviewer het informed consent invullen.

Aandachtspunten: Neem minstens 2 reserve-formulieren mee voor het geval dat een handtekening verkeerd gezet wordt o.i.d.

Telefoon en contactgegeven s participant (en eigen agenda)

Interviewer Specificatie: Wanneer de participant de deur niet opent kan deze gebeld worden, mogelijk om een nieuwe afspraak te maken.

Aandachtspunten: zorg dat de telefoon opgeladen is en er voldoende tegoed is om de participant te bellen. Let erop dat deze tijdens het gesprek uit staat!

Stroomschema: Uitleg

De o de staa de st oo s he a s ku e als olgt geleze o de .

Vraag (paars) Vraag van interviewer. De meeste nieuwe opsommingen begint met een nieuwe vraag. Vragen komen daarnaast voor binnen de opsomminglijst.

Reactie: (oranje)

Reactie of antwoord van de participant.

Deze worden samengevat weergeven. Meestal in een positief en een negatief antwoord.

Actie (groen) Actie voor de interviewer

Dit is bijvoorbeeld doorvragen, verder gaan naar de volgende vraag. Dingen die de interviewer uit moet voeren. Enkele opsommingen beginnen met een actie.

38 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

Stroomschema 1: Introductie 1a: Binnenkomst

Actie: Aanbellen/aankloppen

● Reactie: Participant doet de deur open

○ V aag: Goede o ge e ee / e ou , ij aa is ... . Ik e a de p oje tg oep Wate ijk e ik had ee afsp aak et … oo ee gesp ek, .a. . de e u tes die ij e stuu d he e .

■ Reactie: Participant laat de interviewer binnen.

● Actie: Interviewer trekt jas uit en hangt deze op de kapstok (of geeft hem aan de participant, als die de jassen aanneemt).

● Actie: Interviewer vraagt of de schoenen ook uit moeten/of de onderzoeker deze aan kan houden.

■ Reactie: Participant laat de interviewer niet binnen.

● Actie: Interviewer legt nogmaals uit waarvoor ze komen en dat ze een afspraak gemaakt hebben met ... .

● Reactie: Participant doet de deur niet open

○ Actie: Bellen naar het contactnummer en nieuwe afspraak maken.

1b: Introductie

V aag: Wij zijn studenten van de opleiding ergotherapie aan de Hogeschool van Amsterdam. Wij doen een project in opdracht van het wijkteam Waterwijk-Ve zets ijk o e ee zaa heid.

● Reactie: Participant snapt niet waar je het over hebt. ○ Actie: Extra/opnieuw uitleg.

● Reactie: Participant geeft geen verbale of non-verbale reactie. ○ V aag: Is het oo u duidelijk aa o ij hie zij ? ● ‘ea tie: Pa ti ipa t geeft lijk a he ke i g e egi t te p ate …

○ … o e ee a de o de e p.

■ Actie: Ingang zoeken om bij Participant aa te sluite ; Goh, ik hoo u p ate o e ... . Maa zou u iets ku e e telle o e …?

○ … o e ee aa sluite d o de e p. → )ie topi lijst

● Reactie: Participant geeft blijk van herkenning/bevestigt en wacht op eerste vraag. ○ Actie: Volgende vraag

Vraag: Met et ekki g tot dit o de e p he e ij aa ee -tal bewoners van Waterwijk van 55+ een enquête verzonden waarin een aantal onderwerpen over eenzaamheid naar voren kwamen. We hebben met u

o ta t ge o de a uit … . Na aa leidi g a dit ee ste inzicht over de ervaringen van de inwoners van Waterwijk gaan wij met u verder en dieper in op het onderwerp. Zo kan er vanuit de gemeente ook beter ingespeeld worden op de wensen en behoeften vanuit de bewoners zelf.

V aag: Voo e egi e il ik u ragen of ik het gesprek op mag nemen, zodat wij de informatie die u geeft beter kunnen analyseren. De informatie die u geeft zal uitsluitend gebruikt worden voor het onderzoek, een verslag voor de opleiding en adviesrapport aan de gemeente. Alle informatie die u ons geeft zal anoniem worden

39 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

1c: Algemene informatie

V aag: Alle ee st zou ik et u de alge e e i fo atie doo ille e e . Dit zij de age die ij i de enquête gesteld hebben, om een beeld te krijgen van degene die we gaan interviewen. Op deze manier kunnen we tijdens de rest van het gesprek goed inspelen op uw situatie en doen we geen verkeerde aannames die de

age zoude ku e eï loede .

● Reactie: Participant begrijpt het/vindt het goed. ○ Actie: Volgende vraag

● Reactie: geen reactie

V aag: De ee ste aa tal age gaa o e alge e e i fo atie O etee et de deu i huis te alle e ik e ieu d aa u leeftijd

● Reactie: Participant antwoord ○ Actie: Volgende vraag ● Reactie: Participant antwoord niet

○ Vraag: Voor ons onderzoek is leeftijd relevant. In welk

V aag: Mag ik aa e e dat u ee a / ou e t? ● Reactie: Dat mag

○ Actie: Volgende vraag ● Reactie: Dat mag niet

○ Vraag: Mijn excuses

V aag: We zij u ij u thuis optio eel , et ie oo t u hie sa e ? of zie e de ● Reactie: Alleen

○ Actie: Volgende vraag

● Reactie: Met partner, kinderen, huisgenoot, anders ○ Actie: Volgende vraag

V aag: Hoe la g oo t u al et pa t e , ki de e , huisge oot, a de s / allee ? ● Reactie: .. jaar

○ Actie: Volgende vraag

of V aag: Ik he eg epe dat u i dit/ee oo zo g e t u oo t? ● Reactie: Dat klopt

○ Vraag: Hoe lang woont u hier al? ■ .. jaar

● Actie: Volgende vraag ● Reactie: Dat klopt niet

○ Vraag: Waar woont u dan? ■ ‘ea tie: Ik oo …

● Vraag: Hoe la g oo t u al … ○ Reactie: ... jaar

■ Actie: Volgende vraag V aag: Wat is u hoogst ge ote opleidi g?

● Reactie: Ik ging niet naar school ○ Actie: Volgende vraag ● Reactie: Ik heb ... gedaan

40 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

V aag: Als ik het ag sa e atte e t u .. jaa jo g, ou / a , oo t u al .. jaa et/i … e heeft u iet/... gestudee d. Klopt dat?

● Reactie: Dat klopt

○ Actie: Volgende vraag ● Reactie: Dat klopt niet

○ Vraag: Mijn excuses, waar heb ik u niet goed begrepen? ■ Reactie: Daar en daar

● Actie: Herhaal

○ Actie: Volgende vraag

V aag: Het olge de at ik u il age gaat o e e k. Heeft u ee etaalde aa ? ● Reactie: Ja

○ Vraag: Hoeveel uur per week? ■ Reactie: .. uur

● Actie: Volgende vraag ● Reactie: Nee

○ Vraag: Bent u werkzoekend? ■ Reactie: Ja

● Actie: Volgende vraag ■ Reactie: Nee

○ Vraag: Bent u met pensioen? ■ Reactie: Ja

● Actie: Volgende vraag ■ Reactie: Nee

● Actie: Volgende vraag

V aag: Doet u ij illige s e k? ● Reactie: Ja

○ Hoeveel uur per weer (ongeveer)? ■ Reactie: ... uur

● Actie: Volgende vraag ● Reactie: Nee

○ Lijkt het u leuk vrijwilligerswerk te doen? ■ Reactie: Ja

● Actie: Noteer dit en ga naar volgende vraag ■ Reactie: Nee

● Actie: Volgende vraag A tie: Ve lee t u a telzo g?

● Reactie: Ja

○ Voor wie verleent u mantelzorg? ■ ‘ea tie: Voo …

● Hoeveel uur per weer (ongeveer)? ○ Reactie: ... uur

■ Actie: Volgende vraag ● Reactie: Nee

41 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

A tie: Da he ik og t ee age oo u o e hulp e o de steu i g. Hie ij ku t u de ke aa huishoudelijke hulp, mantelzorg en thuiszorg. Maakt u wel een gebruik hiervan in het dagelijks leven?

● Reactie: Ja

○ Welke hulp of ondersteuning krijgt u? ■ ‘ea tie: …

● Hoeveel uur per week (per soort)? ○ ‘ea tie: … uu

■ Actie: Volgende vraag ● Reactie: Nee

○ Actie: Volgende vraag

A tie: De laatste aag oo e e de gaa gaat o e oo zie i ge . Maakt u ge uik a ee olstoel of elektrische rolstoel, loophulpmiddel, scootmobiel of deeltaxi (Wmo taxi)?

● Reactie: Ja

○ Van welke voorzieningen maakt u gebruik? ■ ‘ea tie: …

● Actie: Volgende vraag ● Reactie: Nee

○ Heeft u hier behoefte aan? ■ Reactie: Ja

● Actie: Onthouden: folder wijkteam geven aan het eind ■ Reactie: Nee

● Actie: Volgende vraag

A tie: Da ga ik og aals sa e atte ; u e kt iet/.. uu pe eek, daa aast e lee t u gee /… uu

a telzo g aa … e doet u gee /… uu ij illige s e k ook al lijkt u dat el leuk . U k ijgt gee /… aa hulp e o de steu i g e ge uikt gee /… oo zie i ge . Is dat olledig?

● Reactie: Ja

○ Volgende vraag ● Reactie: Nee

○ Zou u me willen aanvullen/verbeteren? Stroomschema 2: Topics -> op olgo de a ge oeligheid Definitie sociaal isolement en eenzaamheid

A tie: Tijde s dit i te ie ko e t ee o de e pe aa od; so iaal isole e t e ee zaa heid. Deze

begrippen worden vaak door elkaar gebruikt, maar zijn verschillend. Sociaal isolement kan gemeten worden. Kort gezegd is dit is hoeveel sociale contacten iemand heeft. Eenzaamheid is daarbij hoe dit ervaren wordt: het hebben van een onprettTig of tekort aan goede sociale contacten. Zo kan iemand met een grote familie zich ee zaa oele e ie a d die i so iaal isole e t zit iet. He ik het zo duidelijk uitgelegd?

● Participant begrijpt het.

○ Topiclijst onderwerp 2a ● Participant begrijpt het niet

○ A tie: Ie a d die weinig of geen sociale contacten heeft leeft in sociaal isolement. Iemand die de contacten die hij/zij heeft niet positief ervaart voelt zich eenzaam. Maak ik het verschil zo goed duidelijk?

■ Participant begrijpt het

● Topiclijst onderwerp 2a ■ Participant begrijpt het niet

42 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

○ V aag/ A tie: Ku t u aa ij uitlegge at so iaal isole e t eteke d? ■ Ja.

● actie: vat samen en ga naar de volgende vraag ■ indien nee:

● A tie: Da e olge e het i te ie e zulle e e aa het ei d a het gesprek nog even erop terug komen, om te kijken of het dan wel duidelijk is. Vind u dit goed?

○ V aag/ A tie: Ku t u aa ij uitlegge at het e s hil is tusse ... a tie: he haal at de defi itie a pa ti ipa t is e ee zaa heid?

■ Ja.

● Actie: vat samen en ga naar topiclijst onderwerp 2a ■ Indien nee:

● A tie: Da e olge e het i te ie e zulle e e aa het ei d a het gesprek nog even erop terug komen, om te kijken of het dan wel duidelijk is. Vind u dit goed?

2a: Sociaal isolement

○ A tie: Ku t u ko t e telle at u eet o e so iaal isole e t? ■ Participant vertelt heel weining.

● A tie: Doo age : Als u hoo t so iaal isole e t, aa de kt u da aa ? Heeft u so iale o ta te ?

Met ie heeft u so iale o ta te ? Hoe aak heeft u so iale o ta te ? ■ Participant vertelt heel veel.

● Actie: afbakenen: Sorry meneer/mevrouw dat ik u onderbreek, ik vind het heel fijn dat u veel wilt vertellen maar ik wil het graag met u hebben over (onderwerp), later in het gesprek gaan we het hebben over (het onderwerp van de participant).

Aan het einde van het gesprek komen we hier (het onderwerp van de participant) op terug. ■ Participant vertelt precies voldoende.

● Actie: vat samen en ga naar volgende vraag. ○ A tie: Heeft u het idee dat u in een sociaal isolement leeft?

■ Participant bevestigt.

● A tie doo age : )ou u hie ee o e ku e e telle ?

Ku t u iets e telle o e het aa tal o ta te dat u heeft? ● Zo nodig, afbakenen door interviewer.

○ Wat zou olge s u hie de oo zaak a ku e zij ?

● A tie doo age : )ou u dit ade ku e toeli hte ? ○ Wat zou e olge s u odig zij o hie uit te ko e ?

● A tie doo age : )ou u dit ade ku e toeli hte ? Heeft u dit el ee s gep o ee d? ■ Participant ontkent.

○ )ou u iets ku e e telle o e het aa tal o ta te dat u heeft?

● A tie doo age : Be t u te ede o e het aa tal o ta te dat u heeft? )ou u ee so iale o ta te ille he e ?

○ De kt u dat u, op dit o e t of i de toeko st, isi o loopt o i ee so iaal isole e t te ake ? ■ Participant bevestigt.

● A tie doo age : )ou u ku e uitlegge aa o ? Wat zou u ku e doe o dit isi o te e klei e ?

43 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

■ Participant ontkent.

● A tie doo age : )ou u ku e uitlegge aa o iet? Wat zou u ku e doe o dit zo te houde ?

2b: Eenzaamheid

○ A tie: Ku t u ko t es h ij e at u eet o e ee zaa heid? ■ Participant vertelt heel weinig.

● A tie: doo age ; Als u het oo d ee zaa heid hoo t, aa de kt u da aa ? Heeft u el ee s iets i de k a t geleze of op het ieu s gezie of gehoo d o e ee zaa heid?

■ Participant vertelt voldoende.

● Actie: samenvatten en volgende vraag. ■ Participant vertelt veel.

● Actie: )o odig af ake e doo i te ie e ; “o dat ik u o de eek, ik e lij dat u zo eel ilt e telle , aa ik il het g aag et u he e o e …

○ A tie: Heeft u zelf el ee s ge oele s a ee zaa heid? ■ Participant bevestigt.

● Actie: verbanden leggen met eerdere antwoorden (veel contacten, wel eenzaamheid). ● A tie: doo age : )ou u hie ee o e ku e e telle ?

Wat aakt dat u zi h zo oelt? Hoe aak oelt u zi h ee zaa ? Hoe la g is dit al zo?

Heeft u hie el ee s et ie a d o e gesp oke ? )o ja, et ie? Wat zou olge s u de oo zaak hie a ku e zij ?

Wat zou e olge s u odig zij o hie uit te ko e ? ■ Participant vertelt.

● A tie: doo age : Heeft u dit el ee s gep o ee d? Hoe gi g dit toe ? ■ Participant ontkent.

● Actie: verbanden leggen met eerdere antwoorden (weinig contacten, geen eenzaamheid). Indien interviewer mogelijk tijdens het gesprek wel eenzaamheid herkent:

● Actie: benoemt wat je hoort en ziet en vraag hier op door. ○ Ke t u e se i u o ge i g die zi h ee zaa oele ?

■ Participant bevestigt.

● a tie: doo age : )ou hie ee o e ku e e telle ? Hoe gaat u hie ee o ?

Hoe e t u dit te ete geko e ? ■ Participant ontkent.

● Dus als ik het goed eg ijp heeft u ie a d i u o ge i g aa a u eet dat hij/zij el ee s ee zaa is?

44 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

○ De kt u dat u, op dit o e t of i de toeko st, isi o loopt op ee zaa heid? ■ Participant bevestigt.

● )ou u ku e toeli hte aa o ?

● a tie: doo age : Wat doet u u o te oo ko e dat u ee zaa o dt? ○ Wat de kt u at e ge eu d als u spo t, ho , ie de lu je eg alt?

○ Wat zou u ku e doe o dit isi o te e i de e ? ■ Participant ontkent.

● )ou u ku e toeli hte aa o iet?

● A tie: doo age : Wat doet u u o te oo ko e dat u ee zaa o dt? Wat de kt u at e ge eu d als u spo t, ho , ie de lu je eg alt?

Wat zou u ku e doe o isi o s te e i de e ? Wat zou u ku e doe o dit zo te houde ? 2c: Activiteiten

● A tie: )ou u iets ku e e telle o e de a ti iteite uite shuis die u doet? ○ Participant vertelt.

■ Be t u te ede o e de a ti iteite die u uit oe t? ● Ja.

○ A tie: doo age : Wat aakt het dat u te ede e t? ● Nee.

○ A tie: doo age : Waa e t u iet te ede o e ? . ○ Participant doet geen activiteiten buitenshuis.

■ )ou u dit el g aag ille doe ? ● Participant bevestigt.

○ Wat is de oo zaak dat u lie e gee a ti iteite uite shuis doet? ○ Heeft u el a ti iteite uite shuis gedaa ? Hoe o d u het o dat te

doe ? ● Participant ontkent.

○ Be t u te ede o e de a ti iteite die u u uit oe t?

○ A tie Be t u op de hoogte a de e s hille de a ti iteite die i Wate ijk o de aa ge ode ? ■ Ja.

● Nee t u deel aa of ee de e a deze geo ga isee de a ti iteite ? ○ Waarom wel/niet?

● Hoe heeft u a deze a ti iteite gehoo d? ■ Nee.

● )ou u ehoefte he e ee o e deze a ti iteite te ete ? ■ Ja.

● Actie: onthoud dit, geef naar afloop een folder en/of naam van contactpersoon o.i.d.

■ Nee.

○ Wat zou e oete e a de e zodat u e el te ede o e zou zij ? ○ Heeft u zelf el ee s gep o ee d hie e a de i ge i aa te e ge ? Wat

45 Beroepsproduct- Sociale participatie- 2 juni 2015

● A tie: Wat zou u ku e eteke e oo u ede e o e s i de ijk? ● Participant weet het niet.

○ )ou u g aag iets ille eteke e oo a de e ?

○ Heeft u ho s of ste ke ka te die u ku t i zette o a de e te helpe ? ○

● Participant: niks

○ Waa o e aa t u dit zo?

○ )ou u el g aag iets oo a de e ille eteke e ? ● Participant noemt dingen.

○ Doet u dat al op dit o e t? ■ Ja.

● Hoe o dt hie op ge eagee d? ● Hoe i dt u het o dat te doe ? ■ Nee.

● Wat is e oo odig o dit el te ku e doe ?

In document Sociale Participatie: Wat te doen? (pagina 36-46)

GERELATEERDE DOCUMENTEN