• No results found

STOFFEN, DAMPEN, GAS 1 Gevaarlijke stoffen

6.1.1 Zijn er gevaarlijke

stoffen in het pand aanwezig?

Binnen Dieseko is inzichtelijk welke stoffen er gebruikt worden (smeeroliën, motoroliën, spuitbussen Loctite, droogijs, verven,

oplosmiddel/spoelmiddel, gasflessen etc. In de trilblokkenhal wordt droogijs gebruikt. de stoffen zijn opgeslagen in de werkplaats, magazijn of gecompartimenteerd.

Zie adviezen hieronder - - -

6.1.2 Overzicht aanwezig van de gevaarlijke stoffen?

Een register gevaarlijke stoffen is niet aanwezig binnen Dieseko waarin H-P zinnen zijn benoemd en CAS nummers. Wel is informatie aanwezig over deze stoffen doordat veiligheidsbladen aanwezig zijn (overzicht Excel bestand) welke wordt bijgehouden door inkoop.

 Zorg voor een actueel register van de aanwezige/gebruikte stoffen en benoemd hierin ook de stoffen die tijdens proces gevormd kunnen worden (denk aan dieselmotorremissie (DME), lasrook etc.)

2

6.1.3 Is een beoordeling gevaarlijke stoffen uitgevoerd?

Inzicht in de blootstelling aan gevaarlijke stoffen is niet uitgevoerd, waaardoor niet inzichtelijk is of er sprake is van stoffen die vallen onder CRM (kankerverwekkende stoffen).

 Voer een RIE gevaarlijke stoffen uit (of laat dit uitvoeren) om zicht te krijgen in de blootstellingsbeoordeling (nadere inventarisatieplicht)

2

6.1.4 Veiligheidsinformat ie-bladen

aanwezig?

Niet van alle producten zijn acutele veiligheidsinformatiebladen aanwezig.

Werkplekinstructiekaarten (verkorte informatie obv de veiligheidsinformatiebalden) zijn niet aanwezig op de werkvloer (denk bijvoorbeeld aan droogijs, spoelmiddel, verf).

Het aanwezige veiligheidsinformatieblad bevat te veel informatie en is niet goed leesbaar voor de medewerker.

 Zorg voor actuele

veiligheids-informatiebladen (max 5 jaar oud en in het NL) en check of de kwaliteit ervan goed is via de vib checker: VIB-check

 Vraag bij de leverancier de goede veiligheidsinformatiebladen op

 Informeer medewerkers over deze bladen en stel zo nodig een werkplekinstructiekaart op (droogijs).

2

32 Bij onvoldoende informatie over de risico’s van

de stoffen en te nemen maatrelgen kunnen kunnen (onbdoeld) gezondheidsrisico of onveilige situaties optreden.

6.1.5 Opslag stoffen conform PGS 15?

In de hallen zijn stoffen (vnl. olieën) opgeslagen en bevinden deze zich in

lekbakken. De lekbakken staan erg vol en niet alle cans staan erin. Daarnaast zijn de hallen voorzien van lekdichte vloer.

 Zorg dat de opslag van de cans in de lekbak zodanig is dat de lekbak dit bij calamiteit kan opvangen (opvangcapaciteit).

 De opslagcapaciteit is minimaal 110% t.o.v.

de inhoud van de grootste opslagtank/verpakking. De totale

opvangcapaciteit is minimaal 10% van alle opgeslagen vloeistoffen.

 Zorg dat in de brandkasten de stoffen zodanig zijn opgesteld dat er geen reacties kunnen ontstaan.

2

6.1.6 Opslag gasflessen conform PGS 15?

In de organisatie wrodt gebruik gemakt van gasflessen voor het snijden/branden. De flessen staan niet altijd geborgd tegen omvallen (Woltman) en opslaghok Sliedrecht.

 Zorg dat alle gasflessen zowel leeg als vol altijd geborgd zijn tegen omvallen. Bevestig deze met een ketting.

 Breng in het gashok enkele kettingen aan zodat ook kleiner formaat geborgd kan worden of gebruik een krat waarin de kleinere modellen in geplaatst kunnen worden.

 Instrueer medewerkers (toolbox) over de wijze van opslag van gassen (zowel leeg als vol).

2

Gasfles niet geborgd tegen omvallen (Giessenburg)

Niet alle gasflessen geborgd tegen omvallen (Sliedrecht)

6.1.6 Opslag van de stoffen

De opslag van stoffen vindt plaats in daarvoor bestemde plaatsen in de hallen, magazijn en voor de brandbare stoffen zijn brandkasten aanwezig. Onduidelijk is of de

werkplekinspecties dit aspect eveneens meenemen.

 Beperk de hoeveelheid aan opslag

 Voer niet meer gebruikte (verouderde) stoffen af.

 Overweeg om in de werkplekinspecties ook de opslag van stoffen op te nemen.

3

6.1.7 Is er aandacht voor bronaanpak i.v.m.

gebruik stoffen?

Er wordt zoveel mogelijk aan bronaanpak gedaan, zij het nog niet structureel. Zo is er onlangs thinner vervangen door een minder schadelijk spoelmiddel.

 Blijf zoveel mogelijk structureel aandacht besteden aan bronaanpak.

 Hanteer structureel bij aankoop van stoffen criteria, zodat bepaalde CRM stoffen niet ingekocht worden en vraag direct de VIB’s op.

2

6.1.8 Persoonlijke beschermings-middelen (PBM) ter beschikking gesteld?

Medewerkers ontvangen persoonlijke beschermingsmiddelen als werkoveral, veiligheidsschoenen, handschoenen,

gehoorbescherming, adembescherming, helm en veiligheidsbril. Onderhoud aan alle middelen vindt niet structureel plaats. Zo wordt

 Instrueer medewerkers over gebruik, onderhoud en opslag van de gebruikte PBM’s middels toolbox.

2

34 adembescherming vaak op de werkvloer achter

gelaten, waardoor binnenzijde onbedoeld verontreinigd wordt.

6.1.9 Is de werkplek ordelijk en netjes?

De werkplekken ogen over het algemeen ordelijk. Middels werkplekinspecties wordt dit aspect eveneens gemonitord.

Blijf de werkplek ordelijk en netjes houden en voer zoals eerder gezegd, niet gebruikte stoffen af.

3

6.1.10 Maatregelen DME voorkomen?

Er wordt gebruik gemaakt van elektrisch aangedreven heftrucks.

De teststraat aggregaten (hal 1 achterin) is voorzien van bronafzuiging en voldoende ventilatie zodat blootstelling aan DME wordt voorkomen. Medewerkers staan in een aparte aangrenzende ruimte tijdens de test, waardoor blootstelling minimaal is.

Geen advies - - -

6.1.11 Blootstelling lasrook beoordeeld?

Lasrook blootstelling is niet beoordeeld.  Voer een blootstellingsbeoordeling lasrook uit om inzicht in de bloottelling te krijgen.

via de link verbetercheck lasrook.

Verbetercheck Lasrook (5xbeter.nl)

2

6.1.12 Worden zeecontainers veilig geopend?

Incidenteel wordt materiaal in zeecontainers aangeleverd. Wat gegast is. Risico op blootstelling aan gassen kan bestaan tijdens het openen van containers. Afspraken over het veilig openen van deze containers lijken er te zijn, maar zijn niet ingezien.

 Check de instructies op het veilig openen van zeecontainers en stel deze op indien deze er niet zijn.

3 - -

6.1.13 Is sprake van blootstelling houtstof?

Niet van toepassing Niet van toepassing - - -

6.1.14 Wordt water gedragen verf gebruikt?

Er is een verfruimte in hal 1, waarbij nooit gewerkt wordt met water gedragen verf.

 Onderzoek of gebruikte verf door minder schadelijke stoffen vervangen kan worden.

is dit technisch niet mogelijk, leg dit dan vast.

3

6.1 Biologische agentia 6.2.1 Sprake van

biologische agentia?

Er wordt door de medewerkers niet gewerkt met agentia. Blootstelling aan agentia is mogelijk door mogelijk risico op legionella

zie advies Covid 1.21

(douches en brandhaspels) en de nu heersende coronavirus.

douches worden periodiek doorgespoeld en de brandhaspels worden periodiek gecontroleerd om legionella besmetting te voorkomen.

de maatregelen m.b.t. corona/covi-19 worden gehanteerd volgens RIVM en GGD richtlijnen.

6.2.2 Is de blootstelling biologische agentia beoordeeld?

Blootstelling is beoordeeld tijdens de RIE ronde en waar nodig adviezen in dit rapport

opgenomen.

- - -

6.2.3 Risicoanalyse uitgevoerd bij werken met biologische agentia?

Niet van toepassing, zie 6.2.2 Niet van toepassing - - -

6.2.4 Is een overzicht aanwezig over biologische agentia van categorie 3 en 4?

Er wordt niet gewerkt met biologische agentia.

Besmettingsrisico bij Dieseko betreft Legionella en Covid, wat beide in categorie 3 agentia vallen. Voor Covid is vaccinatie beschikbaar.

 Blijf medewerkers stimuleren om de

(handen)hygiëne in acht te nemen en de 1,5 meter te hanteren op de werkvloer.

 Blijf medewerkers stimuleren om de corona app op de mobiel te plaatsen en de vaccinatie te halen.

2

6.2.5 Wordt gestreefd naar mindering van blootstelling door bronaapak of andere maatregelen?

De werkzaamheden wordt zoveel mogelijk uitgevoerd waarbij 1,5 meter wordt gehanteerd.

Geen advies - - -

6.1 Explosies

6.3.1 Is explosiegevaar aanwezig?

In hal 1 is een verfhoek aanwezig waar handmatig (rollers) verf wordt toegepast. Verf is ontvlambaar en kan leiden tot brandrisico.

Er wordt gewerkt met hoog droge stofgehalte.

Er is sprake van voldoende afzuiging en natuurlijke ventilatie waardoor geen dampen zich kunnen ophopen. Explosiegevaar is hierdoor niet van toepassing. Wel is het van belang om blootstellingsbeoordeling uit te

Geen advies

36 voeren om zicht te krijgen om inademingsrisico

voor de medewerkers (zie 6.1.3) 6.3.2 Is er een EVD

aanwezig

(explosieveiligheids document) in lijn met ATEX 153?

Niet van toepassing Niet van toepassing.

6.3.3 Explosiegevaar onder controle door passende maatregelen?

Er is sprake van voldoende ventilatie aangezien loods deuren bij verfwerkzaamheden geopend zijn en er voornamelijk handmatige

werkzaamheden worden uitgevoerd.

Geen advies

7. FYSIEKE BELASTING