• No results found

17 STEDELIJKE ONTWIKKELING 17.1 Doelstelling

De PPS-projecten van het cluster Stedelijke ontwikkeling omvatten de Nieuwe Sleutelprojecten (Zuidas Amsterdam, Rotterdam CS, Hoog Hage in Den Haag, Utrecht Centrum Project (UCP), Arnhem Centraal/Coehoorn-gebied en Spoorzone Breda)1en het project Delft Spoorzone, zes wijk-ontwikkelingsprojecten2en het project Regio Groningen-Assen.

De doelstelling van de PPS-projecten uit het cluster Stedelijke ontwikke-ling bestaat voornamelijk uit kwalitatieve meerwaarde: het verbeteren van de bereikbaarheid van de economische centra, het intensiever gebruik maken van de bestaande stedelijke ruimte en het herstel van de sociaal-economische vitaliteit van de stedelijke centra.

17.2 Verantwoordelijkheid 17.2.1 Combinatieprojecten

De verantwoordelijkheid voor de PPS-projecten van het cluster Stedelijke ontwikkeling ligt in eerste instantie op lokaal en of regionaal niveau. Het Rijk is echter nauw betrokken bij de meeste van deze projecten. Het Rijk bepaalt mede de outputspecificatie van de projecten. Voor de Nieuwe Sleutelprojecten en het project Delft Spoorzone geldt dat het ministerie van Verkeer en Waterstaat de verantwoordelijkheid draagt over de rail-infrastructuur van deze projecten.

17.2.2 Lokale projecten

De projecten in het kader van de Wijkontwikkeling en het project Regio Groningen–Assen zijn lokale projecten, waarbij de gemeenten en provin-cies de verantwoordelijkheid dragen.

1Inmiddels zijn een aantal namen gewijzigd in: Rotterdam Centraal, Den Haag/CS-Kwa-drant, Breda Spoorzone en Stationsgebied Utrecht.

2Delfzijl OMD, Emmen Revisited, Maastricht Belvedere, Rotterdam Tarwewijk, Utrecht Ondiep en Venlo Vast&Goed.

17.2.3 Activiteiten van het Kenniscentrum PPS

Een belangrijk element in stedelijke ontwikkelingsprojecten is dat gepro-beerd wordt het PPS-proces te versnellen en de aard van de afspraken te verbeteren. Dit gebeurt door eerst, conform de wens van private partijen, publiek-publieke afspraken na te streven en financiële overeenstemming mogelijk te maken door het opnemen van afspraken voor benefit sharing.

Het Kenniscentrum PPS heeft dan ook in samenwerking met het minis-terie van VROM en van V&W het instrument publiek-publieke overeen-komst ontwikkeld. Hiermee wil men bereiken dat de verschillende betrokken publieke partijen meer als één partij richting private partijen kunnen optreden.

Daarnaast levert het Kenniscentrum PPS ondersteuning op het gebied van procesmanagement, financiële structurering en juridische aspecten van publiek-private samenwerking. Verder draagt het Kenniscentrum PPS bij aan de projecten door handleidingen en modelovereenkomsten te ontwik-kelen gericht op het instrument benefit sharing.

17.3 PPS-model 17.3.1 Alliantiemodel

Bij stedelijke ontwikkelingsprojecten wordt publiek-private samenwerking vormgegeven door het alliantiemodel.

Het betreft hier echter publiek-private samenwerking op regionaal of lokaal niveau (tussen provincies en gemeenten enerzijds en private partijen anderzijds).

Het Rijk participeert zelf vooralsnog niet in deze vormen van publiek-private samenwerking. Het Rijk maakt afspraken met publieke actoren om de belangen van het Rijk te waarborgen en of ondersteunt de publieke actoren (dit doet onder andere het Kenniscentrum PPS).

Voor de wijkontwikkelingsprojecten wordt de mogelijkheid bestudeerd om ontwikkelingsmaatschappijen op te richten waarin gemeenten, woning-corporaties en private partijen deelnemen.

Voor het project Regio Groningen–Assen wordt beoogd om een ontwikke-lingsmaatschappij op te richten, die de terreinen ontwikkelt, beheert en exploiteert. De provincies Groningen en Assen, twaalf gemeenten, de Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij en een aantal bedrijven dat zich wil vestigen op de terreinen hebben de intentie om deel te nemen in deze ontwikkelingsmaatschappij.

Het Rijk is bij deze projecten betrokken door middel van de ondersteu-nende rol van het Kenniscentrum PPS.

Met betrekking tot de Nieuwe Sleutelprojecten en het project Delft Spoor-zone maakt het Rijk afspraken met de betreffende gemeenten over onder andere de voorwaarden van een eventuele rijksbijdrage. Deze voor-waarden worden vastgelegd in een publiek-publieke overeenkomst. De gemeenten sluiten dan vervolgens samenwerkingsovereenkomsten af met private partijen. Inmiddels zijn vijf publiek-publieke overeenkomsten afgesloten voor stedelijke ontwikkelingsprojecten in Amsterdam, Breda, Delft, Den Haag en Rotterdam.

17.4 Financieel instrumentarium

Het Rijk beoogt aan de Nieuwe Sleutelprojecten bij te dragen in de vorm van een rijksbijdrage, waarvoor reeds middelen zijn gereserveerd. Aan het verstrekken van deze bijdrage overweegt het Rijk de voorwaarde van benefit sharing te verbinden. Inmiddels is in een aantal afgesloten publiek-publieke overeenkomsten tussen Rijk en betreffende gemeente

opgenomen dat aan de eventuele toe te kennen rijksbijdrage onder bepaalde voorwaarden benefit sharing kan worden verbonden.

Voor de wijkontwikkelingsprojecten en het project Regio Groningen–

Assen zal een verdelingsmechanisme ontwikkeld moeten worden aan de hand waarvan de opbrengsten van de op te richten ontwikkelingsmaat-schappijen verdeeld worden over de participerende partijen.

Ten aanzien van het project Spoorzone Delft zal een deel van de winst uit de vastgoedontwikkeling van het stationsgebied aangewend worden voor de financiering van de spoortunnel.

17.5 Bekostiging PPS-projecten 17.5.1 Rijksbijdrage

Voor de uitvoering van de Nieuwe Sleutelprojecten, en specifiek voor een hoogwaardige openbare ruimte, is€ 336 miljoen gereserveerd in het Fonds Economische Structuurversterking (FES). Daarnaast is ook geld gereserveerd voor de aan te leggen infrastructuur in het Meerjaren-programma Infrastructuur en Transport.

De indicatieve verdeling van gelden voor de Nieuwe Sleutelprojecten is als volgt:

Projecten MIT grote

stations

NSP-budget openbare ruimte NSP I

BOR Totaal (in euro’s)

Amsterdam 56,72 70,34 181,51 308,57

Rotterdam 49,92 54,45 106,64 211,01

Utrecht 152,47 54,45 68,07 274,99

Den Haag 13,61 34,03 47,65

Breda 13,61 15,88 29,50

Arnhem 13,61 15,88 29,50

Strategische reserve NSP II 90,8 90,8

Algemene

voorbereidings-kosten 4,5 4,5

Totaal 304,5 335,8 356,22 996,5

De bedragen die de sleutelprojecten toegekend krijgen hangen af van het op te leveren masterplan.

Voor het project Delft Spoorzone is voor het onderdeel Spoortunnel door het Rijk€ 301 miljoen gereserveerd.

17.5.2 PPS-faciliteit

Uit de PPS-faciliteit zijn de volgende bedragen uitgekeerd voor de stede-lijke ontwikkelingsprojecten:

Project Jaar Bedrag in

Rotterdam Centraal 2000 261 364

Delft Spoorzone 2001 680 000

Wijkontwikkeling:

Delfzijl OMD 2001 454 000

Venlo Vast & Goed 2001 454 000

Emmen Revisited 2001 245 000

Maastricht Belvedere 2001 222 000

Utrecht Ondiep 2001 213 000

Rotterdam Tarwewijk 2001 159 000

Het Kenniscentrum PPS heeft in totaal€ 1,747 miljoen beschikbaar gesteld om de pilotprojecten Wijkontwikkeling te ondersteunen in de extra kosten, die vaak in het begin van dergelijke processen gemaakt moeten worden.

17.6 Voortgang PPS-projecten 17.6.1.1 Fasering

Bij de stedelijke ontwikkelingsprojecten kan een onderscheid gemaakt worden in vier fasen: verkenning, factfinding, planvorming en realisatie.

17.6.1.2 Voortgang

De daadwerkelijke voortgang van de stedelijke ontwikkelingsprojecten:

PPS-projecten Voortgang

Amsterdam Zuidas Planvorming (ppo)1

Rotterdam CS (Rotterdam Centraal) Planvorming (ppo) Hoog Hage (Den Haag/CS-Kwadrant) Planvorming (ppo) UCP (Stationsgebied Utrecht) Factfinding Arnhem Centraal/Coehoorngebied Planvorming Breda CS (Breda Spoorzone) Planvorming (ppo)

Delft Spoorzone Planvorming (ppo)

Wijkontwikkeling (6 projecten) Studie naar wijkontwikkelingsmaatschappijen Regio Groningen–Assen (bedrijventerreinen) Ontwikkelingsmaatschappij is in Oprichting Schedeldoekshavencomplex (Den Haag) Factfinding

Westerdokseiland (Amsterdam) Wordt van de PPS-projectenlijst afgevoerd

1Voor dit project is een publiek-publieke overeenkomst (ppo) afgesloten tussen het Rijk en de betreffende gemeente.

De voortgang van de projecten Schedeldoekshaven en Westerdokseiland is sterk vertraagd. Voor het project Schedeldoekshaven verwacht het Kenniscentrum PPS geen ontwikkelingen op korte termijn. De verwachting van het Kenniscentrum PPS is dat het project Westerdokseiland van de projectenlijst afgehaald gaat worden, wegens gebrek aan belangstelling.

18 GROENE INFRASTRUCTUUR