• No results found

Sport als basis

In document Kracht van sport in de wijk (pagina 53-55)

De twee hindernissen die overwonnen moeten worden om te kunnen includeren in de samen- leving gaan dus over vaardigheden en mogelijk- heden. Wat kan sport daar uiteindelijk in betekenen? Vanuit het onderzoek dat wij doen,

en vanuit voorgaand onderzoek concludeer ik dat sport vooral een toegangsmakelaar is, een access broker. Sport maakt het gemakkelijker omdat het leuk is om mensen bij elkaar te brengen, maar daar zit ook de moeilijkheid. Het gaat mij veel te ver om te spreken over sport die ervoor zorgt dat iemand includeert in een samenleving, maar sport kan wel een belangrijke basis leveren. Dat is al moeilijk genoeg, omdat je sociaal kapitaal nodig hebt, omdat je omstandigheden moet creëren waarin mensen zich thuis voelen. Daar zit de crux, we moeten niet zeggen dat sport tot inclusie leidt, maar sport zou wel tot een bepaalde basis kunnen leiden. En dat is al moeilijk genoeg. Hoe zou je dat dan kunnen doen? Als je iets met sport gaat doen, dan is het heel belangrijk om aan te sluiten bij de vaardigheden van de groep waarmee je dat wilt gaan doen. Denk na over waarom die asielzoeker of vluchteling mee zou willen doen. Is dat inderdaad om even dingen te vergeten of heeft hij nog een ander motief? Ga daarover met hen in gesprek en probeer daarbij aan te sluiten. Denk dus niet meteen dat het wel zo zal zijn dat ze graag een potje willen voetballen, maar praat over wat ze daar mee willen, met dat voetballen. Gaat het over winnen, gaat het over verliezen of gaat het om gewoon plezier maken met elkaar? Vanuit de context van mensen met onzekerheid en stress is het buitengewoon belangrijk dat je ruimte biedt. Leg geen verplichting op, zeg niet: ‘We gaan nu tennissen en dan gaan we het ook echt op de manier doen zoals wij het aangeleerd hebben, je moet die slag

echt zo doen en je moet echt elke week weer terugkomen, want anders kunnen we geen competitie spelen.’ Zeker in de beginfase is het belangrijk om vooral ruimte te bieden, om veiligheid en vertrouwen te creëren, en dat doe je met elkaar.

Daarnaast is het goed om te onderscheiden in welke fase van integratie en inclusie de mensen met wie we aan het werk zijn, zitten. Is het mogelijk om eerst rustig te beginnen in de veilige omgeving met de eigen groep? Het is al mooi als het in de veilige omgeving van het asielzoekerscentrum zelf lukt om met elkaar te beginnen met sporten. Misschien is het daarna mogelijk om met diezelfde groep ergens anders naartoe te gaan, naar de sportvereniging of op locatie, nog niet met anderen maar wel op een andere plek. Vervolgens is het misschien mogelijk om stapsgewijs te mengen, om er echt voor te zorgen dat mensen gaan deelnemen aan het normale leven. Als je dan uiteindelijk de bedoeling hebt om richting deelname en inclusie te gaan, dan is het van belang om samen te werken met professionals. Want als je echt een stap verder wilt komen, dan is het nodig dat je kennis hebt van bijvoorbeeld traumaverwerking. Omdat we niet van iedere willekeurige sportcoach kunnen verwachten dat hij verstand heeft van traumaverwerking, is het van belang om professionals in te schakelen.

Conclusie

Als we spreken over de kracht en de belemmeringen van sport, dan moeten we niet te hoog van de toren blazen. Maar

sport heeft wel iets bijzonders, dat is wat ik noem ‘momenten van de waarheid creëren’. Momenten van de waarheid zijn momenten dat je elkaar tegenkomt in de interactie en dat je ineens denkt van: ‘Hé, ik vind hem of haar eigenlijk heel leuk en ik kan hem best vertrouwen.’ Die momenten heb ik zelf ook meegemaakt. Ik woon in de buurt van Den Bosch, en het Rode Kruis vroeg of ik wat kon doen. Toen ik aangaf dat ik niet zoveel tijd had, maar op vrijdagavond wel wat kon doen, zeiden ze: ‘Dat is leuk, want op vrijdagavond speelt FC Den Bosch thuis. Kun je met je auto komen en kun je met het groepje naar het stadion gaan?’ En ik ben voetbalfan, ik vond dat leuk. Met een aantal mensen hebben we dat een aantal weken achter elkaar gedaan. Op de eerste vrijdag was het verschrikkelijk koud, maar er ontstond wel iets. Op een gegeven moment hadden we eigen liedjes die we met elkaar zongen en de Bosschenaars op de tribune hadden zoiets van: wat een mafkezen daar. Maar er ontstond iets en dat zijn momenten van de waarheid. Daarna zei iemand uit het groepje tegen mij: ‘Mag ik je telefoonnummer? Mag ik je een keer appen als ik een probleem heb met de woningcorporatie?

Kun je die brief even voor mij vertalen? Kun je even met me meedenken?’ Toen zei ik: ‘Dat is goed, dan kom ik volgende week bij jou op de koffie.’

Dat zijn momenten van de waarheid en ik zal niet zeggen dat je daarmee de wereld verbetert, dat daarmee inclusie ontstaat. Maar dat zijn wel dingen die vanuit de sport gebeuren. Dat betekent simpel gezegd dat je leuke, aantrekkelijke, veilige, toegankelijke sport kan organiseren en dat van daaruit veel kan ontstaan. Als ik dan terugkijk naar mijn foto van het begin dan zie ik een situatie die prachtig is, die echt is en die ook in Nederland voorkomt. Daar zit de kracht van sport. Tegelijkertijd moeten we genuanceerd blijven over wat echt die bijdrage is aan het grotere doel inclusie. Ik denk dat sport daar een basis voor kan leveren, dat sport iets heel bijzonders heeft dat niet veel andere dingen hebben. Samen eten, zou zoiets kunnen zijn, of samen toneel maken. Maar sport is toch wel iets heel bijzonders. En die kracht kunnen we aangrijpen, zonder daar te grote woorden aan te koppelen!”

Momenten van de waarheid

In document Kracht van sport in de wijk (pagina 53-55)