• No results found

Op basis van de eerste twee hoofdstukken lijken de koninginnenbezoeken ware zegetochten voor het koningshuis en de organiserende steden. Veel kranten en kroniekschrijvers benadrukten de grote aanhankelijkheid van de inwoners, wat deels ondersteund wordt door brieven die in archieven bewaard zijn gebleven. Niet alle inwoners waren echter zo enthousiast. De socialisten waren een van de grote tegenstanders van de monarchie in het laatste kwart van de negentiende eeuw. Koninginnenbezoeken waren daardoor een mogelijkheid voor socialisten om onrust te veroorzaken. Burgemeesters waren hier erg voor op hun hoede. Toch barstte deze onrust niet overal los. Dit hoofdstuk zal de socialistische onrust onder de lokale bevolking en de zeer verschillende verslagen daarvan van de socialistische en niet-socialistische pers analyseren.

Friesland was een arme provincie met veel arbeiders die moeilijk rond konden komen in de jaren 1890. Het was tevens een van de provincies met de meeste socialisten. Zelfs het officiële gedenkboek maakte melding van de armoede in Friesland, hoewel Behrns meteen waarschuwde dat niet iedereen die naar een socialistische vergadering ging meteen socialist was.156 De organisatie nam zoveel maatregelen om eventuele

socialistische onrust te voorkomen, dat de Nieuwe Veendammer Courant zich zelfs afvroeg of ‘de autoriteiten vrees koesteren, dat er iets zal gebeuren?’157. Deze maatregelen konden

echter niet voorkomen dat er socialistische onrust rondom het bezoek plaatsvond. Dit was in Friesland duidelijk meer aan de orde dan in Noord-Brabant.

Socialistische audiënties

Wanneer niet-socialistische kranten melding maakten over de socialisten, letten ze goed op welke informatie ze wel en niet deelden met hun lezers. Dit is te zien in de verslaggeving over de audiëntie in Leeuwarden. Enkele groepen arbeiders kwamen hierbij op bezoek. Dit werd door de meeste kranten vermeld, steeds in dezelfde bewoordingen. Zij citeerden daarbij arbeiders Melle Lageveen en Jouke Postma uit Beets, die de koningin-regentes op de honger wees en mejuffrouw Weijer-Giezen die iets over

156 Behrns, Gedenkboek, 12.

44

de slechte woningen vertelde. Ook herhaalden de kranten dat arbeider Stienstra een pot maïsmeel en een roggebrood mee had genomen om aan de koningin-regentes te tonen wat arbeiders te eten hadden, maar dat hij dit van De Ranitz en de commissaris der koningin niet mee naar binnen mocht nemen. De koningin-regentes beloofde er later naar te kijken.158 Een verzoek voor een afzonderlijke audiëntie was geweigerd door de

koningin, wat in veel kranten herhaald werd. Volgens de liberale Arnhemsche Courant had dit bij de werklieden de overtuiging versterkt ‘dat de regeerende klasse oog noch hart heeft voor de nooden der arbeidende klasse’159.

De socialistische Sneeker Courant publiceerde een uitgebreider verslag namens Stienstra zelf. Dat verslag bevestigde alle dingen die de niet-socialistische pers had geciteerd, maar de pers had niet alles overgenomen. Volgens Stienstra stonden andere bezoekers van de audiëntie demonstratief op nadat er arbeiders naast hen kwamen zitten. Ook zette de commissaris der koningin Stienstra bijna buiten toen laatstgenoemde zei dat Lodewijk XIV tenminste het eten van zijn volk nog wel had willen zien.160 De Sneeker Courant plaatste bovendien nog een artikel over de audiëntie van arbeiders uit Jubbega.

Daarin klaagde de krant over de toestand van de hutten en liet weten dat leden van de volkspartij ervoor hadden gezorgd dat de arbeiders naar Leeuwarden konden door hun dagloon en treinkaartjes te vergoeden. Een van die arbeiders vertelde vervolgens tegen de koningin hoe arbeiders van 50 cent per week een gezin van acht tot tien personen moesten voeden en dat steeds meer arbeiders moesten bedelen om rond te komen.161 Dit

stuk werd niet overgenomen door andere kranten. Die waren dus selectief in wat ze wel en niet opnamen in hun stukken over de audiënties en volgden daarbij bijna allemaal elkaar: ze namen precies dezelfde informatie over.

Strooibiljetten en borden

Tijdens de rijtoer van vrijdag stonden socialisten met borden langs de weg. Niet- socialistische kranten vermeldden dit wel, maar benadrukten vooral de reactie van de rest van het publiek. Volgens De Maasbode riep het publiek naar deze socialisten dat ze hun

158 Zie bijvoorbeeld De Standaard, 21 juni 1892, Haagsche Courant, 21 juni 1892, Nieuwsblad van het

Noorden, 21 juni 1892, Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, 20 juni 1892, Arnhemsche Courant, 22 juni 1892, De Tijd, 29 juni 1892, Nieuws van den Dag, 22 juni 1892 en Provinciale Drentsche en Asser Courant, 22 juni 1892.

159 Arnhemsche Courant, 20 juni 1892.

160 Sneeker Courant, 24 juni 1892, TRESOAR, Provinciaal Bestuur, 11, inv.nr. 4221.

45

borden weg moesten doen. Het publiek gebruikte geen geweld om de borden te verwijderen, wat de krant prijzenswaardig vond. De koningin-regentes zou de borden gezien hebben: ‘Langzaam voorbij rijdende, hield zij er lang hare oogen op gevestigd.’162

Deze lezing van de gebeurtenissen werd bevestigd door De Standaard, de Nieuwe

Tilburgsche Courant en de ’s-Hertogenbossche Courant.163 Volgens het Nieuws van den Dag

draaide Emma zich zelfs nog een keer om zodat ze de opschriften goed kon lezen. Het publiek had de borden kalm genegeerd en alleen nog harder gejuicht.164

De socialistische onrust vond niet alleen plaats in Leeuwarden. Rond Heerenveen waren langs de treinroute rode en witte vlaggen geplaatst met socialistische leuzen: ‘Vrijheid, gelijkheid, broederschap’, ‘Recht voor Allen’, ‘Eendracht maakt macht’ en ‘De Friezen willen algemeen stemrecht.’165 Ook bij de eerste aankomstplaats Wolvega

verspreidden socialisten biljetten. De Standaard meldde bovendien dat het fanfarekorps van de volkspartij socialistische liederen speelde in Wolvega.166 In het dorpje Stiens, waar

de koninginnen maandag doorheen reden, lieten de socialisten van zich horen. Arbeiders gingen achter zingende schoolkinderen staan en overstemden hen met het stemrechtlied.167 Op palen en hekken langs de route waren bovendien posters geplakt met

socialistische leuzen. Dit alles was volgens de Haagsche Courant een ‘verre van aangename verrassing’168 voor de koninginnen en hun gevolg. De krant karakteriseerde

de stemming van de inwoners van Stiens als ‘koel’: ‘nergens bespeurde men werkelijke geestdrift, slechts hier en daar hoera geroep.’169 Het socialistische Recht voor Allen

bevestigde de gebeurtenissen in Stiens en noemde het ‘een waardige ontvangst’.170

Dat socialisten in ieder geval strooibiljetten verspreidden, blijkt uit het manifest dat in het archief van Leeuwarden bewaard is gebleven. Het manifest ging tekeer over de hoge kosten van de monarchie. De socialisten hadden niets tegen de koninginnen persoonlijk aangezien aan hen de waarheid niet werd getoond, maar zij vonden de monarchie wel een te duur ornament. Ze riepen de arbeiders op om niet mee te doen aan

162 De Maasbode, 19 juni 1892.

163 De Standaard. 20 juni 1892, Nieuwe Tilburgsche Courant, 19 juni 1892, ’s-Hertogenbossche Courant, 21

juni 1892.

164 Nieuws van den Dag, 18 juni 1892.

165 Arnhemsche Courant, 22 juni 1892 en Haagsche Courant, 21 juni 1892.

166 De Standaard, 20 juni 1892. 167 De Standaard, 22 juni 1892. 168 Haagsche Courant, 22 juni 1892. 169 Idem.

46

de feestelijkheden en geen jenever te drinken.171 Het politierapport van de nacht van 16

op 17 juni bevestigde bovendien dat er socialistische biljetten in Leeuwarden werden aangeplakt, die de politie moest verwijderen.172

Onrustige confrontaties

Op zaterdag en zondag vonden socialistische demonstraties plaats, waardoor de verschillende lezingen van de niet-socialistische kranten en socialistische kranten vergrootten. Het Algemeen Handelsblad en De Standaard meldden dat kleine socialistische demonstraties hadden plaatsgevonden, maar dat het grote publiek zich daarbij betrekkelijk kalm gedroeg. Zestig socialisten zouden naar het paleis zijn gelopen, terwijl ze omringd werden door een menigte zingende Oranjelieden. Een menigte hield nog een betoging voor de woning van socialistische sigarenhandelaar Van Borssum Waalkes. ‘Men onthield zich echter van baldadigheden’, schreven de kranten.173 Volgens de Sneeker Courant was de stemming van de menigte echter zo dreigend dat Van Borssum Waalkes

de hele nacht niet naar bed durfde te gaan en zijn huis vol partijgenoten had om hem tegen eventuele aanvallen te verdedigen.174 Het politierapport hield het bij de melding dat er

vaderlandse liederen voor het huis van een socialist werden gezongen.175

Sommige kranten haalden alles uit de kast om de gebeurtenissen in het nadeel van de socialisten neer te zetten. Zo meldde De Maasbode dat vier socialisten die strooibiljetten uitdeelden waren gearresteerd ‘om hen te beveiligen voor het volk, dat hen niet belieft te zien’176. Volgens het Rotterdamsch Nieuwsblad zou het publiek zich

voorbeeldig hebben gedragen en was de politie kalm, terwijl de protestbijeenkomst van de socialisten niet druk bezocht was.177 De ’s-Hertogenbossche Courant vond de

protestbijeenkomst van socialisten ‘van geenerlei beteekenis’ en wijdde er slechts twee zinnen aan.178 Het dagrapport van de politie meldde dat de arrestaties werden verricht

voor de veiligheid van de luid zingende en manifesten uitdelende socialisten, aangezien

171 Manifest aan de arbeiders van Leeuwarden, HCL, Gemeentebestuur, 1002, inv.nr. 1713.

172 Nachtrapport van 16 op 17 juni, politie-inspecteur J. Boeles, HCL, Commissaris van Politie van

Leeuwarden, 1843-1946, 1039, inv.nr. 418.

173 Algemeen Handelsblad, 21 juni 1892, De Standaard, 23 juni 1892 en Overijsselsche Courant, 21 juni 1892.

174 Sneeker Courant, 24 juni 1892, TRESOAR, Provinciaal Bestuur, 11, inv.nr. 4221.

175 Nachtrapport van 18 op 19 juni 1892, politie-inspecteur A.F. de Haan, HCL, Commissaris van Politie,

toegang 1039, inv.nr. 418.

176 De Maasbode, 22 juni 1892.

177 Rotterdamsch Nieuwsblad, 21 juni 1892.

47

de menigte hen te lijf wilde gaan. De openbare orde kwam in het gedrang, terwijl de koninginnen op het punt stonden om naar het stadhuis te rijden.179

Niet-socialistische kranten maakten de sociale onrust zo klein mogelijk. Volgens de

Provinciale Friesche Courant moesten de socialisten door de politie gearresteerd worden

voor hun eigen veiligheid en lette het volk niet op de socialistische uitnodigingen voor een protestbijeenkomst. Dat zouden de Friezen al zo vaak gezien hebben dat het nieuwtje eraf was.180 De krant meldde bovendien dat het volk zo ordelijk was, dat de politie niets te

doen had gehad en dat slechts degenen die geen enkel bestuur nodig vonden, ontevreden waren.181 Het officiële gedenkboek van Behrns deed de demonstraties af als ‘enkele

dissonanten [die] ternauwernood de vermelding waardig geacht mogen worden’182. De Arnhemsche Courant schreef: ‘Van de geestdrift die allerwege heerschte kan men zich

geen denkbeeld maken. Enkelen slechts deelden daarin niet.’183 Recht voor Allen ging fel

in tegen dergelijke berichtgeving van de ‘kapitalistische pers’, die de waarheid zou verdraaien. De krant walgde van het beeld van de politie als beschermengel van de socialisten, terwijl de politie zich flink had misdragen tegen de gearresteerde socialisten. De kranten zouden zich moeten richten op de ernst van de toestand en geen ‘opgeschroefde leugens’ moeten verspreiden.184

Recht voor Allen had zelf een heel ander verhaal dan de niet-socialistische kranten.

De politie en veldwachters zouden mensen juist op hebben gejut om de socialisten aan te vallen en de manifesten uit hun handen te stelen. De socialist J. Giezen werd door politieagenten aangevallen en gearresteerd, waar zij hem wilden mishandelen. Agenten molesteerden een andere partijgenoot in zijn cel. De socialisten werden maandag pas vrijgelaten en dienden een aanklacht in tegen hun behandeling.185 Giezen zelf deed zijn

verhaal in de Sneeker Courant, waar hij aangaf dat hij gearresteerd werd omdat hij iemand een klap gaf die continu onder het oog van de agenten op brutale wijze zijn manifesten probeerde te stelen. Terwijl de agenten daar niets tegen deden, werd hij na die klap meteen gearresteerd. Hij besprak de vele wijnflessen die hij zag in het politiebureau en

179 Dagrapport van 19 juni 1892, politie-inspecteur H.J. Versteeg, HCL, Commissaris van Politie, 1039, inv.nr.

354.

180 Provinciale Friesche Courant, 28 juni 1892, HCL, Gemeentebestuur, 1002, inv.nr. 1713.

181 Idem.

182 Behrns, Gedenkboek, 81.

183 Arnhemsche Courant, 22 juni 1892.

184 Recht voor Allen, 25-26 juni 1892. 185 Idem.

48

beschreef het dronken gedrag en de vele beledigingen van de politieagenten.186 Ook de

uitgever van de Sneeker Courant klaagde dat hij door dronken politieagenten en veldwachters werd uitgescholden toen hij ingenomen manifesten kwam terughalen.187

Ook over de onrust bij de woning van Van Borsum Waalkens gingen verschillende verhalen rond. De Drentsche Courant beweerde dat P.J. Troelstra zelf niet naar zijn woning terug durfde te keren tot zijn ‘hoogst achtenswaardige’ vader ‘van geheel andere beginselen’ hem te hulp kwam. De vader kwam zijn zoon verlossen en bracht hem onder zijn hoede naar huis.188 Volgens de Sneeker Courant stond er een brullende, dreigende

dronken menigte voor de winkel, terwijl de politie niets deed. P.J. Troelstra zou vervolgens naar buiten zijn gegaan om de politie aan te sporen actie tegen de menigte te ondernemen. Wethouder Troelstra brak toen door de menigte heen om zijn zoon te ontzetten, aangezien hij van mening was dat die in gevaar verkeerde. Hoewel P.J. Troelstra zijn vader verzekerde dat hij niet in gevaar verkeerde, wilde die hem mee naar huis nemen. Terwijl Troelstra senior zijn zoon naar buiten probeerde te trekken, trok Van Borsum Waalkens hem weer naar binnen. Troelstra stelde uiteindelijk voor dat hij met zijn vader mee zou gaan als de orde op straat onmiddellijk hersteld zou worden, wat hem beloofd werd.189 Het politierapport stelde dat de menigte voor het huis aanstoot nam aan

de gezongen socialistische liederen. Troelstra beweerde volgens de politie dat de menigte dronken was. Het rapport bevestigde het verhaal dat Troelstra weigerde om met zijn vader naar huis te gaan en werd vastgehouden door de sigarenhandelaar. Daarna bleef de winkel bewaakt door de politie en lukte het om de menigte te verspreiden.190 De

verschillen tussen de lezingen van de socialistische bladen en niet-socialistische bladen zijn bij deze gebeurtenissen dus duidelijk terug te zien.

Een verschillend persdiscours

De kranten zelf waren zich bewust van de verschillende lezingen van de socialistische en niet-socialistische pers, waardoor zij kritiek op elkaar gingen leveren. Recht voor Allen was daarin het fanatiekst. Als mensen dachten in de kranten de waarheid te lezen, dan kregen ze volgens Recht voor Allen een geheel verkeerde indruk van de gebeurtenissen in

186 Sneeker Courant, 24 juni 1892, TRESOAR, Provinciaal Bestuur, 11, inv.nr. 4221.

187 Idem.

188 Drentsche Courant, 27 juni 1892.

189 Sneeker Courant, 24 juni 1892, TRESOAR, Provinciaal Bestuur, 11, inv.nr. 4221.

190 Dagrapport van 19 juni 1892, politie-inspecteur H.J. Versteeg, HCL, Commissaris van Politie, 1039, inv.nr.

49

Friesland. Ten onrechte probeerden de kranten te doen alsof de socialisten weinig succes hadden. Juist dat zij dit een vermelding waard vonden, betekende volgens de socialistische krant dat het tegendeel waar was.191 Het feit dat de bladen de lezers gerust

stelden dat de mensen in Friesland Oranjegezind waren, zag Recht voor Allen als een overwinning: blijkbaar hadden zij daaraan getwijfeld en als mensen die geruststellingen nodig hadden, dan was het niet goed gesteld met het gezag van de autoriteit.192 Een

ingezonden brief richtte zich eveneens tegen de berichtgeving van de pers, met name het

Nieuws van den Dag, die leugens zou verspreiden:

Ellendige persridders, denkt ge dan dat ge die middeneeuwsche instelling, het koningschap, een dienst bewijst door te liegen dat je zelf blozen moet, als je dat nog kunt misschien? Och, och, wat moet dat koningschap toch zwak staan, zelfs in ons kalm en bedaard Nederland, waar alles op een sukkeldrafje gaat, als het met zulke kunst en vliegmiddelen in het leven wordt

gehouden.193

Recht voor Allen ging ook fel in tegen Het Vaderland dat beweerd had dat de grote menigte

extra hard had gejuicht om de socialistische minderheid te tonen hoe Oranjegezind Friesland was, aangezien een juichende menigte niet veel zei over werkelijke populariteit: Lodewijk XVI was vlak voor zijn onthoofding ook toegejuicht.194 Volgens de Sneeker Courant was er alleen zo’n groten mensenmassa omdat arbeiders nieuwsgierig waren,

aangezien zij in hun normale leven zo weinig bijzonders zagen. Die aanwezigheid zei niets over de werkelijke Oranjegezindheid, die niet groot zou zijn, aangezien de krant bij terugkomst niets anders dan socialistische liederen hoorde.195

Niet alle socialistische kranten waren even fel, net als niet alle niet-socialistische kranten geen enkel begrip voor de socialisten op konden brengen. De socialistische

Hoornsche Courant sprak de teleurstelling uit dat de uitgebreide feestvieringen zo’n groot

contrast vormden met de werkelijke armoede van Friesland. De krant was niet negatief over de koninginnen en geloofde best dat ze overal hartelijk ontvangen waren, maar het had hen gesierd als ze naar de hutten in arme dorpjes waren gegaan in plaats van in de

191 Recht voor Allen, 21-22 juni 1892. 192 Recht voor Allen, 23-24 juni 1892. 193 Recht voor Allen, 25-26 juni 1892. 194 Idem.

50

rijke paleizen te blijven die zij al zo vaak hadden gezien.196 De Nieuwe Tilburgsche Courant

kon wel enig begrip opbrengen voor de socialisten. Volgens de krant waren de betogingen in Stiens en de socialistische audiëntie een ‘leelijke vlek in het schitterende tafereel’. In Friesland heerste echter ernstige armoede en alle pracht en praal van het koninginnenbezoek werkte niet opbeurend voor mensen die honger leden. Friesland leefde bovendien van de landbouw, maar juist in die sector hadden regeringen de afgelopen decennia steken laten vallen door vrijelijk buitenlandse producten toe te staan. De krant riep de regering op aandacht te besteden aan dit landbouwprobleem, wat het sociale vraagstuk volgens de Nieuwe Tilburgsche Courant grotendeels zou oplossen en de maatschappij zou beschermen tegen het gevaar van de socialisten.197 Mogelijk kon de

krant zich beter inleven omdat Tilburg eveneens een arme arbeidersstad was.

In Friesland zelf was er een strijd tussen twee lokale kranten, de Provinciale

Friesche Courant en de Sneeker Courant. De Provinciale Friesche Courant vond de

socialisten hypocriet. De socialisten wilden graag een republiek als in Noord-Amerika, maar dat was volgens die krant juist de grootste kapitalistische staat. Aangezien zowel rijke als arme inwoners bij hadden gedragen aan de voorbereidingen van de versieringen in Friesland, was de Provinciale Friesche Courant hoopvol gestemd over het volk. Het argument dat de kosten voor het bezoek te hoog waren, haalde de krant onderuit door te stellen dat dat bij een bezoek van ‘het hoofd van de staat’ hoorde: bij een president zouden de kosten eveneens hoog zijn. De krant had bovendien geen hoge pet op van de felle politieke strijd die een republiek met zich meebracht. Het bracht juist rust dat het koningschap boven de partijen stond, terwijl een president een partijman was.198 Een

ingezonden brief van ‘Leo’ ging bovendien fel tegen berichtgevingen van de socialisten in. De schrijver verwierp het verwijt dat de kosten van het bezoek nooit publiek bekend zouden worden, aangezien het wettelijk verplicht was om verantwoording af te leggen voor alle provinciale inkomsten en uitgaven. Ook het verwijt dat alleen Leeuwarders van het bezoek profiteerden, klopte volgens de schrijver niet, aangezien in veel andere plaatsen in Leeuwarden producten waren besteld.199

De Sneeker Courant herhaalde veel argumenten die in Recht voor Allen werden gegeven. De krant karakteriseerde het koninginnenbezoek als een ‘propagandareis van

196 Hoornsche Courant, 26 juni 1892. 197 Nieuwe Tilburgsche Courant, 3 juli 1892.

198 Provinciale Friesche Courant, 29 mei 1892, TRESOAR, Provinciaal Bestuur, 11, inv.nr. 4221.

51

het kapitalisme’ en ‘een veldtocht tegen de socialistische beweging in Friesland’. De Oranjeleuzen waren minder een ode aan het koningshuis dan een aanklacht tegen de socialisten. De arbeiders die daaraan meededen, deden dit uit onwetendheid en vanwege de opvoeding, waar de monarchie kunstmatig werd aangeprezen.200 De gedachte van de

GERELATEERDE DOCUMENTEN