• No results found

SAMENVATTING EN CONCLUSIES

Econsultancy heeft in opdracht van Manege Willem Alexander een historisch bodemonderzoek uitge-voerd aan de Reeweg 3 te Asten in de gemeente Asten.

Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van de bestemmingsplanwijziging.

De onderzoekslocatie is te verdelen in verschillende deellocaties:

Halfverhardingen (half verharde paden en parkeerplaats)

Ter plaatse van de halfverhardingen (paden en de parkeerplaats) kan gesteld worden dat er sprake is van voormalige en/of huidige bodembelasting, waardoor het vermoeden van bodemverontreiniging aanwezig is. Dit in verband met de bijmenging van verhardingsmateriaal. Verwacht wordt, dat er ver-spreid over de locatie wisselende gehalten aan verontreinigende stoffen voorkomen. De verwachte verontreinigende stoffen voor deze situatie zijn metalen, PAK en asbest.

Op basis van het vooronderzoek is geconcludeerd, dat de onderzoekslocatie onderzocht dient te worden volgens de strategie voor een "verdachte locatie met diffuse bodembelasting en een hetero-gene verontreiniging op schaal van monsterneming" (VED-HE). Het doel van het verkennend bodem-onderzoek in deze situatie is het bepalen van de aard van de heterogeen verdeelde verontreinigende stof op schaal van monsterneming. Tevens wordt vastgesteld of de vermoede verontreinigende stof de achtergrondwaarde of het geldend achtergrondgehalte overschrijdt.

Voormalige storten

De voormalige stortlocatie op het centraal terreindeel is recent in het kader van de aanvraag van een omgevingsvergunning reeds in procedure geweest voor de huidige bestemmingsplanwijziging (bron:

www.ruimelijkeplannen.nl, kenmerk: t_NL.IMRO.0743.PB02011001-OW01). In deze procedure is bepaald dat in het kader van de bestemmingsplanwijziging het initiatief ter plaatse van de voormalige stortlocatie niet voorziet in het oprichten van een verblijfsruimte waarin langdurig mensen zullen ver-blijven. Een bodemonderzoek werd niet noodzakelijk geacht er zijn wat betreft bodem geen milieuhy-giënische belemmeringen voor dit initiatief.

Het gebruik ter plaatse van de voormalige stortlocatie ter plaatse van de hertenweide op het zuidelijk deel van de onderzoekslocatie blijft volgens de huidige gegevens ongewijzigd. Indien het gebruik ter plaatse van de zuidelijke voormalige stortlocatie ongewijzigd blijft, zijn er wat betreft bodem geen mili-euhygiënische belemmeringen voor dit initiatief.

Werkplaats met bovengrondse dieseltank (500 liter), opslag verf, smeer- en hydraulische olie

Uit het vooronderzoek blijkt dat er sprake is van voormalige en/of huidige bodembelasting op deze deellocaties, waardoor het vermoeden van bodemverontreiniging aanwezig is. Dit in verband met de aanwezigheid van een bovengrondse dieseltank (500 liter) en bovengrondse opslag van verf, smeer- en hydraulische olie. De kern van de verwachte verontreinigingen is duidelijk. De verwachte veront-reinigende stoffen voor deze situatie zijn vluchtige aromaten en (vluchtige) minerale olie.

Op basis van het vooronderzoek is geconcludeerd, dat de werkplaats onderzocht dient te worden volgens de strategie voor een "verdachte locatie met plaatselijk bodembelasting en met een duidelijke verontreinigingskern" (VEP). Het doel van het verkennend bodemonderzoek in deze situatie is vast te stellen of de vooronderstelde verontreinigingskern ook daadwerkelijk aanwezig zijn en in hoeverre de verontreinigende stoffen de achtergrondwaarde of het geldende achtergrondgehalte overschrijden.

11113802 AST.C5S.HIS Pagina 6 van 6

Overig onverdacht deel

Uit het vooronderzoek blijkt dat er voor het overig deel van het plangebied geen sprake is van bo-dembelasting, anders dan een regionale of landelijke diffuse achtergrondbelasting in de grond en het grondwater. Op de locatie worden geen verontreinigende stoffen verwacht in gehalten boven de lan-delijk of regionaal geldende achtergrondwaarde voor grond en/of de streefwaarde voor grondwater.

Dit geldt zowel voor natuurlijke achtergrondgehalten als voor "antropogene" achtergrondgehalten, waarvan de oorzaak niet eenduidig is aan te wijzen.

Op basis van het vooronderzoek is geconcludeerd dat dit terreindeel onderzocht dient te worden vol-gens de strategie "onverdacht" (ONV). Bij onverdachte locaties luidt de onderzoekshypothese dat de bodem niet verontreinigd is.

Algemeen

Aangezien, voor zover bekend, de opslag van verf en olieproducten altijd volgens de huidige milieu-regelgeving heeft plaatsgevonden (op een betonnen vloer, onder een overkapping en op een lekbak), acht Econsultancy het onwaarschijnlijk dat als gevolg van de opslagactiviteiten bodemverontreiniging is ontstaan. Econsultancy adviseert echter bij de beëindiging van de activiteiten de eindsituatie vast te laten stellen. Mede gezien het feit dat de opslagactiviteiten en de halfverhardingen vooralsnog onge-wijzigd blijven en het gebruik ter plaatse niet gevoeliger wordt, is analytisch bodemonderzoek voor-alsnog niet noodzakelijk.

Samenvattend kan worden geconcludeerd dat de onderzoeksresultaten in het kader van de huidige bestemmingsplanwijziging géén aanleiding geven voor verder bodemonderzoek dan wel een bodem-onderzoek op analytische grondslag.

Indien gebruikswijzigingen, danwel graafwerkzaamheden plaats zullen vinden ter plaatse van de eer-der genoemde verdachte terreindelen, adviseert Econsultancy een analytisch bodemoneer-derzoek uit te laten voeren. Indien er werkzaamheden plaatsvinden, waarbij grond vrijkomt, kan de grond niet zon-der meer worden afgevoerd of elzon-ders worden toegepast. De regels van het Besluit bodemkwaliteit zijn hierop mogelijk van toepassing.

Eventuele wijzigingen van het gebruik van de voormalige stortlocaties zal dienen te worden kortgeslo-ten met het bevoegd gezag (provincie Noord-Brabant). Afhankelijk van de wijziging zijn sanerende maatregelen noodzakelijk.

In het geval van een bouwaanvraag dient het benodigde bodemonderzoek te worden uitgevoerd con-form de bovengenoemde onderzoeksstrategieën.

Econsultancy

Boxmeer, 7 februari 2012

7LWHOWRSRJUDILVFKHOLJJLQJORFDWLH



352-(&7$67&6+,6 1800(5

6&+$$/ '$780IHEUXDUL

.$$57%/$'+ %,-/$*(

hal

tuin

werkplaats

A

C B Bvervallen schuurtje (asbest dak)

opslag dakpannen moestuin

weiland

schuur houtsingel

halfverhard pad (puin/grind) weiland paardenwei voederbak

paardenbak

tuin tuin opslag olie+ verf manege/hal

hal/stallen

foto 13foto 14 foto 12 foto 18 foto 17

weiland Keizersdijk

foto 11 (nr.6) SCHAAL: 1:2000DATUM: 07-02-2012 BIJLAGE: 2a

A3TITEL: locatieschets GETEKEND: Rde

PROJECT: AST.C5S.HISNUMMER: 11113802

LEGENDA: 100 m0 m standplaats + richting fotoname

bebouwing

Schaal 1:500 Aopslag smeer- / hydraulische -olie op lekbak Bopslag afgewerkte olie en verf op lekbak Cbovengrondse dieseltank (500ltr.)

grondwater- stromingsrichting

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 1.

Foto 2.

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 3.

Foto 4.

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 5.

Foto 6.

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 7.

Foto 8.

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 9.

Foto 10.

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 11.

Foto 12.

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 13.

Foto 14.

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 15.

Foto 16.

Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie

11113802 AST.C5S.HIS

Foto 17.

Foto 18.

Bijlage 2c Kadastrale gegevens

Uittreksel Kadastrale Kaart

12345

25

Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 2 februari 2012 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers

Deze kaart is noordgericht

Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend.

De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.

ASTEN

Bijlage 3 Geraadpleegde bronnen

Informatiebron Geraad-pleegd

(ja/nee) Toelichting

Informatie uit kaartmateriaal etc. Datum

kaartmateriaal

Opmerkingen

Historische topografische kaart ja 1811-1991 www.watwaswaar.nl

Luchtfoto ja 2011 Google Earth

Informatie uit themakaarten Datum bron/

kaartmateriaal

Opmerkingen

Bodemkaart Nederland ja Bodemdata NL www.bodemdata.nl

Grondwaterkaart Nederland ja Digitale wateratlas

Brabant

atlas.brabant.nl/wateratlas/

Bodemloket.nl ja 2012 www.bodemloket.nl

Informatie van eigenaar Datum

uitgevoerd

Contactpersoon Opmerkingen

Historisch gebruik locatie ja 10 januari 2012 Dhr. A.A.M.

Heijligers

Huidig gebruik locatie ja

Huidig gebruik belendende percelen (vanuit onderzoekslocatie)

ja

Toekomstig gebruik locatie ja

Calamiteiten/resultaten voorgaande bodemonderzoeken ja Verhardingen/kabels en leidingen locatie ja

Informatie van gemeente Datum

uitgevoerd

Contactpersoon Opmerkingen

Archief Bouw- en woningtoezicht ja 31 januari 2012 Dhr. T. Smits

Archief Wet milieubeheer en Hinderwet ja

Archief ondergrondse tanks ja

Archief bodemonderzoeken ja

Gemeenteambtenaar milieuzaken ja

Informatie uit terreininspectie Datum

uitgevoerd

Opmerkingen

Historisch gebruik locatie ja 10 januari 2012

Huidig gebruik locatie ja

Huidig gebruik belendende percelen (vanuit onderzoekslocatie)

ja

Verhardingen ja

Bijlage 4 Ligging voormalige storten

Over Econsultancy..

Econsultancy is een onafhankelijk adviesbureau. Wij bieden realistisch advies en concrete oplossingen voor milieuvraagstukken en willen daarmee een bijdrage leveren aan een duurzaam en verantwoord gebruik van onze leefomgeving.

w e r k w i j z e

Inzet en professionele betrokkenheid kenmerken onze diensten. De verantwoordelijke projectleider is het eenduidige aanspreekpunt voor de klant en is verantwoordelijk voor alle aspecten van het project: kwaliteit, tijd, geld, communicatie en organisatie. De kernwaarden deskundig, vertrouwd, betrokken, flexibel, zorgvuldig en vernieuwend zijn een belangrijke leidraad in ons handelen.

Kenmerkend voor onze werkwijze is dat we altijd in dialoog met de opdrachtgever tot concrete en direct toepasbare oplossingen komen. In onze manier van werken willen wij graag vier kernkwaliteiten centraal stellen:

kennis, creativiteit, pro-actief handelen en partnerschap.

k e n n i s

Het deskundig begeleiden van onze opdrachtgevers vraagt om betrokkenheid bij en kennis van de bedoelingen van de opdrachtgever. Het vereist ook gedegen en actuele vakinhoudelijke kennis. Kenmerkend voor Econsultancy vinden wij dat wij alle beschikbare kennis snel en effectief inzetten. Onze medewerkers vormen ons belangrijkste kapitaal. Ook persoonlijke en inhoudelijke ontwikkeling staat centraal want ons werk vraagt steeds om nieuwe kennis en nieuwe verantwoordelijkheden.

c r e a t i v i t e i t

Medewerkers van Econsultancy zijn in staat om buiten de geijkte kaders een oplossing te zoeken met in achtneming van de geldende wet- en regelgeving. Oplossingen die bedoeld zijn om snel en efficiënt het doel van de opdrachtgever te bereiken. Dit vraagt om flexibiliteit en betrokkenheid.

k w a l i t e i t

Continue wordt door ons gestreefd naar het verhogen van de professionaliteit van de dienstverlening. Het leveren van diensten wordt intern op een dusdanige wijze georganiseerd dat het gevraagde resultaat daadwerkelijk op een zo effectief en efficiënt mogelijke wijze wordt voortgebracht. Hierbij staat de klanttevredenheid centraal. Het kwaliteitssysteem van Econsultancy voldoet aan de NEN-EN-ISO 9001: 2000.

Tevens is Econsultancy gecertificeerd voor diverse protocollen en beoordelingsrichtlijnen.

o p d r a c h t g e v e r s

Econsultancy heeft sinds haar oprichting in 1996 al meer dan tienduizend projecten uitgevoerd. Dat kan in bijvoorbeeld het werkveld bodem gaan van een klein (verkennend bodemonderzoek voor een woonhuis) tot groot (het in kaart brengen van de bodemvervuiling van een geheel vliegveld) project. Projecten in opdracht van de rijksoverheid tot de particulier, van het bedrijfsleven tot non-profit organisaties. De projecten kennen een grote diversiteit en hebben in sommige gevallen uitsluitend een onderzoekend karakter en zijn in andere gevallen meer adviserend.

Steeds vaker wordt ook onderzoek binnen meerdere disciplines door onze opdrachtgevers verlangt. Onze medewerkers zijn in staat dit voor de opdrachtgever te coördineren en zelf (deel)onderzoeken uit te voeren.

Ter illustratie van de veelvoud en veelzijdigheid van de projecten kan, indien gewenst, een uitgebreide referentielijst worden verschaft.

Vestiging Limburg Vestiging Gelderland Vestiging Brabant

Rijksweg Noord 39 Fabrieksstraat 19c Rapenstraat 2

6071 KS Swalmen 7005 AP Doetinchem 5831 GJ Boxmeer

Tel. 0475 - 504961 Tel. 0314 - 365150 Tel. 0485 - 581818

Swalmen@Econsultancy.nl Doetinchem@Econsultancy.nl Boxmeer@Econsultancy.nl

Bijlage 2 Watertoets

WATERTOETS REEWEG TE ASTEN

GEMEENTE ASTEN

Watertoets

Reeweg te Asten in de gemeente Asten

Kwaliteitszorg

Voor het opstellen van een watertoets en het uitvoeren van geohydrologisch onderzoek zijn vooralsnog geen wettelijke richtlijnen vastgesteld. Econsultancy voldoet voor haar overige dienstverlening ten aanzien van bodem aan alle wettelijke kwaliteitseisen. Tot aan het moment dat voor het opstellen van een watertoets en het uitvoeren van geohydrologisch onder-zoek kan worden gewerkt volgens vastgestelde protocollen en richtlijnen, wordt daar waar mogelijk aangesloten aan alge-mene kwaliteitseisen zoals deze voor bodemonderzoek gelden.

Betrouwbaarheid

Het opstellen van de watertoets is op zorgvuldige wijze uitgevoerd conform de algemeen geldende normen en met behulp van gespecialiseerde apparatuur. Het onderzoek betreft een momentopname in de tijd en is steekproefsgewijs uitgevoerd, waardoor een beeld van de geohydrologische situatie wordt verkregen. Econsultancy accepteert derhalve op voorhand geen aansprakelijkheid ten aanzien van mogelijke beslissingen die de opdrachtgever naar aanleiding van het door Econsultancy uitgevoerde onderzoek neemt.

Opdrachtgever Manege Willem Alexander Reeweg 3

57812 PD Asten

Project AST.C5S.WTO Rapportnummer 11113804

Status Conceptrapportage Datum 16 maart 2012

Vestiging Boxmeer Opsteller Ing. M.R.P. Vidal

Paraaf

Kwaliteitscontrole Ir. E.H.S. van der Lippe Paraaf

11113804 AST.C5S.WTO

INHOUDSOPGAVE

1. INLEIDING ... 1 2. LOCATIEGEGEVENS ... 2 2.1 Geraadpleegde bronnen ... 2 2.2 Huidige en toekomstige situatie plangebied ... 2 2.3 Belendende percelen ... 2 2.4 Oppervlaktewater en waterkwaliteit ... 2 2.5 Riolering ... 2 2.6 Uitgevoerd(e) bodemonderzoek(en) op de onderzoekslocatie ... 3 2.7 Bodemopbouw en geohydrologie ... 3 2.7.1 Regionale bodemopbouw ... 3 2.7.2 Regionale geohydrologie ... 4 2.7.3  Locatiespecifieke bodemgesteldheid en geohydrologie ... 4 2.8 Consequenties toekomstige ontwikkeling ... 6 3. BELEID, PROCES EN COMPENSERENDE MAATREGELEN ... 7 3.1 Algemeen ... 7 3.2 Riolering ... 7 3.3 Beleid en omvang compenserende maatregelen ... 7 3.4 Mogelijke afkoppeltechnieken ... 9 3.5 Verontreiniging door dakwater ... 10 4. SAMENVATTING EN CONCLUSIES ... 11

BIJLAGEN:

1. - Topografische ligging van de locatie 2a. - Locatieschets huidige situatie 2b. - Locatieschets toekomstige situatie 3. - Boorprofielen (+ k-waarde)

4. - Methodiek constant-head permeameter 5. - Berekende k-waarden onverzadigde zone

6 - Toetsinstrumentarium Hydrologisch Neutraal Ontwikkelen

11113804 AST.C5S.WTO Pagina 1 van 12

1. INLEIDING

Econsultancy heeft van Manege Willem Alexander opdracht gekregen voor het opstellen van een watertoets voor de locatie aan de Reeweg te Asten in de gemeente Asten. Ten behoeve van de wa-tertoets is tevens de geohydrologische bodemgesteldheid onderzocht.

De watertoets is uitgevoerd in het kader van het duurzaam waterbeheer voor de voorgenomen her-ontwikkeling van de onderzoekslocatie. Deze conceptrapportage wordt voor advies aangeboden aan de opdrachtgever, het Waterschap Aa en Maas en de gemeente Asten. Eventuele opmerkingen, ad-viezen en suggesties worden in de eindrapportage verwerkt.

Het doel van de watertoets is onder andere de negatieve effecten van plannen en besluiten op de waterhuishouding te voorkomen en mogelijke kansen voor het watersysteem te benutten.

De watertoets is géén aparte procedure, maar is een traject dat geïntegreerd is in de procedure van het ruimtelijk plan of besluit. Uitgangspunt van de watertoets is dat een ruimtelijk besluit of plan geen slechtere waterhuishoudkundige situatie oplevert dan in het bestaande beleid is vastgelegd. De wa-tertoets is een procesinstrument ter verbetering van de communicatie tussen initiatiefnemer, water-schap en gemeente en biedt zodoende de mogelijkheid tot een goede afstemming. De waterbeheer-der wordt vanaf de initiatieffase actief betrokken bij de ruimtelijke planvorming.

Het beleidskader waaruit de watertoets is voortgekomen bestaat uit het Kabinetsstandpunt "Anders omgaan met water", de Nota Ruimte, het beleid "Waterbeheer 21e eeuw". Het beleid is verder uitge-werkt in het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW). Het Rijk, de Unie van Waterschappen, de Ver-eniging van Nederlandse Gemeenten en het Interprovinciaal Overleg hebben op 14 februari 2001 afgesproken om vanaf dat moment de watertoets toe te passen.

De watertoets is verplicht sinds 1 november 2003 voor waterhuishoudkundig relevante ruimtelijke plannen en projecten. Een aantal waterhuishoudkundige aspecten kan daarin aan de orde komen, zoals bescherming tegen overstromingen, voorkoming van wateroverlast (elders), de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater en het tegengaan van verdroging. Uiteindelijk moet het resultaat zijn dat een nieuw plan/project, dan wel een wijziging hiervan, hydrologisch neutraal is, of -indien mogelijk- een verbetering met zich meebrengt. In een zogenaamde "waterparagraaf" (onderdeel toelichting bestemmingsplan) wordt daarbij met name de wijze waarop de afvoer van hemelwater van daken en verhardingen naar de ondergrond, het oppervlaktewater of de riolering zal plaatsvinden, in de toelich-ting van het bestemmingsplan vastgelegd. De onderhavige watertoets ligt hieraan ten grondslag.

11113804 AST.C5S.WTO Pagina 2 van 12

2. LOCATIEGEGEVENS 2.1 Geraadpleegde bronnen

De informatie over de onderzoekslocatie is gebaseerd op de bij de gemeente Asten aanwezige infor-matie (contactpersoon de heer S.F. Olschewsky), het Waterschap Aa en Maas (contactpersoon de heer R. van Mol), de opdrachtgever (contactpersoon de heer M. Reijnaars, Compositie 5 Stedenbouw bv) en informatie verkregen uit de op 16 januari uitgevoerde terreininspectie.

2.2 Huidige en toekomstige situatie plangebied

De onderzoekslocatie (± 6,8 ha) ligt aan de Reeweg, circa 2 km ten noordwesten van de kern van Asten in de gemeente Asten (zie bijlage 1) en is kadastraal bekend gemeente Asten, sectie M, num-mer 308, 309, 313, 315, 316, 317, 1824 en 1825.

Volgens het Actueel Hoogtebestand Nederland (www.ahn.nl) bevindt het maaiveld zich op een hoog-te van circa 26 m +NAP en zijn de coördinahoog-ten van de onderzoekslocatie X = 178.885, Y = 380.550.

De onderzoekslocatie is in gebruik als manege, paardenweiden, parkeerterrein en bosgebied en heeft voor zover bekend altijd een agrarische bestemming gehad.

De initiatiefnemer is voornemens de manege uit te breiden tot een internationaal hippisch outdoor-park. Om de voorgenomen uitbreiding te realiseren zal de bestaande rijhal worden vergroot. Tevens zal er nieuwbouw op de locatie gerealiseerd worden in de vorm van een nieuwe rijhal, een stapmolen, een longeercirkel, een stro- en mestopslag en een jurytoren. In bijlage 2a is de huidige situatie op een locatieschets weergegeven. Bijlage 2b bevat een schets van de toekomstige situatie.

2.3 Belendende percelen

De onderzoekslocatie is gelegen in het buitengebied van Asten. Het bodemgebruik van de omliggen-de percelen is als volgt:

€ aan de noordoostzijde bevindt zich een bos;

€ aan de zuidoostzijde bevindt zich een openbare weg (de Reeweg);

€ aan de zuidwestzijde bevindt zich een openbare weg (de Dijkstraat);

€ aan de noordwestzijde bevindt zich een bos en percelen met een agrarische functie.

2.4 Oppervlaktewater en waterkwaliteit

Op de onderzoekslocatie bevindt zich een oppervlaktewater in de vorm van een sloot. Het betreft echter een sloot die geen deel uitmaakt van de legger. De noordoostzijde en de zuidzijde van het locatiegebied is onderdeel van een beschermingszone van de Keur (Natte natuurparel).

2.5 Riolering

De woningen in het gebied zijn aangesloten op een drukriolering. Volgens de gemeente Asten is deze ongeveer 10 jaar geleden aangelegd. Er zijn vooralsnog geen plannen om het bestaande rioolstelsel (op termijn) te vervangen.

11113804 AST.C5S.WTO Pagina 3 van 12

2.6 Uitgevoerd(e) bodemonderzoek(en) op de onderzoekslocatie

In februari 2012 is door Econsultancy een vooronderzoek uitgevoerd. Uit het onderzoek blijkt dat er op de locatie 2 stortplaatsen aanwezig zijn. De eerste stortplaats (1947 - 1961) bevond zich waar nu het hertenkamp zich bevindt. Volgens de geraadpleegde bronnen werd hier destijds (grof) huisvuil gestort. De tweede stortplaats (1966 -1968) bevind zich ten noordwesten van de manege, hallen (huidige rijbak). Volgens de geraadpleegde bronnen werd hier destijds bouw- en sloopafval gestort.

Beide stortplaatsen zijn op locatie nog aanwezig (www.brabant.nl/stortplaatsen).

2.7 Bodemopbouw en geohydrologie

Teneinde meer inzicht te krijgen in de bodemopbouw, grondwaterniveau en doorlatendheid van de bodem is een literatuurstudie verricht naar de regionale bodemopbouw en geohydrologie en een bo-demonderzoek naar de geohydrologische gesteldheid ter plaatse.

Geomorfologisch gezien bevindt de onderzoekslocatie zich lage landduinen met bijbehorende vlaktes en laagtes en wordt omringd door dekzandruggen. In figuur I is de onderzoekslocatie geprojecteerd op de geomorfologisch kaart van Nederland (bron: www.archis.nl).

Figuur I. Geomorfologische kaart van de onderzoekslocatie 2.7.1 Regionale bodemopbouw

De originele bodem bestaat volgens de bodemkaart van Nederland (bron: www.bodemdata.nl) uit een haarpodzolgrond, welke volgens de Stichting voor Bodemkartering voornamelijk is opgebouwd uit leemarm en zwak lemig fijn zand. De afzettingen, waarin deze bodem is ontstaan, behoren geolo-gisch gezien tot de Formatie van Boxtel.

11113804 AST.C5S.WTO Pagina 4 van 12

2.7.2 Regionale geohydrologie

Tectonisch gezien ligt de onderzoekslocatie in de Roerdalslenk. Deze slenk wordt aan de zuidwest-zijde begrensd door de Feldbiss en aan de noordoostzuidwest-zijde door de Peelrandbreuk. Beide breuken zijn noordwest-zuidoost gericht.

Het eerste watervoerend pakket heeft een dikte van ± 60 m en wordt gevormd door de grove en grin-drijke zanden van de Formaties van Beegden. Op deze fluviatiele en glaciofluviatiele formaties liggen de fijnzandige, matig goed doorlatende dekzandafzettingen, behorende tot de Formatie van Boxtel, met een dikte van ± 20 m. Het eerste watervoerend pakket wordt aan de onderzijde begrensd door kleiafzettingen van de Formatie van Stramproy/Waalre.

De gemiddelde stand van het freatisch grondwater bedraagt ± 24 m +NAP, waardoor het grondwater zich op ± 2 m -mv zou bevinden. Het water van het eerste watervoerend pakket stroomt volgens ge-gevens van digitale wateratlas de provincie Brabant, in noordwestelijke richting.

Er liggen geen pompstations in de buurt van de onderzoekslocatie die van invloed zouden kunnen zijn op de grondwaterstroming ter plaatse van de onderzoekslocatie. De onderzoekslocatie ligt niet in een grondwaterbeschermings- en/of grondwaterwingebied.

In de omgeving van de onderzoekslocatie vinden enkele geregistreerde (kleine) particuliere grondwa-teronttrekkingen plaats die echter beperkt van invloed zijn op de grondwaterstroming ter plaatse van de onderzoekslocatie.

Tabel I geeft een overzicht van enkele geohydrologische gegevens voor het gebied waarin de onder-zoekslocatie zich bevindt.

Tabel I. Overzicht geohydrologische gegevens

GHG GLG GVG Kwel/Infiltratiegebied

1,0-1,2

GHG: gemiddeld hoogste grondwaterstand in m -mv GLG: gemiddeld laagste grondwaterstand in m -mv GVG: gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand in m -mv Bron: Wateratlas Provincie Noord-Brabant

2.7.3 Locatiespecifieke bodemgesteldheid en geohydrologie

Doel van het locatiespecifieke onderzoek is het bepalen van enkele geohydrologische parameters, waaronder de waterdoorlatendheid (k- waarde), teneinde de mogelijkheden voor hemelwaterinfiltratie

Doel van het locatiespecifieke onderzoek is het bepalen van enkele geohydrologische parameters, waaronder de waterdoorlatendheid (k- waarde), teneinde de mogelijkheden voor hemelwaterinfiltratie

GERELATEERDE DOCUMENTEN