• No results found

Round & flat character

4. Resultaten

4.2. Round & flat character

In het volgende analyseonderdeel onderzocht ik round en flat characters. Hierbinnen ging ik na vaak vluchtelingen en gevestigden worden weergegeven als round of als flat character en waar dit uit blijkt, zoals benoemd in het analysemodel. De kwantitatieve subvariabelen zijn: hoeveelheid round & flat characters, overlexicalisatie en impliciete/expliciete weergave van eigenschappen. De

kwalitatieve subvariabelen zijn de introductie van de personages, toegewezen eigenschappen en subjectieve eigenschappen (zie paragraaf 3.4.2.). Onderstaande paragrafen geven de belangrijkste resultaten van de krantentitels per subvariabele weer.

31

4.2.1. Verdeling round vs. flat character

Personages in verhalen kunnen onderverdeeld worden in round en flat characters (Rigney, 2006). Tabel 5 geeft een overzicht van de verdeling round en flat characters in de onderzochte kranten.

Vluchtelingen Gevestigden

Round flat Round Flat

NRC Handelsblad 7 14 1 21

Volkskrant 3 24 3 33

AD 6 14 4 13

Telegraaf 5 12 5 17

Tabel 5: Aantallen round en flat characters in de vier krantentitels

Uit de χ2-analyse blijkt dat in het NRC Handelsblad vluchtelingen vaker round character zijn, in vergelijking met gevestigden en dat gevestigden vaker flat character zijn dan vluchtelingen (χ2= 5.8799; p=.015).

Vluchtelingen worden dus vollediger en menselijker omschreven dan gevestigden. Ze krijgen ook meer aandacht van de schrijver, omdat de schrijver meer woorden besteedt aan round characters. Daarnaast kan een ronde omschrijving tot identificatie bij de lezer leiden (Schneider, 2001). Dit staat in contrast met de gevestigde groep die vaker oppervlakkig en met minder woorden wordt

omschreven. De vaak algemene omschrijving van gevestigden kan een indicatie van negatieve ideologische kleuring zijn waarin de ene groep belangrijker wordt gemaakt dan de andere groep (wij-zij-deling), of van het dehumaniseren van personages. Daarnaast kan een vlakke omschrijving ook een bewijs voor stereotypering zijn (Jannidis, 2012). De resultaten laten tevens zien dat beide groepen meer flat characters, dan round characters hebben. In de Volkskrant (χ2= 0.1382; p=.710), AD (χ2= 0.4103; p=.521) en Telegraaf (χ2= 0.2247; p=.635) waren er geen verschillen.

4.2.2. Introductie

Ik heb tevens onderzocht op welke de manier de personages worden geïntroduceerd. NRC

Handelsblad, De Volkskrant en AD introduceren personages uit beide groepen meestal op dezelfde manier, namelijk met voor-, achternaam en leeftijd, zoals te zien in voorbeeld (1).

(1) [12] ‘Nina Medved (25)’(De Volkskrant, 21-09-2015)

Wanneer de journalisten van deze kranten grote groepen beschrijven, worden de introducties oppervlakkiger. Dit blijkt uit voorbeeld (2).

(2) [13] ‘Inmiddels bivakkeren meer dan 300 mensen buiten de hekken van het vluchtelingenkamp op het Griekse eiland Samos.’ (AD, 20-10-2017)

In de introductie van vluchtelingen laat de Telegraaf grote onderlinge verschillen tussen de teksten zien. Ze worden vaker onpersoonlijk geïntroduceerd dan gevestigden. Dat wil zeggen in aantallen of groepen (zie voorbeeld 3) (3) [2] ‘Migranten die als verstekeling aan boord van een vrachtwagen Groot-Brittannië willen bereiken, slaan al lang niet meer alleen toe in de omgeving van Calais, waarvandaan de veerpont vertrekt.’ (De Telegraaf, 12-08-2017). Dit staat in contrast met de gevestigde groep, die meestal met voor- en achternaam wordt geïntroduceerd, zoals in voorbeeld (4): (4) [14] ‘Trucker Remco Bruinier’ (De Telegraaf, 12-08-2017). Vooral in de tweede tekst lijkt er op dit gebied sprake te zijn van negatieve ideologische kleuring in de vorm van wij-zij-deling, waarin de negatieve vluchteling (onpersoonlijke introductie) wordt gecontrasteerd met de positieve gevestigde (volledige introductie). Een oppervlakkige introductie waarin alleen afkomst wordt genoemd lijkt op stereotypering te duiden. Deze introductie maakt de vluchtelingen ook minder menselijk in

vergelijking met de gevestigde groep. Wanneer sociale actoren geen naam krijgen worden ze bovendien uitgesloten van de tekst (zie paragraaf 2.7.2.). Overigens laat de eerste en de derde tekst van de Telegraaf ook een persoonlijke omschrijving met voornaam en soms achternaam zien, zoals

32 ook in voorbeeld (5): (5) [10] ‘Omid Popalzay (22)’ (Telegraaf, 10-03-2018).

De genoemde verschillen van de Telegraaf zijn in lijn met de hierboven beschreven ‘overlexicalisatie’-resultaten van deze krant. Binnen de taalstrategie ‘Round & flat character’ lijkt de Telegraaf

negatieve ideologische kleuring ten aanzien van vluchtelingen toe te passen, echter is dit niet in alle drie de teksten altijd het geval.

4.2.3. Toegewezen eigenschappen

Uit de analyse ‘round & flat character’ kwam al naar voren dat NRC Handelsblad vluchtelingen vaak van een ronde omschrijving voorziet. Opvallend hierin is de focus op emotie, zorgzaamheid en harde werkers. Een voorbeeld (6) van NRC Handelsblad geeft dit bijvoorbeeld weer: (6) [72] ‘Het liefste wil hij weer bij zijn vrouw en kinderen intrekken, maar tot nu toe heeft hij dat niet voor elkaar gekregen. Dat frustreert hem.’ (NRC Handelsblad, 01-04-2017). De combinatie van deze eigenschappen wekt mogelijk identificatie bij de lezer en empathie op (Schneider 2001). Enerzijds doordat zij kennis kunnen nemen van de gedachtes en gevoelens van de vluchteling en anderzijds door de positieve beschrijving van het personage. In de teksten van deze krant krijgen gevestigden vaker algemene eigenschappen, zoals naam en beroep (zie voorbeeld 7): (7) [85] ‘Dat de buurt zich aanvankelijk tegen de komst van het azc verzette, ergert eigenaresse Fikriye van bladenwinkel Vivant in het winkelcentrum even verderop.’ (NRC Handelsblad, 01-04-2017). Dit voorbeeld laat echter ook zien dat deze krant gevestigden positieve eigenschappen toebedeelt, namelijk empathie voor

vluchtelingen.

In lijn met de ‘introductie’– analyse lijkt het AD ook hier meer de balans tussen de twee groepen te zoeken, want naast vluchtelingen worden ook gevestigden in deze krant vaak met positieve

eigenschappen zoals nieuwsgierigheid en behulpzaamheid omschreven. Een voorbeeld (8) uit één van de teksten is: (8) [9] ‘,,Het is alleen maar gezellig als er veel gekletst wordt”, vertelt Filar. Samen met Marieke blogt ze op Hutspot en Hummus, waar ze recepten van (ex-) vluchtelingen deelt en regelmatig met hen kookt om elkaars cultuur te ontdekken.’. (AD, 19-03-2018). In diezelfde tekst komen vluchtelingen en gevestigden samen uit nieuwsgierigheid om samen te eten. Slechts een enkele keer krijgen vluchtelingen negatieve eigenschappen toebedeeld. In de eerste tekst worden de vluchtelingen die de transseksuele medevluchtelingen pesten met negatieve eigenschappen

omschreven. Opvallend is dat naast de criminele acties ook religie wordt genoemd (zie voorbeeld 9): (9) [38] ‘Naseem is niet verbaasd over het radicale gedrag van moslimvluchtelingen in de

asielcentra.’. (AD, 22-03-2018). Hieruit blijkt negatieve ideologische kleuring in de vorm van problematiseren en stereotyperen van minderheidsgroepen.

De teksten van de Volkskrant en de Telegraaf vertonen op het gebied van toegewezen

eigenschappen veel onderlinge verschillen, maar in beide kranten is negatieve ideologische kleuring te herkennen. Vluchtelingen krijgen in de Volkskrant geregeld algemene persoonskenmerken toebedeeld zoals aantallen, geslacht en (illegale) verblijfsstatus. Voorbeeld (10) laat zo’n

onpersoonlijke omschrijving zien: (10) [18] ‘overspoeld door duizenden vluchtelingen’ (De Volkskrant, 21-09-2015). Vluchtelingen worden zodoende gedehumaniseerd en hierdoor feitelijk omschreven in het verhaal (Bleiker et. al., 2013). Ook krijgen ze dikwijls concrete negatieve eigenschappen zoals opdringerigheid, respectloosheid en criminaliteit, zoals in voorbeeld (11). (11) [66]‘De premier, een stijve professor, moet zich ongemakkelijk gevoeld hebben tussen die opdringerige vluchtelingen, maar hij probeerde hen onmiddellijk gerust te stellen: 'Wees geduldig en alles komt in orde.' Maar geduld is niet de sterkste kant van de vluchtelingen.’ (De Volkskrant, 21-09-2015). Met deze woorden wordt de vluchteling geproblematiseerd. Hier staat tegenover dat ook gevestigden vaak negatief worden beschreven. Voorbeeld (12) laat dit zien. (12) [23]‘De hoofdmoot van de aanwezigen bestaat uit

50-33 plussers met AfD-speldjes op hun revers en een paar dozijn klassieke neonazi's met slecht gezette runentatoeages.(De Volkskrant, 05-02-2018). Dit voorbeeld laat zelfs karikatuurachtige en stereotiepe beschrijvingen zien die gebaseerd zijn op uiterlijke kenmerken. Vluchtelingen krijgen, met name in de derde tekst, ook af en toe persoonlijke eigenschappen toebedeeld zoals verdriet (zie voorbeeld (13)), waardoor het toch lijkt alsof er getracht wordt een objectief verhaal naar buiten te brengen waarin zowel ‘goede’ als ‘slechte’ vluchtelingen en gevestigden aan het woord worden gelaten: (13) [66] ‘Mohammed Nour Aldosh heeft al twee keer hakenkruizen van zijn brievenbus moeten poetsen. In het rechtse kamp doen ze dit soort incidenten af als 'leugens van de linkse leugenpers'.’ (De Volkskrant, 05-02-2018).

In de derde reportage van de Volkskrant, waarin de bed, bad en brood-voorziening van Amsterdam wordt beschreven, lijkt er sprake te zijn van een framing, waarin een hele groep vluchtelingen, namelijk de protesterende groep, helemaal niet geciteerd wordt. Omdat deze kant niet wordt belicht lijkt het alsof de schrijver bewust de voorstanders van de sobere vluchtelingenopvang in het verhaal betrekt.

De Telegraaf lijkt vluchtelingen negatief te belichten door de eigenschappen die de personages toebedeeld krijgen. Journalisten benoemen de (illegale) verblijfsstatus en ook negatieve

eigenschappen zoals gewelddadigheid, onbevreesdheid en boosheid(zie voorbeeld (14): (14) [65] ‘Dochter Emilie filmde vanuit het dakraam hoe de mannen als een stel losgeslagen hooligans rondrenden in de buurt. De beelden zeggen alles: Vermomd met een beige muts grist een migrant grint van de oprit van de Leclercs.’ (Telegraaf, 12-08-2017). De journalist beschrijft de vluchteling hierin als probleem en de beschrijving lijkt stereotiep (dit is in lijn met de bevindingen van Shadid (2005)), terwijl gevestigden een menselijke beschrijving met emoties krijgen, zoals in voorbeeld (15): (15) [14] ‘Trucker Remco Bruinier zag het gebeuren (...) ”het verhaal gaat dat dit mannen waren die speciaal voor dit doel waren geronseld onder de migranten in Calais”, vertelt hij een week later, nog steeds diep onder de indruk’. (Telegraaf, 12-08-2017). Dit lijkt negatieve ideologische kleuring in de vorm van wij-zij-deling te zijn. Toch laat de derde tekst en ook de eerste tekst de vluchteling ook met menselijke eigenschappen en emoties zoals verdriet zien (voorbeeld 16): (16) [28] ‘Als we doorvragen wat er precies is gebeurd, krijgt hij het te kwaad. Hij excuseert zich en fietst weg, gebroken.’

(Telegraaf, 15-07-2017).

De derde tekst over voetballende Afghaanse Nederlanders brengt de vluchteling zelfs als held naar voren, zoals te zien in voorbeeld (17). (17) [12] ‘Met het nationaal elftal (148e op de Fifa-ranglijst) uitgenodigd door president Ashraf Ghani, omdat de finale was bereikt van het Zuid-Aziatisch kampioenschap, een internationaal B-toernooi.’(Telegraaf, 10-03-2018). Wel hebben alle drie de teksten van de Telegraaf met elkaar gemeen dat de vluchteling als ‘de ander’ naar voren wordt gebracht. Interessant is dat in de derde tekst de volgende zin staat (voorbeeld (18)): (18) [77] ‘Dat verbaast Hans Kraaij. „Ze zijn in ieder geval niet door die agressie besmet geraakt. Ik hoop weleens dat Milad op de training een hunebed doormidden tackelt, maar hij blijft de vriendelijkheid zelve.” Kennelijk is het onbewust afzetten tegen roots vol geweld.’ (Telegraaf, 10-03-2018). Hier zet de journalist de afkomst toch negatief neer en de twee jongens dus ‘anders dan anders’.

Op het gebied van toegewezen eigenschappen is in het NRC Handelsblad, het AD en de Telegraaf een interessant fenomeen gevonden. Het eerder genoemde voorbeeld van NRC Handelsblad liet al zien dat de focus op de eigenschap ‘zorgzaamheid’ bijdraagt aan een positieve en menselijke beschrijving van vluchtelingen. De schrijver lijkt dit impliciet te doen door ouderschap en het hebben van

kinderen te benadrukken. In het AD gebeurt dit op de volgende manier (voorbeeld 19): (19) [6] ‘In een van die tentjes zit Waleed al-Nizi (26) samen met zijn vrouw en dochtertje Narges van tien maanden oud. ,,Er is geen plaats meer in het kamp, kregen we te horen toen we aankwamen'', zegt

34 Waleed met zijn dochtertje op zijn arm’(AD, 20-10-2017). Door de familiebanden te benoemen worden de erbarmelijke omstandigheden benadrukt. Emotie is volgens Schneider (2001) een voorwaarde voor identificatie met het personage en het creëren van empathie bij de lezer. NRC Handelsblad en het AD passen deze strategie toe in de beschrijving van vluchtelingen. Het volgende voorbeeld (20) van de Telegraaf laat de genoemde strategie zien in de beschrijving van gevestigden: (20) [65] ‘Dochter Emilie filmde vanuit het dakraam hoe de mannen als een stel losgeslagen hooligans rondrenden in de buurt’ (Telegraaf, 12-08-2017). Opvallend in deze krant is het contrast dat gemaakt wordt met de negatief beschreven vluchtelingen. Hierin is negatieve ideologische kleuring te

herkennen in de vorm van wij-zij-deling. Een ander voorbeeld (21) van de Telegraaf laat dit contrast ook zien: (21) [54] ‘Koerden zijn al uitgeweken naar een stuk bos naast een oprit bij Duinkerken; daar zijn ze met hun kinderen veiliger dan tussen deze groep, zeggen ze’ (Telegraaf, 12-08-2017). Het geslacht (in dit geval ‘man’) lijkt in de genoemde voorbeelden een negatief kenmerk te zijn en dit staat in contrast met een positief beschreven personage waarvan het ouderschap en kinderen worden benadrukt. Het genoemde fenomeen is binnen de teksten van de Volkskrant niet te herkennen.

4.2.4. Overlexicalisatie

Journalisten kunnen de personages eigenschappen toebedelen die niet noodzakelijk zijn voor de functionaliteit van het verhaal (Asbreuk & Moor, 2010). Dit wordt overlexicalisatie genoemd. Ik heb geteld hoe vaak deze strategie voorkwam in de teksten. Tabel 6 geeft deze resultaten weer.

Vluchtelingen Gevestigden

NRC Handelsblad 0 1

Volkskrant 4 4

AD 1 0

Telegraaf 9 0

Tabel 6: Aantallen overlexicalisatie in de vier krantentitels

Uit de analyseresultaten blijkt dat de Volkskrant zowel vluchtelingen als gevestigden overlexicaliseert (LL=0.00; p>.05). Voorbeeld (22) laat dit zien: (22)[66] ‘stijve professor’ (De Volkskrant, 21-09-2015). Dit is een beschrijving van een personage behorend tot de gevestigde groep. Het betreft een subjectieve eigenschap die niet bijdraagt aan de begrijpelijkheid van het verhaal, maar vooral het oordeel van de schrijver reflecteert (zoals Staes (1996) ook benoemt). Ook benoemt de krant meer dan één keer de nationaliteit van vluchtelingen, zoals te zien in voorbeeld (23):

(23) [33] ‘De rechtszaak loopt nog, maar de hoofdverdachte is een Syrische vluchteling van 18 jaar. Begin januari overvielen Syrische jongens een winkelend echtpaar’ (De Volkskrant, 05-02-2018) De resultaten van de Telegraaf laten een significant verschil zien (LL=12.48; p<.05). Hieruit blijkt dat de Telegraaf vaak vluchtelingen overlexicaliseert. Dit doen zij voornamelijk in de vorm van het onnodig vaak benoemen van afkomst. Dit blijkt uit voorbeeld (24):

(24) [53] Op een verdwaalde Albanees of Afghaan na leven hier in de nieuwe jungle van Calais bijna alleen Afrikanen (…) De Afrikanen slapen in de bosjes rond het veld, vlak naast een woonwijk met keurige gezinswoningen. (Telegraaf, 12-08-2017)

De analyses van NRC Handelsblad (LL=1.39; p>.05) en AD (LL=1.39; p>.05) lieten geen verschillen zien. De resultaten van de Volkskrant en de Telegraaf laten negatieve ideologische kleuring zien in de vorm van stereotypering en problematiseren van personages. De Volkskrant brengt beide groepen met behulp van overlexicalisatie negatief in beeld. De Telegraaf doet dit alleen bij de groep

35

4.2.5. Impliciete versus expliciete weergave

Ik onderzocht of de genoemde eigenschappen impliciet en/of expliciet worden weergegeven(zie paragraaf 3.4.3.) De resultaten zijn zichtbaar in tabel 7.

Vluchtelingen Gevestigden

impliciet expliciet impliciet expliciet

NRC Handelsblad 9 16 13 14

Volkskrant 15 17 21 24

AD 11 16 8 12

Telegraaf 14 15 15 17

Tabel 7: Aantallen impliciete en expliciete eigenschappen

Uit de analyseresultaten blijkt dat het NRC Handelsblad (χ2=0.7848; p=.376), De Volkskrant

(χ2=0.0003; p=.986), het AD (χ2=0.0026; p=.959) en de Telegraaf (χ2=0.012; p=.913) geen significante verschillen laten zien. Dit resultaten binnen dit analyseonderdeel zeggen weinig over de manier waarop negatieve ideologische kleuring zich mogelijk manifesteert in de tekst.

4.2.6. Subjectieve eigenschappen

Het laatste onderdeel van het analysegedeelte ‘Eigenschappen personages’ betreft de analyse van subjectieve eigenschappen. Connotaties die naar personen verwijzen en subjectieve eigenschappen waarmee in het hoofd van de personages kan worden gekeken zijn hierbinnen geanalyseerd. Uit de analyseresultaten blijkt dat in alle kranten veel onderlinge verschillen tussen de teksten zitten. Alle vier de kranten gebruiken subjectieve eigenschappen om personages menselijker en op een positieve manier naar voren te brengen. Ze reflecteren voornamelijk emotie, droevigheid en machteloosheid, zoals ook zichtbaar in voorbeeld (25): [6] (25) ‘Sliepen de meeste vluchtelingen die maandag uit het kraakpand in de Bijlmer werden gezet 's nachts uit protest op straat, Fatah gaf het op’ (De

Volkskrant, 17-04-2015). NRC Handelsblad en Telegraaf gebruiken soms subjectieve eigenschappen om het contrast tussen groepen gevestigden en vluchtelingen zichtbaar te maken. Een passage uit NRC Handelsblad is (voorbeeld (26)): (26) [10]‘Tijdens een voorlichtingsbijeenkomst schreeuwden boze Beverwaarders dat ze het azc niet wilden, dat de nieuwkomers een gevaar zouden vormen voor hun kinderen en dat de gemeente niets voor hen als Beverwaarders deed maar wel voor de

vluchtelingen.’ (NRC Handelsblad, 01-04-2017). ‘schreeuwen’ geeft de lezer een kijkje in het hoofd van het personage. Hieruit blijkt namelijk een soort ongecontroleerde woede van de gevestigden, terwijl verderop (voorbeeld 27) een vluchteling als zorgzaam en als slachtoffer van het Nederlandse opvangsysteem wordt omschreven: (27) [72]‘Het liefste wil weer hij bij zijn vrouw en kinderen intrekken, maar tot nu toe heeft hij dat niet voor elkaar gekregen. Dat frustreert hem.’.

In de Telegraaf is dit juist andersom het geval. Vluchtelingen krijgen bijvoorbeeld de negatieve subjectieve eigenschappen uit voorbeeld (28): (28) [40] ‘Steeds agressiever proberen kansloze migranten zich toegang tot de opleggers te verschaffen om verstopt tussen de pallets de overtocht naar Engeland te maken.’ en gevestigden worden in deze tekst als slachtoffer omschreven: [15] ‘Het verhaal gaat dat dit mannen waren die speciaal voor dit doel waren geronseld onder de migranten in Calais”, vertelt hij een week later, nog steeds diep onder de indruk.’ (Telegraaf, 12-08-2017). Dit lijkt een vorm van problematiseren te zijn, zoals Staes (1996) en Shadid (2005) beschrijven. In de Volkskrant worden de subjectieve eigenschappen ook gebruikt om contrasten te maken, zoals uit voorbeeld (29) blijkt, waarin de ‘geduldige’ premier in contrast staat met de ‘ongeduldige’

vluchtelingen: (29) [66] ‘De premier, een stijve professor, moet zich ongemakkelijk gevoeld hebben tussen die opdringerige vluchtelingen, maar hij probeerde hen onmiddellijk gerust te stellen: 'Wees geduldig en alles komt in orde.'’. In de genoemde voorbeelden is negatieve ideologische kleuring in de vorm van wij-zij-deling en problematiseren van vluchtelingen zichtbaar.

36 In het AD zijn weinig verschillen tussen vluchtelingen en gevestigden op het gebied van subjectieve eigenschappen. Dit is in lijn met de eerder genoemde resultaten, waaruit weinig verschillen tussen vluchtelingen en gevestigden bleek. Vluchtelingen krijgen in deze krant subjectieve eigenschappen toebedeeld, zoals (30): (30) [52] In de Zweedse opvangcentra voelt Sumair zich aan zijn lot

overgelaten’. (AD, 22-03-2018). Dit zorgt er voor dat de vluchteling als mens met emoties wordt weergegeven, in plaats van dat er negatieve ideologische kleuring aan ten grondslag ligt. Uit de analyses van de het onderdeel ‘Round & flat character’ blijkt dat negatieve ideologische kleuring door de Telegraaf (bij vluchtelingen) en de Volkskrant (bij beide groepen) wordt toegepast in de toegewezen eigenschappen of een onpersoonlijke introductie. NRC Handelsblad communiceert mogelijk negatieve ideologische kleuring in de verdeling round & flat character (gevestigden). In het AD is er op dit gebied weinig verschillen tussen de twee groepen gevonden. Wel wordt een groep vluchtelingen in één tekst in verband gebracht met criminaliteit en religie.

4.3. Karakterisering taalgebruik

Binnen het analyseonderdeel ‘karakterisering taalgebruik’ onderzocht ik op welke manier

vluchtelingen en gevestigden worden gekarakteriseerd op het gebied van taalgebruik en of hierin aanwijzingen voor negatieve ideologische kleuring zitten. Hierbinnen zijn de citaatvormen kwantitatief onderzocht en vergeleken en daarnaast onderzocht ik kwantitatief in hoeverre

personages wel of niet geciteerd worden. Tot slot heb ik citaatinleidingen en -inbeddingen kwalitatief geanalyseerd (zie paragraaf 3.4.3.)

4.3.1. Wel/Niet geciteerd

Ik heb geteld hoe vaak vluchtelingen en gevestigden wel en niet geciteerd worden in de teksten. De resultaten zijn zichtbaar in tabel 8.

Vluchtelingen Gevestigden

Wel Niet Wel Niet

NRC Handelsblad 14 6 14 7

Volkskrant 7 20 9 25

AD 16 4 17 5

Telegraaf 8 13 12 10

Tabel 8: Aantallen wel/niet geciteerd in de vier krantentitels

Uit de analyseresultaten van NRC Handelsblad (χ2=0.0526; p=.819), De Volkskrant (χ2=0.0023; p=.962) , AD (χ2=0.0463; p=.830) en Telegraaf (χ2=1.1687; p=.280) blijkt dat er geen verschillen zijn in de verdeling wel en niet geciteerd. Deze resultaten laten geen negatieve ideologische kleuring zien.

4.3.2. Citaatvorm

Ik heb onderzocht hoe vaak de schrijver gebruik maakt van directe citaten, indirecte citaten en een gecombineerde citaatvorm. Tabel 9 geeft een overzicht van deze resultaten.

Vluchtelingen Gevestigden DC IC COM DC IC COM NRC Handelsblad 287 154 204 222 149 302 Volkskrant 140 86 0 108 110 238 AD 381 0 67 277 31 90 Telegraaf 616 69 80 388 64 296

37 Opvallend is dat de analyses van NRC Handelsblad (χ2=26.7806; p=.000), De Volkskrant

(χ2=186.2407; p=.000), AD (χ2=45.0245; p=.000) en Telegraaf (χ2=175.8812; p=.000) alle vier verschillen laten zien tussen de twee groepen op het gebied van citaatvorm (p<.05).

Het significante verschil zit vermoedelijk in de citaatvorm ‘combinatie’ en ‘direct citaat’. Gevestigden worden namelijk meer geciteerd met een combinatie van directe en indirecte citaten, terwijl

vluchtelingen vaker met directe citaten worden geciteerd. De Telegraaf laat hierin de grootste verschillen zien. Wanneer journalisten directe citaten gebruiken, dan worden zijzelf niet verantwoordelijk gesteld voor de inhoud ervan (Vis, et. al. 2012) Mogelijk wil de journalist zich hiermee distantiëren van de uitingen van vluchtelingen. Helemaal omdat de gecombineerde

citaatvorm en de indirecte citaatvorm (in het geval van de Telegraaf) wel deels afkomstig zijn van de journalist. Hier lijkt negatieve ideologische kleuring in de vorm van wij-zij-deling aan ten grondslag te liggen.Het kan echter ook zo zijn dat juist de gecombineerde vorm extra afstand creëert van het