zooals die is gewijzigd bij Staatsblad 1875 N° 145.
Afdeeling KIDIRI bestaat uit de distrikten :
KOTTA KEDIRI met de onderdistrikten Kotta Kediri, Pe-santren en Semampir. — Kotta Kediri wordt bestuurd door een wedono, Pesantren door een assistent-wedono 1ste klasse en Se-mampir door een assistent-wedono 2de klasse.
MODJOROTO met de onderdistrikten Modjoroto, Gringging en Plosso. — Modjoroto wordt bestuurd door een wedono, Gringging door een adsistent-wedono 1ste klasse en Plosso door een assistent wedono 2de klasse.
DJAMBEAN met de onderdistrikten Ngadilawé (Poerwokerto), Wates en Pelas. — Ngadilawé (Poerwokerto) wordt bestuurd door een wedono, Wates door een assistent-wedono 1ste klasse en Pelas door een assistent-wedono 2de klasse.
SOEKOREDJO met de onderdistrikten Pare, Kandangan en Brengoio. — Paré wordt bestuurd door een wedono, Kandangan en Brengoio ieder door een assistent-wedono 2de klasse.
PAPAR met de onderdistrikten Papar, Koendjang en Pagoe.
— Papar wordt bestuurd door een wedono, Koendjoeng door een assistent-wedono 1ste klasse, Pagoe door een assistent-wedono 2de klasse.
Afdeeling NGROWO bestaat uit de distrikten:
TOELOENG-AGOENG met de onderdistrikten Bago (Kotta Toeloeng-Agoeng), Ngantroe, Gendingan en Wahoeng. — Bago (Kotta Toeloeng-Agoeng) wordt bestuurd door een wedono, Ngan-troe door een assistent-wedono 1 ste klasse, Gendingan en Wahoeng ieder door een assistent wedono 2de klasse.
NGOENOET met de onderdistrikten Ngoenoet, Tegabredjo ea Tambakredjo. — Ngoenoet wordt bestuurd door een wedono, Tegalredjo door een assistent-wedono 1ste klasse en Tambakredjo door een assistent-wedono 2de klasse.
PAKOENTJEN met de onderdistrikten Pakoentjen en Dono.
— Pakoentjen wordt bestuurd door een wedono en Dono door een assistent-wedono 2de klasse.
TANGOEL met de ondersdistrikten Bandong, Besoeki en Pa-toman. — Bandong wordt bestuurd door een wedono, Besoeki en Patoman door een assistent wedono 2de klasse.
KALANGBRET met de onderdistrikten Kalangbret, Sanan en Gondang. —• Kalangbret wordt bestuurd door een wedono, Senan wordt bestuurd door een assistent wedono 1ste klasse en Gondang door een assistent wedono 2de klasse.
WATJAK met de onderdistrikten Tjampoerdarat, Sangrahan en Djatos. — Tjampoerdarat wordt bestuurd door een wedono, Sangraham en Djatos ieder door een assistent-wedono 2de klasse.
Afdeeling TRENGALEK bestaat uit de distrikten:
TRENGALEK met de onderdistrikten Ngantroe, Kedoeng sangkel en Winong. — Ngantroe wordt bestuurd door een we-dono, Kedoeng sangkel door een assistent-wedono 1ste klasse en Winong door een assistent-wedono 2de klasse.
GOENOENG LOR met de onderstrikten Nglemboe, Pogalan en Ngares. .— Nglemboe wordt bestuurd door een wedono, Poga-lan door een assistent-wedono 1ste klasse en Ngares door een assistent-wedono 2de klasse.
NGASINAN met de onderdistrikten Karangan, Ngetal en Poet-jong anak. — Karangan wordt bestuurd door een wedono, Nge-tal door een assistent-wedono 1ste klasse en Poetjong anak door een assistent-wedono 2de klasse.
PAKIS met de onderdistrikten Doerenan, Djoengkel en Ke-moelan. — Doerenan wordt bestuurd door een wedono, Djoeng-kel door een assistent wedono 1ste klasse en Kemoelan door een assistent wedono 2de klasse.
_ KAMPAK met de onderdistrikten Bendo, Wonoredjo, Watoe-bmo, Soembring en Prigi. — Bendo wordt bestuurd door een wedono, Wonoredjo, Moendjoeng-koelon en Ketawan ieder door een assistent wedono 1ste klasse en Watoelimo door een assistent wedono 2de klasse.
Afdeeling BERBER bestaat uit de distrikten :
KOTTA BERBER met de onderdistrikten Kotta Berbek en
116
Lotjeret. — Kotta Berbek wordt bestuurd door een wedono en Lotjeret door een assistent wedono 2de klasse.
GODEAN met de onderdistrikten Patjé wetan, Ngabar en Koewagean. — Patjé wetan wordt bestuurd door een wedono, Ngabar door assistent wedono 1ste klasse en Koewagean door een assistent wedono 2de klasse.
SIWALAN met de onderdistrikten Tjepoko en Klodan. — Tjepoko wordt bestuurd door een wedono en Klodan door een assistent wedono 2de klasse.
NGANDJOEK met de onderdistrikten Ngandjoek, Sono en Kedong soeko. — Ngandjoek wordt bestuurd door een wedono, Sono door een assistent wedono 1ste klasse en Kedong soeko door een assistent wedono 2de klasse.
KERTOSONO met de onderdistrikten Pelem, Kotta lama en Babadan. — Pelem wordt bestuurd door een wedono, Kotta lama door een assistent wedono 1ste klasse en Babadan door een as-sistent wedono 2de klasse.
LENGKONG met de onderdistrikten Lengkong, Goendang koe-Ion, Ngoendjong en Moenoeng. — Lengkong wordt bestuurd door een wedono, Goendang koeion door een assistent wedono 1ste klasse, Ngoendjong en Moenoeng ieder door een assistent wedono 2de klasse.
WAROEDJAJENG met de onderdistrikten Waroedjajeng, Tra-jang en Prambon. — Waroedjajeng wordt bestuurd door een
wedono, Trajang door een assistent wedono 1ste klasse en Pram-bon door een assistent wedono 2de klasse.
GEMENGGENG met de onderdistrikten Bagor koeion, Soegi waras, Redjoso en Wilangen. — Bagor koeion wordt bestuurd door een wedono, Soegi waras door een assistent wedono 1ste klasse, Redjoso en Wilangon ieder door een assistent wedono 2de klasse.
Afdeeling BLITAR bestaat uit de distrikten:
KOTTA BLITAR met de onderdistrikten Kotta Blitar, Garoem en Bangsri. — Kotta Blitar wordt bestuurd door een wedono,
Garoem door een assistent wedono 1ste klasse en Bangsri door een assistent wedono 2de klasse.
SRENGAT met de onderdistrikten Srengat, Majangan en Djaü linggir (Kebon doeren). — Srengat wordt bestuurd door een wedono, Majangan door een assistent wedono 1ste klasse en Djatilinggir (Kebon doeren) door een assistent wedono 2de klasse.
WLÏNGI met de onderdistrikten Wlingi, Talon en Papoh.
— Wlingi wordt bestuurd door een wedono. Talon en Papoh ieder door een assistent wedono 2de klasse.
LODOJO met de onderdistrikten Kalipan, Demangan en Kali-dawir. — Kalipan wordt bestuurd door een wedeno, Demangan en Kah dawir ieder door een assistent wedono 2de klasse.
Bij Indisch Staatsblad 1874 N° 74 (afschaffing der pantjen-diensten) wordt bepaald:
I. Met wijziging in zoover van artikel 1 der ordonnancie van
^ September 1867 (Staatsblad N° 123, ten aanzien der Gou-vernements landen op Java en Madura, met uitzondering van de residentie Batavia, te bepalen:
Voor de persoonlijke diensten, ten behoeve hunner huishouding:
a. kunnen aan een onderdistriktshoofd 1ste klasse zes heeren-dienstplichtigen, aan een onderdistrikishoofd 2de klasse vier hee-rendienstplichtigen, worden toegekend:
o. worden aan koffie- en zoutpakhuismeesters, vaccinateurs, on-erwijzers en inlandsche schrijvers geen heerendienstplichtigen meer toegekend.
II. Deze ordonnancie treedt in werking op 1 April 1874.
Bij Indisch Staatsblad 1874 N° 93 wordt ten vervolge van
% II van art. 2 van het besluit van 1 Maart 1874 N° 23 (Staatsblad NÇ 72), bepaald als volgt:
De onderdistriktshoofden nemen in de uitvoering van hunnen Werkkring, behoudens hunne rechtstreeksche ondergeschiktheid fan het distriktshoofd, tot leiddraad de voor dezen vastgestelde mstruktie, opgenomen in Staatsblad 1867 N° 114.
p Bij Indisch Staatsblad 1S74 N° 109 wordt bepaald met wij-ziging in zoover van art, 1 van het besluit van 21 Februari
1852, N° 5 rStaatsblad N° 18) den direkteur van Financien uit e noodigen, om het daarbij bedoeld voorstel tot het yerleenen
118
van onderstand aan inlandsehe of daarmede gelijkgestelde hoofden en beambten, welke niet door den Gouver-Generaal zijn benoemd, maandelijks instede van om de drie maanden in drie maanden in te dienen.
Bij Indisch Staatsblad 1874 N° 194 wordt bepaald:
Den pajoeng, de staatsie en het gevolg der assistent-wedono's op Java en Madura vast te stellen :
a. voor de assistent-wedono's der eerste klasse overeenkomstig de bepalingen voor de »demangs," vervat in het reglement op de titels, rangen, de staatsie en het gevolg der inlandsche amb-tenaren op het eiland Java, aan de regenten ondergeschikt zijnde (Staatsblad 1824 N° 13);
b. voor de assistent-wedono's der tweede klasse overeenkom-stig de in het voormeld reglement voorkomende bepalingen voor de »onderdemangs."
Bij Indisch Staatsblad 1874 N° 264 wordt krachtens machtiging des Konings, met aanvulling en wijziging der besluiten van den Kom-missaris-Generaal voor Nederlandsch-Indie van 26 Mei 1827 N° 7 (Staatsblad N° 55) en 23 Eebruari 1828 N° 17 Staatsblad N° 7), bepaald, dat het distinktief der van landswege bezoldigde oppassers bij de regenten, bij eenige patihs en bij het distriktsbestuur op Java en Madura zal bestaan uit een sabel met koperen beslag, hangende in een zwart lederen bandelier, waarop aan de voorzijde een koperen plaat, voorzien van het rijkswapen en tot opschrift heb-bende den naam van het betrokken gewest.
Het besluit van den Gouverneur Generaal dd. 19 Maart 1874 N° 11 bevat de volgende
AANTOONING der in de Preanger Regentschappen be-staande tjamatschappen of onderdisüikten.