• No results found

sen met een verstandelijke beperking zelf en hun belangenbehartigers (Kr¨ober, 2008, p.40).

In de theorie van de erkenning zijn verschillende lijnen van erkenning van be- lang. Erkenning voor zowel de hulpverlener als de hulpontvanger, en erkenning voor jezelf en voor de ander. In de ethiek van de erkenning wordt gesteld dat het moeilijk is een ander te erkennen als je zelf geen erkenning krijgt van anderen dan wel van jezelf. Van Heijst maakt duidelijk dat het in een omgeving waar hulpverleners zelf niet erkend worden moeilijk is voor die hulpverleners om hulp- vragers te erkennen. Daarbij geeft ze aan dat zorgen voor de ander een morele plicht is van de samenleving, en dat zorgen moet (Van Heijst, 2008, p.354). In de vriendschapsethiek van Reinders wordt niet zoveel gezegd over het span- ningsveld tussen zorg voor jezelf en zorg voor de ander. Vanier zegt dat zorg voor de ander en zorg voor het zelf niet complementair zijn, maar bij elkaar horen (Vanier, 2008). Meininger gebruikt in dit verband de metafoor van het verhaal van jezelf, waarvan anderen deel uitmaken en wat anderen ook be¨ınvloeden (Meininger, 2001, p.245). Hij legt uit, dat indien het eigen leven wordt be- schouwd als een eigen plek, als een ommuurd erf, het ’een inbreuk’ is wanneer andere mensen zich daarmee bemoeien. Het leven kan ook beschouwd worden als een weg naar een bepaald doel. Dan is het belangrijk dat je als individu je eigen route moet kunnen kiezen, dat iemand anders jouw keuzes niet voor jou bepaalt omdat je in dat geval nooit je eigen doel kunt bereiken. Het is ook nog mogelijk je eigen leven te zien als een verhaal. Belangrijk in deze beschouwing is dat je je stem moet kunnen laten horen. Tegelijkertijd is dit een visie waarin anderen ook invloed kunnen hebben op jouw verhaal en erin meespelen. In deze visie is het mogelijk dat zorg voor het zelf ook zorg voor de ander is, en andersom, omdat je een medespeler bent in het verhaal van de ander.

4.3

Thema 2: Relatie met de kwetsbare ander

Vignet

Lori zegt niet veel. Haar enige woorden, op een klagende toon uitgesproken, zijn: ‘Niet doen. Niet leuk.’ Meestal zit ze op een stoel en ziet ze er nors uit, met een heel gesloten gezicht. Maar soms kan ze ook vrij lachen, hoewel ze daar acuut mee ophoudt als ze ontdekt dat wij dat in de gaten hebben.

Mij is verteld dat ze een aantal jaren eerder getuige is geweest van een gruwe- lijke gebeurtenis. Voor die tijd was ze een spraakzame gezellige jonge vrouw met een verstandelijke handicap. Na die tijd wilde ze niet meer praten en niet meer werken.

Op een dag hadden we voor iemand anders een communicatieknop tevoorschijn gehaald. Dat is een apparaatje waarmee je een gesproken boodschap kunt op- nemen, en als je op de knop drukt wordt die afgespeeld. Lori zat het apparaat nieuwsgierig van alle kanten te bekijken en te bevoelen en daarbij had ze - per ongeluk? - haar eigen ‘Niet doen. Niet leuk.’ opgenomen. Toen ze er nog eens op drukte speelde het apparaat dat af. Ik vergeet nooit haar verbaasde gezicht en vervolgens haar gegiechel waarmee ze telkens opnieuw die boodschap afspeelde. ‘Hi hi hi ha ha Niet doen. Ha ha niet leuk.’ En ´e´en keer opgetogen: ‘Wel leuk.’

4.3 De relatie met de kwetsbare ander 41

Vragen

Allereerst roept dit vignet de vraag op naar de betekenis van lijden. Vervolgens wordt, met behulp van het denken over goed mens-zijn, nagedacht over de vraag hoe er omgegaan kan worden met een kwetsbare ander, met iemand die lijdt. Welke plek hebben wederzijdsheid en relationaliteit daarin? Wat zijn de grenzen van relationaliteit in de relatie met de kwetsbare ander?

Reflectie

Lijden

De volgende reflectie is een reactie op de vraag naar de betekenis van lijden. Ik leerde Lori kennen in een periode dat ik leerde dat iedereen talenten had, en dat het belangrijk was om verschillende talenten te leren ontdekken en mensen te waarderen om wie ze zijn. Wanneer dat gebeurt kunnen mensen groeien en bloeien. Lori paste daar niet zo goed in. Deze gebeurtenis was niet het begin van een flitsende innerlijke genezing uit een Amerikaanse tv-show. Ik heb haar nadien nooit meer iets anders horen zeggen dan ’Niet doen. Niet leuk.’ Lori heeft me verschillende heel belangrijke dingen geleerd. Ze heeft me geleerd dat er ook lijden kan zijn dat zo diep gaat, lijden dat je zo diep verwondt, dat je je achter een muur terugtrekt. En dat je dat lijden ook niet zomaar even op kunt lossen, ook niet met liefdevolle aandacht en betrokkenheid. Zoals Vanier (2008, p.112) zegt: “Om anderen te kunnen helpen moeten we hun noden begrijpen.” Lori prikte mijn ideaal door. Tegelijkertijd gaf ze me een perspectief op een nieuw gezichtspunt. Want alsnog is het contact ontzettend belangrijk. Om met Van Gennep (2000) te spreken, het is belangrijk voor mensen, in dit geval voor haar en voor mij, dat we contact blijven zoeken. We moeten een hand naar Lori blijven uitsteken. Dit vanuit het vertrouwen dat een relatie met haar waardevol is. Van Heijst stelt dat niemand uit de kring van mensen mag vallen (Van Heijst, 2004). Af en toe kwam Lori uit haar beschermde kamer te voorschijn en maakte ze zich open. Of dat genoeg is om een goed leven te leiden, dat weet ik niet. Of het meer wordt, ik hoop het. Het was fijn om haar af en toe zo vrolijk en blij te zien, en het was frustrerend om haar na die korte momenten weer in zichzelf te zien terugtrekken.

Wederzijdsheid en grenzen

In deze paragraaf wordt de tweede vraag besproken, namelijk welke plaats re- lationaliteit en wederzijdsheid hebben in het denken over goed mens-zijn. Dat is in deze scriptie voornamelijk relevant in gevallen wanneer er sprake is van lijden, van kwetsbaarheid, en van ongelijke relaties. Ik bekijk dit punt echter niet alleen voor de zorgsector, maar voor de maatschappij als geheel.

In de burgerschapsethiek wordt gefocust op gelijke uitkomsten naar aanleiding van gelijke rechten. Het is belangrijk om mensen die kwetsbaar zijn te helpen zodat ze zich net als anderen in de maatschappij kunnen bewegen. In plaats van dat dit centraal geregeld dient te worden, ziet men binnen de burgerschapsvisie ruimte voor diversiteit, zodat er op een vrijwillige manier initiatieven tot stand kunnen komen.

In de erkenningstheorie worden relaties gezien als netwerken van zorg waarin erkenning een belangrijke rol speelt. Erkenning is een grondhouding die alle