• Tegenwerpelijkheid
o Beginsel: behoud van de handelingen
§ Elke SE is gehouden de nadelige gevolgen te ondergaan van de handelingen van zijn SN
§ 3 correcties op dit principe:
• Voorschriften inzake tegenwerpelijkheid van rechtshandelingen aan derden
• Handelingen gesteld in de periode die het faillissement voorafgaat (verdachte periode)
• Faillissementsrechtelijke pauliana: handelingen gesteld met het oog op de bedrieglijke benadeling van de rechten van de SE
o Gemeenrechtelijke niet-tegenwerpelijkheid
§ Wanneer de handeling werd gesteld heeft geen belang, enkel of de formaliteit vervuld was op de dag voor faillietverklaring is beslissend
§ Indien dit niet het geval is à handeling niet-tegenwerpelijk
• Dwz dat deze geen rechtsgevolg ten aanzien van de boedel heeft maar wel ten aanzien van de gefailleerde
• De curator kan eventueel verkiezen de handeling alsnog te bevestigen, hij kan dan de wederpartij tot uitvoering verplichten, deze kan zich hier niet op beroepen
o Handelingen gesteld tijdens de verdachte periode
§ Het begrip “verdachte periode”
• De onderneming verkeert meestal reeds geruime tijd in een virtuele onmogelijkheid te betalen à verdachte periode
• Retroactiviteit kan enkel door de rechtbank worden vastgesteld
• De verdachte periode kan niet retroageren voor een periode van meer dan 6 maanden
• Enkel een verdachte periode indien ernstige en objectieve
omstandigheden ondubbelzinnig aangeven dat de betalingen reeds voorheen hebben opgehouden
§ Handelingen in de verdachte periode gesteld: rechtsgevolg
• In beginsel geldig: dit geldt ook voor handeling die tijdens deze periode tegenwerpelijk zijn gemaakt
• Bepaalde categorieën handelingen zijn niet-tegenwerpelijk aan de boedel
o De tegenpartij moet dan ontvangen gelden of goederen teruggeven aan de boedel (evt equivalent)
o Deze zal evt voor de schuldvordering in de boedel kunnen opkomen
• Verplicht vs facultatief niet-tegenwerpelijke handelingen
o Bij facultatief: curator beschikt over een keuzerecht en kan de handeling wel laten voortbestaan
§ Verplicht niet-tegenwerpelijke handelingen
• Handelingen om niet of met aanzienlijk onevenwicht van de prestaties
• Alle betalingen van niet-vervallen schulden o Dit schendt de gelijkheid onder de SE
o Ook alle andere gevallen van voortijdige uitvoering van de verbintenis kunnen ondere deze regel worden begrepen o Deze betalingen moeten worden geweerd
o Ook een factuur die voor de vervaldag is betaald is in principe niet tegenwerpelijk, indien dit een optie is en korting oplevert wel toegelaten
• De betaling van vervallen schulden, in andere
vermogensbestanddelen dan gebruikelijke betaalmiddelen
o Gebruikelijke betaalmiddelen = geld, girale betaling, afgifte van cheques, of van handelspapier die de onderneming van een andere partij heeft ontvangen
o Anders verdacht!
• Het vestigen van zakelijke zekerheden voor voorheen aangegane schulden
o Zakelijke zekerheden getroffen door artikel XX.111,3° WER o Zakelijke zekerheden aangegaan door de gefailleerde o Zakelijke zekerheden voor oude schulden
§ Facultatieve niet-tegenwerpelijkheid
• Dit stelt de curator in staat alle andere handelingen te verwerpen, indien zij werden gesteld door een wederpartij die kennis had van de staking van betaling
• Doel: vermijden dat bepaalde SE voordeel kunnen halen uit de prefaillissementssituatie op basis van “voorkennis”
• Curator oordeelt of de handeling nadelig was voor de boedel o Faillissementspauliana
§ Handelingen gesteld met het oog op de bedrieglijke benadeling van de rechten van de SE kunnen de boedel niet worden tegengeworpen
§ Gemeenrechtelijke voorwaarden
• De SE is benadeeld in zijn rechten
• De handelingen werden verricht met bedrieglijke benadeling van de rechten van de SE
§ Na faillissement komt het recht om de pauliana in te stellen niet langer bij de benadeelde SE maar exclusief voor de curator
• Lopende overeenkomsten
o Principe: continuïteit van de lopende overeenkomsten
§ Faillissement heeft geen gevolg voor de in uitvoering zijnde overeenkomsten
• Lopende overeenkomsten = overeenkomsten waarbij de
karakteristieke prestatie op het ogenblik van het faillissement nog niet (volledig) is geleverd
§ 2 uitzonderingen op regel dat faillissement geen einde maakt aan lopende overeenkomsten:
• De overeenkomst is intuitu personae ten aanzien van de gefailleerde o Arbeidsovereenkomst blijft wel gelden
• De overeenkomst bevat een ontbindende voorwaarde voor het geval van faillissement
o Het optierecht van de curator bij lopende overeenkomsten
§ Curator beschikt over een optierecht voor het al dan niet verder uitvoeren van een bestaande overeenkomst in de hypothese dat de overeenkomst niet door het loutere faillissement wordt ontbonden
§ Een voorstel tot verderzetting van de lopende overeenkomst door de curator, kan door de wederpartij niet worden geweigerd
§ Heel vaak zal de verdere uitvoering van de lopende overeenkomst niet noodzakelijk zijn voor het beheer van het faillissement of de boedel ten goede komen
• Niet-uitvoering = eenzijdige verbreking
• De wederpartij kan dan een schadevergoeding eisen, deze vormt een schuld in de boedel
o Rechten van de medecontractanten van de gefailleerde bij lopende overeenkomsten
§ SE kan op zich wel de uitvoering van de overeenkomst vorderen maar dit is zinloos, indien hij de uitvoering bij equivalent vraagt vormt dit een schuld in de boedel
§ SE kan zijn positie via verschillende remedies beveiligen
• Retentierecht uitoefenen op de goederen van de gefailleerde die hij onder zich heeft
• (Stilzwijgende) ontbinding wegens wanprestatie door gefailleerde inroepen
o Voor geleden schade en uitvoering van de prestaties in het verleden zal de SE over een schuldvordering in de boedel beschikken
• Voor het geval de wederpartij de prestatie van de gefailleerde reeds grotendeels had bekomen à uitvoering in equivalent
o Het aanzienlijk voorschot wordt behouden en het saldo als een schuld in de boedel opgenomen
o Faillissement van de koper van geleverde koopwaar
§ Terugvordering
• In geval van contante verkoop beschikt de verkoper over een recht van terugvordering van het goed binnen 8 dagen na levering, op voorwaarde dat het goed zich nog in dezelfde staat bij de (gefailleerde) koper bevindt
• Als de goederen bewerkt, verwerkt, verkocht werden vervalt het revindicatierecht, en kan de eiser enkel als SE in de boedel optreden
§ Voorrecht onbetaalde verkoper
• Tenzij goederen onroerend zijn geworden door bestemming of incorporatie
• Voorrecht blijft gedurende 5 jaar na de levering bestaan, niettegenstaande de onroerendmaking
§ Eigendomsvoorbehoud
• Geldigheidsvereisten voor beding van eigendomsvoorbehoud o Schriftelijk opgesteld
o Uiterlijk op het ogenblik van de levering zijn overeengekomen
o In natura of vermengd met soortgelijke goederen die reeds eigendom zijn van de koper
o Ingesteld voor het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen
o Faillissement van de huurder van roerende goederen
§ Verhuurder zal ontbinding vorderen van de huurovereenkomst + teruggave van het roerende goed, hij dient een vordering tot schadevergoeding in maar zal geen bevoorrechte SE zijn
§ Curator heeft belang bij beëindiging van de overeenkomst, anders zijn de toekomstige huurgelden schulden van de boedel
o Invloed van het faillissement op het familiaal vermogen
§ Gemeenschap van goederen
• Onderpand van de SE is beperkt tot de gemeenschap, incl.
gezinswoning en het eigen vermogen van de gefailleerde
§ Scheiding van goederen
• Eigen vermogen van gefailleerde o Werking van de schuldvergelijking
§ Dit laat toe dat de SE zijn vordering aanwendt om zijn schuld tegenover de gefailleerde te voldoen: hij ontsnapt aan de wet van de evenredige verdeling
§ Schuldvergelijking na faillissement is in beginsel uitgesloten
• Enkel in uitzonderlijke gevallen: vb. het geval waarin er tussen de vordering en de schuld nauwe verbondenheid bestaat